NIEUW'S- EN ADVERTENTIEBLAD.
No. 1505.
5e Jaargang»
Vrijdag 1 Juni 1888.
HAARLEMS DAGBLAD
ABOÏÏHEHEtTTSPRIJS:
Voor Haarlem, per 3 maanden ƒ1.20.
Franco door het geheele Rijk, per 3 maanden. -1.65.
Afzonderlijke nummers- 0.03.
Dit blad verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en Feestdagen.
Bureau: Kleine Houtstraat No. 9, Haarlem. Telefoonnummer 122.
ADVERTENTIEN:
van 15 regels 50 Cents; iedere regel meer 10 cents
Groote letters naar plaatsruimte.
Bij groene opgaven aanzienlijk rabat.
Abonnementen en Advertentiën worden aangenomen door
onze agenten en door alle boekhandelaren, postkantoren en courantiers.
Directeuren-l'itgevers J C. PEEREBOOJ1 en .1 B. AVIS.
Hoofdagenten voor het Buitenland: Compagnie Génerale de Publicitc Etrangère G. L. DAUBE Co., JOH. F. JONES, Sucr., Parijs, 3Ibis Faubourg Montmartre.
STADSNIEUW S.
Haarlem, 31 Mei.
De Hollandscbe IJzeren spoor
wegmaatschappij maakt bekend dat
gedurende den zomerdienst eenige
locale treinen tusschen Haarlem en
Velsen ook aan de KleverlaaD, den
Kruidbergerweg en te Driebuizen
zullen stilhouden.
GEMEENTERAAD.
Vergadering van V/oensdag 30 Mei 1388,
des namiddags te één ure.
Afwezig de leden Kist, v. Weel en
Koopmans.
De notulen der vorige vergadering wor
den gelezen en goedgekeurd. Ingekomen
zijn de navolgende stukken
Rekest van J. C. Boller, alhier, die ver
gunning heeft bekomen tot herbouw van
zijn perceel, neemt de vrijheid te verzoe
ken de keuken en het privaat van de be
paling te mogen uitzonderen en maken tot
II cM. In handen van B. en W., om
praeadvies.
Proces-verbaal van den keurmeester v.
Ooijenafkeurende een paard voor de
consumtie, voor kennisgeving aangenomen.
Rekest van de wed. Schulpzand, ver
zoekende eene gratificatie.
Rekest J. van Roode, grond aan den
Zijlweg.
Rekest van J. Graaff, tot huren van
grond aan de Ged. Beek.
Een en ander gesteld in handen van
B. en W.
Missive van mej. Schreuder, houdende
dankbetuiging voor hare benoeming tot
onderwijzeres.
Rekest van de dames Sluijterman van
Loo, betreffende de afsluiting van gronden
aan den Dreef.
Voorstel B. en W. omtrent grond bij
de werf van H. T. Pelienburg, ter behan
deling in de volgende vergaderiug.
Vastgesteld is het percentage-cijfer van
de plaatselijke belasting voor 1888 op
34/io percent. Voor kennisgeving aangeno
men.
Een schrijven van B. en W. omtrent
af- en overschrijving, in handen van de
comm. van fin. Voor kennisgeving aange-
Punt 1 van de nL
Onderzoek van den geloofsbrief en de ver
dere stukken van het nieuw inkomend lid,
den heer J. Sabelis.
Er wordt een commissie benoemd, be
staande uit drie leden, de heereu Derx,
Waller en Sneltjes.
Deze comm. adviseert tot toelating. Dien
overeenkomstig wordt besloten.
Aan de orde is thans punt 2. Eindstem
ming over de overeenkomst met de Duin
water-Maatschappij te Amsterdam.
Hierop worden door B. en W. eenige
redactie-wijzigingen voorgesteld.
M a c a r Over een persoonlijk feit
heb ik een opmerking te maken. Het ,zal
n niet ontgaan zijn, dat bij de discussie
over art. 18 van de overeenkomst met de
D. W. M. zich geopenbaard heeft een
groot verschil van meening tusschen den
heer Stolp en mij. Ik meende dat zijn
opvatting niet juist was, hij meende het
tegenovergestelde.
Het heeft mij leed gedaan, dat ik aanlei
ding schijn gegeven te hebben, om te deuken
zooals in een Raadsverslag is te kennen gege
ven, dat ik scherp was geweest en alsof de
honorabiliteit van den heer Stolp door mij
aangetast was. Dat is een misverstand.
Geen oogeublik heeft het in mijn bedoe
ling gelegen iets personeels te zeggen. Ik
wilde dit zeggen omdat het door mij be
doelde verkeerd geïuterpreteerd is.
Stolp. Ik dank den heer Macaré voor
zijne woorden. Ik heb dat ook gelezen en
mij over zulk eene onjuiste mededeeling zeer
verwonderd.
De overeenkomst met de D. W. M. wordt
aangenomen met 1 stem tegen, die van
den heer Gallandat Hnet.
Komt aan de orde een voorstel van B.
en W. om aan den heer G. P. J. Beccari,
als gemachtigde van den heer H. J. Jan-
zen Sz., te Nieuwediep, vergunning te
verleenen in het Kenaupark een villa tc
bouweneenigszins meer naar achteren
geplaatst dan de op dien grond staande
villa, die afgebroken zal worden.
Wordt eenparig goedgekeurd zouder
hoofdelijke stemming.
Voorstel van B. en W. om aan het
Departement van Oorlog toestemming te
verleenen tot het maken van schotbalk-
sluizen iu de Euikvaarfc en in de trekvaart
HaarlemHalfweg, ten behoeve van de
militaire inundatiën in de stelling Am
sterdam, mits de sluis in de Arasterdam-
sche vaart een doorvaartwijdte hebbe van
6 en die in de Fuik vaart van 5 M.
Wordt eenparig goedgekeurd zonder
hoofdelijke stemming.
Voorstel van B. en W. om aan den heer
A. van der Spek, voor zijn onderwijs in
rechtlijnig teekenen aan de Burger-Avond
school toe te kennen eene gratificatie van
f 4B0 en aan den heer J. G. Tuytel een
idem van f100, voor gegeven onderricht
in staatsinrichting aan de H. B. S. met
3-jarigen cursus.
Wordt eenparig goedgekeurd zonder
hoofdelijke stemming.
Voorstel tot reorganisatie van de H. B. S.
met 3-jarigen cursus, ter opleiding voor
handel en nijverheid.
B. en W. stellen diensvolgens voor:
lo. Het schoolgeld met ingang van den
cursus 1888 89 te bepalen op f 40's jaars.
2o. Op te heffen het onderwijs in de
Staats-in richting.
3o. Voor de twee hoogste klassen uit
te breiden het onderwijs in de stel- en
meetkunde, voor ieder leervak met éen
nur per week, en daarentegen het onder
wijs in de natuurwetenschappen met éen
uur per week te verminderen en evenzoo,
alleen iu de tweede klasse, éen uur on
derwijs in de engelsche taal minder te
doen geven.
Voorts
B. en W. uit te noodigen, aan den di
recteur op te dragen, bij de samenstelling
der boekenlijst zooveel mogelijk zuinigheid
te betrachten.
Voorzitter. De heer Bijvoet heeft
B. en W. onlangs gevraagd deze zaak nog
eens te bespreken. Aan dien wensch is
voldaan, maar de heoren zijn van oordeel
dat zij geen wijziging in hun voorstel
moesten brengen.
B ij v o e t. Ik dank u voor wat u ge
zegd hebt. Het doet mij leedik geloof
dat men van de school toch niet krijgt
wat men wenscht, al gaat het schoolgeld
lager. Nu kost iedere leerling reeds veel.
Ik geloof niet, dat de school op den duur
aan een behoefte zal voldoen en zou liever
zien dat zij opgeheven werd, tenzij zij werd
teruggebracht tot een school voor M. U.
L. O. Daarvan zal men veel meer réussite
hebben dan nu.
Krol. Ik heb niet het genoegen gehad
in een vorige zitting de discussie hierover
bij te wonen. Toch lieb ik gelezen water
over gesproken is. Ik ben liet daarmede
in veel opzichten eens. Het treft ons dat
alle openbare scholen hier bloeien wat
het aantai leerliugen aangaat, alleen deze
maakt eene uitzondering. Hieruit blijkt
dat er geen behoefte aan is, zooals zij nu
is ingericht. De directeur heeft dat inge
zien en een tweeledig voorstel gedaan om
het leerplan te wijzigen, en het schoolgeld
te verlagen.
Dat voorstel hebben B. en W. overge
nomen in zooverre, dat zij het advies heb
ben gevraagd van de comm. van toezicht.
Daarin wordt door hen op den voorgrond
gesteld de verlaging van het schoolgeld,
niet de wijziging van het leerplan. De
verlaging van het schoolgeld zal m. i.
weinig invloed uitoefenen. Misschien zou
het nog wel gaan, maar in het stuk van
den directeur wordt er op gewezen dat
de 5-jarige cursus moet worden ontlast.
Als het leerplan niet gewijzigd wordt, zal
dat niet gaan. De 5-jarige cursus is zoo
overvuld, dat het bijna niet mogelijk is
aan de bestaande behoefte te voldoen,
met het bestaande personeelop den 3-jari
gen cursus kunnen echter nog vele leer
lingen geplaatst worden, zonder dat een
uitbreiding van het personeel aldaar zou
noodig zijn.
Het komt mij daarom voor, dat men
die school zoodanig hervormen moet, dat
zij voldoet aan de behoefte. Elders wor
den dergelijke inrichtingen druk bezocht.
Het komt mij voor, dat men, met behoud
van haar karakter, namelijk te zijn een
school voor handel en industrie, ook er
aan verbinden moet gelegenheid tot op
leiding voor Willemsoord, Breda enz. Ik
geloof dat die school dan tal van leerlin
gen trekken zou. Op den 5-jarigen cursus
zijn er velen, die examen doen voor Breda
en Willemsoord. Iu de 3e klasse is een
deel afgezonderd voor die jongelui, maar
doordat die klasse zoo groot is geworden
zal dat spoedig moeilijk gaan. Hij wenschte
dat het leerplan zoo wordt gewijzigd dat de
jongelui, die den 3-jarigen cursus door-
loopeu hebben en geen plaats op die in
richtingen kunnen vinden, hoewel zij het
examen konden doen, dan op de 4e klasse
van de H. B. S. met 5-jarige cursus
kunnen komen. De heer Teding van Berk
hout heeft voorgesteld de zaak te stellen
in handen van een commissie. Mijn voor
stel zou zijn, den directeur uit te noodi
gen een leerplan samen te stellen, in den
door mij bedoelden zin, dan kan dat be
oordeeld worden door de commissie vau
toezicht. Daarom wenschte ik voor te
stellenden directeur der H. B. S. voor
Handel en Nijverheid op te dragen, een
ontwerp in te dienen van een gewijzigd
leerplan, waarvolgens leerlingen, die den
geheelen cursus hebben doorloopen, exa
men kuunen afleggen voor de militaire
inrichtingen te Breda en Willemsoord, de
Veeartsenij-school te Utrecht, de Land
bouwschool te Wageuingen enz. enz., met
dieu verstande, dat door splitsing der
hoogste klasse rekening wordt gehouden
met de eischen van leerlingen, die voor
handel of nijverheid moeten worden op
geleid. Het komt mij voor praktisch
uitvoerbaar te zijn door de 3e klasse op
den 3-jarigen cursus in tweeën te splitsen.
Voorzitter. Dit is een geheel nieuw
voorstel, niet een amendement op het
voorstel van B. en W. U wenscht nu de
school te brengen in een toestand, zoodat
zij concurreert met de H. B. S. met 5-
jarigen cursus. Men heeft de school echter in
het leven geroepen om haar te maken tot
een school zonder examens, om de burgers,
die hun kindereu een goede opvoeding
wilden geven, zonder geleerdheid en exa
mens, daartoe (le gelegenheid te geven.
Maar met uw voorstel komen wij iu het
plan van den heer Pruim.
B. en W. begrepen dat dit volstrekt
niet goed zou zijn. Zij wilden een inrich
ting hebben voor jongens, die eene goede
opvoeding moesten hebben voor zij in
zaken kwamen.
Krol. Ik heb niet het minste bezwaar
dat u het beschouwt als een nieuw voor
stel. Ik geloof dat vermindering van het
schoolgeld een palliatief is dat tot niets
leidt; ik heb wat beters willen geven. De
J) Deze lezing is, naar wij meenen, bijm
woordelijk juist. (Ricd.)
ontlasting van den 5-jarigen* cursus is een
gewichtig punt. U zegt, dat de school als
het leerplan wordt uitgebreid, verjagen
zal die jongelieden die later hanuel en
industrie beoefenen willen. Dat wil ik niet,
ik wil de twee eerste klassen zoo behou
den en alleen de 3e klasse veranderen,
omdat er altijd zekere puntjes moeten wor
den geslepen voor examens.
Voorzitter. U vergeet misschien
ook, dat de Raad den heer Van Raaij heeft
aangesteld om de jongelieden voor Breda
enz. klaar te maken. Het lijkt mij niet goed
toe, dit ook hier te gaan doen. Ik kon
beter komen in het idee van den heer
Bijvoet om er een school voor M. U. L. O.
van te maken. Dan krijgen wij ook 30
van het Sijk. Toen de school werd opge
richt dacht ik al dat zij niet deugde, maar
de heeren wilde het zoo. Nu hebben we
een reeks van ambtenaren en die kunnen
toch niet aan den dijk gezet worden.
Overigens lachte het plan van den heer
Bijvoet mij wel toe.
Krol. Hier is de bedoeling de school
in bloei te brengen. Ik heb nagegaan hoe
het elders met de H. B. S, met 3-jarigen
cursus is gesteld.
Iu Amsterdam ziju er 2 met 211 en
250 leerlingen, in Den Haag een met 88 leer
lingen, in Rotterdam een met 126,in Utrecht
met 125 leerlingen. Het komt mij dus
voor dat die 3jarige H. B. S. in andere
groote stedeu wel aan een behoefte voldoen.
B ij v o e t. Ik wensch alleen dit te zeg
gen, M. de V., U heeft gezegd dat u een
bezwaar had met mijn voorstel mee te
gaan en wel, hoe te handelen met het
corps leeraren. Kan men die leeraren niet
ook voor het lager onderwijs houden P
V oorzitter. Dat weet ik niet, de
wet voorziet er niet in.
Macaré. Den vorigen keer heb ik reeds
opgemerkt, dat men van een verkeerd stand
punt uitgegaan was, door voorop te zetten
dat men de school moest bevolken. Dit
acht ik niet den juisten weg. Men moet zich
afvragen: wat is de behoefte. Wij weten
dat de gemeente behoefte heeft cm iets
te doen, ten einde den grooten toevloed
naar den 5-jarigen cursus te keereu. Ook
weten we dat de leerlingen van den 5-jari
gen cursus dezen dikwijls na 3 jaar ver
laten. Hoe komt het dan dat de school
met 3-jarigen cursus zoo weinig réussite
heeft? Omdat men bij de oprichting der
school is uitgegaan van een praeraisse, die
niet volkomen juist is. Men heeft gedacht
aan personen, die hunne jongens aan geen
examens wilden onderwerpen, en een vast
plan hadden om hun jongens in zaken te
brengen. Doch slechts zelden weten de
ouders van een 12-jarigen jongen welken
weg te volgen, en dan is de school met
3-jarigen cursus voor hen niet geschikt.
Het programma daarvan sluit niet aan
bij een andere school.
Da talrijke klasse van ingezetenen, die
FBUILLETO N.
WIE IS DE SCHULDIGE?
Naar het Engelsch, van Anna Katharina Green.
461
XIX.
OP MIJN BUREAU.
Toen ik den volgenden dag opgewonden en met kloppend
hoofd mijn bureau binnentrad, was het eerste, wat mijn
bediende mij zeide
Er wacht een heer in de spreekkamer, meneer, hij schijnt
groote haast te hebben.
Ongeduldig en in geen stemming om aan wien dan ook
consult te geven, ging ik met een alles behalve aangenaam
gevoel naar het spreekvertrek. Ik opende korzelig de deur
en.... zag niemand anders voor mij staan dan Ciavering.
Te zeer verbaasd om dadelijk te spreken, gaf ik hem een
zwijgenden hoofdknik, waarna hij met de houding van een
echten gentleman op mij toetrad en mij zijn kaartje over
handigde; ik zag daarop, in fraaie, vlugge letters, zijn naam
voluit gedrukt: Henry Ritchie Ciavering. Na zich op die
wijze aan mij te hebben voorgesteld, verontschuldigde hij
zich wegens zijn onverwacht bezoek, met de mededeeling,
dat hij in de stad geheel vreemd was; dat hetgren hij kwam
doen niet het minste uitstel kon lijdendat hij toevallig
mijn naam had hooren noemen, als dien van een knap en
achtenswaardig rechtsgeleerde en daarom bij mij was ge
komen, ten einde mijn raad in te winnen ten behoeve van
een zijner kennissen, die noodlottigerwijze in het geval
verkeerde van rechtsgeleerd advies te behoeven in eene om
standigheid, welke niet slechts het gevolg was van een
buiteDgewonen staat van zaken, maar hem ook ten zeerste
in de verlegenheid bracht, wegens zijne onbekendheid met
de Amerikaansche wetten en hun toepassing op het onder
havige geval.
Na aldus mijne opmerkzaamheid getrokken en mijne
nieuwsgierigheid opgewekt te hebben, vroeg hij, of ik hem
wilde veroorloven met zijne zaak voor den dag te komen.
Ik herstelde mij zoo goed mogelijk van mijne verbazing,
onderdrukte met geweld het gevoel van afkeer dat zijne
aanwezigheid bij mij opwekte en gaf hem een toestemmend
antwoord. Hij haalde nu een notitieboek uit den zak,
waaruit hij mij in hoofdzaak het volgende voorlas
- - Een Engelschman, die op reis is door de nieuwe we
reld, ontmoet in een der badplaatsen een Amerikaansche
jonge dame, op wie hij smoorlijk verliefd wordt, en met
wie hij na eenigen tijd wenscht te trouwen. Overtuigd dat
zijn stand hem met haar gelijk stelt en zijn fortuin geen
beletsel is, terwijl zijne bedoelingen edel zijn en oprecht,
vraagt hij hare wederliefde en wordt niet afgewezen.
Daar zich echter in de familie een onoverkomelijke hin
derpaal voordoet tegen eene openlijke verloving, is hij ge
noodzaakt zijne liefde te bedekken met het kleed der on
verschilligheid, hoewel de verbintenis in het geheim blijft
voortduren. Terwijl de zaken zoo staaö, ontvangt hij uit
Engeland een tijding, die hem noopt oogenblikkelijk huis
waarts te keeren, en door deze onverwachte omstandigheid
zeer terneer geslagen, schrijft hij aan zijne geliefde een
brief, waarin hij haar het geval mededeelt en haar het voor
stel doet tot het sluiten van een geheim huwelijk. Zij stemt
hierin toe onder zekere voorwaarden, waarvan de eerste is,
dat hij haar na de voltrekking van het huwelijk onmiddel
lijk zal verlaten, en de tweede, dat de trouw-akte in haar
bezit zou blijven. Dat kwam niet geheel en al met zijn
wenschen overeen; maar daar hij alles liever wilde dan uit
stel, nam hij met die voorwaarden genoegen. Het paar
komt samen in een klein dorp, niet ver van de hadplaats,
waar de schoone verblijf hield, en het huwelijk wordt vol
trokken door een Methodist prediker, die aldaar woonachtig
was. Bij de plechtigheid waren twee getuigen tegenwoor
dig, een door den predikant voor het doel gehuurd persoon
en een vriendin der bruid, die daartoe met haar was geko
men; maar de vergunning ontbrak en de bruid had haar
een-en-twintigste jaar nog niet bereikt. Nu is de vraag:
was dat huwelijk wettig, ja, dan neen? Indien de jonge
dame, welke op dien dag geheel met haar toestemming
aan mijn vriend verbonden werd, zou willen ontkennen
dat zij zijn vrouw is, kan hij haar dan dwingen zich toch
als zoodanig te gedragen? In 't kort, mijnheer Raymond,
is mijn vriend de wetttige echtgenoot dier jonge dame, ja,
dan neen?
Onder het aanhooren van dit verhaal werd ik allengs te
genover Ciavering, die het mij mededeelde, met geheel andere