wordt tot deelneming aan deze plechtig
heid uitgenoodigd, en zal bij hare aankomst
eenen stoet van alle Vlaamsche vereeni-
gingen van Brussel ter verwelkoming vóór
den ingang geschaard vinden.
Op voorstel van den heer Buis, zal men
de noodige stappen doen om van Z. M.
de vergunning te verkrijgen den nieuwen
tempel der "Vlaamsche tooneelkunst den
titel te verleenen van //Koninklijke Vlaam
sche Schouwburg.
BINNENLAND.
Bij kon. besluit is de met verlof
hier te lande aanwezige kapt.-kw.
van het leger in Nederl.-Indië L.
Maurer, wegens lichaamsgebreken,
eervol uit Zr. Ms. militairen dienst
ontslagen, met toekenning van pen
sioen.
De officier-machinist der 1ste kl.
A. Jongkees, beboerende tot de rol
van Zr. Ms. wachtschip te Helle-
voetsluis, en belast met de oplei
ding der machinist-leerlingen aan
boord van voornoemd wachtschip,
wordt met den 16den dezer over
geplaatst naar 's rijks werf te Am
sterdam.
In gemelden werkkring wordt hij
alsdan vervangen door den officier-
machinist der 2de klasse J. A. Goetz,
behoorende tot de rol van Zr. Ms.
wachtschip te Hellevoetsluis.
{Bovenstaande bericMen zijn uit de St.-Ct.)
De Rageering heeft een wets
ontwerp ingediend, om de vóór 1
September 1887 verplicht gestelde
herziening der wet op de Kon. Mi
litaire Academie een jaar uit te
stellen. Eene wetsvoordracht toch
om het militair onderwijs, voor zoo
veel daarbij de opleiding tot en de
hoogere vorming van den officier
bij de landmacht betrokken zijn, in
zijn geheel te regelen, en voor zoo
veel de militaire academie betreft
op nieuwe grondslagen te leggen,
is niet tijdig genoeg aanhangig ge
maakt kunnen worden. Het vaste
voornemen der Regeertng is, in het
aanstaande zittingsjaar de nieuwe,
definitieve regeling tot stand te
brengen.
De liberale kiesvereeniging «Bur
gertrouw» te Knijpe (kiesdistrict
Sneek), heeft tot candidaten voor
de Tweede Kamer bij ontbinding
gesteld de aftredende ledenmr.
Van Diggelen, Heldt en Buma.
De redactie van De Wereldburger
deelt mede, «dat zij niettegenstaande
de officieele tegenspraak, instaat voor
de waarheid en vertrouwbaarheid
van het in haar jongste nummer
gepubliceerde telegram uit Pretoria,
en in haar volgend nummer nog vol
lediger bijzonderheden in zake den
Trausvaalscheu spoorweg zal mede-
deelen
Inmiddels maakt de heer Beelaerls
van Blokland, onder zijn officieelen
titel «Min.-Resident van de Zuid-
Afr.-Republiek» het volgende be
kend
«Het in nieuwspapieren verspreid
gerucht alsof de aan de hh. Van
den Wall Bake en Cluysenaer door
de Zuidafrikaansche Republiek ver
leende spoorweg-concessie waar
schijnlijk binnen korten tijd zou
worden ingetrokken, is van allen
grond ontbloot. Dit verzinsel behoort
tot het rijk der fabelen en onmoge
lijkheden. Het officieel bekend ge
maakte feit, dat de regeering der
Zuidafrikaansche Republiek, met
machtiging des Volksraads, voor
f 600,000 in de door de concessio
narissen opgerichte spoorwegmaat
schappij heeft deelgenomen, had bij
eenig nadenken reeds van de on
waarheid van het gerucht kunnen
overtuigen».
De directie van de inrichting
voor spraakgebrekkige en achterlijke
kinderen te Amsterdam, Heeren
gracht 96, geeft gehoor aan het
meermalen gedaan verzoek om een
dergelijke school buiten Amsterdam
te vestigen, om de kinderen zoowel
van de heilzame buitenlucht als van
het gezegend onderwijs te doen ge
nieten. Minbedeelden onzer natuur-
genooten, toch worden dikwijls, ech
ter zeer ten onrechte, enkel omdat
men hun toestand niet kent, voor
idioten gehouden en dan als zooda
nig op instellingen geplaatst, waar
zij volstrekt niet thuis behooren.
Kinderen die over 't algemeen of
enkel door spraakgebrek achterlijk
zijn, kunnen door het gehoor niet
de vereischte indrukken overplanten,
terwijl ook het oog traag is ;n het
opnemen.
In een gezonde streek van Gel
derland, te Brummen, heeft de di
rectie de buitenplaats «de groote
Zegerijaangekocht en voor school-,
gymnastiek-, bad- en slaaplokalen
ingericht als herstellingsoord voor
zulke kinderen, waar de heer F.
Kiugma de directie zal voeren, ter
wijl dr. C. M. Voerman de genees
kundige leiding op zich heeft ge
nomen.
Op grond van de degelijke resul
taten bevelen tal van geneeskundi
gen deze afdeeling aan ouders en
voogden van achterlijke kinderen
aau. Onder die bevoegde beoordeel
aars treffen wij namen aan, als die
van de doctoren van Lockhorst, te
Dieren, Moll, te Arnhem, de Boer
te Hardegarijp, Rompel te Amster
dam, en Mensing te Rotterdam.
Op het 17eeuwsche marktplein en
iu den tuin te Amsterdam der tentoon
stelling was het Dinsdagavond tot
diep in den nacht zeer gezellig. Ter
gelegenheid van den verjaardag der
Koningin waren alle huizen en ge
bouwen met de ouderwetsche, maar
altijd een phautaetisch aanzien ge
vende vetglazen verlicht, waarbij
dan nog gedurig bengaalsch vuur
gloed en teekening aan het geheel
gaf. Prachtig kwamen de waag, het
raadhuis, de bodega's en de gebou
wen der Amstelbrouwerij daarbij
uit, terwijl twee muziekkorpsen de
bezoekers, wier aantal tusschen 9
en 10,000 betalenden bedroeg, in
verrukking brachten. Het weder was
prachtig. Geen zomerkoelte zelfs
bracht eenige stoornis in de alge-
meene verlichting, die dan ook uit
muntend slaagde.
Tegen middernacht was de oude
Amsterdamsche kermis na elf jaren
rust weder formeel ingetreden. Er
werd gehost, gedanst, gezongen, ge
sprongen; alles draaide en krioelde
door elkander, en dat in de vol-
maakste orde. De stoomdraaimolen
kon het werk niet af, en boven de
schelle fluit klonk het vroolijk ge
zang der draaienden.
De burgemeester vertoefde gerui-
men tijd op het plein.
De Amsl. D. v. N. schrijft
het volgende over een «optocht»
Nadat Maandagavond de open
bare vergadering in «Maison Strou-
cken» was geëindigd, alwaar hon
derden geen plaats hadden kunnen
vinden, waren velen hunner wach
tende op hen die het gebouw zouden
verlaten. Toen dan ook de menigte
het gebouw verliet, vormden zich
weldra een optocht, die. liederen zin
gende, de Leidsche straat introk. Bij
de brug over de Prinsengracht
stootte deze op een aantal politie
agenten, die onder bevel stonden van
den inspecteur Wijnmalen. Deze ver
maande de menigte om niet verder
en naar huis te gaan, daar de gevol
gen anders op haar hoofd zouden
neerkomen.
Men scheen echter weinig lust
te hebben om aan dit verzoek te
voldoen, tenminste de stoet versterkt
door een aantal nieuwsgierigen wel
licht thans 800 h 1000 personeo
groot, trok langs het Paleis van
Justitie over de Leidsche- en Heeren
grachten door de Heisteeg, over
het Spui door de Kalverstraat naar
den Dam. Na om het monument te
zijn gegaan kwam de menigte ein
delijk op den Vijgendam.
Op den hoek van de Nes stootte
zij eindelijk op eenige agenten, die
onmiddellijk de sabels trokken en op
de voorsten, grootendeels vrouwen,
aanvielen. Een oogenblik ging het
daar ruw toe. Verscheidene personen,
waaronder vrouwen, ontvingen sabel
houwen, een agent geraakte onder
den voet en werd gewond.
De politie-agenten, niet sterk ge
noeg om de talrijke menigte te keer
te gaan, trokken af in de Warmoes
straat in de richting van het politie
bureau der 2e sectie. De stoet zelf
was in tweeën gedeeldeen gedeelte
was naar de zijde van den Dam
gevlucht en het andere gedeelte
omringde nog altijd de agenten,
dezen toeroepende dat zij «vrouwen
beulen» en «vrouwenmoordenaars»
waren.
Geraden scheen men het echter
niet te vinden om de agenten langer
te volgen; de menigte sloeg een
steeg in, waarop een der agenten
haar luide nariep: «Pas maar op,
over een dag of war tracteereu wij
jelui weer op blauwe boonen!»
De troep, nu zeer gedund, trok
vervolgens over deNieuwmavkt, door
de St. Anthonie- en Jodenbreestra-
teu, naar het Waterlooplein; al zeer
spoedig kwam uit het politiebureau
een vrij aauzienlijke macht onder
het bevel van een inspecteur opdagen,
die een gedeelte van het plein bezette
en de menigte gelastte uiteen te gaan
en haar weg te vervolgen. Een ge
deelte van het volk ging het koffie
huis «De Leeuw van Waterloo»
binnen, terwijl de auderen zich ver
wijderden. Te twaalf uur werd ook
dit Café op aanzegging der politie
verlateu en ging iedereen kalm naar
huis. De politiemacht verliet even
zeer het plein.
Voor het huis van den Burgemees
ter op de Keizersgracht heeft zich
omstreeks 10 uur een groep volk,
grootendeels bestaande uit jongens
en meisjes vrij net gekleed, met roode
vlaggetjes bewogen, die liederen
zougeu en «leve Domela Nieuwen-
huis» riepen. Een brigadier en twee
agenten zochten de menigte uiteen
te drijven, wat hun niet gelukte
aleer er versterking was gekomen
uit het bureau in de Molsteeg. In
het geheel zijn twee agenten ge
wond.
De Gooische stoomtram kwam
Zondag met snelheid naar de Vinke-
brug bij Diemerbrug, toen zich daar
een rijtuig met zes personen op de
rails bevond. Paard en voorste wie
len waren er over. De machinist
kon niet verhinderen dat de achter
ste wielen verbrijzeld werden. Noch
de reizigers, noch het paard bekwa
men eenig letsel.
Men schrijft ons uit Wormer-
veer van 2 Aug.
De heer M. F. Pieper, heeft zooals
reeds werd gemeld, voor zijne be
noeming tot lid van den gemeente
raad bedankt en de heer J. A. Laan
voor de benoeming tot wethouder.
Dientengevolge is door B. en W.
eene nieuwe verkiezing uitgeschre
ven, op Donderdag den Hen Augus
tus a. s. en eene herstemming zoo
noodig 14 dagen later.
Zaterdagavond stonden na afloop
der Zeilersfeesten eenige personen
voor het gemeentehuis alhier. Een
van hen, zekere O., uit Kromme
nie, rukte op eens een politieagent
de pet van het hoofd en zette het
daarmede op een loopen.
De agenten zetten hem achterna,
waarna O., in het nauw gebracht,
in de Zaan sprong, met het gevolg,
dat ofschoon hij zwemm-n kon, zijn
lijk een half uur later werd opge
haald.
Men schrijft ons uit Zaandam
Bij de herstemming tot benoeming
van nog 2 leden van den gemeente
raad hebben gisteren 393 kiezers
van hun stemrecht gebruik gemaakt.
Nader meldt men:
Uitslag der stemming, zooeven
bekend geworden, is, dat op zich
vereenigde Johs. Ebmeijer 222, H.
J. Versteeg 176, Mr. Z. W. Straat
man 202 en Oostmeijer 156 stem
men, zoodat zijn benoemd de HH.
Joh. Ebmeijer (aftr. lid) en Mr. Z.
W. Straatman.
Tusschen Kruiningen en Krab-
bendijke is eene wachtersvrouw door
een goederentrein overreden. Zij was
onmiddellijk een lijk en laat zes
jeugdige kinderen na.
Van de Leidsche hermis.
Een brigadier der huzaren was den
laatsten kermisavond zóó verwoed
dat hij met zijne sabel iedereen te
lijf wilde zelfs een politie-agent hem
niet kon meester worden. Toen een
artillerist den agent te hulp schoot,
keerde de brigadier zich tot dezen
eu verwonde hem met de sabel aan
het hoofd. Met veel moeite werd de
dader ten slotte naar de kazerne
gebracht, terwijl de verwonde naar
de infirmerie werd geleid.
Dienzelfden avond kregen in eene
tapperij aan de Janvossensteeg twee
personen met elkander kwestie over
het bezit van eene aldaar aanwezige
schoone. Men zou die kwestie bui
ten beslechten, waartoe overgaande
eene onderlinge worsteling ontstond,
waarbij de een den ander op ver
raderlijke wijze met een knipmes
verwondde. De dader werd kort
daarop door de politie uit zijne
woning gehaald, terwijl de ver
wonde naar het ziekenhuis werd
gebracht, alwaar bleek dat hij vrij
ernstig aan den linker-bovenarm
verwond was. Bij het ontdoen zijner
kleederen viel de helft van een mesje
op den grond, welke helft bleek te
passen aan het op den dader ge
vonden mesje.
Proces-verbaal werd opgemaakt;
eveneens tegen een paar andere
personen, die mede door den drank
bevangen en door drift vervoerd,
elkander verwondingen, hoewel ge
ring, hebben toegebracht.
Vele menschen, «die zich Dins
dag hadden voorgenomen naar 's Gra
venhage toe te stoomen, om de pa
rade te gaan zien,» hadden zoo
schrijft de Avondp. het niet bij
het voornemen gelaten, getuige de
massa welke reeds lang voor twaalf
uur rond het Alexanderveld ge
schaard stond, waar dezen dag de
wapenschouwing gehouden werd,
daar de tribune voor de Turnfeesten
het Malieveld ongeschikt maakte
voor het defileeren der troepen.
Op het vastgestelde uur reed de
generaal-majoor Klerck het parade
plein op, richtte een kort woord
tot de strijders van 1830, die zich
met hunne banier bij de niet inge
deelde officieren hadden opgesteld,
betuigde zijn ingenomenheid met de
aanwezigheid van de met verlof
zijnde cadetten en adelborsten en
ging daarna, onder het spelen van
het Wilhelmus, over tot het inspec-
teeren der troepen.
Het defileeren, door de grena
diers en jagers in den gewonen pas,
door de artillerie in gestrekten draf
en door de huzaren in galop, be
sloot het als altijd aantrekkelijk
schouwspel.
Weder moeten in het Westland
vooral in de omstreken van Naald
wijk, door eenige tuinders oneerlijke
handelingen gepleegd zijn bij de
aflevering van aardappelen aan de
Engelsche markt, door in plaats van
goede, groote aardappelen voor het
grootste gedeelte de manden te vul
len met kleine en groene, met en
kele groote bovenop.
Op den Delftschen weg staan
enkele boomen zóó dicht langs de
baan van de stoomtram, dat de
vorige week een man, die zijn hoofd
even buiten het balkon stak, ge
troffen werd en het leven verloor.
De Gemeenteraad van den Haag
heeft thans besloten eenige boomen
te doen rooien.
Ook op andere banen in ons land
zijn soortgelijke punten, vooral ge
vaarlijk voor hen, die met den toe
stand niet bekend zijn. Al de ge
vaarlijke boomen te rooien of de
baan te verleggen zou tot velerlei
moeilijkheden aanleiding geven
maar eene krachtige handhaving
van de waarschuwing, om hoofd
noch armen buiten het balkon te
steken, is daarom wel noodig.
Hem, die zich de eerste jaren van
de Hollaadsche IJzeren Spoorweg
maatschappij herinnert, staan nog
de groote plakkaten in de derde
klasse voor 't geheugen, waarbij
verboden werd hoofd eu armen bui
ten de waggons te steken. Toen
waagde het niemand, zelfs maar
een hand naar buiten te brengen,
ook op het vrije veld. Thans is men
op de spoortreinen niet bevreesd
meer voor dit ondersteld gevaar en
die zorgeloosheid heerscht nu ook
op de tramlijnen, waar wel dege
lijk gevaar bestaat. ArnhCt.)
De politie te Schiedam heeft
Maandagnacht weder eene goede
vangst gedaan.
Te 11 uur nl. ontdekte de agent
van politie B. G. van Meurs, wiens
waakzaamheid allen lof verdient,
dat de straatdeur van het kantoor
van de firma De Pater, Van der
Pant Co., in da Westmolenstraat
wel geheel dicht, doch niet op slot
was. Het kantoor binnengaande, ont
dekte hij achter eene deur, bii de
brandkast, twee mannen, die hunne
aanwezigheid wilden ophelderen met
te verklaren dat zij er gekomen
waren om naar werk te vragen.
Het spreekt vanzelf dat de agent
daarmede geen genoegen nam, want
op het kantoor lagen papieren op
den vloer door elkander, een kast
was opengebroken en op de vloer
lagen ook eene groote beitel en een
grooten ijzeren priem, alsmede eene
waskaars. Op een der lessenaars
lag, reeds netjes iu een papier ge
pakt, een bedrag van ongeveerf10
aan plak- en postzegels, die uit een
ongesloten lessenaar genomen waren.
aan 't gewelf zag hangen, niet langer dan hoogstens veer
tig centimeter, dat ik bij mijn binnenkomst niet had opge
merkt. Op dat vaatje was een naïef schilderwerk aange
bracht, voorstellende een verbolgen zee onder een zwarten,
dreigenden hemel. Het hoofd van een drenkeling, die op
een vaatje leunde, stak boven de woedende golven uit, en
onder dit schilderstuk las ik de woorden:
«Gelofte van Osmin Laborde, ter herinnering aan het
gevaar, waaraan hij in de Golf van Mexico ontsnapte, den
2en Januari 1842.»
Op een der vlakke zijden van het vaatje stonden nog
deze woorden te lezen«Dit vaatje heeft hem tot reddings
boei gediend,» en aan den anderen kant: «Hij worstelde
zes uren tegen de golven.»
Een opwelling van nieuwsgierigheid, waaraan zich een
gevoel van diep medelijden paarde, hield mijn aandacht
gevestigd op dat vaatje, welks geringe afmetingen aan de
waarheid der legende zouden hebben doen twijfelen, indien
niet de p'aats waar het was opgehangen elk denkbeeld van
opzettelijken leugen of van zwetserij had verbannen.
Mijnheer, wilt gij zoo goed zijn heen te gaan; de
pastoor heeft de mis geëindigd en de kapel wordt gesloten.
Deze woorden die me werden toegefluisterd, wekten me
uit mijn gepeins en toen ik me omdraaide, om te zien wie
me den wenk had gegeven, stond de zeeman voor me, dien
ik onder de mis op zijn knieën in 't gebed bad gezien. De
man ging, zonder in verdere verklaringen te treden, naar
de deur en ik volgde hem. Het wijwatervat voorbijgaande
stak hij er de hand in, en met een flauw glimlachje op de
lippen reikte hij me de vingertoppen om me het gezegend
water aan te bieden. Ik nam het aan; we maakten het tee-
ken des kruises en verlieten de kapel.
Nauwelijks waren we buiten of de zeeman zei heel beleefd
Neem 't me niet kwalijk, mijnheer, dat ik, zonder u
te kennen, u aansprak. Mijnheer de pastoor had het mij
verzocht, omdat de kapel moest gesloten worden.
Geen excuses, als ik u verzoeken mag. 't Is daaren
tegen aan mij om u te bedanken, antwoordde ik, -
want ik had 't geheel vergeten dat het tijd was om heen
te gaan.
Werkelijk meen ik opgemerkt te hebben dat het vaatje
uw belangstelling had opgewekt.
Juist, en als die geschiedenis waar is....
O mijnheer, twijfel er geen oogenblik aan, bid ik u,
viel de zeeman met groote levendigheid in.
Hij zweeg een oogenblik en hernam toen:
Een gelofte door een zeeman in de ure des gevaars
gedaan, is een eerewoord aan God verpand, en waaraan
hij nimmer ontrouw wordt. Ik moet er u bovendien bij zeg
gen, dat hij zou meenen een slechte daad te verrichten,
zich aan heiligschennis schuldig te maken, indien hij in de
materieele volbrenging zijner gelofte er iets bijvoegde, wat
niet met de striktste waarheid overeenkwam.
Ik geloof u. Dus heeft die drenkeling, Osmin Laborde,
gij ziet dat ik zijn naam heb onthouden, zes uren
lang in de golf van Mexico rondgezwalkt zonder anderen
steun dan dit vaatje?
Ja, mijnheer.
Om zoo stellig te spreken, moet gij alle bizonderhe-
den van dat geval kennen.
Ik ken er al de bizonderheden van, tot in haar ge
ringste wisselingen, antwoordde hij, me met een kalmen,
doordringenden blik aanziende.
Wordt vervolgd.)