zaak hij de zwaarte in het hoofd
en de hevige hoofdpijnen had te
danken, die hem reed3 12 jaar
kwelden. Hij stemde toe in de ope
ratie tot verwijdering van den ko
gel, en dr. Gori bracht eergisteren
met goed succès het projectiel, dat
21 gram weegt, te voorschijn. Rog-
kair krijgt nu ook een kunstoog
voor het linkeroog, en zal, naar
hij hoopt, op de eerstvolgende au
diëntie Z. M. kunnen laten zien
met hoe goeden uitslag 'sKonings
raad 'is bekroond.
Op het tweede gedeelte van
de agenda der jaarvergadering van
het Werkliedenverbond «Patrimo
nium» komt o. a. voor:
Afschaffing van vaccinedwang
bevorderiug van Zondagsruststrijd
tegen de prostitutie, en wetboek op
den arbeid. Bestrijding van het
socialisme. Afschaffing der plaats
vervanging voor de nationale mili
tie. Uitbreiding van kiesbevoegd
heid.
De afdeeling Assen stelt voor, dat
«Patrimonium» onze groote indus-
trieelen, fabrikanten en werkgevers
of bazen opwekke, om zooveel mo
gelijk bouwstoffen enz. enz. te ne
men, niet uit het buitenland; tevens
dat zij ons Nederlandsen werkvolk
den voorrang doe genieten boven
de buitenlanders; a. om de werke
loosheid te bestrijden; b. om onze
werklieden aan te moedigen met
hunnen arbeid en productie de bui
tenland rs op zijde te streven, of
te overtreffen; c. om nationaliteits
gevoel en vaderlandsliefde te bevor
deren.
De heer E. Basch, eigenaar
van het alom bekende Cagliostro-
Theater, biedt in het Duitsche blad
der Artist van 25 Juli jl. de ge-
heele Schouwburgtent te koop aan,
met al de daarbij behoorende deco-
ratiën, tapijten, wonderfonteinen en
duizenden andere toover- en goo-
chel-apparaten tegen 1 Januari 1887
Aanbiedingen worden van 5 tot 20
Augustus ingewacht aan het adres
E. Basch, Rotterdam, terwijl van
28 Augustus tot 1 October, alles
te Glad bach, waar dan voorstellin
gen op de Köningsplafz gegeven
worden, is te bezichtigen. De heer
Basch beweert, dat da kooper met
een beetje geluk de geheele zaak
in één jaar verdiend kan hebben.
Men schrijft uit Zandvoort van
4 Augustus
Op het strand, bij het Groote
Badhuis alhier, had heden het aan
gekondigde volksfeest plaats, door
eene commissie uit de aanwezige
badgasten geregeld, en waarvan
de baten ten goede zullen komen
van het Oude Mannen- en Vrou
wengasthuis hier ter plaatse. Het
feest is volkomen geslaagd, dank
vooral het uitgezochte weder. De
noordenwind koelde de heete stra
len der Augustuszon zoodanig af,
dat het verblijf aan het strand
voor de duizenden toeschouwers,
zoowel op de gereserveerde plaat
sen als daarbuiten, een genot was.
In de voorgeschreven orde werden
de verschillende nummers van het
programma uitgevoerd. Verscheidene
daarvan, zooals: boegspriet-, za.c-
en wedloopen met hindernissen en
stroophappen, veroorzaakten dikwijls
de zotste tooneelen, en de opwek
kende tonen der muziek op het
terrein verhoogden de prettige stem
ming van het publiek. Heden avond
werd het feest voortgezet met een
concert van het muziekkorps van
vreesde en droevige ondervinding
opdeed, dat de tijding van het ver
lies van zijn eenig kind zijn dood
bespoedigde.
Eduard Erohberg stierf, zooals ik
voorzien had, reeds den dag na den
ongelukkigen val; zijn lijk werd in
hei familiegraf bijgezet. De kosten
der verpleging en der ter aarde
bestelling, die niet aanzienlijk wa
ren, heeft de heer Herman Frohberg
mij vergoed.
Naschrift, een jaar later. Booze
tongen hadden het gerucht ver
spreid, dat Eduard Frohberg niet
in mijne iurichting gestorven was,
dat hij heden nog leeft, en hier ge
vangen wordt gehouden, opdat de
erfenis van Hugo Frohberg aan zijn
neef verzekerd blijft. Hoe dom en
ongerijmd dit gerucht ook was, vond
het toch bij de vroegere verloofde
van den overledene ingang en ten
gevolge daarvan noopte mejuffrouw
Pauline Brand het gerecht een on-
het 4de reg. inf. in het CafiZuid-
Zandvoort (Aux caves de France).
Dit concert werd te 9 uren ge
volgd door een schitterend vuur
werk aan de landzijde van genoemd
café. Ook dit deel van het feest
slaagde uitmuntend. Yan de zeven
nummers, waaruit het vuurwerk
program bestond, mislukte niet één,
en dat het overtalrijke publiek
tevreden was, bleek uit de her
haalde toejuiching bij elk nummer.
Bij het omspitten van een stuk
land is door een landbouwer in de
Haarlemmermeer een goudstuk ge
vonden, dat, blijkens de daarop
voorkomende beeltenis van Karei I,
geslagen moet zijn tusschen de jaren
1625 en 1648. Als muntteeken ver
toont het goudstuk een ton, hetwelk
de laatste lettergreep is van den
naam Thromorton, die toenmaals
muntmeester was in den Tower.
Het muntstuk, een zoogenaamde
dubbele kroon moet dus te Londen
geslagen zijn.
Als randschrift leest men op de
eene zijde in vrij duidelijke letters
CAROLVS D. G. MA. BR. FR. ET.
HI. REX; aan de andere zijde:
CVLTORES SVIDEYS PROTECIT.
Een bijzonder goed geslaagde
groep was Dinsdag voor het eerst
in het Panopticum te Amsterdam
te zien, en wel een tafereeltje uit
het Amsterdamsche volksleven, naar
de schets van den heer J. Van
Maurik: «Pinksterblommen», door
den heer P. Koch op talentvolle
wijze vervaardigd. Vooral waardeert
men dit, wanneer men verneemt, dat
hem hierbij, behalve de beschrijving
van den auteur, slechts een teeke-
ning van den kunstschilder J. Linse
ten dienste stond en de typen dus
bijna geheel ontworpen moesten
worden.
De figuren zijn, ook wat de groe
peering betreft, zeer komisch, en wie
reeds bij het eerste gezicht een lach
terughouden kan, moet een men-
schenhatend wezen zijn.
In een grooten «Jan Plezier» is
een gezelschap gezeten, dat op een
vroegen Pinkstermorgen «naar de
Meer» rijdt. De koetsier, die anders
voor een wippertje tegen de koude
voeten niet bang is, troont in alle
nuchterheid op de voorbank naast
een bedeesde juffrouw, die niet om
kijkt, ook al zijn in het rijtuig de
meesten bezig met het geval waar
om men even stilhouden moesteen
van de dames, die wegens de wei
nige ruimte haar crinoline uittrek
ken zou, doet dit midden op de
Nieuwmarkt, en wordt daarbij ge
plaagd door een paar tochtgenoo-
ten, waarvan er een, «de mottige»,
een kuitenflikker maakt. Van de
gelegenheid om zijn slag te slaan,
nu de algemeene aandacht op dit
belangrijk feit gevestigd is, naakt
intusschen een grappenmaker in den
kattenbak gebruik om zijn dame een
zoen te geven en wekt, naar het
schijnt, de ijverzucht op van een
jonkman, die in dienst van het va
derland de zee bevaart. Wellicht
wordt het later afgedronken met
het borreltje, dat de tapper, nabij
wiens woning men is, juist komt
aanreiken.
Het geheel is, wij verhalen het,
uitstekend gelukt. Ook de heeren
A. Heijde en Stevens verdienen lof
voor het geschilderde achterdoek.
Deze compositie vormt een goed
tegenhanger bij die van den «Maan
dag op de Botermarkt».
derzoek in mijne inrichting in te
stellenhetgeen mij ten hoogste
verrastte en bevreemdde en volstrekt
geene resultaten opleverde. Moge de
Hemel hun vergeven, die mijn goe
den naam op zulk een laaghartige
wijze zoeken te bezoedelen!
Ziezoo, mijnheer, daar hebt gij
een volledig verhaal van de waar
heid, zeide de dokter, van het
boek opziende, mocht gij soms
een afschrift of een bewijs van over
lijden verlangen, beide zijn tot uw
dienst.
Een afschrift van dit bericht
komt mij in elk geval gewenscht
voor, antwoordde Alfred, Ik
geloof, dat mijne moeder er indertijd
geen gekregen heeft.
Zij heeft er geen begeerd.
En ook niet naderhand voer de
tweede maal een onderzoek van het
gesticht verzocht?
Een spottende trek plooide zich
om de lippen van den dokter.
In het Nieuwsblad voor Ned.
leest men:
Een treffend geval vernemen wij,
een geval waaruit blijkt hoe diep bij
ons volk het gevoel van eigen
waarde geworteld is. Zooals men
weet, waren het de gebroeders Mens
uit de Willemstraat, die tijdens het
oproer, ten aanschouwe van eene
verwoede menigte, kalm en onver
schrokken de roode en zwarte vlaggen
neerhaalden, welke hün Oranjege
zind hart hinderden als symbolen
van verzet tegen ons geliefd Vors
tenhuis.
't Was buiten hun toedoen, dat
aan die kloeke daad, welk elk va
derlander toejuichte, ruchtbaarheid
gegeven werd. 't Was in hun oog
zoo'n gewone daad, dat zij geen
reden zagen, er zich op te laten
voorstaan.
Anders dacht er eene aanzien
lijke dame in Den Haag over. Het
geval gelezen hebbende, gevoelde
zij behoefte om dien beiden mannen
van hare ingenomenheid een blijk
te geven en néch de behoeften nóch
de neigingen van beide personen
kennende, zond zij hun vijftig gul
den.
De beide broeders echter wensoh-
ten voor hunne daad geen beloo
ning. Zij verdienen beiden wat zij
noodig hebbenmaar van gekregen
geld, met hoeveel kieschheid en
onderseheididg hun ook aangebo
den; wilden zij niets weten. Met
volle erkenning der vriendelijke
bedoeling zonden zij aan de dame
bericht, hoe zij dachten. Deze thans
te meer getroffen, door het karak
ter van beide mannen, antwoordde
in de meest beleefde termen, dat
zij verzocht, het geld toch ter be
schikking van de beide broeders te
mogen laten, het aan hen overla
tende, welke bestemming zij er aan
wenschten te geven.
En gisterenavond meldden de
bladen onder de ingekomen giften
voor de nagelaten betrekkingen der
slachtoffers van het oproer: «Van
Leendert en Jacobus Mens f50.»
De gift had dus hare bestemming
reeds gevonden.
Een tramwagen op de lijn Dam
Linnaeusstraat te Amsterdam,
zich bewegende in de richting van
den Dam, kwam Woensdagmiddag
op de Kistemakersgracht, niettegen
staande herhaald schellen van den
conducteur, in aanraking met een
handwagen, die beklemd stond tus
schen de enorme massa goederen,
dielangs de kade was opgehoopt
om in de Rotterdamsche boot te
worden geladen. Alle glazen aan
de rechterzijde werden daardoor
verbrijzeld. Persoonlijke ongelukken
zijn niet te betreuren. De conduc
teurs van de tramwagens, die die
lijn berijden, klagen herhaaldelijk
over het ongerief, dat door het
onoordeelmatig opladen dier goe
deren langs die kade ontstaat.
Zaterdagmiddag heeft de bur
gemeester van Amsterdam, in ge
zelschap van den plaatselijken com
mandant, kolonel Andreae, een be
zoek aan het Binnengasthuis ge
bracht en aldaar de gekwetsten van
11. Maandag bezocht en toegespro
ken. Enkele gevallen uitgezonderd
is hun toestand over het algemeen
bevredigend.
Te Amsterdam is een man,
op de Nieuwe Keizers ïracht woon
achtig, door een hond van eene
mede al laar wonende weduwe in
de hand gebeten. Daar deze onge-
muilkorfde hond verdacht werd
Neen, antwoordde hij,
en waarom ook? Er bestond daar
voor volstrekt geene aanleiding, of
denkt gij er soms anders over?
De jonge man sloeg zijne oogen
neer; hij kon dezen boosaardigen
blik niet verdragen.
Het kan wel zijn, dat uwe
moeder aan dit gerucht vastgehou
den en u hetzelfde geheel onge
gronde vermoeden ingeprent heeft,
ging de magere heer voort, ik
zou dat zeer natuurlijk vinden, en
u daarop niets verder weten te ant
woorden dan hetzelfde, wat in dit
bericht daarover geschreven is.
Ik wenaeh slechts te weten,
of mijn vader ook soms papieren
heeft nagelaten, zeide Alfred,
terwijl hij een bepaald antwoord op
de opmerkingen van den dokter
vermeed. Er zou zich daaronder
misschien een stuk bevinden, dat
groote waarde voor mij heeft.
Gij meent met betrekking tot
dol te zijn, wijl hij ook nog naar
andere menschen gebeten had, werd
hij door een agent van. politie met
behulp van een schippersknecht
doodgeslagen.
Aan den Utrechtschen straatweg
onder Hilversum zijn Woensdag
avond eenige schapen dood aan den
weg gevonden, naar men vermoedt
gestorven door het gebruik van
vergiftige bladeren, die als snoeisel
uit een tuin in de nabijheid op den
weg zouden zijn geworpen.
Woensdagavond zijn uit het huis
voor verbetering en opvoeding voor
jeugdige knapen te Alkmaar drie
knapen ontvlucht tusschen de der
tien en zestien jaren oud.
Men leest in de Ld. Ct.
Onze vroegere stadgenoot, de heer
Johan Schmier heeft aan H. M. de
koningin van België een album
aangeboden bevattende zijne com-
positiên op gedichten van V. Alphen
en vader Cats («de Pruimeboom,»
het «Vinckenet,» enz.:) indertijd
uitgegeven bij den heer Blanken
berg alhier. Dankbaar voor die at
tentie zond H. M. den heer Schmier
een vleiend schrijven waarin ze hem
meldt die zangstukjes met genoe
gen aanvaard te hebben. Tevens
deed de koningin hem een prach-
tigen inktkoker toekomen als «Té-
moignage de la Satisfaction de Sa
Majesté.»
De internationale cricketwet-
strijd in het Malieveld te 's-Hage
is geëindigd uit gebrek aan
deelnemers. De Engelschen name
lijk hebben geweigerd te spelen.
Ondanks het ongeluk van ge-
passeerden Zondag, blijven velen
te Scheveningen bij het baden zeer
roekeloos; gisteren zag de badmees
ter zich dan ook genoodzaakt eenige
heeren door de badknechts uit zee
te laten halen, ten einde ongeluk
ken te voorkomen. En dat zelfs
dames er niet tegen opzien haar
leven te wagen, kon men gisteren
namiddag omstreeks vier uur waar
nemen, bij de gemengde baden,
waar een drietal dames zeer stoute,
maar ook zeer gevaarlijke proeven
in de zwemkunst gaven.
Het badpersoneel heeft dezen
zomer eene moeielijke taak te ver
vullen, en die taak wordt onuit
voerbaar, als men de raadgevingen
van badmeesters en badknechts in
den wind slaat. Vad
Nader verneemt men, dat het
Dinsdag in de Benedenhavenstraat
te Oud-Delftshaven plaats gevonden
ongeluk geen ernstige gevolgen heeft
gehad, daar de wonden van het
kind en de moeder zeer gering ble
ken te zijn.
Woensdagmiddag had van de werf
der heeren Gebr. Van de Wetering
te Rotterdam de proeftocht plaats
door den heer P. Eull met het
sloepje Lohengrinwaarvan vroeger
eene beschrijving is gegeven. Na
het te water laten stapte de onver
schrokken zeereiziger zonder vrees
in het vaartuigje, en vertrok van de
Oostkous naar de Maas langs de
Ruige plaat, verder door den Oost-
kousdijk, de Voor- en Achterhaven,
van waar door eene ontelbare me
nigte menschen, die aan de oevers
toestroomden, het zeldzaam kleine
en prachtige sloepje met levendige
de erfenis van uwen grootvader?
Natuurlijk!
Mijnheer, ik geloof, dat alle
grond voor deze hoop ontbreekt,
zeide de dokter op eenigszins spot-
tenden toon, gij zoudt in de al
lereerste plaats moeten bewijzen, dat
gij werkelijk de zoon van Eduard
Frohberg zijt. Daartoe is in ieder
geval eene bevestiging van ambts
wege noodig, dat uwe moeder de
wettige echtgenoote van den over
ledene was.
Onder de papieren van mijn
vader zou....
Mijn waarde heer, ik heb mij
om deze papieren niet bekommerd.
Het stond niet aan mij die te on
derzoeken, of in het algemeen na
te zien, wat zich in zijne zakken
bevond. Ik weet alleen, dat de heer
Herman Frohberg dat alles heeft
meegenomen; hij zal het uwen groot
vader overhandigd hebben.
De jonge man drukte zijne lippen
belangstelling werd bewonderd.
Tot nu toe had het op de Maag
reeds met de deining, die twee groote
Engelsche stoombooten maakten,
kennis gekregen, doch daar thans
op de terugreis de Harwichboot
aankwam, die zooals bekend is eene
geduchte beweging in het water te
weeg brengt, waren velen, die het
vaartuigje naoogden, (hoewel daar
een goed gezicht voor noodig was,
aangezien het op geringen afstand
slechts een notendop geleek) zeer
nieuwsgierig het daardoor heen te
zien werken. Dat ging uitstekend,
niettegenstaande het sloepje nu en
dan voor het gezicht der toeschou
wers omhoog werd geworpen, en
dan weder verdween, zoodat men
niets anders dan de mastjes te zien
kreeg.
Na aankomst aan de werf, ver
klaarde de heer Eull dat hij thans,
na dezen proeftocht, tot de overtui
ging was gekomen, dat het vaar
tuigje niet beter voor eene derge
lijke zeereis kon worden ingericht,
ook watde bewegingstoestellen aan
ging. Kortom, alles wat daarmede
in verband staat, had met succes
aan het doel beantwoord.
Het vertrek is alsnu, bij eenigs
zins gunstig weder, vastgesteld op
Dinsdag 10 Augustus, des morgens
te 4 uren, van de Koningshaven.
Op den Oosterstoomtramweg bij
Doorn heeft men de verregaands
kwaadwilligheid gehad, een der
wissels gedeeltelijk over te trekken
en daarna de ruimte met grint aan
te vullen. De tram moest hierdoor j
ontsporen. Gelukkig ging dit niet
met ongelukken gepaard.
De politie heeft een onderzoek
ingesteld.
Uit Dordrecht wordt gemeld:
Gisterenavond vermaakten zich c
vier pontonniers, alhier in garni-
zoen, vóór de stad in de Noord met
zwemmen en baden, in weerwil van
het strenge verbod dit buiten op
zicht te doen. Het zij door het zuigen
eener voorbijvarende stoomboot hetzij
door een andere oorzaak, werd een
hunner meegesleept, en verdronk.
De verongelukte, zekere v. T., was
een oppassend militair. Zijn lijk is
nog niet gevonden.
Te Zevenbergsche-Hoek had Dins
dagmorgen een familie-drama plaats
op den publieken weg.
Een vader werd namelijk door
zijne beide zonen, die door hunne
moeder werden geholpen, zonder
eenigen vorm van proces buiten de
deur gezet. Of de politie zich de
zaak heeft aangetrokken, is niet
bekend, doch het gebeurt meerma
len, dat in bedoeld huishouden
kwestie voorkomt, en zelfs niet altijd
de handen worden thuis gehouden.
Ruim eene maand geleden, werd
medegedeeld, dat te Luik eene dienst-
maagd het tweejarig dochtertje had
gestolen van een persoon, die haar
vroeger trouwbeloften zou hebben
gedaan en dat zij zich met het kind
in Limburg zou ophouden. Alle
nasporingen bleven tot heden vrucht-
teloos. Thans verneemt men, dat
deze dienstmaagd te Verviers is
gevat en verklaard heeft, dat zij
het kind aan hare ouders, rond-
reizende mandenmakers, had toe
vertrouwd, onder voorgeven, dat het
een kind van haar was. Door de
zorg der Pruisische justitie werden
de ouders te Roeren, nabij Aken,
op elkaar; er schenen gedachten in
zijne ziel op te komen, die hij voor
den dokter geheim wilde houden.
Herman Frohberg heeft de
bezittingen van mijn grootvader na
diens dood overgenomen? vroeg
hij opstaande.
Ja, hij was de naaste en ook
de eenige erfgenaam. Gaat gij hem
opzoeken
Misschien.
Hij woont hier nauwelijks een
kwarti-r vandaan.
Dat weet ik, - zeide Alfred,
maar of en wanneer ik hem zal 1
opzoeken, daaromtrent heb ik nog
geen besluit genomen. Neem mij
niet kwalijk, dat ik u heb gestoord
en ontvang mijn dank voor uwe I
mededeelingen.
Wordt vervolgd.)