NIEUWS EN ADVERTENTIEBLAD. 5e Jaargang. Zaterdag 19 Mei 1888. No, 1495. ADVERTENTIES: S r I) S N I E u w s. WIE IS DE SCHULDIGE? ABONNEMENTSPRIJS: HAARLEM'S DAGBLAD van 15 regels 50 Cents; iedere regel meer 10 een G-roote letters naar plaatsruimte. Bij groote opgaven aanzienlijk rabat. Abonnementen en Advertentiën worden aangenomen door onze agenten en door alle boekhandelaren, postkantoren en courantiers. en J. B. AVIS». Hoofdagenten voor het Buitenland: Compagnie Génerale de Publicite Etrangère G. L. DAUBE Co., JOH. F. JONES, Suer., Parijs, 31bis Faubourg Montmartre. Haarlem, 18 Mei. Donderdag werd door B. en W. aanbesteedhet maken van eene houten beschoeiing langs de z.o.zijde van den HeereDsingel, alsmede het aanvullen en onder profil brengen van den weg aldaar. Ingekomen 9 inschrijvingen. Laagste C. Romijn alhier, voor f 883. Het werk is hem gegund. Een aantal ledeD van het Am- steraamsch departement der aNe- derlandsche Maatschappij tot Bevor dering van Nijverheid» brachten Donderdag een bezoek aan de werk plaatsen der Hollandsche IJzeren Spoorwegmaatschappij alhier. Wie deze uitgebreide inrichting ooit mocht hebben bezichtigd, zal be grijpen, dat het gezelschap, rondge leid en ingelicht door eeu der in genieurs van de Maatschappij, den heer Versloot, geruimen tijd Doodig had om van alles kennis te nemen. Wel leveren deze ateliers uit den aard der zaak, op het punt van machinerieën, toestellen enprocé'és geene bepaalde nieuwigheden op, maar het is en blijft altijd belang wekkend eene fabrieksinrichting op groote schaal te mogen aanschou wen, waar de economie van den arbeid klaarblijkelijk op hechten grondslag gevestigd is en daarnevens rekening wordt gehouden met de eischen der hygiëne en der persoon lijke veiligheid. De ateliers der Hollandsche Spoor wegmaatschappij maken in dit op zicht een zeer gunstigen indruk. Ruimte, licht en lucht, ziedaar drie factoren die hier iu hooge eere blij ken te worden gehouden. Daarbij schijnt er onder het talrijk personeel een uitmuntende geest te heerschen, die allen met opgewektheid hunne taak doet verrichten, zoodat de ver- frisschende invloed, dien de aanblik van zoovele noeste, krachtige man nen altijd uitoefent, ook bier niet vergeefs gezocht wordt. Na de bezichtiging der werkplaat sen begaven de Amsterdammers zich n ar het Paviljoen in den Hout, waar het Koloniaal Museum en dat van Kunstnijverheid gevestigd ziju. In het Koloniaal Museum strekte de kundige directeur, de heer F. W. van Eeden, den nijverheidsmannen tot geleide. Door hem werden de noodige inlichtingen gegeven die natuurlijk aangevuld werden met zoovele bizonderheden als de heer van Eedeu, met de hem eigene me dedeelzaamheid oirbaar achtte uit den schat zijner kennis te putten. Ook de heer A. C. Kruseman, directeur der Maatschappij en lid van den Raad van Toezicht op het Museum, was hier om de bezoekers te verwelkomen, die in het Museum van Kunstnijverheid door den heer von Saher werden rondgeleid. Diegenen onder de leden, welke met deze onwaardeerbare domeinen der Maatschappij nog niet hadden kennis gemaakt, zullen zeker een stil gevoel van schaamte niet geheel hebben kunnen onderdrukken, bij de ontdekking dat ook zij en te langen tijd behoord hebben tot de velen die deze in ons land eenige en te weinig bekende en bezochte instelling den tol hunner bewonde ring onthouden. Donderdagavond hield prof. G. Over- beck de Meyer van Utrecht, daartoe uit- genoodigd door de Vereeniging //Volksbe lang" eene voordracht over ontsmettings middelen in de bovenzaal der sociëteit //Vereeniging." Wijstippen hier de hoofd punten zijner zeer boeiende voordracht aan. Tot het bestrijden van epidemie» en de toepassing der ontsmettingsmiddelen zijn wij veel slechter toegerust dan velen mee- nen. Het regulatief der Regeering is ver ouderd. Een der middelen, die daarin worden aangegeven, is zwaveligzuur, het berooken met zwavel, dat vroeger voor een zeer krachtig en werkzaam middel gold. Onderzoekingen van verschillende geleer den als Graham, Mehlhausen, Wolfhügel, en Sternberg hebben aangetoond, dat dit middel zeer weinig waarde heeft. Een tweede officieel voorgeschreven mid del chloorgas, is al niet veel beter. De beroemde Koch ontdekte, dat bromium- dampen nog beter voldeden dan chloor- darapen. Ook was het niet mogelijk dit lang genoeg in een vertrek te houden. Ook de roem die carbolzuur geniet moet als een illusie worden beschouwd. Bij droge bacteriën richt het weinig uit, ja conserveert die meer dan het ze schaadt. Als vierde middel komen nitreuse dampen (stikstof- tri-oxyd enz.) Dit is inderdaad een zeer sterk ontsmettingsmid del, maar zeer gevaarlijk voor den menseh, zelfs wanneer men het langzaam doetuit- stroomen. Daardoor kan dit onmogelijk iu de ziekenkamer worden toegepast. In het Regeerings-regulatief komen ook oplossingen voor, zooals acid. sulfuricum (zwavelzuur), acid. muriat. (zoutzuur) en thymol, opgelost in alcohol. Daar deze middelen echter langen tijd behoeven, om een voldoend resultaat te geven, ziju ook niet geschikt voor de praktijk. Iets beter voldoet chloorwater, osmiumzuur en bromium, maar ook deze werken eerst na 24 uur en zijn derhalve niet geschikt voor snelle ontsmetting. De twee kardinale ontsmettingsmidde len die men thans nog veel gebruikt, zijn carbolzuur en sublimaat. Het eerste is niet zoo krachtig als men meent, (eeu op lossing van 5 °'0 doodt in een maand miltvuur-bacillen nog niet) terwijl het zich daareuboven spoedig verbindt met eiwit achtige lichamen en, vermengd met vet of olie, geheel werkeloos blijkt. Sublimaat is beter, maar in mijn labo ratorium genomen proeven hebben mij doen zien, dat de werking er van onbestemd is. Dit middel heeft ook geen uitwerking op sommige micro-orgauismen, zooals de ba cil der tuberculose (longtering) en op koe pokstof. Het verbindt zich spoedig mot eiwit en vormt dan albuminaat, met hard water en vormt dan een praecipitant, ter wijl bovendien eerst datgeue, dat men met sublimaat ontsmetten wil, daartoe moet wor den geprepareerd. Prof. Eürbringer (de duitsche) nam hiermede allerlei proeven, alsook met bij tende putascli, verdunde aether en geme- thyleerde alcohol. Dit laatste nu bleek uitstekend te werken: het was mogelijk de bacillen die men opzettelijk op de vin gers bad genomen, in eene reiniging van drie a vier minuten geheel te dooden. Hieruit valt veel te leeren. Ontsmet men dus volgens het regulatief der regee- riug, dan doet men eigenlijk niets. Op de vraag hoe men het best ziekenkamers kan ontsmetten,waar de patient nog ligt antwoord ik: Door niets anders dan door de meest mo- jelijke reinheid te betrachten en voor lucht- verversching te zorgen. Wat de reinheid be treft, alle stoffen uit de ziekenkamer moes ten in vaatwerk worden overgebracht, dat van gemeentewege was daargesteld en doel matig ingericht. Verder zorge men voor frissche lucht, er bestaat weinig gevaar dat door het uitstroomen der besmette lucht de bacillen zich zullen verspreiden, daar zij in de buitenlucht onmiddellijk zeer ver dund worden. Het is natuurlijk moeilijkbehangen kamers goed te desiufecteeren. Berooking baatte bij een behangsel dikwijls niets, een bespuitiug met sublimaat, (die latere be spuiting met koolzure soda vereischte, op dat het kwik geprecipiteerd en aldus weg geveegd kon wordeu) baatte slechts voor een deel. Spoelwater uit een besmet vertrek mag maar niet zoo worden weggeworpen. Zeer licht komt het dan in een pomp, als wan neer andereu het drinken of in een gracht, als wanneer men er misschien mee gaat schrobben. Het is de taak van een meeutebestuur, zulk water op te vangen. De bacillen daarin wordeu het best met kalkwater vernietigd. Een andere wijze van desinfectie is waterdamp van een zekere temperatuur. Vroeger was men reeds bekend met den ontsmetten den invloed van heete lucht, maar deze had tegen dat volumineu3e voorwerpen er niet geheel van doordrongen werden, dat er bovendien een ongelijk matige temperatuur ontstond en dat, voor al, de goederen er veel door leden. Beter voldeed waterdamp. Deze dringt snel en gelijkmatig in de te ontsmetten goederen en het is gebleken, dat geen ziektekiem bestand is tegen waterdamp van 100 gr. Celsius. Wat hiervan de oorzaak is, is tot heden onbekend gebleven. In sommige dier ovens paste men het systeem toe, de waterdamp onder span ning te brengen, maar dit is niet doel matig de ontsmettiug wordt er door ver traagd en de goederen zijn er niet tegen bestand. Liet men nu en dan de stoom ontwijken, dan verkreeg men een beter resultaat, evenwel niet grooter dan dat men waterdamp gebruikt van 100 gr. Celsius. Ik heb op die wijze zelf eeu oven geconstrueerd, waarin ik de dikste ma trassen met uitstekend gevolg heb gedes infecteerd. Deze toestel is zeer eenvoudig ingericht eu kan tusschen wielen gehangen worden, zoodat het transportabel is eu daardoor uitstekend geschikt ook voor bet platteland. Niet alleen ook kan men er goederen in desinfeeteeren, maar duor buizen kan men den stoom tot in alle hoeken eener kamer brengen. Ik kom dus tot deze conclusie: Iedere gemeente behoort zijn ontsmettings- oveu te bezitten en daarnevens carbolzuur eu sublimaat. De heer Hengeveld zegt dat Js sprekers beschouwing over het regulatief hem wel wat pessimistisch vo- rkomt. Hij laat besmette vee stallen nascbrobben met carbol en heeft in een aldus gedesinfecteerden stal nooit een recidief geval van veeziekte gezien. Hij zou daarbij er voor vreezen dat gordijnen of behangsel tegen waterdamp van 100 gr. Celsius niet bestand wezen zullen. Spreker antwoordt hierop, dat naschrob- ben met carbol niet in het regulatief voorkomt, dat recidive zich na zeer langeu tijd kan voordoen en dat weten schappelijke experimenten toch altijd be trouwbaarder zijn dan particuliere prak tijk. Schade aan meubelen veroorzaakt de waterdamp niet. De heer A. Rutgers vraagt wat men doen moet als men van een zieke komt, die een besmettelijke ongesteldheid heeft, ter wijl de heer D. de Clercq vraagt hoe groot de kosten van zulk een ontsmettiugsoven zijn. De spreker antwoordt dat men, als men van een lijder aan een besmettelijke ziekte komt, zijn kleederen alle in den oven moet laten ontsmetten; dat de prijs van een. oven van voldoende afmeting f 1050 zal bedragen. De heer A. van der Steur Jr. merkt nog op, dat hier ter stede een oven aanwezig ia, die circa f 600 heeft gekost. De Voorzitter, de heer D.de Clercq spreekt de wenschelijkheid uit, dat het Gemeente bestuur overtuigd worde van de noodza kelijkheid zich zulk eeu outsmettingsoven aan te schaffen en brengt spreker den dank der vergadering, die daarmede door luid applaus hare ingenomenheid betuigt. Donderdagnamiddag' heeft een be gin vau brand plaats gehad in het in aanbouw zijnde perceel aan den Kruisweg, hoek Parklaan, ontstaan door onvoorzichtigheid van loodgie tersknechts met vuur. De koepel op het dak en een gedeelte van dit laatste ziju door het vuur vernield. De brand werd spoedig ontdekt en is door eenige agenten van politie en voorbijgangers gebluscht. Arrondissements Hechtbank TE HAARLEM, In de vorige week werd voor de recht bank alhier de volgende, niet onbelangrijke rechtskwestie behandeld. De heer B., koopman te Brussel, doch Nederlander van geboorte, bad voor eenige jaren, toen zijne zaken in déconfiture ge raakten, met zijue crediteureu eene onder- handsche schikking getroffen, waarbij hij 10 procent hunner vorderingen zou vol doen en crediteuren met die 10 pCt. ge noegen namen, echter met de bijvoeging //sous réserve de retour a meilleure for tune" Toen nu B. onlangs te Haarlem eene vrij belangrijke erfenis ten deel viel, wilde een der crediteureu, de heer L., te Brus sel woonachtig, van gemelde clausule ge bruik maken eu vroeg betaliug der nog onbetaalde negentig procent, ten bedrage van 22.500 francs, en toen deze betaling niet volgde, liet de heer L. beslag leggen op de erfenis, die te dezer stede voor B. was opengevallen, om daarop zijne vorde ring te verhalen en vervolgens B. voor de rechtbank alhier dagvaarden, om dit beslag te hooren van waarde verklaren. Bij het hierop gevolgde geding bracht de gedaagde eerstens eene exceptie van onbevoegdheid der rechtbank in het mid den, omdat (hij beweerde zijn Nederlan derschap te hebben verloren) volgens zijn gevoelen de Nederlandscko rechter niet be voegd zou zijn te beslissen in eeu geding, tusschen twee Belgen over een contract in Belgie gesloten. De eischer voerde hiertegen eerstens aan, dat de gedaagde, die, zooals tusschen FHÜÏIiIÏBTO 3XT. Naar het Engelsch, van Anna Katharina Green. 361 XIV. DB HEER GRYCE IN ZIJN EIGEN WONING. Wie anders dan de.... Ik bleef plotseling-steken. Welk recht had ik om den naam van wien ook, in dit verband uit te spreken, tenzij ik genoegzame bewijzen tegen hem had om daartoe het recht te hebben. Neem mij niet kwalijk, hernam ik, maar ik wil liever bij mij eens genomen besluit blijven en geen namen noemen. Harwell? vroeg hij op onverschilligen toon. De vluchtige blos, die mij onwillekeurig naar de wangen steeg, was hem een toestemmend antwoord. Ik zie niet in, waarom wij niet over hem zouden spre ken, hernam hij, namelijk, wanneer wij daarmee iets verder kunnen komen. Zoudt ge denken, dat zijn getuigenis bij het verhoor oprecht was Het tegenovergestelde is mij niet gebleken. Hij is niet gemakkelijk te doorgronden. Dan slacht hij mij wat, gaf het lid der geheime politie ten antwoord. Ik wist niet, wat ik hierop zeggen moest, en daar ik mij bewust werd, dat ik door het onderhoud nog langer te rek ken misschien een dwaas figuur zou maken, stond ik gereed om te vertrekken, toen plotseling de gedachte in mij opkwam aan Hanna, en ik bleef toeven om hem te vragen of er omtrent haar eenig bericht was ontvangen. Hij scheen een geruime poos in tweestrijd met zichzelven, en dit duurde zoolang, dat ik begon te twijfelen, of hij mij wel inderdaad in zijn vertrouwen wilde nemen. Op 't on verwachts echter gaf hij een heftigen slag op de tafel en zeide op ongeduldigen toon De drommel schijnt er mee te spelen. Al had de aarde zich geopend om dit meisje te verzwelgen, zou zij niet ze kerder verdwenen zijn dan nu. Ik gevoelde mij op deze woorden niet weinig verontrust. Hanna kan niets voor mij doen, had Eleonore gezegd. Zou het meisje wellicht werkelijk verdwenen zijn, en ver dwenen voor goed Ik heb een onnoemelijk aantal geheime agenten aan 't werk gezet, om van het groote publiek nog niet te spre ken, en toch heb ik nog geen tittel of jota vernomen om trent haar verblijf of haar toestand. Ik begin ernstig be vreesd te worden, dat men den een of anderen dag baar lijk drijvende zal vinden in de rivier, en dat wel zonder eenige verdere aanwijzing. En toch hangt alles af van haar getuigenis, zeide ik. Wat zegt miss Leavenworth er van? vraagde hij. Dat het meisje niets voor haar kan doen. Het ontgiDg mij niet, dat hij bij deze uiededeeiing eouigs- zins verrast opkeek, maar hij wist dit onder een onverschil lig uiterlijk te verbergen. En toch moet zij gevonden worden, zeide hij, zelfs al zal N. er bij te pas moeten komen. N.? Ik bedoel een mijner agenten, die een wandelend vraag- teeken is; wij noemen hem N., bij verkorting voor napluizer. Ik stond nu opnieuw op 't punt om te vertrekken. Wanneer het testament is voorgelezen, wees dan zoo goed weer eens bij mij te komen. 't Was waar ook: het testament had ik geheel vergeten. XV. EB ONTSLUITEN ZICH NIEUWE WEGEN NAAR HET DOEL. Ik was tegenwoordig bij de begrafenis van den heer Lea venworth, maar ik kreeg de beide nichten vóór noch bij de plechtigheid te zien. Ik had daarentegen een kort ge sprek met den heer Harwell, waardoor ik wel niets te weten kwam, maar dat mij toch ruimschoots stof gaf tot naden ken. Zoodra hij mij daar zag, was zijn eerste vraag, of ik de Telegraph van den vorigen avond had gelezen, en toen ik hem daarop bevestigend antwoordde, zag hij mij zoo somber en droevig aan, dat ik niet kon nalaten hem mijn verwondering te kennen te geven, hoe de bladen er toe hadden kunnen komen om een jonge dame van stand en naam zoo in 't openbaar verdacht te maken. Het antwoord dat hij mij gat, trok ten zeerste mijn aandacht. Voor Haarlem, per 3 maandenƒ1.20. Franco door liet g-eheele Rijk, per 3 maanden. -1.65. Afzonderlijke nummers- 0.03. Dit blad verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en Feestdagen. Burepu: Kleine Houtstraat No. 9, Haarlem. Telefoonnummer 133. Directeuren-Uitgevers J. C. PEEREBOOM

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1888 | | pagina 1