NIEUWS EN ADVERTENTIEBLAD.
De Goudvallei.
5e Jaargang.
Maandag 13 Februari 1888.
No. 1414.
ABONNEMENTSPRIJS:
ADVERTENTIËN:
Dit Nummer tóaat uit twee Mei
Lm. HOOFDSTUK.
H
Voor Haarlem, per 3 maandenƒ1.20.
Franco door het geheele Rijk, per 3 maanden. -1.65.
Afzonderlijke nummers- 0.03.
Dit blad verschijnt dsgelijks, behalve op Zon- en Feestdagen.
BureauKleine Houtstraat No. 9, Haarlem. Telefoonnummer 122.
van 15 regels 50 Cents; iedere regel meer 10 cents.
Groote letters naar plaatsruimte.
Bij groote opgaven aanzienlijk rabat.
Abonnementen en Advertentiën worden aangenomen door
onze agenten en door alle boekhandeluren, postkantoren en courantiers.
Hoofdagenten voor het Buitenland: Compagnie Génerale de Publicite Etrangere G. L. I) AU BE Co., JOH. F. JONES, Sucr., Parijs, 3 Ibis Faubourg Montmartre.
EERSTE BLAD.
STADSNIBO tt S.
Haarlem, 11 Februari.
Op Zondag 12 Februari zullen
op het Museum van Kunstnijverheid
tentoongesteld zijn ae afbeeldingen
der gevelversieringeu van het vor-
Btelijk paleis het Louvre en van de
voormalige Tuileriën te Parijs.
Het Louvre werd omstreeks de
regeering van Frans I door den ar
chitect Pierre Lescot begonnen, waar
bij hij voor het beeldhouwwerk
door Jean Goujon werd bijgestaan.
Het paleis der Tuileriën, dat ge
durende den Franschen burgeroor
log van 1871 is afgebrand, werd
in 1564 door Catharma de Medicis,
onder leiding van den architect Phi-
libert de V Orme gebouwd, op de
plaats waar voorheen eene steen
bakkerij stond.
De bekwaamste Fransche beeld
houwers hebben, gedurende ver
schillende Regeeringen, aan de ver
siering van dit grootsche gebouw
meegewerkt.
Zondag is de toegang vrij.
Een stampvolle t-chouwburg was
Vrijdagavond zeker wel het beste
bewijs van de buitengewone waar
deering, welke het tooneelminnend
publiek gevoelt voor een zijner meest
beminde actrices, Mevrouw Albregt-
Engelman, die dezer dagen haar
veertig-jarig jubileum als zoodanig
vierde en ter wier benefice het Hol-
landsch Tooneelgezelschap in den
schouwburg alhier «de Rustver-
stoorster» van R. Benedix opvoerde.
Als mevr. Seefeld vervulde zij
weder op de bekende en pittige
wijze deze rol, waarin haar onver
zwakt talent zoo schitterend uit
komt. Bij haar optieden werd zij
met luide toejuichingen ontvangen
en haar door eenige vereerders als
passende hulde een bouquet aan
geboden, dat zij onder de fanfares
der muziek, getroffen aanvaardde.
In den loop van den avond werd
haar vanwege de directie van den
Nieuwen Schouwburg nog een fraaie
bouquet overhandigd door den heer
F. Allan, alhier, die haar in gevoel
volle bewoordingen toesprak, en
als tolk der velen die haar ken
den, dankte voor de talrijke malen
dat zij hier ter stede, gedurende
hare veertigjarige tooneelloopbaan,
zooveel kunstgenot schonk en steeds
de banier der kunst hoog wist te
houden. Dat zijne toespraak bij de
aanwezigen warme instemming vond
bewezen de aanhoudende toejuichin
gen, die na zijne woorden weer
klonken. De beminnelijke actrice
drukte meer met haar gelaat uit
dan hare woorden zouden hebben
kunnen doen. Treffender huldebe
toon liet zich dan ook moeilijk
denken.
Het was ons aangenaam te zien dat
de leden van het Hollandsch Tooneel
gezelschap, hunne waardige kunst
zuster op uitnemende wijze steun
den bij de opvoering van genoemd
tooneelspel. De dames Meeuwissen
en E. van Biene wisten hunne rol
len op aantrekkelijke wijze te ver
tolken.
Eerstgenoemde was meesterlijk in
hare opvatting van de edele, lief
hebbende doch zwakke Tbékla. Mej.
van Biene bekoorde door haar lieve
verschijning en spel; in dito too-
lieelijes is zij steeds op de rechte
plaats.
De heeren André, en Joseph van
Lier, als Lonau en Muller, schonken
vele genotvolle oogenblikkeD; vooral
wist de heer van Lier zijn rol tot
een juweeltje te maken. Hulde ook
den heer Lageman als Mij berg en
den beiden dames Kapper, waarvan
de eene als Babette een goed ge
troffen keukenprinces voorstelde, die
met den heer Ruys, welke deu half
komischen half dommen Henning
voorstelde, menig lachwekkend too-
neeltje tot stand bracht.
Moge het mevr. Albregt-Engel
man nog vele malen gegeven zijn
in eene dergelijke omgeving te
schitteren.
Wij vestigen de aandacht op ach
terstaande advertentie van de arm-
verzorgers der verschillende gemeen
ten alhier,waarin wordt medegedeeld
dat den 14n dezer langs de huizen
een extra-schaalcollecte zal worden
gehouden. De opbrengst zal onder
alle armbesturen worden verdeeld
en strekken, om onder de bedeelden
op 'sKonings verjaardag eene bui
tengewone uitdeeling van levens
middelen, en, zoo mogelijk, ook
van brandstoffen te houden.
Vrijdag trad als spreker in eene ge
wone vergadering van „Volksbelang" op de
heer C. Prius. Reeds dadelijk zeide spre
ker, niet geaarzeld te hebben om aan de
uitnoodiging van het bestuur te voldoen,
niet tot bizondere leering der aanwezigen,
doch ter bespreking van de liberale beginse
len en om wederkeerig te worden inge
licht. Hij wenscht zijne overtuiging uit te
spreken en is niet gekomen om iemand
te bestrijden noch iemand, veel minder
zich zeiven, voor het lidmaatschap der
Tweede Kamer aan te bevelen, daar hij
voor zich dat lidmaatschap geene aange
name betrekking kan vinden.
Het programma der Lib. Unie wordt
door hem het programma genoemd
en wil hij dan ook daarvan eenige punten
nader bespreken.
„Allereerst moet het belastingwezen her
vormd worden door afschaffing der accijn
zen op zout, zeep en suiker, daar de beide
eerste artikelen door de armsten niet go-
mist kunnen worden en de suiker behalve
als genotmiddel zeer groote voedingswaarde
bezit. Spr. gunt volgaarne den arbeider
niet alleen het genot van een kop koffie
met suiker, maar ook één glas jenever
per dag.
Ongeveer 10 pCt. van het inkomen van
deu werkman moet voor deze accijnzen
worden opgebracht en nu rijst bij spr.
de vraag, wat de gegoeden dan wel in die
zelfde verhouding zouden moeten opbren-
gen.
Het algemeen stemrecht had vaak iets
schrikwekkends door de al te radicale
wijze waarop het voorgesteld werd en
vormde met leerplicht 2 punten van
verschil tusschen liberalen en radicalen.
Onder de tegenwoordige Grondwet kan
het stemrecht tot den gezeten werkman
worden uitgestrekt.
Sommigen meenden dat bij invoering
van A. S. alle maatschappelijke kwalen
zouden verdwijnen en malaise noch werk-
nood meer zoude kunnen bestaan.
Spr. vindt A. S. geen Hollowaypillen,
welke voor alles goed ziju.
Vervolgens werd aangetoond dat leer
plicht in nauw verband staat met kinder
arbeid, doch al zijn er bezwaren tegen de
invoering van leerplicht aan te voeren,
waar in ons land 80.000 kindereu van
onderwijs verstoken zijn, noemt spr. de
invoering een gebiedenden eisch.
De Staat blijve zorgen voor het open
baar onderwijs en als de radicalen en
clericalen op subsidieering va i de biz.
scholen aandringen, meent de heer Prius
dit financieel onhoudbaar te moeten noe
men.
Hoewel den schoolstrijd moede en gaarne
tot oplossing van dien strijd willende
medewerken, verklaart spreker zich voor
stander van het onveranderd behoud van
art. 194, waarvan hij de geschiedkundige
wording voorlas.
Na op Newton, Franklin en Spinoza
gewezen te hebben als mannen, die door
hunne wetenschappelijke navorschingen en
wijsgeerige beginselen aan de vervolgingen
der Kerk hebben blootgestaan, uitte spr.
den wensch ////God beware den Staat om on
derworpen te worden aan de Kerk."
Van de gelegenheid tot debat werd
gebruik gemaakt door de hh. Meyer en
Deuenkamp.
De heer Meyer heeft bezwaar tegen de
invoering van leerplicht. Zelfs Multatuli
weigerde zijn kind naar de Pruisische
neutrale school te zenden. Het voorstel
van den heer Schaepman vindt in spr. een
voorstander, omdat z. i. eerbiediging van
de godsdienstige begrippen van anders
denkenden p de school niet mogelijk was.
De heer Denen kamp vraagt wat de heer
Prins onder inkomen verstaat en hoe de
progressie bij eeue inkomstenbelasting ge
regeld moest worden.
De heer Prins, de beide heeren beant
woordende, wijst er nogmaals op, dat sub
sidieering van alle bizondere scholen finan-
cieel on mogelijk zoude zijn en vraagt wat men
aan het dogmatisch begrip van kinderen
van 12 jaar zou kunnen bederven.
Waar beweerd wordt dat eerbiediging
van de godsdienstige begrippen van anders
denkenden niet mogelijk is, daar wijst hij
op den heer Alberdiugk Thijm, die in
woord en schrift verklaard heeft, dat hem
gedurende de vele jaren, die hij als school
opziener te Amsterdam doorbracht, nooit
een geval is voorgekomen, dat storend
voor zijn godsdienstig begrip is geweest.
Dat Multatuli zijn kind niet naar de
Pruisische neutrale school wilde zenden
is voor spreker nog volstrekt geen be
wijs, dat leerplicht niet wenschelijk is.
Den heer Denenkamp antwoordde spr.
dat de definitie van inkomsten een zoo
ingewikkeld punt uitmaakt, dat hij hui
verig is hierover te spreken, ook wegens
het ontbreken van tijd.
De heer Cort v. d. Linden had een
boek geschreven over de progr. inkom
stenbelasting, terwijl de heer Pierson dat
boek gecritiseerd heeft en o. a. over de
regeling der progressie van den heer Cort
v. d. Linden zegt, dat van een inkomen
van f 100 Vs pCt. zou moeten worden be
taald en van elke 100 gulden meer 1/i pCt.
meer, dus van f 200 3/t pCt.f 300 1 pCt.
f700 2 pCt. enz., maar zoo voortgaande
zou bij een inkomen van f 39,900 100 pCt.
belasting geheven worden.
De heer Pierson stelde voor 8 pCt. be
lasting te heffen, doch niet van de eerste
f 1000, zoodat men bij een inkomen van
f2000 zou moeten betalen f 2000-1000
gel. f 1000 a 3 pCt. gel. f30 of bij f 6000
inkomen f 6000-1000 gel. f5000 a 3 pCt.
gel. f150.
Verdere inlichtingen werden niet ver-
langd.Daarna werd overgegaan tot verkiezing
van 2 bestuursleden en werden de hh.
mr. A. J. v. Thiel en dr. J. v. d. Vliet
als zoodanig gekozen.
Vrijdag is door de politie alhier
aangehouden en naar het huis van
bewaring te Alkmaar overgebracht
Nicolaas Wagenaar, oud 23 jareü,
zonder huisvesting, die zich 1.1. Dins
dag door middel van inklimming
had schuldig gemaakt aan diefstal
van 13 gulden, een gouden ketting
en een dito broche in een bewoond
huis in de Oude Kerkstraat te Hel
der. Hij heeft reeds vroeger als mi
litair twee u; alen gevangenisstraf
ondergaan.
LETTEREN EN KUNST.
Naar het //U. D." verneemt, zal eer
lang in het licht verschijnen eeue oor
spronkelijke Nederlandsche opera, getiteld:
wDe Geuzenbruid," spelende in 1575, woor
den van Marnix, muziek van Melos.
Dank zij de medewerking van den heer
mr. F. A. van Hall, zal deze opera ver
moedelijk reeds in het aanstaande najaar
(September of October) door net Neder-
landsch Operagezelschap worden in studie
genomen en ten gehoore gebracht.
LEGER EN VLG0T.
Op 10 Maart vertrekt per stoomschip
//Bromo" een detachement troepen naar
Indie, onder geleide van den kapitein-
kwartiermeester Hazeu en den tweeden luit.
der inf. Hoedt.
In het begin der aanstaande week
wordt de hoofdingenieur Mannlicher, vol
gens wiens denkbeelden ons geweer in
eeuen snellader wordt veranderd, te 's-Ilage
verwachthij zal zich in de werk
plaatsen voor draagbare wapenen van den
stand der transformatie komen overtuigen
en de nog noodige aanwijzigen doen.
ONDERWIJS.
Door dr. P. P. C. Hoek, leeraar in de
natuurlijke historie aan de H. B. S. voor
jongens te Leiden,is met ingang van 1 April
ontslag uit deze betrekking aangevraagd.
VISSCHËRIJ.
IJ muiden, 10 Febr. Heden kwa
men van de korvisscherij binnen2
loggers met besomming van f220 tot
f 240, 4 bomschuiten met besomming van
f50 tot f100, 2 Engelsche kotters met
besomming van f200 tot f350; van de
beugvisscherij 1 Holl. sloep met besom
ming van f 700. Prijzentarbot f 10 a 12,
gesorteerde tong f0.40 a 0.50, lev. kabelj.
FEUILiIJETO NT.
1541
Waarin baraja oogst, hetgeen hij gezaaid hefft.
Elfl riep de oude schuimer bijna met vreugde,
daar hij het wonderlijk vond dat men zijne vrouw en ziju
zoon kou beminnen.
De Indiaan zette zich droefgeestig ter zijde neder en men
hield zich niet meer met hem bezig.
Bloedhond wierp naar den kant van zijn vader een blik
van zegepraal en meerderheid, waarop deze antwoordde
door als een goed gehumeurde tijger te glimlachen, want
onder zijne oogen ging bloed stroomen.
Daar volgens het plan van den metis elk menschelijk
offer het een na het ander moest plaats hebben, werd over
eengekomen dat het lot de volgorde zou beslissen, waarin
dat zou gebeuren.
Zucht des Winds was het laatst aan de beurt.
Twee gevoelens worstelden in Baraja's binnenste en namen
hem geheel in beslag: vrees en hebzucht schenen om strijd
zijne vermogens te verduisteren. Twee malen raadde de
vrees hem aan den metis te bekennen dat de schat dien hij
hegeerde, in zijne onmiddellijke nabijheid was en evenveel
malen verdreef de hebzucht het woord van zijne lippen.
Ten slotte besloot hij niets te zeggen.
Een denkbeeld dat in zijne oogen alles goed maakte,
verscheen voor zijn geest. Indien de Indianen zich van de
pyramide met het graf meester maakten, zooals hun aantal
deed veronderstellen, dan zou het hem, terwijl de metis en
de Amerikaan den top onderzochten, gemakkelijk zijn door
de houding aan te nemen alsof hij ook zocht, in de Goud
vallei te dringen en er voldoenden voorraad van mede te
nemen om zich schadeloos te stellen voor alle vrees en
doorgestane lijden.
Baraja besloot nu eindelijk, zich de zekerheid te ver
schaffen of de over de oppervlakte der vallei verspreide
takken nog altijd zijn geheim bedekten en, ofschoon dit
eene gevaarlijke poging was, besloot hij toch het te doen.
LIVe HOOFDSTUK.
Waarin eindelijk baraja in niets meer oroche te
benijden heeft.
Men kent thans de oorzaak van de langdurige stilte die
op den rotsenketen en de hinderlagen die hij verbergt
heerscht, eene vreeselijke stilte, daar zij de belegerden be
duidde, dat meedoogenlooze vijanden van wie zij alles te
vreezen hadden, hen giDgen aanvallen. De zon begon in-
tusschen ter westerkimme te dalen.
Kunt gij u ongeveer een denkbeeld maken van het
getal dier Indianen, berekend naar het tweevoudig gehuil
dat zij uitgebraakt hebben? vroeg Bois-Rosé aan den
Spaanschen jager.
Neen, en ik vraag mij daarenboven met onrust af,
welke helsche list de sluwheid van Bloedhond en de wreed
heid van Roode Hand hen hebben kunnen inblazengij
hebt evenals ik hunne stemmen gehoord. Zij hebben iets
gevonden, dat is zeker, dat vreugdegehuil is er het be
wijs van.
Na lang wachten kwam er een oogenblik, waarop de
oogen der jagers een beweging op den top der rotsen tegen
over hen zagen. De struiken die den top er van bekroon
den, werden snel bewogen en weldra ontplooide zich een
mantel van bisonvel boven de takken waarover hij was
uitgespreid.
Ah! zie daar het begin van uitvoering van het een
of ander plan, zeide Bois-Rosé, dat is misschien om
onze aandacht af te leiden van den kant vanwaar werkelijk
het gevaar zal komen.
Het zal van daar komen, zijt daar zeker van, her
nam Pepe, laat vijf of zee buffelhuiden daarbij gevoegd
worden en twee mannen kunnen zich achter een voor de
kogeis onzer karabijnen ondoordringbaren wal op de knieën
leggen, hoe kort de afstand ook zij die ons scheidt.
Wordt vervolgd.1