BUITENLAND.
GEMENGD NIEUWS.
UIT INSULINDE.
paarden van alle rassen, bereden
door Nederlandscbe Centlemenridere.
Prijzen van f325, 100, f50 en f25.
IV. Match.
V. Snipperjacht voor paarden van
alle rassen, bereden door Neder-
landsche Gentlemenriders. Prijzen
van f 80, 140, f 20 en f 10.
Zondagmorgen te 5 uren
barstte er weder een brand uit in
de briquettenfabriek te Bussum. De
brandweer, die zich uitstekend hield,
was den brand spoedig meester. De
schade is aanzienlijker dan den vo
rigen keer. Machinekamer en kan
toor zijn behouden gebleven. Oor
zaak onbekend.
Naar aanleiding van te
Nederhorst-deu-Berg loopende ge
ruchten, dat aldaar iemand zoude
zijn vergiftigd, is door den officier
van justitie en rechtercommissaris
bij de arrondissements rechtbank te
Amsterdam een persoonlijk onder
zoek ingesteld.
Het lijk in kwestie is naar Am
sterdam opgezonden om geschouwd
te worden.
Een boer teZunderdorp,
die de vorige week zijn vee al in
het land gejaagd had, omdat zijn
voeder op was, heeft het al bizon-
der ongelukkig getroffen. Op een
morgen vond hij een der koeien
verdronken en twee andere dood
op het land I
Niet allen menschen
gaat het slecht. Een man kocht te
Rotterdam zooveel uien als hij krij
gen kon, h f 1.50 per zak. Later
begon hij ze te verkoopen en maakte
f 3.50, vervolgens f5 en zelfs f 9.
Deze uienboer heeft een p.-achtigen
winter gehad.
Zaterdagavond is eene
dienstbode aan den Westersingel te
Rotterdam, bij het verrichten harer
werkzaamheden, door in aanraking
te komen met eene brandende pe
troleumlamp, in brand geraakt. Zij
is naar het ziekenhuis overgebracht,
terwijl haar toestand niet levens
gevaarlijk is.
Een huzaar heeft een
goed hart; 't is mogelijk, maar een
matroos dan toch zeker ook. Jan
maat was 4 jaar weg geweest, en
vernam, toen hij te Rotterdam te
rugkwam, dat zijne zuster tot diepe
ellende was gekomen, daar haar
man alles aan de jenever offerde.
Hij gaf er al zijne bespaarde pen
ningen aan om zijne zuster uit den
brand te helpen. Met hare toestem
ming gewapend, wist hij te bewer
ken dat zijn zwager als koloniaal
teekende, en nu zette hij zijne zuster
in eene groentennering. Wel gaat
hij nu weer platzak naar zee, maar
zijne zuster is ten minste uit de
ellende.
Tusschen 7 en 8 uren in
den ochtend van Donderdag werd
de visschers6chuit van W. Jansen
Mz., van Harderwijk, ter hoogte
van den Ketel bij Kampen door eene
windhoos overvallen en sloeg om.
Schipper en knecht, beiden op het
dek, wisten zich aan de zwaard-
klampen vast te grijpen, tot zij door
in de nabijheid zijnde Harderwijker
visschers werden ontdekt en te hulp
gekomen.
Treuriger liep het af met het
9jarige zoontje van den schipper,
dat voor pleizier de reis medemaak-
te. Het kind, dat in de kooi te sla
pen lag, werd dood te voorschijn
gehaald, toen het schip weder over
eind werd gebracht.
Tengevolge van het zoo
lang geheerscht hebbende strenge
winterweer, zijn de werkzaamheden
voor deu lokaalspoorweg naar Al
meloo zoodanig vertraagd, dat de
lijn ApeldoornDeventerAlmeloo
niet vóór 1 Juli in zijn geheel in
exploitatie zal komen.
Volgens opgaveninhet
Sociaal Weekblad, is voor de Alme-
loosche werk-itakers door de heeren
Van Marken en Kerdijk ontvangen
f4259,251/,.
Wederom wordt uit L i rn-
burg een geval van ontvoering van
een minderjarig meisje gemeld. De
16 jarige Marie Bekkers, te Meers-
sen, is Zondag 11. door bekende,
rondreizende Duitschers met of zon
der harm wil ontvoerd, nadat deze
eerst pogingen bij den vader had
den aangewend om zijne dochter
aan hen af te staan. Alle naspo-
ringeu der justitie te Maastricht
zijn tot heden vruchteloos gebleven.
Men schrijft ons uit Drente:
Reeds meermalen hebben drijf
jachten op de wilde varkens plaats
gehad, die zich nog altijd in de bos-
schen van Frederiksoord en Wa'e-
ren ophouden.
Vandaag zal nogmaals zulk een
jacht gehouden worden, door een
groot getal jagers en ruim dertig
«drijvers». Men hoopt algemeen,
dat nu eens een der dieren gescho
ten zal worden, daar zij reeds be
langrijke schade hebben aangericht.
Bij onderscheidene landbouwers zijn
reeds geheele roggenakkers omge
wroet. Ook de jonge dennen hebben
het kwaad te verantwoorden.
Zaterdag namiddag is
het lijkje van het 4jarige zoontje
van G. R. te Meppel op last van
de politie naar het stedelijk zieken
huis overgebracht, alwaar het zal
worden onderzocht, naar aanleiding
van loopende geruchten omtrent
eene vermoedelijke vergiftiging. De
vader is in voorloopige bewaring
genomen.
De begrafenis van Jacob Htbein.
Met veel plechtigheid eu begeleid door
een aantal militaire en burgerlijke ver-
eenigingen, onder welke ook een deputa
tie van het Belgische loodswezen, werd
Zaterdag het stoffelijk overschot van Jacob
Hobein te Vlissingen ter aarde besteld.
Omstreeks kwart over drie uur kwam
de stoet, steeds omstuwd door eene onaf
zienbare menigte, bij de begraafplaats nabij
de duinen aan, waar het lijk door de dra
gers uit den wagen genomen, en nadat
een tweede eere-salvo was afgevuurd, ge
dragen werd naar de groeve op het zoo
genaamde park ovaal, in de onmiddellijke
nabijheid van het graf van Hobein's voor-
maligen commandant op het fregat //Euri-
dice" (in 1830), den schout-bij-nacht J.
C. Lewe van Aduard.
Aan het geopende graf, waaromheen
zich de deelnemers aan den stoet en ver
dere belangstellenden schaarden, nam de
kapitein ter zee, inspecteur over het Ne
derlandscbe loodswezen, enz. in het 6e
district, de heer J. Spanjaard, het woord
en deed in eene uitvoerige rede uitkomen,
welk een groot man de laatste eer werd be
wezen. Spreker bracht in herinnering wat
llobein in zijn zoo vruchtbaar leven ge
daan heeft voor den Koning en het Va
derland, voor den ieder Nederlander zoo
dierbare driekleur: het Rood, Wit en
Blauw en zeide o. a.:
«Alle Nederlandsche dagbladen hebben
ah om strijd 's mans daden in waardee-
rende artikelen herinnerd; maar ook afge
scheiden van zijne groote daden en van
zijn meermalen getoond, moedig gedrag,
was Hobein een hoogst merkwaardig en
i achtenswaardig man, en zijn geheele leven
was van dien aard, dat ieder weldenkend
mensch het zich tot eene eer heeft mogsn
rekenen, hem de ridderlijke hand te mogen
drukken.
Door het feit toch, dat hij als scheeps
jongen in dienst is getreden en zijne loop
baan eindigde in de zoo eervolle en
wetenBeknppelijkè betrekking van opper
stuurman der Kon. Ned. Marine, is het
bewijs geleverd van eenen vlekkeloozen
levenswandel en m»er dan gewone ver
standelijke ontwikkeling.
En dat het Zijne Majesteit onzen ge-
eerbiedigden Koning behaagde hem, nadat
hem voor zijne dappere daad het Ridder
kruis der Militaire Willemsorde was ge
schonken, later nog te benoemen tot broe
der van den Nederlandschen Leeuw en
hem de zilveren medaille van de Eiken
kroon toe te kennen, bewijst wel, dat hij
bij voortduring Koning en Vaderland be
langrijke diensten bleef bewijzen.
Schonk de koninklijke Nederlandsche
regeeriug Hobein het Ridderkruis van de
Militaire Willemsorde met de in geene
andere taal over te zetten spreuk «Voor
Moed, Beleid en Trouw", het vorstelijk
's-Grnveuhage, zijn geboorteplaats, vereerde
hem eene medaille met de spreuk «Zijn
trouw wijkt voor water noch vuur".
En mannen op wie die beide spreuken
toepasselijk zijn, mogen in den vollen zin
des woords «mannen van beteekenis" wor-
deu genoemd.
De nagedachtenis van Hobein, van den
man, die zich dergelijke onderscheidingen
waardig maakte, zai door ieder rechtge
aard Nederlander iu hooge eere worden
gehouden en ieder vader zal wenschen,
zijne zoueu te zien opgroeien tot mannen,
die evenals Hobein onder alle omstandig
heden aan het vaderland getrouw blijven,
wijkende noch voor water noch voor vuur.
Ten slotte nog een woord aan onze Bel
gische vrienden, die door hunne tegen
woordigheid op dezen doodenakker het
bewijs leveren, dat ook zij den overledene
geacht hebben, dat ook zij met ons hoog
opzien tegen ware burgerdeugd en kloeke
daden.
Geen grooter eer kon den overleden
Hobein bewezen wordeu, dan de tegen
woordigheid hier ter plaatse van de ver
tegenwoordigers eeuer natie, wier belangen
met de onze zoo nauw verwant zijn en op
wier vriendschap wij zoo hoogen prijs
stellen.
Ik ben dan ook overtuigd de tolk te
zijn van de gevoelens van gansch de Ne
derlandsche natie, wanneer ik onzeu Bel
gischen broeders hartelijk en welmeenend
clank zeg voor de groote eer heden met
ons den overledene bewezen.
Eindelijk zij het mij nog vergund als
eene laatste hulde aan Jacob Hobein, na
mens het Nederlandsche loodspersoueel,
namens de Nederlandsche Loodssocieteil,
waarvan hij eerelid was, dezen krans op
zijn graf neer te leggen, een krans door
Belgische handeu gemaakt, door Neder
landsche handen neergelegd.
Hobein, uwe assche ruste in vrede!"
Na het uitspreken dezer rede voerde
het stafmuziekkorps eenen treurraarsch uit.
Na genoemden spreker werd achtereen
volgens het woord gevoerd docr de heeren
W. A. Schenk, voorzitter der vereeniging
«De Militaire Willemsorde",te Amsterdam;
Reedijk, president der vereeniging «Het
Eereteeken voor belangrijke krijgsverrich
tingen", te 's-Hage, die ook namens den
gepensioneerden vice-admiraal, jhr. E. de
Gasembroot, hulde bracht aan den over
ledene; adjudant Bos, president der ver
eeniging «Van Speijk", te Amsterdam; M.
J. E. Kriens, namens de vereeniging van
onderofficieren der zeemacht «Admiraal
de Ruyter", te Nieuwediep; sergeant Kotte
der infanterie, namens de onderofficieren-
societeit «Vrieudschap en Genoegen" te
Vlissingen adjudant-onderoff. van het Oost-
Ind. leger B. van Weeneu van Tiel; S.
Gersthagen, ridder van de militaire Wil
lemsorde en lid van de vereeniging van
dien naam te Amsterdam. Namens ge
noemde vereenigingen werden ook kransen
op de kist gelegd.
Door alle genoemde sprekers werd op
waardige wijze hulde gebracht aan den
overledene, diens daden en hoedanigheden.
RECHTSZAKEN.
De president dor arrondissements-rechtbank ta
Amsterdam ontzegde Zaterdag de vordering der
erfgooiers tegen Hilversum en de spoorweg
maatschappij tot staking der afzanding.
Engeland. Het Hoogerliuis heeft
bij tweede lezing, zonder hoofdelijke
stemming, het ontwerp verworpen,
strekkende om aan vrouwen het
kiesrecht te verleenen.
Parnell vestigde in het Lager
huis de aandacht op het gebeurde
te Ennis, waar de politie en de
troepen het volk aanvielen en velen
doodden of wondden; het volk had
zich stil gehouden, totdat het ge
bouw, waarin de meeting plaats
had, werd aangevallen en het had
toen slechts mat eenige steenen ge
worpen. Hoewel Parnell uit drie
bladen citeerde, waarvan er twee
de Regeering steunen, betwistte de
minister Balfour de juistheid der
feiten en voor het overige beweerde
hij, dat de meeting onwettig was
en de autoriteiten derhalve verplicht
waren die uiteen te jagen, desnoods
met geweld. Over den aauval der
cavalerie echter zweeg de Minister.
John Morley en later Gladstone
drongen op een onderzoek aan, dat
ook door den procureur-generaal
voor Ierland half was toegezegd.
Maar Balfonr wilde zich niet ver
binden de resultaten van dat onder
zoek mee te deelen. Parnell stelde
nu voor, dat de zitting zou worden
geschorst, maar dit werd met 249
tegen 179 stemmen verworpen.
Duitschland. Uit Berlijn wordt
van 15 April aan de N. R. C. ge
meld De Keizer heeft eenen slech
ten nacht gehad, doch thans is het
beter met hem, hoewel hij nog te
bed blijft. Naar het schijnt ten ge
volge van het inbrengen der nieuwe
canule, is er katarrh ontstaandoch
de geneesheeren hopen dat deze niet
in bronchitis zal overgaan. De af
wezigheid van koorts geldt als een
gunstig teeken.
De openiDg der tentoonstelling
te Brussel is uitgesteld van 5 tot
19 Mei.
Frankrijk. Da kiesvergadering,
die Zaterdag te Rijssel in het paar
denspel zou plaats gehad hebben,
is niet doorgegaan. De menigte ma
nifesteerde voor de bureaux der
anti-Boulangistische bladen en hie
ven kreten ten gunste van Bouian-
ger aan. De manifesteerenden door
liepen de straten. Eenige personen
zijn in verzekerde bewaring ge
nomen.
Chincholle van da Figaro had
een onderhoud m~t Boulanger. Hij
zeide, dat hij zich bij geen partij
wilde laten inlijven; dat hij het
niet helpen kon zoo men hem het
vooruitzicht opende, dat hij Presi
dent der Republiek zou kunnen
worden; dat hij de beslissing van
den Raad van Enquête had ver
wacht; dat men hem, zoo men dat
wilde, weer in activiteit kon stellen
(Grévy had dat gedaan met kolo
nel Lichtenstein), maar dat hij daar
op niet gesteld wasdat hij niet
aan oorlog dacht en alleen wilde,
dat Frankrijk in staat zou zijn oor
log te voeren, indien het daartoe
gedwongen werd. Dillon verklaar
de, dat overal uit Frankrijk aan
zoeken kwamen, om Boulangistische
comités te vormen en dat talrijke
aanbiedingen werden gedaan, om
de verkiezingskosten van den gene
raal te bestrijden.
Rusland. Daily News verneemt
uit Odessa dat twee duizend Israë
lieten van de politie de aanzegging
hebben gekregen om binnen zeven
dagen de stad te verlaten en dat
zij er anders uitgezet zullen worden.
De overheid begon gestreng alle
paspoorten van Israëlieten na te zien.
Velen schuilen weg, maar worden
bij ontdekking binnen een etmaal
uitgezet. De verbannenen behooren
deels tot de Rumeensche deels tot
de Oostenrijksche nationaliteit. De
eerstgenoemden verkozen Russische
onderdanen te wordeD, toen Bessa-
rabie Russisch werd, maar de Rus
sische regeeritg weigert dit te er
kennen, terwijl Rumenië het ook
ontkent.
De Czaar heett bepaald, dat
een deel der Kozakken voortaan te
voet zal vechten.
Bulgarije. De tijdingen omtrent
het huwelijksplan van prins Alexan
der van Battenberg maken veel
indruk op zijne aanhaDgers, die
zijne terugkomst hopen.
De verdeeldheid onder het minis
terie komt al meer en meer aan
het licht. Natchtewitz eu Stoloff
zijn voornemens zich terug te trek
ken. De openbare meening is gun
stig gestemd voor Popoff.
Een der meest door de
overstroomiDgen in Pruisen getei
sterde stad is Schneidemfihl. De
schade aan gebouwen en meubilair
bedraagt daar 323 670 Mark. Ge
heel ingestort zijn 26 gebouwen en
gedeeltelijk 63bovendien zijn 132
woningen geheel onbruikbaar ge
worden en 153 woningen zijn in
den eersten tijd niet bewoonbaar
Daardoor zijn 3773 menschen zon
der dak. De gezondheidstoestand is
overigens goed.
DE EED VAN DALIMAH.
(Slot.)
2e Gedeelte.
Als een loopeud vuurtje had het voor
gevallene zich iu het dorpje verbreid en
de zonderlinge verdwijning van Kemoe-
ning en Daliraah was het onderwerp aller
gesprekken geworden. 'M bok Dalimah
was wanhopend en vormde een scherpe
tegenstelling met Pak Wiradjaja, die iu
al 't gebeurde de macht zag van Allah
den Verhevene. Deze alleen was het, die
hem al deze droefheid had berokkend.
Allah alleen had Kemoenings lot geheel
in ziju hand eu zoo 't Hem behaagde zou
het meisje weder tot haar vader terug-
keeren.
Alzoo verliepen drie volle jaren en noch
'M bok Dalimah noch Pak Wiradjaja had
den iets van Dalimah of Kemoening ge
hoord, toon op zekeren stormachtigen avond
Pak Wiradjaja een zacht kloppen aan de
deur hoorde. Meenende dat een reiziger
door 't gure weer was overvallen en om
nachtverblijf verzocht, stond hij haastig-
lijk van zijn nmbéu op, om den kloppende
binnen te laten. Hoe groot echter was
zijne verbazing, toen hij een groot aantal
mannen voor zich zag staan, iu wie hij
de zoozeer gevreesde en op Java beruchte
Kétjoes J) herkende. Plotselings trad een
fiere gestalte naar voren, stelde zich aan
de spits zijuer makkers en met de woor
den Mannen l treedt binnen l drong
de bende Pak Wiradjaja's woning binnen.
De Javaan, die bij ervaring wist, dat hij
hier lieden voor zich had waarmee niet
l) De Kétjoes vormen op Java een geduchte
rooverbende, die overal waar zij verschijnen de
bevolking in opschudding brengen door hun
steel-, plunder-, moord- en roofzucht.
ik u gezegd.
Hm, hm, zei de rechter op satirieken toon, jij
kent het klappen van de zweep, naar ik merk. En zich
vervolgens tot de keukenmeid wendendedie inmiddels
angstig de kamer naar alle kanten had rondgekeken, ging
hij voort met vragen
En waar is die Hannah nu?
Om u de waarheid te zeggen, ze is weg meneer.
Hoe lang al?
De keukenprinses kon nauwelijks meer adem krijgen.
Sedert gisterenavond, meneer.
Hoe laat gisterenavond?
Och, lieve hemeltje, meneer, dat weet ik niet. Ik weet
er waarachtig niemendal van.
Is ze weggestuurd uit haar dienst?
Voor zoover ik weet niet; haar kleeren zijn ten minste
nog hier.
Zoo, zijn haar kleeren nog hier. Om hoe laat hebt
ge haar gemist?
Ik heb haar niet gemist, meneer. Gisterenavond was
ze er nog en van morgen was ze d'r niet meer, en daarom
heb ik gezeid, dat ze weg is.
Hm, zeide de rechter, met een enkelen blik de
geheele kamer rondziende, terwijl elk om zich heen keek,
alsof hij plotseliDg een deur had ontdekt in een blinden
muur. Waar sliep dat meisje?
Op deze vraag zag de keukenmeid, die druk bezig was
haar voorschoot te verfrommelen, omhoog.
Wij slapen allemaal met mekaar op zolder, meneer.
In één kamer?
Ja, meneer, klonk 't bedeesd.
Is zij gisterenavond naar boven gekomen om te gaan
slapen?
Ja, meneer.
Hoe laat?
Het was tien uur, toen we allemaal samen naar boven
giDgen; ik heb de klok nog hooren slaan.
Hebt ge iets bizonders aan haar gemerkt?
Ze had erge kiespijn, meneer.
Zoo, kiespijn. Hoe kwam dat zoo. Zeg mij eens precies
alles wat zij gedaan heeft.
Op deze vraag brak de keukenmeid in een luid snikken
en klagen uit.
Ze het niks gedaan, meneer. Gelooft u me, ze het niks
gedaan. Hannah is een braaf meissie, meneer, en eerlijk als
goud. Ik wil zweren bij mijn zaligheid, dat zij nooit den
knop van zijn deur heeft aangeraakt. Waarvoor zou zij het
ook gedaan hebben? Ze ging alleen naar beneden om aan
miss Eleonore droppels te vragen voor de kiespijn, omdat
ze 't zoo erg te kwaad had; en o meneer....
Al genoeg, viel de rechter haar in de rede, ik
heb Hannah immers van niets beschuldigd. Ik heb je alleen
gevraagd wat zij gedaan heeft nadat ze de kamer verlaten
had. Ze ging naar beneden, zegt ge, hoe lang daarna kwam
ze weer boven?
Dat kan ik niet met zekerheid zeggen, meneer; maar
Molly zeit....
Wat Molly zegt, kan me op het oogenbiik niet sche
len. Heb jij haar niet de trap zien afgaan?
Neen, meneer.
Heb je haar ook niet zien terug komen?
Neen, meneer.
Heb je haar vanmorgen ook niet gezien?
Neen meneer, dat kon immers niet, want ze was er
niet meer.
Maar je hebt gezien, dat ze gisterenavond lijdende
was aan kiespijn?
Ja meneer.
(Wordt vervolgd.)