NIEUWS EN AD V ERTENTIEBLAD.
De Goudvallei.
«>e .iaai^ang.
Woensdag 29 Februari 1888.
JNo. 1428.
ABONÏÏEMEÏÏTSFRIJS:
ADVERTENTIES:
Over Zuivelbereiding.
S I A i) S l E S.
HAARLEMS DAGBLAD
Voor Haarlem, per 3 maanden/1.20.
Franco door het geheele Rijk, per 3 maanden. -1.65.
Afzonderlijke nummers-0.03.
Dit blari verschijnt dadelijks, bebnlve op Zon- en Feestdagen.
HuroauKleine Houtstraat No. 9, Haarlem. Telefoonnummer 122.
van 15 regels 50 Cents; iedere regel meer 10 cents.
Groote letters naar plaatsruimte.
Bij groote opgaven aanzienlijk rabat.
Abonnementen en Advertentie!! worden aangenomen door
onze agenten en door alle boekhandelaren, postkantoren en courantiera.
Hoofdagenten
het Buitenland: Compagnie Génerale de Puhlicite Etrnnaere G. L. DJTJBE Co., JOH. F. JONES, Snor., Parijs, 31bis Faubourg Montmartre.
(VERVOL G.)
Veder is de zorg voor grondstof en product
even als vroeger grootcndeelB opgedragen aan de
vrouwen onzer landbouwers. Oogeuscbijnlijk dus
daarin ook geene verandering. In de werkelijk
heid ecliter, althans volgens mijne opvatting, wel.
Wij zullen dit begrijpen wanneer wij ons herin
neren wat ik straks gezepd heb: dat de goede
uitslag van de zuivelbereiding te danken was
aan do onafgebroken persoonlijke zorg en de werk
zaamheid onzer boerinnen, die daardoor ook ve:
kregen eene uitgebreide practische ervaring.
Welnu, in den goeden tijd waarvan ik straks
sprak, bij de vermeerdering der welvaart, is die
persoonlijke onafgebroken zorg, het geheel op
gaan in het bedrijf, iets verminderd. De wijziging
die er langzamerhand is gekomen in het huise
lijk leven, de meerdere zorg voor de kinderen,
het iets meer meedoen in het maatschappelijk
leven, alles op zich zelf van weinig beteekenis,
is toch te zaraen oorzaak geweest van eenige
vermindeiing in de zorg voor de zuivelbereiding.
l)e boerin gaat niet meer geheel en al op in
haar vak. 'k Z3I de laatste zijn om hier
van iets kwaads te zeggen, 'k Zon niet weten
waarom juist de boerin minder mag denken aan
hare plichten al« vrouw, ais huishoudster en a's
moeder dun hare zusters in dorp of stad. Ik
constateer alleen het feit, om aan te toonen,
dat iedere verslapping van den onophoudelijken
zorg noodzakelijk moest meebrengen verminde
ring van ervaring en dat de productie zelf daar-
tnder min of meer moest lijden. Ik spreek hier
natuurlijk in het algemeen en er zijn uitzonde
ringen, maar wie de moeite wil nemen om zich
het dagelijksch leven van enzen landbouustand
van voor 40 jaren goed voor te stellen en zulks
dan vergelijkt niet dat van het heden zal er-
kan nan dat ik gelijk heb.
Wanneer wij eerlijk de zaak onder de oogen
willen zien, dan moeten wij erkennen dat de
voorwaarden van dc uitoefening van onze zuivel
bereiding in de laatste 30 jaren in verschillende
opzichten is verminderd Eu hoe is het nu met
de afzet onzer producten? Dat hierin eene on
gunstig verandering is gekomen valt duidelijker in
het oog dan bij dc bereiding der producten, on
gunstige verandering van verschillende zijden. Zoo
is b. v. b. de afzet van boter en kaas naar Duitsch-
land sterk verminderd door dehooge invoerrechten,
die dat land van die artikelen heft, maar voor
al is de afzet verminderd doordat wij niet ge
trouw zijn gebleven aan de oud-Hol'andschc eer
lijkheid. Er is, toen de prijzen der zuivel
producten in ons land zoo hoogwaren, een streven
ontstaan om steeds meer voordeel te trekken
*it die zuivelbereiding en wel door middel van
verschillende praktijken.
Om van de kaasnijverheid meer voordeelen te
j trekken ging men de melk, bestemd voor het
maken van onze vette kaassoorten, min of
meer afroomen en zoo kregen wij langzamerhand
schepkaas, scbotte-, hobbekaas of hoe men die
heel of half afgeschepte kaas meer moge noemen
En die kaas had uiterlijk geheel dezelfde ge
daante als de vette kaas en werd ook onderden
naam van Edammer en Goudsche kaas naar dc
markt gebracht. In het eerst ging dit goed eu
1 maakte men als 't ware tweemaal geld uit het
botervet, dat in de melk aauwezig is. Op den
duur echter laten de a nemers z ch niet foppen
j en moes de goede naam en daardoor ook de
afzet achteruitgaan. Ook met de Leiasclie kaas
werd geknoeid. Dat product vond vroeger een
ruimen afzet naar Noorwegen en Zweden. Om
den voor verzending beschikbaren voorraad te
vermeerderen zocht men in de pakhuizen van
I Friesolie nagclkaas, een product dat vol-trekt
niet met de Leidsche kan wedijveren, de kazen
uit die in vorm het meest op Leidsche kaas ge
leken, brandde dan een dubbelen sleutel in, verfde
ze rood en zond ze aldus als Leidsche kaas naar
het Noorden, en het behoeft geen bewijs, dat die
wijze van bandelen er veel toe heeft bijgebracht
om de afzet van kaas naar Skandinavië te ver
minderen.
Met het artikel boter ging het niet beter. In
het noorden van ons land, in Friesland,trachtte
men de hoeveelheid voor uitvoer geschikte boter
te vermeerderen door op te koopen kluiten boter
van slechte kwali'eit, die uit den achterhoek hij
de Pruissische grens vandaan kwam. Die boter,
die allerlei soorten en kleuren vertegenwoordigde
werd gewasschen, gekneed enz., en dan in geykte
Friesche vaten onderden naam van Friesche boter
naar do Engelscbe markt gezonden.
In Zuid-Holland trachtte men he.tzelfde doel
te bereiken door boter te vermengen met heet
water, later met witte stroop en wat al niet
meer, en dan die vermengde boter, verpakt in
hetzelfde fust waarin vroeger de uitstekende Zuid-
Hollandsche boter de wereld inging, naar Enge
land te zenden. Die pogingen gelukten en dat was
eene aansporing om op den ingeslagen weg voort
te gaan. Uit ooBtelyke staten, vooral uit Honga
rije, werden wagonladingen boter van slechte kwa
liteit aangevoerd, in Noordbrabant, Oss en 's-Her-
togenbosch verwerkt en dan als Hollandsche boter
aan de markt gebracht.
Dat alles was echter maar kinderspel bij bet
geen volgde, toen de Franschiuan Miège-Mourriez
de vervaardiging van kunstboter had uitgevon
den. Die industrie die, zooals bekend is, bestaat j
uit het vermengen van vet, olie enz. vond in ons
land een vruchtbaren bodem en wel hoofdzakelijk,
omdat ze de gelegenheid aanbood orn dc hoeveel
heid voor uitvoer geschikte boter onbeperkt te
ermcerdere». Die nijverheid heeft een ontzagge
lijke uitbreiding gekregen in ons land, millioeneu
zijn er mee verdiend en dat was alleen mogelijk,
doordat het artikel in den eersten tijd werd ver
kocht als Hollandsche boter.
Door dc wijziging in de voorwaarden voor de
zuivelbereiding, door den bctrekkelyken achter
uitgang in die bereiding zelve en door de onver
antwoordelijke wijze waarop wy gespeeld hebben
met onzen goeden naam, is de toestand ouzer
zuivelbereiding achteruitgegaan.
Toch zouden die veranderingen die ik noem
de, hoe belangrijk ook op zich zelf, niet zulk een
grooten invloed hebben gehad wauueer niet een
andere hoogst belangrijke factor in het spel was
gekomeu, die factor is de toenemende concurren
tie. Het ontstaan van die concurrentie is
gemakkelijk te verklaren. Toen in den goeden
tijd, den tijd waarvan ik straks spiak, de prijzen
van boter en kaas steeds hooger werden eu onze
zuivelbereiding boe langer boe meer voordeelen
afwierp, trok zulks de aandacht van andere lan
den, die eveneens het voorrecht bezaten van
eene uitgebreide veehouderij, en die door de
verbeterde middelen van vervoer in staat wer
den gesteld hunne producten gemakkelijker dan
vroeger aan de markt te brengen.
Wanneer wij nu den invloed van die concur
rentie in rekening brengen, dan krijgen onze
kleine en groote zonden eene geheci andere be
teekenis. Laat mij daarbij nog e»en stilstaan.
Onze uitstekende weilanden werden geëven
aard door de geheele kuststreek van Noord
westelijk Europa, door de o.-vcrs v*n talryke
rivieren enz. Denemarken, een gedeelte van
Duitschland, de provinciën Pretavne en Norman-
dië in Frankrijk, de noordelijke streken van
Italië enz. enz. bezitten weilanden, die de onzen
wel niet overtreffen, maar tocli daarmee gelijk
staan en die wellicht een voorrecht hebben door
dat ze nog niet zoolang in cultuur, dus minder
sterk bemest zijn. In al die streken is langza
merhand de oorspronkelijke landbouw, die zeer
uiteenloopend was, vervangen door zuivelberei
ding, waardoor het monopolie dat Nederland
vroeger had, plaats heeft gemaakt voor eene vry
scherpe concurrentie. En die concurrentie be
paalt zich niet tot Europa. Noord-Amerik3 dat
aan onzen graanbouw reeds zooveel nadeel beeft
bezorgd, heeft zich op de zuivelbereiding toege
legd. Australië beproeft in de laatste jaren zich
te doen gelden op de boter- en kaasmarkt en
doet dat met succes. Ook in die werelddeelen is
het aanleggen va.11 weilanden blijkbaar zeer gun
stig geslaagd en kan melkvee op groote schaal
worden gehouden.
De bizonder gunstige voorwaarden, waaronder
Nederland vroeger verkeerde ten opzichte van
de zuivelbereiding, worden dus minsieus geëven
aard door die van andere lauden en dat is
ook het geval met de bereiding.
*k Geloof niet dat er nog een land ter wereld
is aan te wyzen, waar de vrouwen zooveel zorg
besteden aan het vak als in ons laud, maar men
heeft andere hulpmiddelen te baat genomen, men
heeft de eerste schreden gezet op den weg die
leidt tot eene wetenschappelijke beoefening van
het vak. Ik zeg: men heeft den eersten
stap gezet op dien weg en ik leg daarop
eenigen nadruk. Men hoort nl. in onzen tijd
wel eens spreken van wetenschappelijke zuivel
bereiding. Volgens mijne overtuiging is dat on
zin: wij kunnen op dit oogenblik ..aaraan niet
deuken, omdat ze eenvoudig niet bestaat. Van
theorie is nog geen sprake, maar het streven
daarnaar bestaat. De groote en belangrijke vragen
die zich bij het vak voordoen, worden onderzocht.
Men stelt zich niet meer tevreden, wat voor
onze zuivelbereiding de grootste fout is, met een
minder goed product te maken, men wil door
onderzoek, door vergelijking, door het bestudee-
ren der kwesties de fouten opzoeken en verbe
teren. Er is gebroken met den geest van sleur
slender die slechts machinaal doet wat men
ouders en grootouders heeft zien doen. Dat
streven heeft eene gezonde toepassing gegeven
van het gebruik vau eenige hulpmiddelen, die vau
ouschatbarc waarde zijn, en die de persoonlijke
zorg en ervaring zeer kunnen verlichten. O-idei
die hulpmiddelen reken ik vooral: het oordeel
kundig gebruik van den thermometer, het voor
recht wan het gebruik van ijs voor afkoeling, van
goede inrichtingen tot verwarming, van stoom
bij het reinigen. Daartoe beliooren ook hulp
middelen voor melkonderzoek en het gebruik van
verbeterde werktuigen.
Een zeer groot voordeel uog van het streven
om de bereidiug meer rationeel te doen plaats
hebben is, dat men nudoor ouderlinge samenwerking
heeft verkregen een meer gelijkmatig product.
Ieder die onze boter- en kaasmarkten bedoekt,
weet dat er een zeer groot onderscheid is tus-
schen de producten, die op verschillende boer
derijen vervaardigd worden. Er is tusscben de
producten, die elk op zichzelf dikwijls zeer eoed
zijn toch onderscheid van kleur, vorm, smaak,
enz. Dat was in v-oeger tijd geen bezwaar, toen
alles, wat aan de markt kwam, aan hetzelfde
euvel mank ging. Het is echter een zeer groot
bezwaar, nu een groot gedeelte van de Ameri-
kaansche kaas zeer overeenstemmend is in kleur,
hoedanigheid enz., nu de beste Deenscbe en Nor-
mandischc boter eveneens diezelfde deugden heeft.
De afnemers cn de winkeliers ondervinden nu,
dat het een groot voorrecht is een artikel te
verkoopen, dat altijd gelijk is. Een der eischen,
die men in onzen tijd aan zuivelproducten stelt
is, dat zij gelijkmatig van kwaliteit zijn en wan
neer men aan dien eisch niet kan voldoen, dan
is zulks zeer schadelijk voor den naam van het
product.
De krachtige steun, dien onze zuivelbereiding
vroeger bad aan de persoonlijke ervaring, toe
wijding en zorg onzer boerinnen beeft zijn groote
waarde verloren, nu men hetzelfde doel bereikt
heeft door een verstandig gebruik van goede
hulpmiddelen, nu men gekomen is tot het streven
om het vak meer wetenschappelijk nit te oefenen,
en als vrucht van dit streven reeds gekomen is
tot ecu uitstekend en meer gelijkmatig product.
Nog meer echter dan ten opzichte van de
voorwaarden der zuivelbereiding en van de be
reiding van boter en kaas zelve, heeft dc uit
breiding der nijverheid in andere landen cn we
relddeelen invloed uitgeoefend op de lichtzinnige
wijze, waarop wy onze producten in den handel
bi achten en de nadeclige gevolgen daarvan ver
zwaard. Ik heb straks reeds opgemerkt, hoe de
goede naam van onze producten schade moest
lijden door het streven om deze hoeveelheid voo.
uitvoer geschikte producten te vermeerderen.
De waarde van het groote voorrecht, dat ons
land ligt te midden van de dichtbevolkte staten
in Europa, dat wij hadden uitstekende kanalen
en zeehavens, werd verminderd, toen ons gansche
werelddeel overdekt werd met een net van spoor
wegen en geregelde stoomvaartdienst alle plaat
sen van eenig belang verbond. Vele staten ver
kregen toen evengoed bet voorrecht dat wij al
sedert eeuwen hadden, n. I. de producten
geregeld ter markt te brengen. Het monopolie
maakte plaats voor concurrentie en onze oneer
lijke handelwijze gaf nu onzen concurrenten
het middel om ons gemakkelijk voorbij te streven.
En wij zondigden nog sterker door geen en
kelen maatregel te nemen om het geschokte ver
trouwen te herstellen.
In alle landen waar de boterbereiding van
eenige beteekenis is, bestaan tegenwoordig wetten
die den eerlijkeu boterhandel beschermen tegen
knoeierij en bedrog. Door die wettelijke maatre
gelen ontvangt de boter, die uit die landen ter
markt komf, een zekeren waarborg van niet ver-
val8cht te zijn. Alleen de Nederlandsche boter
mist dien waarborg, omdat ons land het eenige
is dat niets deed.
Wij deden niets om den goeden naam vau onze
boter te herstellen, cn wij denken er niet aan
om iets te doen, om den afzet van onze goede
kaassoorten te bevorderen, door te bestrijden het
nadeel dat onvermijdelijk verbonden is aan het
verzenden van groote hoeveelheden heel en half
geschepte kaas, in den vorm en onder den naam
van onze goede kaassoorten.
Het vorige jaar werd op de Kngelsohe markt
aangevoerd uit Denemarken 24,000,000 K.G. bo
ter en uit Nederland 7,000,000 K.G.
De aanvoer uit Denemarken neemt jaarlijks
belangrijk toe, terwijl die uit ons land inkrimpt.
Van het artikel kaas werd uit Amerika inge
voerd, 70,000,000 K.G. of bijna het 3/A van den
totalen aanvoer, terwijl uit Nederland grooten-
deels het andere !/4 kwam.
Slot volgt.)
Haarlem, 28 Februari.
In eene Dinsdagavond gehouden
vergadering van commissarissen en
leden vau het Noordhollandsch Be
grafenisfond gevestigd alhier, is
met nlgemeetie stemmen tot com
missaris over dat fonds gekozen de
heer mr. A. Kist, advocaat en pro
cureur te dezer stede, eu zulks in
de plaat* van den heer mr. H. Ger-
lings, die wegens z'ekte en boogen
ouderdom heeft bedankt.
Een prachtigen aanblik bood Maan
dagmiddag de baan van de IJsclub
aan den Overveenschen weg. Wel
woei er een scherpe koude wind,maar
het deerde den velen rijders eu voet
gangers niet, die gekomen waren om
den wedstrijd tusechen eenig e hardrij
ders-liefhebbers bij te wonen, welke,
beschenen door een vroolijk winter
zonnetje en onder de opgewekte
tonen der muziek, daar plaaia had.
De namen der deelnemers en den
uitslag deeiden wij reeds in ons
vorig nummer mede. De prijs, die
uit een gouden medaille bestond,
werd behaald door K. Pander, alhier,
die de baan van 1609 meter (1 Eng.
mijlj in 3 min. 45 A sec. aflegde, de
eerste premie, een zilveren medaille,
door R. C. Broekmeijer, alhier, die
de baan in 3 min. 48Vs sec. aflegde,
de tweede premie, een bronzen me
daille, werd behaald door C. J.
Trouwes Jr., van Amsterdam, die
den afstand in 3 min. 55Js see.
aflegde.
Zooals bepaald was, moesten de
vier rijders, die het sDelst hadden
gereden, om de medailles kampen.
De heer W. Muiier, alhier, legde,
na de drie genoemden, den weg het
snelst af; hij deed er 4 min. ",ssee.
over.
De wedstrijd, die door een talrijke
menigte met belangstelling weri
gevolgd, begon te 2 en was te 4
uur geëindigd. Door jhr. W. P.
Teding van Berkhout werd na afloop
een opgewekte toespraak tot de
overwinnaars gehouden, als hulde.
De wedstrijd mag dan ook in
alle opzichten als weigeslaagd wor
den beschouwd.
EeD dame had het ongeluk met
een der rijders, toen zij de baan
wilde oversteken, in botsnag te ko
men, waardoor zij bewusteloos ne-
derviel en in de restauratie-tent
werd ingedragen, waar zij gelukkig
weder kon worden bijgebracht en
verder geen gevolgen van dit on
geval ondervond.
Een der ingeschrevenen, Jurjens,
van Amsterdam, kampte, wegens
verschil van meeniug met de jury
omtrent enkele voorwaarden aan den
JF'JEI'OXXjXJ.sto JXT.
1681
LXI. HOOFDSTUK.
De jacht op wilde paardbn.
Gelijk eene zee van kokende lava langzamerhand bekoelt,
too ook hield de troep paarden langzamerhand op met op
de pallissade te beuken; moedeloosheid volgde op de woede
en de vurige elementen maakten plaats voor eene zwaar
moedige onbeweeglijkheid.
De jacht was geëindigd en de nacht was op den dag
Het was een feestelijke nacht voor de zegevierende
baqueros, die een dier jachten hadden ten einde gebracht,
vaarvan men nog lang in de avonden der 6avanen spreekt.
Jon Augustin had onder zijne mannen eene flinke hoeveelheid
jCataloniechen brandewijn doen rónddeelen. Gezeten rondom
leen groot vuur, waarover een geheel hert gebraden werd,
I onderhielden zij zich nog over de gebeurtenissen van den
aDeloopen dag, toen de sterren reeds in ddernacht aan
kondigden.
Thans moeten wij niet vergeten, dat nog andere personen
van dit verhaal onze belangstel'ing lereischen; dai Dar
nog in de woestijn ronddwaaltdat de Comanche het spoor
der beide schuimers volgt eu eindelijk dat Bois-R^sé de
afwezigheid van Fabiaan beweent.
LXIIe HOOFDSTUK.
De geheime bergplaats van het buffeleiland.
Op den tweeden avond, die volgde op de laatste toonee-
len van de jacht op de wilde paarden, volgden vijf mannen
in groepen gescheiden, den loop d>-r Roode Rivier.
De personen die het verst van het Bisonmeer verwijderd
waren, waren slechts met hua tweeën en zij voeren den stroom
op in eene lichte boot van berktn-icbors, die met de vezels
van dennenboomen aaneengenaaid wa eo gekalfaterd met
de hars van denzelfden boom. Hoe broos deze boot ook
scheen te zijn, was zij niettemiu toch zoo zwaar belast, dat
de rand nauwelijks boven het water uitstak.
De last die het brooze vaartu g droeg, belette hetzelve
niet van door den krachtigen arm der roeiers vrij snel den
stroom op te varen.
De voorwerpen, die de boot inhield, waren zoo verschei
den mogelijk; het waren paardenzadels, verschillende klee-
dingstukken, mantels van allerlei kleur, balen eu kleine
kisten van Europeesch maaksel, endeliik sabels, messen en
ongeveer een half dozijn karabijnen van verschillend kaliber.
De een was een grijsaard met langen baard, de ander
een jonkman met lange pikzwarte haren. Wanneer wij ge
zegd zullen hebben, dat zij het kenmerkende kapsel der
Papagos Indianen droegeD, zal men Roode-Hand en Bloed
hond noemen, die men zonder twijfel bij hunne plotselinge
verschijning in de bosschen op den avond waarop don
Augustin Pena zich met zijne dochter en den senator ter
jacht op wilde paarden begaf, onder hunne vermomming
herkend heeft.
Zooals de lezer reeds weet, had de metis Rosarita niet
kunnen zien zonder den indruk te gevoelen, dien hare schoon
heid gewoonlijk veroorzaakte en zonder te wenschen haar
weer te zien. Hij had haar tot aan het Bisonmeer gevolgd
en het was om haar in weerwil van haar talrijk gevolg
op te lichten, dat wij hem de Nevel Bergen zien berei
ken, waarbij hij wist dat zich een troep Apachen-krijgers
bevond.
Terwijl heiden zich over hunne roeiriemen heenbogen,
legde de boot snel een afstand af waar de rivier tusschen
eene bijna onafgebroken opeenvolging van kleine groene
heuvels stroomde.
Een der talrijke eilanden dier rivier strekte zich in de
verte in het water uit evenals een slapende watervogel.
Dat was het eiland, dat men het Buffeleiland noemde.
Op eenigen afstand der beide kapers en door de groene
golviDgen van den rechteroever verborgen, schreed een
man met dien elastieken en krachtigen tred voorwaarts,
die den Indianen alleen eigen is en die men slechts kan
vergelijken met onzen gymnastieken pas in zijne hoogste
volmaaktheid.