ii i x i: i. d.
sclieen, alleen een stenografisch verslag zou
aan de groote meerderheid van de leden
van den Raad kunnen voldoen. Dergelijke
verslag zou der gemeente op ongoveer
f 2000 'sjaars komen te staan en wettigde
de vraag of men den hoofdelijken omslag
voor zulk eene zaak met die som zou mo
gen verhoogen. De heer Sneltjes vond
evenals de Yoorzitter de som te hoog en
de uitgaaf onnoodig, terwijl de heer De
Kanter in overweging gaf te onderzoeken
wat de kosten zouden zijn van een zake
lijk verslag; te meer, daar de Raad ook
zulk een verslag bedoeld had. Na deze
opmerkingen werd de verdere behandeling
van dit punt tot een volgende vergade
ring uitgesteld.
Op voorstel van B. en W. wordt aan
genomen een gewijzigd reglement van orde
voor de vergaderingen der Kamer van
koophandel en fabrieken te doen terug
gaan, met verzoek het naar de gemaakte
bedenkingen te wijzigen.
Bij besluit vau 15 Juni jl. werd ter
fine van advies in handen gesteld van
B. en W. een voorstel van den heer
R. li. JGallandat Huët, waarbij hij, naar
aanleiding van de omstandigheid, //dat in
sommige takken van administratie der
gemeente zich onregelmatigheden voordoen,
welke tot misbruik aanleiding kunnen
geven", in overweging geeft, de instructiën
van den architect over de werken en ge
bouwen en den opzichter over de gemeente-
reiniging aan te vullen. Dit advies was
thans uitgebracht en de slotsom daarvan
was, dat B. en W. den tijd nog niet geko
men achtten, om die instructiën aan te
vullen. Anders dachten de hh. Sneltjes,
Macaré en 't Hooft er over. Zij meenden,
dat er wel degelijk rede bestond om tot
herziening der instructiën over te gaan;
B. en W. achtten het thans nog niet noodig:
zij wilden zorgen, dat de zaak in orde
komt, voor 't werkelijk noodig is. De heer
Macaré had verwacht, dat B. en W. eene
herziening zouden hebben ontworpen en
wenscht daarom thans tot hen de uitnoodi-
ging te richten om met bekwamen spoed
de herziening der instructiën van bedoelde
ambtenaren ter hand te nemen en het voor
stel van den heer Huet te verdagen.
De heer Huet vraagt nu 't woord en
betoogt, dat indien er ooit aanleiding was
om de instructiën te wijzigen, zij er zeker
toen was, toen hij daartoe 't voorstel deed.
Er zijn feiten genoemd en al moge men
in de waardeering der feiten verschillen,
hij achtte ze van zooveel gewicht, dat de
indiening van zijn voorstel niet achter
wege mocht blijven.
De heer Macaré stelt nu eene motie
van orde voor, waarvan de zakelijke inhoud
is, dat de Raad B. en W. uitnoodigt de
instructiën van den architect en de beide
opzichters aan eene herziening te onder
werpen.
De Voorzitter zegt, dat dit geenemotie
van orde, maar een nieuw voorstel is.
Een breedvoerige gedachtenwisseling
ontstond met dit verschil van gevoelen
tusschen de Voorzitter en den heer Ma-
c a r
Eene stemming over de vraag of de motie
van den heer Macaré werkelijk eene motie
was leidde tot geene beslissing, daar de
stemmen staakten, tengevolge waarvoor
eene nieuwe stemming in de volgende ver
gadering noodzakelijk wordt en de beslis
sing over de aanhangige zaak moet worden
verdaagd.
Aan den heer M. Binnenwijzend, onder
wijzer 3e kl. aan de kostelooze school lett.
E. wordt op zijn verzoek, met ingang van
15 Nov. e. k. eervol ontslag verleend.
Voor kennisgeving werden aangenomen
een brief vau den heer E. Smit Jzu. te
Heereuveen dd. 10 Mei 1886, dien de heer
De Kanter alsnog gedrukt wenschte te zien,
benevens het rapport van den opzichter
der gasverlichting over de maand Aug.
De benoeming van een lid der comm.
van toezicht op de gemeente gymnastiek-
scherm- en dansschool werd uitgesteld.
De Voorz. sluit de vergadering.
Staatsblad, no. 164 behelst het
besluit van den 22 September 1887
houdende vergunning tot oprichting
van een krankzinnigengesticht alhier,
aan de Nieuwe gracht, en bepaling
van het maximum van het aantal
verpleegden en het minimum van
het aantal geneeskundigen.
Bij de Woensdag alhier plaats ge
had hebbende verkiezing van twee
hoofdingelanden van den Haarlem
mermeerpolder zijn gekozen de hee-
ren R. W. J. C. van de Wall Bake
met 385 en mr. M. G. P. del Court
van Knmpeu met 232 stemmen.
In het laatst verschenen nummer
van de Spaarnebode doen de heeren
Fok en Brok een Seibenkieb op
de dezer dagen aan ons bureau ten-
toongestelden doodshoofdvlinder. In
hun vroolijk gesprek, dat over co-
lorado-kevers, kommiezen, spuitgas
ten, brandseinen enz. enz. loopt,
weet Brok te vertellen dat men aan
het «huis van een ingezetene», waar
mede blijkbaar ons bureau bedoeld
wordt, een «duin-tor» ter bezichti
ging wilde stellen, doch dat het bij
nader onderzoek «nog wel door
deskundigen» (wie zijn die «des
kundigen», die het verschil tusschen
een aduin-tor» en een «doodshoofd
vlinder», nog moeten onderzoeken
ongetwijfeld gladde jongens!) was
gebleken dat het een verdroogde
uil was, voor ruim negen jaar ge
vangen.
Nu vragen wij, is dat beestje dat
al dien tijd goed geconserveerd bleef,
dan niet even merkwaardig als het
zijne, dat twee dagen geleden stierf
Als «Brokkie» goed gezien had
en met een wezenlijk «deskundige»
te doen gehad zou hij in de eerste
plaats hebben opgemerkt dat het
exemplaar aan ons bureau tentoon
gesteld, in alle opzichten geheel
overeenkwam met het bij hem ter
bezichtiging gestelde en zou de
«deskundige» ook gezegd hebben
dat onze uil even goed als de zijne
een zoogenaamde doodshoofdvlinder,
door Linnaeus gedoopt Aclierontia
Alroposwas.
In één opzicht heeft «Brokkie»
dus een bizondere uil gevangen en
daar moet hij op passen
Naar wij van betrouwbare zijde
vernemen is het bestaande huurcon
tract tusschen het bestuur der socië
teit «de Kroon» alhier en de direc
tie van het «Leger des Heils», thans,
met wederzijdsch goedvinden en op
voorstel van genoemde directie, ont
bonden, naar aanleiding dat de leden
van «de Kroon» hunne vooringeno
menheid met de verhuring hunner
zaal voor een jaar, hadden te kennen
gegeven.
Het «Leger» verklaarde geene
ontevredenheid te willen stichten.
Voor het derde of laatste gedeelte
van het notarieel Staatsexamen zijn
o. a. geslaagd en verkregen aldus
het radicaal van candidaat-notaris
onze stadgenooten de heeren A.
Mackenzie en C. A. Abbing.
Op de voordracht ter benoeming
van een onderwijzer aan de openbare
Burgerschool te Alkmaar, op f 1200
jaarwedde, zijn geplaatst de heeren
P. Hofstede, te Zaandam, F. J.Aukes,
te Haarlem en P. Meyer, te Gouda.
Het H. C. Krusemanfonds,opge
richt om vaste werklieden bij bloe
misten en bloembollenkweekers, die
door ziekte verhinderd worden te
werken, ondersteuning tegeven heeft
onlangs van een onbekende een gift
ontvangen van f500.
Van de spreekbeurten, die van
wege de vereeniging van handels
bedienden «Mercurius» te Rotterdam,
in het aanstaande winterseizoen zul
len worden gehouden, zal er ook
een worden vervuld, op 21 Nov.,
door den heer W. C. Goteling "Vin-
nis alhier.
De bij het 4e regiment infanterie
tot le-luitenant benoemde 2e-luite-
nant J W. van Alphen, van het 5e
regiment is ingedeeld bij het 3e ba
taljon, in garnizoen alhier.
Naar men verneemt zal wederom
bij de Erven F. Bohn, alhier, het
licht zien een tweede boek van
Hildebrand, getiteld«Na vijftig
jaar, noodige en overbodige op
helderingen van de Camera Obscura
Te IJmuiden werd Dinsdagmiddag
door een Engelschen visscher, een
Eugelviseh aangebracht van ander-
halven meter lengte en één meter
breedte. Het dier was plat, had vin
nen die op vleugels geleken en een
zeer dikken staart.
Het halve dorp liep uit, om het
vreemdsoortige dier te bezichtigen
LETTEREN EN KUNST.
Het derde deel van liet //Bulletin de la
commission pour l'histoire des Eglises Wal-
lonnes" begint goed. De eerste aflevering
belielst o. a. twee belangrijke bijdragen.
De heer P. E. H. Bodel Bienfait gaf
het eerste gedeelte van eene geschie
denis der Waalsche gemeente te Utrecht,
waarbij gevoegd is een facsimilé van een
portret van Lod. Wolzoger, van 1661 tot
1670 predikant bij die gemeente en vervol
gens professor in de kerkelijke geschiede
nis te Amsterdam. De heer E. W. Gagnebin
verzamelde de lijsten der predikanten, die
de Waalsche gemeenten te Amsterdam,
Arnhem, 's-Hertogenbosch, Breda, Delft,
Groningen, Haarlem, Den Haag, Leeuwar
den en Leiden bedienden, van hare oprich
ting af.
Door den bekenden baszanger Mes-
schaert zullen dezen wiuter in //Eelix
Meritis" te Rotterdam drie concerten
worden gegeven, op 5 Nov., 28 Jan. en
24 Maart, gewijd aan liederen, scheppin
gen van Bach, Mozart, Haydn, Beethoven,
Loewe, Schubert en Schumann.
léger em vloot.
Door de benoeming van den kapitein
Sodenkamp is er bij den geueralen staf
een kapitein overcompleet, terwijl er eene
majoorsplaats, door de overplaatsing van
de majoor E. de Bas naar het 2de regi
ment huzaren vacant is. Deze plaats zal,
naar men verneemt, worden vervuld door
de eerstdaags te verwachten bevordering
van den kapitein E. R. Eroger, die met
1 October bij dien staf wordt ingedeeld,
ter vervanging van den kapitein W. E.
Ridder van Rappard, die op dien datum
wordt overgeplaatst bij het 3e reg. veld
artillerie te 's-Hage.
Van het 6e reg. inf. zijn na afgelegd
examen de volgende onderofficieren tot de
2e klasse van den cursus toegelaten: J.
van Bokhoven, A. van Lieshout, P. C.
Meijer, P. A. Jager, E. Kiliau, L. J. M.
de Bruijn, A. A. 's Graeuwen, S. van De
venter, D. Westra en J. G. O vering.
De off. van gez. 2e kl. van het O.-I.
leger W. Willemsen, zal worden aange
schreven, zich voor of op 26 Nov. e. k.
perRott. //Lloyd" ofMaatsck. //Nederland"
naar Java te begeven.
Bij kon. besluit zijn benoemd: bij
het wapen der infanterie, tot le luitenant,
de 2e luitenant J. P. C. Hardie, van het
wapen, thans gedetacheerd bij het leger
in Nederlaudsch-Indièbij het 3e regi
ment, de le luitenant T. L. van Wagten-
donk, van het korps, gedetacheerd bij het
koloniaal werfdepotbij het 4e regiment,
de 2e luitenant J. W. van Alphen, van
het 5e regiment.
Na voldaan te hebben aan het offi
ciersexamen zullen de onderofficieren H.
J. E. Wijnmalen van het le, K. Anten
en J. von de Winkel van het 2e, J. van
Pienbroek van het 3e, P. A. C. Bolteen
T. H. Kuyl van het 6e en C. E. H. Gra-
velotte van het instr.-bataljon, allen opge
leid voor de administratie in Oost-Indië,
naar Kampen terugkeeren om op het
bureau der administratie bij het instr.-bat.
werkzaam te worden gesteld.
ONDERWIJS.
Woensdag promoveerde aan 's Rijks
universiteit te Utrecht tot doctor in de
rechtswetenschap de heer J. L. Roskott
(geb. te Amboina), met proefschriftIets
over de strafrechtelijke aansprakelijk
heid van ouders en voogden voor de straf
bare feiten, door hunne minderjarige kin
deren en pupillen gepleegd."
AANBESTEDINGEN.
Aan het ministerie van Waterstaat is
Woensdag aanbesteed het afbreken en het
maken van een gedeelte der fundeerings-
werken voor de overkapping van het cen
traal personenstation te Amsterdam. Minste
inschrijvers waren B. A. Wiegerink te
Groeuloo en E. E. Terwindt te Panner-
den, voor f146,900.
Woensdag is te Nieuwer-Amstel aan
besteed het bestraten en rioleeren van de
nieuwe we^en aan de Ringkade. Minste
inschrijver J. de Vries te Purmerend, voor
f7193.
Bij beschikking vail dea mia. van Binnenl-
Zaken is voor liet tijdvak van 1 Oct. 1887 tot
en met 31 Maart 1888, benoemd tot bediende
bij liet koninkl. Penningkabinet te 's-Gravenhage
H. J. Mulder, gegageerd adjudant-onderofficier
van bet leger in Ned. O.-I., te 's-Gravenbage.
De audiëntie van den min. van Waterstaat,
Hendel en Nijverheid, Donderdag 29 dezer, en
die van den min. van Binnenl. Zaken op 1 Oct.
zal niet plaats bebben.
{Bovenstaande ierichten zijn uit de St.- Ct.)
Onlangs hebben wij gemeld
dat Z. M. de Koning het voornemen
heeft een gedeelte van het aanstaan
de voorjaar in het Zuiden te gaan
doorbrengen. Dit plan is, naar wij
vernemen, reeds in zoover tot uit
voering gekomen, dat op 's Konings
last door den adjudant en particu
lier secretaris, kapitein De Ranitz,
dezer dagen aan het meer van Genève
eene fraaie villa is gehuurd en nog
andere beschikkingen zijn genomen
voor het verblijf der koninklijke fa
milie aldaar, in het begin van het
volgend jaar. {Dgbl. v. Z.-H.)
In de bij Gedeputeerde Staten
van Noord-Holland voor de beide
onlangs beschikbaar gestelde seriën
der 31/s pCt. leening van f465,600,
ten bedrage van f 50,000 ieder,
ingekomen inschrijvingen, was de
hoogst geboden prijs 99ÖS/ioo pCt.
In verband met de vragen,
in de Tweede Kamer door den heer
A. van Dedem gesteld, over hetgeen
de regeering voornemens is te doen
in de kwestie der botervervalsching,
en het antwoord daarop door den
minister van Binnenlandsche Zaken
gegeven, vernemen wij, dat reeds
sedert eenige weken een ontwerp
van wet gereed is, waarbij maat
regelen worden vastgesteld om be
drog in den boterhandel tegen te
gaan. Dat ontwerp gaat lang zoo
ver niet als de commissie van advies
voor de landbouwzaken heeft voor
gesteld. De fabricage van kunstbo
ter, of de handel in dat artikel,
wordt niet aan belemmerende bepa
lingen onderworpen, maar alleen
wordt gewaakt, dat geen kunstbo
ter wordt verkocht voor natuurbo
ter o. a. door voorschriften te geven
voor de verpakking van kunstboter,
en door de eischen dat bij het voor
handen hebben van kunstboter in
winkels de naam van het artikel
duidelijk worde aangewezen, zoodat
de kooper zich in den aard daarvan
niet kunne vergissen.
Het ontwerp is, na in het depar
tement van Justitie te zijn bewerkt,
opgezonden naar dat van Waterstaat.
D.)
Volgens de Avondpost is de
heer mr. Goeman Borgesiue tot
vertegenwoordiger der Nederl. re
geering op het zesde intern, hygië
nisch congres te Weenen benoemd,
omdat in de afdeeling «demographie»
o. m. ook zal gehandeld worden
over den invloed van het gebruik
van alcohol op den maatschappelij-
ken toestand der volken en heeft de
heer Borgesius een referaat over dat
onderwerp voor het congres geleverd.
De kiesvereeniging te Sappe-
meer heeft met algemeene 6temmen
tot haren candidaat voor lid der
Tweede Kamer geproclameerd mr.
de Vos van Steenwijk.
De hoofdadministratie der poste
rijen en telegrafie heeft den zeer prac-
tisch en maatregel genomen, om o n der-
geschikte postambtenaren werkzaam
te stellen op telegraafkantoren en
telegraafambtenaren omgekeerd op
postkantoren, zoodat beide soort amb
tenaren na eenigen tijd geheel ver
trouwd met beide diensten kunnen
zijn.
De leden van het gerechtshof,
van het parket en van de griffie te
Arnhemhebben aan mr. C. P.
HeDny, president van het hof, op
den dag toen hij ziju 25-jarig ambt-
feest vierde, een zilveren gedenk
penning met toepasselijk inschrift
en vleiend schrijven aangeboden.
Voor het derde of laatste ge
deelte van het notarieel staatsexa
men zijn geslaagd en verkregen
aldus het radicaal van candidaat-
notaris de heeren L. Opperdijb, te
's-Hertogenbosch, Engwirda, te Alk
maar, A. G. Mulié te Noordwijk;
J. F. Lubbe te Alkmaar, J. J. A.
Bauduin te Maastricht A. Mackenzie
en C. A. Abbing te Haarlem, H. A. M.
Immink te Hoorn, H. L. Dingemans
te Zutphen, L. J. van der Moer te
Terneuzen, J. H. Bosch te Heerde,
A. E. van Trigt te Delft, mr. S.
Boltjes te Grouw, L. van Hak te
's-Gravenhage, J. C. Paap te Voor
schoten, G. M. van Voorthuijsen te
Leiden, J. de Visser te 's-Graven
hage, B. de Regt te Rotterdam, mr.
A. J. Tjeenk Willink te Amsterdam
en Th. Boshuijer te Leeuwarden.
Op 19 Mei 18tl5 bezweek niet
ver van Benguela in Zuid-Afrika
op 65 jarigen leeftijd onze landge
noot de heer D. D. Veth, wiens
naam met eere zal genoemd blijven
onder de onverschrokken onderzoe
kers van onbekende of weinig be
kende streken. De heer Veth had
zich reeds onderscheiden door den
wetenschappelijken tocht, dien hij
in 1877 en 1878 met de heeren J.
Schouw Santvoort, A. L. van Has
selt en Joh. F. Snelleman in het
binnenland van Sumatra gemaakt
en ten deele beschreven had. Ook
tot het welslagen der koloniale ten
toonstelling vau 1883 heeft hij veel
bijgedragen.
In het eind van het volgend jaar
vertrok Veth Daar Zuid-Afrika, waar
hij het slachtoffer werd van het
Zuidafrikaansch klimaatzijn tocht-
genooteu, de heeren Goddefroy en
Van der Keilen keerden zonder hem
naar het vaderland terug.
Een volledige beschrijving van
«Daniël Veth's reizen in Angola»
is thans verschenen, bewerkt door
den oud-hoogleeraar dr. P. J. Veth;
die aldus zijn zoon een gedenkzuil
heeft gesticht en in dien arbeid
werd bijgestaan door den heer J.
Kijk, Cucbillo, mij dunkt dat ge hier reeds een begin
van bewijs hebt.
Eene gedachte kwam eensklaps als een bliksemstraal in
den Spanjaard op.
En indien dit jonge meisje hem bij toeval eens be
minde, zeide hij tot zichzeiven; wij zouden dan van
een huwelijk moeten afzien, dat de hoeksteen moet worden
van een groot politiek gebouw
Alhoewel don Estevan de eenige was wien de afkomst en
de ware naam van Tiburcio bekend was, en in zijne oogen
de laatste der Mediana's der dochter van den haciendero
niet onwaardig was, had hij evenwel geen oogenblik kunnen
veronderstellen dat dona Rosario de liefde van een jonge
ling kon beantwoorden, die, zoowel in haar oog als in dat
van anderen, slechts ,een kind was zonder naam en zonder
familie.
Het denkbeeld dat niettemin de dochter van don Augustin
met geen al te kwaad oog de vermetelheid van dezen jongen
in lompen gehu'den bedelaar, zooals hij hem noemde, zag,
trof hem eensklaps, toen hij in den nacht, zonder andere
getuigen dan de sterren des hemels, de stem van Tiburcio
met die van Rosarita hoorde afwisselen. Een dergelijk
onderhoud, onder het oog van God, was dit niet reeds eene
bizondere gunst?
Het hart van den Spanjaard kromp bij deze gedachten
van spijt ineen en zijne eerzucht, die hem zulke uitgestrekte
plannen ingeblazen had, maakte zich spoedig ongerust.
Dat was een hinderpaal, welke hij nooit had kunnen voorzien.
Het voorhoofd van den hertog van Armada betrok. Hij
bevond zich onverwachts tegenover eene dier gebiedende
noodzakelijkheden, waarvoor de politiek niet kan terugdein
zen en die, zegt meu, het vermeende Staatsbelang wettigt.
Achter zich had de Spanjaard een arm, gereed om het
slachtoffer te treffen dat men hem zou aanbieden, maar reeds
drukten twintig jaren van boete op zijn hoofd zonder een
moord te kunnen uitwisschen, waarvan hij zichzeiven be
schuldigen moest. Moest hij dus op het oogenblik, waarop
hij het midden van zijn loopbaan overschreden had, zich
nogmaals blootetellen om zijne overige levensdagen te ver
giftigen
Don Estevan verkeerde onder den indruk van een hevigen
strijd, dien zijn geweten tegen zijne eerzucht leverde. Zou
hij, nu hij zoo dicht bij het doel was dat hij najoeg, terug
trekken of voorwaarts blijven gaan?
De Voorzienigheid, zeide de Spanjaard tot zich
zeiven en bij dit woord kwam een bittere glimlach op
zijne lippen de Voorzienigheid biedt mij de gelegenheid
aan om den jongen man naam, eer en goederen, die hij
verloren heeft, terug te geven. Een goede daad van mijn
rijperen leeftijd zou misschien de misdaad mijuer jeugd uit-
gedelgd hebben. Ik heb het versmaad, ik versmaad die
gelegenheid nog, is het niet reeds genoeg mij op te offeren
voor de zaak, die ik dien!
De Spanjaard kwam weer ter zijde van Cuchillo staan,
die hem opmerkzaam beschouwde; maar de schaduw der
grenaatboomen had zijn gelaat aan de blikken van den
bandiet onttrokken.
Het uur is gekomeu, hernam hij op gedempten
toon, zich tot Cuchillo wendende, waarin onze twijfel
opgelost zal worden, maar herinner u, dat, indien ik mij
verlaag een man te bespieden op het oogenblik waarop zijn
hart geen geheimen moet hebben, zulks is omdat hoogere
belangen mij noodzaken het te doeu en dat het geenszins
is om u te overtuigen van een feit waarvan gij het bestaan
niet kunt loochenen. Denk er aan dat uwe plannen van
wraak aan mijn wil onderworpen moeten blijven.
Bij het eindigen dezer woorden, die vrij waren van die
spotternij welke Cuchillo in verlegenheid bracht, ging don
Estevan vooruit eu de bandiet volgde hem blijkbaar met
eenigen tegenzin.
Men zal zich herinneren dat don Augustin, in zijn onder
houd met don Estevan, aan dezen laatsteu de vertrouwelijke
mededelingen van pater José Maria ten opzichte van Tiburcio
Arellanos had medegedeeld.
(Wordt vervolgd,