vaartmaatschappij zijn heden van
Amsterdam naar New-York vertrok
ken: 441 volwassen personen, 125
kinderen van 1 tot 10 jaar en 40
zuigelingen. Er waren voorts 14
passagiers le en 40 passagiers 2e
klassse aan boord.
Een zeeman, wiens hac-
den en voeten op de reis van Ame
rika naar Holland bevroren waren,
werd Donderdag in het Gasthuis te
Amsterdam opgenomen.
Men schrijft ons uitHil-
versum: Ouders, die hunne kinde
ren voor onderwijzer willen laten
opleiden, mogen zich nog wel eens
ter deeg bedenken, vóór zij tot dien
stap overgaan. Het is reeds dikwerf
gezegd, doch het kan geen kwaad
het hier nog eens te herhalen, dat
het aantal onderwijzers zonder be
trekking legio is. Voor de vier va
cante betrekkingen aan een der
kostelooze scholen alhier op eene
jaarwedde van f550, hebben zich
niet minder dan 104 liefhebbers
aangemeld, waaronder er velen zijn,
die reeds geruimen tijd te vergeefs
naar een magere betrekking heb
ben gedongen, en den koning te
rijk zouden zijn als ze aangesteld
werden op een salaris van f 450
per jaar, of van nog geen f 9 per
week.
De planken, palen, riggels,
enz., door de Bussemsche Erfgooiers
in der tijd aangevoerd om door het
plaatsen van hekken en schuttingen
het verdere afzai_clen in de hei te
beletten, zullen a. s. Vrijdag publiek
worden verkocht. Niet minder dau
40 perceelen zullen dan onder de
hamer komen. Misschien dat menig
plankje of paaltje nog wordt ge
kocht, alleen om als blijvend aan
denken te dienen aan den verwoe
den strijd, door de Erfgooiers tot
verdediging van hun vermeend recht
gestreden.
Men schrijft ons uit Zaan
dam:
Uit ongeveer 60 sollicitanten naar
de betrekking van inspecteur van
politie alhier is benoemd de heer
W. H. Doorman, thans inspecteur
te Amsterdam.
In den afgeloopen win
ter werd op Terschelling in het
zand aan de kust der Noordzee een
zware eenhoorn gevonden, nog ge
heel gaaf. Men denkt, dat derge
lijke voorwerpen nog afkomstig zijn
uit de stoomboot Iceland.welke
voor een twaalftal jaren aan de kust
van Vlieland is vergaan, terwijl bij
de berging uit die boot honderden
van die horens en tanden over boord
gevallen zijn. Een nieuw bewijs dus
voor de werking van den stroom
langs de kusten en stranden.
Met den parkaanleg in
den Koekamp te 's Hage voor de
Nationale ICunstnijverhe dstentoon
stelling is men in de afgeloopen
week krachtig voortgegaan. De vij
ver voor het hoofdgebouw is gereed.
Ook verscheidene bijgebouwen zijn
voltooid. Aan het hoofdgebouw gaat
men uitwendig aan 't afwerken be
ginnen, zoodat weldra de groote
beeldengroepen zullen worden ge
plaatst.
De bekende Haagscbe firma J.
F. W. Van Rijswijk en Zoon, bloem-
kweekers en hofleveranciers, heeft
aan het Uitvoerend Comité de toe
zegging gedaan om tijdens den duur
der tentoonstelling deze op te luis
teren met levende bloemen en groen.
De bediende in een apo
theek te 's Hage welke 11. Zaterdag
dag door de politie is aangehouden
ter zake van diefstal van f 130, was
een loopknecht.
Den 19en April a. s. zal
te Rotterdam de algemeone verga
dering van den anti-vaccinedwang-
bond gehouden worden, gevolgd
door eene openbare bijeenkomst op
denzelfden dag, des avonds om 8
uur in het Nut, waarin de heeren
M. J. Van der Hoogt, predikant te
Zaandam, en mr. L. W. C. Keu-
chenius a;S spreker zullen optreden,
met gelegenheid tot debat.
Maandagmiddag strui-
kelde een schippersknecht aan den
Noordblaak te Rotterdam overeenige
zakken en viel te water. Door een
roeibootje te grijpen, redde hij zich
zelf en kwam er met den schrik en
een nat pak af. Minder gelukkig
bekwam een verver zijn val. Deze
viel omstreeks 6 uur van eene hooge
ladder aan het Haringvliet. Zwaar
gekwetst werd hij naar het zieken
huis aan de Coolsingel vervoerd.
Men vreest voor zijn leven.
Te Tuil, gemeente Haaf-
ten, ia Maandagnacht weder eene
boerderij door brand vernield. Zes
koeien en twee paarden kwamen
in de vlammen om.
„Te Breda worden pogin
gen aangewend, om het 1000-jarig
bestaan dier stad in dit jaar op
grootsche wijze te vieren."
Bovenstaand bericht lazen wij
dezer dagen in verschillende bladen,
doch ons is er tot heden niets van
bekend. Wel trachtte een hier ter
stede verschijnend blad in een reeks
van artikelen aan te toonen, dat
Breda dit jaar 1000 jaren bestaan
had, doch de daarvoor aangevoerde
gronden waren zóó vaag, dat het
op eenigen grond onmogelijk is te
bewijzen. Wil men evenwel dit jaar
per sé eens feestvieren, dat men dan
het 60 jarig bestaan der Kon. Milit.
Acad. herdenke, dit feit is o. i. veel
belangrijker en aan geen twijfel
onderhevig. Bred.Ct
Zaterdagnamiddag is te
Breda overleden, na eene ongesteld
heid van slechts twee dagen, de heer
jhr. mr. B. M. de Jonge van Elle-
meet, president der arrondissements
rechtbank aldaar, welke betrekking
door hem slechts ruim 6 maanden
vervuld werd. De overledene, op zeer
jeugdigen leeftijd tot deze hoogst
belangrijke betrekking benoemd, had
den leeftijd van 45 jaren bereikt.
Uit Helmond wordt ge-
schreven
De heer S., grossier alhier, ging
dezer dagen zijn klanten in een na
burig dorp bezoeken. Bij een win
kelier aldaar gekomen, zou hij be
taling voor geleverde winkelwaren
ontvangen. Het geld ligt reeds op
tafel, door de zorgvuldige huismoe
der geteld, klaar. De heer S. heeft
reeds de kwitantie, van plakzegel
voorzien, geteekend, en wil zijn glas
bier ("want 't is ook café) uitdrin
ken. Onverhoeds valt de winkelier
ster en op de kwitantie en op 't
geld aan en strijkt alles in haar
voorschoot. Niemand was er getuige
van dan de heer S.
Te Fijnaart zijn op last
van de betrokken autoriteiten dezer
dagen vier honden afgemaakt, ver
dacht onlangs door een dollen hond
te zijn gebeten.
Een gevangene, die door
de Nederlandsche regeering zou uit
geleverd worden aan die van Belgie,
is nabij Rozendaal, vanwaar de reis
naar Esschen te voet zou worden
gedaan, aan twee geleidende rijks
veldwachters ontvlucht.
Als vermoedel ij ke daders
van den te Enschede op F. Vene-
rius gepleegden moord zijn Zon
dagochtend H. S. Siemmink en R.
de Boer naar het huis van arrest te
Almeloo overgebracht.
Zondag werd in het
beursgebouw te Hengeloo de al-
gemeene vergadering gehouden tot
het doen van rekening en verant
woording door het bestuur van het
aan de machinefabriek van ge'br.
Stork Co. verbonden pensioen
en ziekenfonds, het weduwen- en
weezenfonds en de spaarkas. Da
firma heeft ten voordeele van het
pensioenfonds eene som van f 5000
over het boekjaar 1888 bijgeschre
ven.
Zondag heeft er een he-
vige brand gewoed in de eikenschil-
bosschen van baron F. van B. te
Dorenweerd. Er is eene halve hec
tare door het vuur vernield. De brand
is aangestoken. De dader werd te
Renkum ontdekt en heeft zijne
schuld bekend. De schade is aan
zienlijk.
Omtrent dezen boschbrand,
meldt men nader, dat de brand
is ontstaau doordien een zestal
knapen een zoogenaamd paasch-
vuur hadden gestookt. Niettegen
staande de vlammen, aangewakkerd
door een sterken wind, snel om
zich heen grepen, mocht men er
toch gelukkig in slagen, door ge
paste maatregelen, het vuur nog
spoedig te dooven. Tegen den hoofd
dader, woonachtig te Renkum, die
reeds heeft bekend, is proces-verbaal
opgemaakt.
KOLONIËN.
BATAVIA, 10 Maart.
Een regeeringstelegram uit Atjeh van
29 Februari is van dezen inhoud: «Van
Lampagger ongeveer vijftig vijanden naar
Bras overgestoken, roofden 22 osseu van
(veestapel) bezettiug. Tegen Lampagger
uitgerukt met marine, getuchtigd, twee
gewonden."
Omtrent den brand der petroleum-
bro men ter Oostkust van Sumatra, wor
den door den resident, bij een telegram
gedagteekend 6 dezer, de volgende bizon-
derheden medegedeeld:
«Ingenieur Fennema bericht oorzaak
geen kwaadwilligheid; waarschijnlijk zelf
ontbranding nafta bij het aanzetten pomp.
Boorbok en alle gebouwen afgebrand,
behalve kleine loods voor Chineezeu.
Ketel, stoomlier, handlieren, pompen en
verder ijzerwerk kunnen ter plaatse wor
den hersteld. Boormeesters en werkvolk
zijn steeds op het terrein gebleven. Door
dammen in riviertje voortgang vuur voor
Telega-Toenggal gestuit. Schade hoogstens
twee en halve maand arbeid. Hout, boor-
vloer, planken en atap, verder drijfriemen,
slang en voorraad dagelijksche benoo-
digdhedeu geen schade.
Buiten concessie-terrein op 2 Maart
nieuwe palissadeering gereed en met den
bouw van huis begonnen."
Onder dagteekeniug van 6 dezer
telegrapheert de resident der Oostkust
van Sumatra, dat door hem is ontvangen
het volgende draadbericht van den con
troleur van Padang en Bedagei:
Volgens bericht Kalam-Setia Rajahs
inval gedaan iu zuidelijk deel Badja
Linggei. Kampong Nngaradja genomen,
21 krijgsgevangenen gemaakt."
De officier van administratie le kl.
van de marine F. Bamberg is onderweg
van Soerabaja overleden aan de ziekte,
waardoor hij genoodzaakt werd naar Ne
derland te retourneeren.
De heer G. van Zijl de Jong, me
de-eigenaar en administrateur van de
suikerfabriek Watoetoelis te Sidhoardjo,
zet in een uitvoerig geschrift uiteen hoe
de sereh-ziekte de suikercultuur op ge
heel Java met den ondergang bedreigt,
hoe de tot nog toe gedane pogingen om
de bibiet te verbeteren niet zijn geslaagd
en hoe men naar zijne overtuiging het
kwaad meester kan worden als men het
toppenstelsel laat varen en niet al te rijp
geworden, gezonde en krachtige rietstok-
ken voor plantibiet bezigt. Eene proef
door den schrijver genomen is uitstekend
gelukt.
Het bestuur der N. I. Juristenver-
eeniging heeft aan de leden eene circu
laire gericht, waarin zij haar voornemen
te kennen geeft om op de aanstaande al-
gemeene vergadering het voorstel te doen
de Vereeniging te ontbinden, daar zij bij
de weinige medewerking niet behoorlijk
kan blijven bestaan. Het is hier te warm
voor zulke wetenschappelijke genootschap
pen: de meeste lieden zijn blijde als zij
met hun eigenlijk werk klaar zijn en heb
ben geen lust in studie.
Zooals men weet nam de Raad van
justitie te Samarang bij de veroordeeling
van de dames Swaving en Vogel verzach
tende omstandigheden aan en sprak hij
dientengevolge de doodstraf niet uit door
den officier van justitie geëischt. De reden
waarom het Hooggerechtshof geen termen
vond voor die verzachtende omstandig
heden luidt in het arrest van mevrouw
Swaving aldus
wO verwegende, dat het Hof geen ter
men vindt om ten aanzien dezer beklaagde
verzachtende omstandigheden aan te ne
men, daar genoegzaam is bewezen, dat
zij den moord van haren man lang te
voren heeft beraamddat zij op de meest
kalme wijze hare maatregelen heeft ge
nomen, om dien moord door gehuurde
moordenaars feu uitvoer te leggen en dat
zij in werkelijkheid de hoofdschuldige is,
daar de bei<Ï9 eerste beklaagden alleen
op haar aandringen en door haar daar
toe omgekocht -den moord hebben ge
pleegd;"
en dat van mevrouw Vogel:
«Overwegende, dat genoegzaam is ge
bleken, dat de beklaagde met hare doch
ter den moord op den heer Swaving ge-
ruimen tijd voor de uitvoering daarvan
heeft beraamd dat zij met de moordenaars
ten haren huize verschillende bijeenkom
sten heeft gehaddat zij hen tot het vol
voeren der misdaad heeft aangespoord;
een hunner op haar erf gehuisvest;
ketjoeboeng heeft laten bereiden en in het
voor Swaving bestemde eten gemengd;
last heeft gegeven om toovermiddelen te
zoeken, ten einde Swaving van kant te
maken, en door het verpanden van goe
deren hare dochter heeft bijgestaan om de
noodige gelden te verkrijgen, ten einde
de gehuurde moordenaars te betalen.''
De «Matarnm" van 27 Februari
meldt: Zaterdagmorgen teu 7 uur werd
op de aloon-aloon alhier liet doodvonnis
door ophanging voltrokken aan den be-
ruchten ketjoe Djoijoijoedho. Dat de dood
straf door ophanging weinig afschrikkends
heeft voor den Javaan, bewees weder de
kalmte van den geëxecuteerde. Als zoo
genaamd galgenmaal liet de veroordeelde
zich, den avond voor de executie, op
vruchten op water onthalen. Uit de ge
vangenis komende was hij zeer voldaan
over de massa menschen die waren op
gekomen om hem te zien hangen, maar
toen hij op de aloon-aloon kwam en daar
die duizenden voor het schavot zag staan,
stapte hij zoo trotsch als een pauw ver
der, daar er volgens hem even veel per
sonen als bij een garebeg tegenwoordig
waren. Onder het voorlezen van het von
nis bekeek hij zeer nauwkeurig het schavot
en betuigde aan de geleiders zijne inge
nomenheid met de practische inrichting
daarvan. Neemt men daarbij in aanmer
king, dat de veroordeelde keurig in het
wit gekleed was, omhangen met kransen,
terwijl de fumilieleden klaar stonden om
hem plechtig te begraven, dan zijn wij
het eens met het oordeel van velen, dat
eene dergelijke executie het tegendeel van
schrik onder de ketjoes te weeg brengt.
Een paar dagen voor zijn dood bekende
de opgehangene nog heel kalm, tijdens
zijn leven 7 moorden gepleegd te hebben.
Hij had al zijne slachtoffers het hoofd
van den romp gesneden, zoodat hij niet
bevreesd was dat ze hem bij Mohamed
zouden aanklagen. Waarom trekt hetgoe-
vernement van deze wetenschap geen
partij om, zoo or geëxecuteerd moeten
worden, die executie, door onthoofding,
zoo afschrikwekkend mogelijk te maken?
Wij vernemen dat de Raad van
justitie te Batavia de terechtstelling heeft
bevolen van den beklaagde F. A. H., ge
wezen administrateur van de tabaksonder
neming «Adolina" te Serdang (Deli), en
Lim Sam Hok, gewezen hoofdtsndil van
die onderneming.
Aan beide beklaagden wordt ten laste
gelegd den koeli Khoe Ah An van ge
melde onderneming, na hem onwettig te
hebben gevangen gehouden, zoodanig te
hebben mishandeld, dat hij kort daarna
aau de gevolgen dier mishandeling is ge
storven; terwijl de beklaagde H. daaren
boven nog een anderen koelie, met name
Arbi, eveueneens onwettig heeft gevangen
gehouden en mishandeld.
In de afdeeliug Tjaringin van de
residentie Bantam nemen de tijgers nog
niet af, niettegenstaande de verhoogde
premiën door de regeeriug uitgeloofdzij
jagen de bevolking zooveel schrik aan,
dat deze geheele districten verlaat en naar
elders verhuist.
Naar men zegt hebben zich ook op
den grooten weg tusschen Meester Cor
nelia en Buitenzorg, op de hoogte van
Tjimauieö, tijgers vertoond.
Naar men verneemt zal de vice-
admiraal J. W. Biukes in Mei a. s. re-
patrieereu en worden vervangen door den
schout-bij-nacht P. ten Bosch.
Aan een Atjoh-correspoudentie dd.
19 Februari van de «Loc." is het Volgende
ontleend
Ook Kota Pagani werd dezer dagen
zwaar beschoten en liefst met grof geschut.
Zoo kwam op den I7en dezer een granaat
van 50mm. door het zinken dak der ver
sterking daar binnen terecht, doch heeft
niemand geraakt. De vijand heeft uit ge
brek aan groote projectielen een niet ge
sprongen granaat tot dat doel gebezigd.
Kota Poliama kreeg een nachtelijk be
zoek van den vijand in den nacht van den
14en op den 15en Februari, vermoedelijk
met het plan om de sloep te stelen. Doch
toen hij het prauwenhuis trachtte open te
breken, werd hij ontdekt en beschoten,
waarna de aftocht werd aangeuomeu. Uit
nijd, dat hij niets heeft kunnen kapen,
sneed hij de telephoon verbinding tusschen
Kota Pohama en Kroeng Tjoet door.
Op een namiddag (lOen Februari jl.),
omstreeks 47a uur, kwam een kanonsko
gel uit Pakau Soth over de versterking
en viel aan het strand in de nabijheid der
putboring.
Zelfs de schietoefeningen werden door
den vijand bemoeilijkt. Het schijnt, dat
hij thans op bepaalde uren zijn grof ge
schut in werking brengt, want na den
lOen Februari jl. vielen de kanonschoten
tusschen 8 en 8'/a uur v. m.
Zoo kwam op den 12en Februari, om
streeks 8 uur v. m. vóór het Z. O. bastion
van de versterking, een kanonskogel in
den grond woelen en op den 18en dezer,
op hetzelfde uur, vloog er een over de
benting en kwam in de kwala te water.
Overal heeft do vijand loopgraven ge
maakt, bij het strand, bij onze kogelvan
gers, bij de artesische putboring en ook
van Kota Rantang naar Kota Mebedil,
om daaruit, gedekt, ons verliezen toe te
brengen. Ook heeft hij zich van betere
schietwapenen voorzien en wel geweren
van de laatste uitvinding, kaliber 10 mm;
deze geweren schieten juister, hebben bijna
een ouhoorbaren knal en eene geringe
hoeveelheid kruitdamp.
Uit Deli wordt gemeld van 29 Fe
bruari
De brand van het etablissement aan de
petroleumbronnen is, wat het geldelijk
verlies betreft, van tamelijke beteekenis.
Machinehuis, koeliewoningen, huis van den
boormeester, benting, magazijn met inhoud,
hebben het goevernement eene niet onbe
langrijke som gekost, terwijl de machine
rieën waarschijnlijk niet geheel onbescha
digd zullen zijn gebleveu. De miju-ing.
Fennema is er thans heen om de schade
op te nemen en naar omstandigheden te
handelen. Nu de werkzaamheden geheel
ge na geopend werd, niet had verlaten, scheen op alle aan
wezigen een diepen indruk te maken. Hoewel ik reeds met
dit feit in kennis was gesteld, kon ik nochtans, bij eene
zoo krachtige bevestiging daarvan, eenigen twijfel niet ge
heel onderdrukken; ik wendde mij een weinig ter zijde,
ten einde het gelaat van den bottelier recht voor mij te
krijgen en trachtte er uit te lezen, of hij wellicht dus ge
tuigde met het oogmerk om zijne nalatigheid in dit op
zicht te verbergen. Maar de man stond daar even kalm en
onbewogen, en zag allen, die in de kamer vergaderd waren
met een open en rustig gelaat aan.
Vervolgens werd hem gevraagd, wanneer hij den heer
Leavenworth het laatst levend had gezien, en hij antwoordde:
Gisterenavond aan het middagmaal.
Een van u heeft hem toch nog later gezien?
Jawel, meneer; de heer Harwell zegt dat hij hem
nog gezien heeft gisterenavond omstreeks half tien.
Welke kamer bewoont gij in dit huis?
Een klein vertrek beneden, meneer.
En waar slapen de andere huisgenooten?
Meerendeels op de derde verdieping, meneer, de dames
in de groote achterkamers en de heer Harwell in een klei
nere kamer aan de straat. De meiden slapen op zolder.
Er was dus niemand op de verdieping waar de heer
Leavenworth verblijf hield?
Neen, meneer.
Hoe laat zijt ge gisterenavond naar bed gegaan?
Ik denk zoowat om elf uur.
Herinnert ge u ook, voor of na dien tijd een gerucht
in het huis te hebben vernomen?
Neen, meneer.
De ontdekking, die gij dezen morgen deedt, was dus
voor u iets geheel onverwachts?
Ja, meneer.
Daarna gevraagd een meer omstandig verhaal te geven
van de ontdekkiüg der misdaad, ging hij voort met te ver
tellen, dat geen vermoeden omtrent iets buitengewoons was
gerezen, voordat de heer Leavenworth op het herhaald ge-
bel voor 't ontbijt daaraan niet verschenen was. Men had
daarna nog een poos gewacht, maar toen het al langer en
langer duurde, was miss Eleonore zeer ongerust geworden
en had eindelijk de kamer verlaten, zeggende, dat zij zou
gaan zien, wat er aan geheelde; zij was echter spoedig
daarop teruggekeerd met onthutst gelaat en vertelde, dat
zij aan de deur van haar ooms kamer had geklopt, doch
geen antwoord had gekregen. Daarop waren de heer Har
well en hij zelf naar boven gegaan en hadden aan beide
deuren beproefd om ze te openen, maar toen zij de eene
zoowel als de andere gesloten hadden gevonden, hadden
zij de deur der bibliotheek met geweld opengebroken en
den heer Leavenworth werkelijk gevonden, doch, gelijk hij
reeds gezegd had, in levenloozen staat.
En de dames?
Die kwamen even na ons de kamer binnen, en miss
Eleonore viel in zwijm.
En de andere, miss Mary heet zij geloof ik?
Omtrent haar herinner ik mij niets bizondersik was
zoo druk bezig met water te halen voor miss Eleonore, dat
ik op haar zuster weinig acht sloeg.
Duurde het lang, eer het lijk van mijnheer Leavenworth
naar de andere kamer werd gedragen?
Neen meneer, dat geschiedde bijna onmiddellijk, nadat
miss Eleonore was bijgekomen, hetgeen nagenoeg oogen-
blikkelijk plaats had, zonder dat het water hare lippen aan
raakte.
(Wordt vervolgd.)