!S lITENL AN II. opleverden, waarbij bet golfbrekend ver mogen van olie helder werd aangetoond. Ook de proeven met vuurpijlen vol deden in het afgeloopeu jaar over het algemeen goed. Met dankbaarheid wordt melding ge maakt van eeuige giften en legaten in 1887 ontvangen, tot een totaal bedrag van f4289,50 benevens f9000 inschrij ving Werk. Schuld. In de vergadering der commissie voor het personen ver vo r, uit den «Verein Deutscher Eisen- baiinverwaltungen», den 15en en 16en te Amsterdam gehouden, is besloten, gelijk aan de Zeitschrift für Eisenbahnen und Danipfschif- fahrt gemeld wordt, tot inwilliging van het verzoek der Deensche spoor- wegbesturen om te worden opge nomen ouder de deelnemers in de instelling der «gecombineerde rond- reisbiljetten. Gel ij k bekend is werd door den kiezer, den heer W. O. Scholten te Amsterdam, protest aaugeteekend tegen de herstemming aldaar, op grond dat de stembiljet ten niet zouden beantwoorden aan de vereischten der wet. Thans is door denzelfden per exploot de voor zitter van den Amsterdamschen Ga- meenteraad geïnsinueerd, dat in het proces-verbaal der stemopneming het protest niet in de juiste be woordingen is opgenomen en wordt de voorzitter derhalve gesommeerd «lo. om ten spoedigste met alle hem ten dienste staande middelen de onnauwkeurigheden in het pro- ces-verbaal te herstellen en de leem ten aan te vullen, waaraan het mank gaat, alsmede om de verbe teringen en aanvullingen ter ver- eischte plaatse ter kennis te brengen «2o. geprotesteerd tegen iedere verdere publiceering en tegen alle gebruikmaking van het boven ge relateerd onjuist proces-verbaal, als mede van allee, waarvan ten deze kan, mag of moet worden gepro testeerd». Men schrijft ons uit Hil- vereum Na het vertrek der militairen uit de zanderijen oordeelde onze bur gemeester het noodig nog een bi zonder toezicht door rijks- en ge- meente-poiitie te doen houden. De toestand bleef echter bevredigend, zoodat Dinsdag ook de politiepost kon worden opgeheven. Willen we hopen, dat de ontstemde erfgooiers nu kalm zullen blijven en rustig de uitspraak van het aanhangige proces zullen afwachten. Bij diakenen der Herv. gemeente te Beemster is eene be langrijke gift ingekomen van den heer A. de Wit, grondeigenaar al daar, ten behoeve der kerkelijke armen en ter herinnering aan zijne 25jar:ge echtvereeniging. De nood- druftigen zijn rijkelijk bedeeld. Maandagnamiddag werd even vóór Rijswijk door den tram die te 2.45 van 's Hage naar Delft vertrok, een man aangereden, die zich op de rails bevond en het bel len van den machinist niet had ge hoord en door dezen ook niet was opgemerkt. De man kreeg zulk een geweldigen duw, dat hij twee of drie buitelingen maaktegelukkig echter voor hem, want daardoor kwam hij op den weg buiten de rails te liggen. Het incident liep zonder ongelukken af. Wonder bo ven wonder! Een snoeplustige dienst- bode te Vrijenban had zich in den laatsten tijd herhaaldelijk banket weten te verschaffen, door te Delft, op naam van verschillende ingeze tenen te Vrijenban, bestellingen te doen. De politie heeft aan deze prak tijkeu een einde gemaakt. Door de maréchaussée van de brigade Rozendaal is aldaar aangehouden een persoon, die zich voordeed als kraukzinnige, en voor gaf te zijn graaf Brutel de la Ri- vière. Bij nader onderzoek bleek hij een landiooper te zijn, zekere J. J. C., uit Rotterdam. Hij is ter be schikking der justitie gesteld. Ons land schijnt voor vele buitenlanders zouder beroe, eene bizondere aantrekkingskracht uitteoefenen. Naar uit Zevenaar wordt gemeld wemelt het daar voortdurend vau vreemdelingen, die onze grenzen trachten te passeeren, doch, als zijnde zouder middel vau bestaan, weder door de politie over de greuzeu wor- deu teruggeleid. Ouder dezen komen zeer veel «vrouwen in damesklee- deren» voor. Met deu ééueu trem weggeoracht keereu zij met den eerstvolgende weder en zoo kan bet gebeuren, dat zij soms viermaal op een dag de grenzen worden over gezet. Maandag waren er twee «da mes,» die, reeds eeuige malen «te ruggekaatst», telkens weder poog den in ons land te komen. De po litie aan 't station waren zij te vlug af, maar in Zevenaar werd het tweetal gevat en naar het station teruggebracht. Maar nu weudden zij het over een anderen boeg. Zij gaven den treinbeambten het bevel: «te Elten uitstijg-u», met het doel natuurlijkom terstond terugtekeeren. Somtijds wordt op die wijze de waak zaamheid dtr grenswacht verschalkt. WETGEVENDE MACHT. VEREENIGDE ZITTING der beide Kamers, op Dinsdagden listen Maart 1888. Tot sluiting der tegenwoordige vergadering van de Staten-Generaal. (Geopend te 3 uren.) De Voorzitter der Eerste Kamer, de heer Van Eysinga, bekleedt den voor- zittersstoel en laat door den griffier der Eerste Kamer voorlezen een koninklijk besluit van 21 Maart jl. no. 6, waarbij de ministers van Staat minister van Bin- nenlaudsche Zaken, wordt gemachtigd om zicli des namiddags te 3 uren, te be geven naar de vergadering der Staten- Goneraal, ten einde in eene vereenigde zitting der beide Kamers de vergadering in naam des Konings te sluiten. De Voorzitter benoemt eene com missie van acht leden der Eerste en der Tweede Kamer, om den min. van Bin- nenl. Zaken in- en uitgeleide te doen. Deze Gommissie bestaat uit de beeren Ver- heyen, De Bruijn, Greeve, Kolkman, Röell, Melvil van Lijnden, Farncombe Sanders en Zaaijer. Kort daarna wordt de minister die zich op de gewone statelijke wijze naar de ver gadering der Staten-Generaal beeft begeven de zaal binnengeleid. De beer Heemskerk minister van Binnenlandscbe Zaken, plaatst zich vóór den troon, en houdt de volgende aan spraak Mijne Keer en! De zitting der Staten-Generaal, welke lieden een einde neemt, was vooral ge wichtig, omdat in baren aanvang de tweede en definitive behandeling der wetten, strekkende tot verandering der Grondwet, plaats bad. Al hetgeen bij eerste lezing was goedgekeurd, werd, na de algemeene verkiezingen, door de wetgevende macht bekrachtigd. Zij bet al, dat de herziening der Groud- wet van 1848 langer beeft geduurd dan aanvankelijk voorzien en gewén scht wa», met genoegen mogen wij opmerken, dat zij kalm en welberaden geschiedde en dat de tegelijk monarchale en vrijheidlievende instellingen, die aan bet Nederlandsche volk dierbaar zijn, onaangetast en onver anderd bleven. Moge de aanzienlijke uit breiding van het getal kiezers en het weg nemen van een aantal belemmeringen voor den gewonen wetgever, rijke en rijpe vruchten dragen voor 'ilnnds welzijn. De regeering smaakte verder in deze zitting de voldoening, dat, behalve de noodige begrootiugen voor het tegenwoor dige dienstjaar, nog eenige maatregelen van algemeen belang tot stand kwamen, als daar zijnde onderstand aan oude werklieden en geëmployeerden der lands- werven; de daling over betwiste domein goederen de aflossing eener schuld ten laste van den Staat met bezwarende rente; een verdrag van handel en scheepvaart met Spanje, en de regeling der stoompa- ketvaart in Nederl.-Indië. Mijne beerende Grondwet beval op zeer korte termijnen de keuzen voor de nieuwe Kamers, volgens het nieuwe kies recht; tengevolge van deze keuzen gaan weldra de tegenwoordige Staten-Generaal plaats maken voor andere; ik verheug mij intusschen dat vela verdienstelijke leden uit uw midden daarin zijn gekozen. Het is mij een aangename plicht aan de Kamers, wier taak geëindigd is, den dank des Konings over te brengen voor hare ijverige plichtsbetrachting. In naam (les Konings sluit ik de ge wone vergadering der Staten-Generaal. De minister van Binnenlandsche Zaken wordt, na het uitspieken dezer rede,door de commissie uitgeleide gedaan. Nadat de commissie in de vergaderzaal is teruggekeerd, betuigt de Voorzitter dank voor de door haar volbrachte taak 9n sluit de vergadering. RECHTSZAKEN. ,/Dynamietmannenen //maanlicliters" waren tot nu toe in ons land gelukkig uit tijdschriften en bij geruchte bekend. Op de strafzitting van 11. Zaterdag van de arrondissements-rechtbank te Arnhem za ten op de bank der beklaagden een paar mannen, beschuldigd deze innovatie hier te hebben ingevoerd. Het waren de ge broeders Hendrik ea Anton G. uit Dich- toren bij Deutichem, die beschuldigd wa ren in den avond van Kerstmaandag van het vorig jaar twee visscherbootjes, lig gende in den Ouden IJsel bij de Kem- menade en een bij de» molen ta Deutichem met eene of andere ontplofbare stof te hebben vernield. Uit het getuigenverhoor en de ondervraging der beklaagden op de zitting, bleek het volgendehet visch- water op den Ouden IJsel, waar deze loopt langs de oude havezathe de Kem menade, is verpacht aan verscheiden vis- schers uit Deutichem en uit den omtrek, waaronder ook Sybelink, onbezoldigd rijks veldwachter op de Kemmenade, en Roe- lofs, schoorsteenveger te Deutichem, welke dikwijls 's nachts uit visschen gaan en na uitzetten van hunne netten den nacht doorbrengen in den ouden toren van Kemmenade. Deze beide personen stonden op gespannen voet met Hendrik G., die terecht of ten onrechte beweerde, dat S. hem in het ongeluk had gestort door een jaar gevangenisstraf, dat hij door hem had opgeloopen, en dat R., toen die zaak bij de rechtbank aldaar in onderzoek was, geld had gekregen vau zijn vader, onder belofte dat hij naar Arnhem zou gaan om ten gunste van Hendrik te getuigen, en dit geld had verteerd zonder aan zijne belofte te voldoen, (hetgeen na onderzoek is gebleken onwaar te zijn). Hendrik ver telde dit aan wie het maar gelooven wilde en liet zich, in het bijzijn van vele der nu gehoorde getuigen, meermalen bedreigin gen tegen zijr.e vijanden S. en R. ont vallen, als//zou je niet lachen als de schoorsteenveger in (le lucht vloog/', ,,ik weet eene stof veel krachtiger dan dyna miet, waarmede ik het huis van Sybelink zou kunnen laten vliegen", terwijl hij er verscheidene malen op zinspeelde, dat hij S. en R. wel zou weten te vinden, als zijn broeder Anton met Kerstmis thuiskwam. Kerstmis kwam, en zooals hij voorspelde gebeurde het: op Kerstmaandag werden de bootjes van S. en R. vernield, dat op de Kemmenade om 6 uur, volgens getui genis van den veerman aldaar; dat van B. bij den molen om ruim half zeven. Den volgenden dag ging Hendrik naar Arnhem om eene hechtenisstraf uit te zit ten van ééne maand, ook al wegens eene beleediging tegen Sybelink; weldra volgde Anton hem, daar de justitie, op het spoor gebracht door do uitlatingen van Hendrik, hen beiden voor de daders van het mis drijf meende te moeten houden. N? pertinente ontkentenis van beiden, speelde Hendrik eindelijk de rol van ver klapper, beweerde van te voren niets van hetgeen gebeuren zou geweten te hebben maar alles eerst dien avond na de ver nieling van Anton te hebben gehoord. Anton, eene mooier rol spelende dan zijn broer, nam daarop alle schuld op zich. Deze houding hielden de beklaagden tor terechtzitting vol. Hendrik ontkende alle deelneming of wetenschap aan het mis drijf. Anton beweerde alles alléén gedaan te hebben, zonder er ooit met Hendrik over gesproken te hebben. Gewezen op het ongerijmde van de bewering, (laar hij Sybelink en Roelofs nauwelijks kende, wier bootjes hij toch, zooals hij zegt, uit wraak zou hebben vernield, antwoordde Anton, dat Hendrik, met wien hij gerui- men tijd in Duitschland was geweest, hem steeds had voorgehouden hot onrecht door S. en R. gedaan. Terder bleek nog uit het getuigenverhoor, dat Hendrik, die zich van zes tot half zeven in of bij Deutichem heeft bevondon, het feit aan Kemmenade niet kan hebban gepleegd, en daar hij even voor het springen van het bootje bij den molen te Deutichem in d© herberg van Harmsen is gekomen, die even over de brug en ongeveer 300 meier van den molen gelegen is, waarschijnlijk ook niet het tweede feit heeft bedreven. Terwijl Anton's bekentenis en opgaven overeen stemmen met de verklaringen der getui gen en de plaatselijke gesteldheid. Het O. M., waargenomen door mr. Na- liuijs, wijst op het exotische karakter van het misdrijf en het ernstige er van, daar het is gepleegd door middel van eene stof, die in handen van onhedrevenen, zooals (leze beklaagden, de vreeselijkste gevolgen kon hebben, al was de bedoeling niet het leven van personen te belagen, en noemt het een laaghartig wraakmid del. Dat de gebezigde springstof eene nytroglycerine-verbindiug (dynamiet, litlio- fracteur of iets dergelijks), was, blijkt uit de gevolgen vau den slag. Wat de schuld betreft, Hendrik is misschien het schul- digst. Hij is in allen gevalle de intellec- tueele dader, maar helaas, volgens de meening vau het O. M., niet strafbaar, daar art. 47 van het Wetboek van Straf recht, niet zooals (le Duitsche wet, alle uitlokking tot misdrijf, maar slechts de wijzen van uitlokking in dat artikel op genoemd, strafbaar stelt. Het is niet be wezen, dat Hendrik op een dezer wijzen A.nton heeft overgehaald het misdrijf te plegen. De schuld van Anton is bewezen door zijue bekentenis, die geheel overeen stemt met den uitslag van het onderzoek door de justitie ingesteld en de getuigen verklaringen. Hij requireert, wat Hendrik betreft, vrijspraak, tegen Anton schuldigverklaring aan het misdrijf van art. 352 Strafwet boek en veroordeeling tot eene gevange nisstraf van 1 jaar en 6 maanden. Mr. K. M. G. de Meijier, optredende als verdediger van Hendrik G., zeide dat de zaak voor hem zeer eenvoudig was ge worden door het requisitoir van het O. M. tot vrijspraakdoch ook zouder dal zoude z. i. de beklaagde Hendrik niet kunnen worden veroordeeld, daar er noch feitelijk noch juridisch termen voor eene veroor deeling zonden kunnen worden gevonden. Juridisch valt wat hem ten laste is ge legd niet onder art. 47 van het Strafwet boek feitelijk zijn er niet anders dan vooronderstellingen, dat de beklaagde di rect of indirect deel zou hebben gehad san het misdrijf. Er is volslagen gebrek aan bewijs, en pleiter sluit zich aan bij het requisitoir van het Openbaar Mi nisterie. Mr. Van Haersolte, verdediger van An ton, zeide dat zijn cliënt de woorden zou kunnen zeggen: je ne mérite ni eet exces d'honneur ni cette indignité, daar de aan slag met de door het O. M. aangehaalde buitenlandsche dynamietzaken niets dan het middel gemeen heeft. Verder staat de bekentenis van den beklaagde op ziohzelf; wel heeft hij de ontplofbare stof meege nomen, doch dit zou alleen eene aanwij zing zijn om zijne bekentenis te verster- keu, als hij van medeplichtigheid beschul digd was. Hij heeft een gezocht motief voor zijne daad opgegeven, en niemand heeft hem gezien. Wanneer het waar was dat Hendrik er niets van heeft geweten en niet meegedaan, dan zou hij een paar dagen hebben gewacht tot Hendrik goed en wel in de gevangenis zat, dit zou dan het prachtigste alibi zijn geweest. Verder wijst de pleiter er op, dat art. 352 van het Strafwetboek niet toepasselijk is, daar dit spreekt van vaartuigen, maar daar mede niet bedoelt roeibootjes, waarvan hier sprake is. Bevredig, zegt mr. Van Haersolto ten slotte, den vox populi en spreek dezen beklaagden vrij, maar ver oordeel den ouderen broeder. Maandag deed de rechtbank uitspraak; deze luiddevoor Hendrik vrijspraak, voor Anton 1 jaar en maanden gevan genis. Engeland. In het Hoogerhuis werd de koninklijke goedkeuring tot de conversie der staatsschuld voorgelezen en het Hu's daarna tot 13 April verdaagd. De correspondent van de Times te Weenen heeft een samenkomst gehad met een diplomaat, welke hem over den stand van zaken in Bulgarije beeft gesproken. De Bulgaren hebben prins Fer dinand slechts gekozen in de mee ning dat de mogendheden daaraan hunne goedkeuring zouden hechten; maar aangezien deze hoop niet werd verwezenlijkt, zouden zij liever Alex ander van Batteuberg terug zien. Prins Ferdinand heeft zonder twij fel veel geld voor het land uitge geven, maar zijne mildheid strekte zich slechts uit tot personen, die hoogo posten bekleeden en de af gevaardigden begonnen argwaan te krijgen. Duitschland. Da aanmaak der nieuwe uitrusting voor de Duitsche infanterie heeft met zooveel voort varendheid plaats, dat reeds in de volgende maand het geheele wapen voor den dienst te velde van de noo dige uitrustingstukken voorzien zal zijn. Do nieuwe uitrusting is ook eene belangrijks verbetering voor wat betreft de verhoogde vuuruit- werking der infanterie, omdat zij het mogelijk maakt, den soldaat 20 patronen meer te doen medevoeren dan vroeger. Het gevaar voor te vroegtijdig munitie verbreik in het gevecht, waartoe anders de invoe ring van een magazijegeweer al licht zou kunnen leiden, wordt zoo doende belangrijk minder. De kos ten voor de nieuwe uitrusting zul len, volgens officieele opgaven, per man 53 mark bedragen. Rekent men de sterkte van hot bataljon op voet van oorlog 1000 man, dan kost zij dus per bataljon 53,000 mark. Het bevestigt zich dat de Grieksche krooriprins (geb. in 1868) met de derde dochter van keizer Frederik de 18-jarige prinses Sophie, zal trouwen. De verloving zou wel dra bekend worden gemaakt. Frankrijk. De bevelhebber van het Fransche evolutie-eskader zegt in zijn rapport, dat vijf pantser schepen Woensdag de baai Ville- frauche verlaten hebben om zich te oefenen in het schieten. Vrijdag voer het Italiaansche vaartuig Sol fer i?io voorbij het eskader, terwijl woestijn verwijderden, scheen zijne droefgeestigheid te ver dubbelen. Laten wij onze vrienden wekken, zeide ik toen. Neen, laat mij alleen gaan, die twee mannen hebben ge- no-g voor mij gedaan; het is thans mijue beurt om miju leven voor hen te wagen, en indien ik sterf.... welnu, ik zal dan vergeten. Dit zeggende, verwijderde zich de jongeling van mij, maakte een omweg, en ik verloor hem uit het gezicht, zon der echter op te houden de vreeselijke altijd op hare plaats onbeweeglijke verschijning op te merken. - Eensklaps zag ik eene andere zwarte gedaante, die zich op de schim wierp en bij de keel greep; de beide lichamen schenen èén; de worsteling was kort en stil en men zou hebbeu kunnen gelooven dat het die van twee geesten was. Ik bad God voor den edelen jongeling, die aldus met zooveel koelbloedigheid en onverschrokkenheid zijn leven waagde. Weinig tijds daarna zag ik hem terug komen; het bloed vloeide uit eene diepe wonde aan het hoofd langs zijn gelaat. O, God! riep ik uit, gij zijt gewondDat ia niets, zeide hij, thans ga ik mijne mak- ke's wekken. -Wat zal ik u zeggen, senorita? vervolgde de gam- busino, mijn droom was slechts eene waarschuwing ge weest van God. Een troep Iodianen, die wij aan den Rooden Tweesprong.... ik wil zeggen in Texas volkomen hadden geslagen, had ons spoor gezocht om den dood ie wreken dar hunnen, dat op de oevers van.... van de plaats gevloeid had, waar wij den jongeling bevrijd hadden. Maar de In dianen hadden mot vreeselijke tegenstanders te doeu. Hun schildwacht, dit was de schim, was door den moedigen jongeling geworgd geworden, zonder den tijd te hebben gehad een alarmkreet te uiten on de anderen, in hun «laap overvallen, werden bijna allen doorstoken; eenigen slechis vonden hun behoud in de vlucht. De nacht was nog niet voorbij, toen deze nieuwe heldendaad verricht was. De groote jager haaitte zich de wonde te verbinden vau hem, dien hij als een zoon beminde bd de van ver moeienis uitgeputte jongeling strekte zich op den grond uit en «liep in. Terwijl zijne beide vrienden bij hem waakten, beschouwde ik met droefheid zijne veranderde trekken, zijn bleek gelaat en zijn met een bloedig verband omwon den hoofd. - Arm kind! viel dona Rosaritia zacht in de rede, zoo jong nog en dit leven van voortdurende gevaren leiden! Arme vader ook, die zonder ophouden voor de dagen van een welbeminden zoon moet vreezen! Ja, welbemind, zooals gij zegt, senorita, hernam de verhaler. Gedurende zes maanden heb ik elk oogeu- blik de grenzelooze teederheid van dien vreeseJijken vader voor zijn kind kunnen ziea. -De jongeling sliep rustig en zijn mond fluisterde flauwtjes een naam, dien eener vrouw, denzelfden dien hij mij vroeger gedurende zijn slaap verraden had. De zwarte oogen van Rosarita schenen den verteller te ondervragen, maar het woord bestierf op hare half geopende lippeD, zij durfde niet zeggen hetgeen haar hart haar toe fluisterde. Maar ik maak misbruik van uwe oogenblikken, vervolgde Gayferos, zonder dat hij de onrust van het jonge meisje scheen op te merkeD, ik kom aan het slot van mijn verhaal. De jongeling ontwaakte op het oogenblik, waarop de dag zou aanbreken. Kijk, zeide mij de reus, ga naar ginds en gij zult de dooden tellen, die deze houden ons hebben achtergelaten. Wordt vervolgd.')

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1888 | | pagina 2