HAARLEMMER HALLETJES.
BEITEL L A N D.
GEME1VGD NIEUWS.
contract al dan niet moest veranderd wor
den. De Kamer verwierp echter dit twee
ledige voorstel respectievelijk met 64 tegen
28 en met 76 tegen 16 stemmen.
Voorts hadden de heeren Patijn c.s. voor
gesteld om een middenweg in te slaan en
den termijn van het nieuwe octrooi op 15
jaren te stellen, zonder stilzwijgende ver
lenging bij niet-opzegging. Daarmede wilde
men de Bank wat meer ruimte van tijd
laten, maar tevens de Wetgevende Macht
in de gelegenheid stellen, later het geheele
vraagstuk opnieuw onder de oogen te zien.
Dat tweeledige voorstel werd verworpen
met 48 tegen 44 stemmen.
Wijders hadden de heeren Huber c. s.
voorgesteld, om geheel te handelen in den
geest der Kegeering, wat betreft de op
zegging, maar den termijn van de verlen
ging van het octrooi op 15 jaren te stellen.
Dit werd aangenomen met 87 tegen 5
stemmen.
In de vierde plaats had de heer B o r-
g e s i u s nog eens afzonderlijk voorge
steld om de zaak definitief te laten afloo-
pen na 15 jaren, 'hetgeen echter werd
verworpen met 52 tegen 40 stemmen.
Het, door aanneming van het ameude-
ment-Huber c. s. gewijzigd, artikel 1 der
wets voordracht werd teu slotte zonder
hoofdelijke stemming goedgekeurd.
Zal nu de mede-contractante, de Bank-
Directie, en zullen de aandeelhouders met
die verandering genoegen nemen Opnieuw
werd die vraag heden aan de Regeeriag
voorgesteld.
De minister van Financiën gaf evenals
Donderdag, een min of meer ontwijkend ant
woord, maar tevens gaf hij niet onduide
lijk te verstaan, dat, nu de Kamer van
haren wensch had doen blijken om mede
te gaan met het oorspronkelijk voorstel
van de Regeering, dat óók den vijftien
jarigen termijn bevatte, de Bank zich wel
meegaande zal betoonen en berusten in de
vermindering van den duur der octrooi
verlenging van twintig jaren (zooals het
tegenwoordig Eegeeringsontw. bedoelde)
tot vijftien. De minister had dan ook de
beslissing hierover aan de Kamer overge
laten, dat wil zeggen: zich niet bepaald
partij gesteld.
Maandag te half twee wordt de behan
deling van de onderdeelen der wetsvoor-
dracht voortgezet.
Na afdoening daarvan zullen nog eenige
kleinere wetsontwerpen aan de orde komen
en ten slotte de huishoudelijke begrootiug
der Kamer, welke de heksluiter pleegt te
zijn.
BANKOCTROOI.
Door den heer Domela Nieuwen-
h u i s ziju 9 amendementen voorgesteld
op de Bankwet, strekkende:
lo. om het kapitaal der Bank op 16
millioen gulden te behouden, behoudens
vergrooting bij de wet;
2o. om haar gelegenheid te geven gel
den in deposito te geven
3o. om het aantal directeuren met 2
te verminderen;
4o. om de geheele directie der Bank
telkens voor 5 jaren te doen benoemen
door den Koning;
5o. om den koninklijken commissaris
door den Staat te doen bezoldigen
6o. om de winst verdeeling tusschen den
Staat en de Bank ieder op de helft
Esn ZaterdagaYondpraatjs,
XLI.
Donderdagnacht wandelde ik in de goede
Spaarnestad. Het was twee uur, lezer!
Ik bid u, verdenk mij niet te gauw van
jeugdige uitmiddelpuntigheden, van een
bal waarvan ik vandaan gekomen was of van
een vrienden partijtje op een met rook be
zwangerde, door open vensters nauw ver
luchte kamer, waar ik lauw bier of slechte
cognac zou hebben gedronken, dergelijke
motieven waren er voor mijn nachtelijke
wandeling niet voorhanden. Het was mij
eenvoudig om een onderwerp voor een
halletje te doen en dat vond ik er. Als
ik het niet zoo gek vond, om boven elk
stukje, betrekkelijk klein van omvang, een
naam te zetten, precies alsof men meent,
dat het publiek niet begrijpen zal waar
over het handelt, dan zou ik dit product
van mijn vingers, mijn pen en mijn her
sens, //Haarlem bij Nacht" noemen.
En als ik dat schrijf, dan verzoek ik
beleefd, dat niemand zal denken aan //Ber
lijn bij Nacht" en //Londen bij Nacht",
waarin wijdloopiger dan ncodig wezen kan,
allerlei holen van misdaad en ondeugd
worden afgeschilderd. Zulke dingen heb
ik van Haarlem gelukkig niet te vertellen.
Twaalf uur was het toen ik mij op weg
begaf. Het was prachtig, helder weer, de
lucht was vol sterren en daartusschen
stak de maan haar koud gezicht, waaruit
de lezer alweer ziet, dat ik hem geen
akeligheden zal vertellen, aangezien daarbij
een stikdonkere nacht en een stormwind
of zware mist bepaald onmisbaar zijn.
Terwijl ik door een der hoofdstraten
ging, kwam ik een gezelschapje heeren
tegen, dat klaarblijkelijk uit een koffiehuis
kwam waar zij door n Jan's" beleefd maar
positief: t is tijd, heeren 1" op een fatsoen
lijke manier de deur waren uitgeloodst.
Och, och, wat komt er tegenwoordig van
't huiselijk leven terecht! Toen ik jong
was, bleef mijn vader, die 's avonds te
acht uur thuiskwam, in de huiskamer bij
ons, tenzij hij een of andere vergadering
7o. om te bepalen, dat geen directeur
of agent en evenmin de regeeringscom-
missaris aandeelen van de Bank mogen
hebben
8o. om te bepalen, dat de namen der aan
deelhouders, en het aantal stemmen, dat
ieder kan uitbrengen, een maand voor de
jaarlijksche vergadering in de //Staats
courant" worde bekend gemaakt, en
9o. aan den Staat het recht te geven
bij het eindigen van het octrooi van de
Bank over te nemen gedisconteerde en nog
niet vervallen wissels, enz., in onderpand
gegeven effecten, goederen, munt, enz. en
de gebouwen der Bank, hetzij tegen ba-
lanswaarde of tegen taxatie.
De heer B a h 1 m a n heeft voorgesteld:
lo. de geheele directie door den Koning
te doen benoemen, telkens voor 5 jaren en
jaarlijks een der directeuren te doen af
treden, doch op nieuw benoembaar te doen
verklaren.
2o. den koninklijken commissaris recht
te geven ook vergaderingen der directie
bij te wonen, om te adviseeren, en hem
de goedkeuring te verleenen van de vast
stelling van de balans en winst- en ver
liesrekening, met beroep van zijne uitspraak
op den minister van Financiën.
Door den heer A. v a n D e d e m is
een amendement voorgesteld, om den Staat
de bevoegdheid te geven de Nederlandsche
Bank wettelijk te verplichten al het haar
te koop aangeboden wordende mantmetaal,
waarvan de vermunting bij de wet aan iqder
zal zijn vrijgelaten, tegen muntprijs te
koopen.
Het doel dezer wijziging is om te voor
komen, dat hooger waarde aan de munt
kan worden toegekend dan de waarde van
het metaal, vermeerderd met de kosten
der vermunting.
KOLONIËN.
BATAVIA, 15 Juni.
In den namiddag van 8 dezer, te on
geveer over 4 uur, werd ter hoofdplaats
Batavia en te Tangerang (residentie Ba
tavia) en door de gansche residentie Ban
tam eene vrij hevige aardschudding ge
voeld in de richting van Zuid naar Noord.
Een nader rapport van den resident van
Batavia meldt, dat de aardbeving van den
8en dezer zich ook in de afdeeling Buiten
zorg heeft doen gevoelen.
Een nader telegram van den resident
van Bali en Lombok, gedagteekend 7 de
zer, meldt nog het volgende:
//Sedert nog enkele schokken waarge
nomen; in afgeloopen nacht nog vrij he
vige; van ongelukken niets naders ver
nomen, ook niet van inlandsche rijkjes".
Aan een rapport van genoemdeu ge
westelijken bestuurder, den 2den dezer in
gezonden, kau voorts het volgende worden
ontleend
Ook in het zelfbestuur bezittend rijkje
Meng wie werden in de laatste dagen zeer
hevige aardschuddingen opgemerkt, welke
ongelukken tengevolge hadden.
Zoo werden in de dessa Tingan een in
lander en een stuk rundvee door eene
aardstorting in een ravijn bedolvenvoorts
werden twee personen in de dessa Noeng-
noeng bij het instorten van een woonhuis
door de invallende muren getroffen en
zwaar gewondterwijl eindelijk in de dessa
(comparitie zeiden we) moest bijwonen. En
waar leeft men tegenwoordig als men niet
op kantoor of werkplaats is P In de koffie
huizen, die, vooral in grooto steden, zoo
mooi en aantrekkelijk worden gemaakt,
dat menigeen, die zich met een groet huis
gezin op een klein bovenhuis behelpen
moet, die schitterend verlichte lokalen
verre verkiest, zonder te bedenken, dat,
als hij ze niet bezochtdat kleine
bovenhuis een groot bovenhuis kon wor
den. Maar zoomin ik er kans toe zou
zien een Eskimo van het nut van Volapük
te overtuigen, evenmin durf ik hopen, dat
men dien eenvoudigen regel eens zal toe
passen.
Daar stond ik op de Groote Markt, een
oogenblik onzeker welke van de vele stra
ten te nemen, die ais pijpen in een re
servoir, op dit ons eenig plein uitloopen.
Op eens begon het carillon weer te spelen
op den toren der Groote Kerk en hoewel
ik reeds heenging, bleef ik nu toch een
oogenblik staan en wel om de zrer ver
klaarbare reden, dat ik die toch ook een
zeker gedeelte betalen moet van het on
beduidend (niet waar sommetje dat
de reparatie en vernieuwing van uur- en
speelwerk hebben gekost, nu ook waar
voor mijn geld wou hebben en tevens
de gelegenheid schoon achtte om te we
ten te komen, welk vaderlandslievend
of oorlogzuchtig lied ons nu een jaar
lang ieder half uur in de ooren zal worden
gebengeld. Ik hoop niet dat mijne lezers
er nieuwsgierig naar zijn, want ik heb het
niet kunnen ontdekken, en vermoed dat
het een onuitgegeven compositie van een
ontluikend artist is, dien men op deze
verheven wijze populair wil maken.
In het voorbijgaan opgemerkt, vind ik
het bepaald merkwaardig, dat men wel
voor het carillon, maar niet voor de ver
betering der schutterij-muziek geld over
heeft, ik verbeeldde mij altijd dat in goedo
fanfaremuziek meer kunstgenot te vinden
is dan in het tingelen van een klokken
spelo wee, wat een profane volzin is
me daar uit de pen gegledenAls hier in
de eenzaamheid iemand was die mij be
straffen kon, zou hij mij zeker verzoeken,
mij eens voor te stellen hoe Haarlem
Kijadan in den aardbodem een scheur ont
stond, waarin een huis wegzonk.
De resident van Bagelen deelt mede,
dat den 7en Mei jh, des voormiddags te
ongeveer kwartier over 11 uur, ter hoofd
plaats Poerworedjo, zoomede te Karan-
ganjar en Keboemen, eeu lichte schok van
aardbeving werd waargenomen.
Te Keboemen werd de beving gezegd
zich van Oost naar West te hebben voort
geplant elders was de richting niet op te
geven.
Een telegram van den resident van
Timor en onderhoorigheden van 2 dezer
meldt, dat de politieke en algemeene toe
stand in dat gewest over het geheel ge
nomen bevredigend kon worden genoemd.
De stad Maracaiba, Ned. West-Indië,
is op 15 dezer door een vreeselijken don-
derstorm bezocht. Yier personen werden
door den bliksem doodelijk getroffen, ter
wijl eenige anderen van de schokken te
lijden hadden; 300 zakken koffie zijn uit
een lichter, die ze naar het stoomschip
z/Maracaibo" vervoerde, in de baai verlo
ren geraakt.
Cl VISL DEPARTEMENT.
Verleend: Een tweej. verlof wegens ziekte
aan den adj.-secr. hij den "Weeskamer te Batavia
J. L Hanozet Gordon en aan den onderw. 2e
kl. hij het openh. lager ond. voor Europ. en met
dezen gelijkgeatelden I. T. Visser.aan den on
derw. 3e kl. hij het openhaar lager onderwijs
voor Europeanen en met dezen gelijkgestelden
C. Blom.
MILITAIR DEPARTEMENT.
Verleend: Een tweej. verlof naar Europa,
wegens ziekte, aan den opz. over den timmer-
mansw, en de houthewerk. bij den art.-eonstruc-
tiewinkel te Soerahaja, D. A. Eindhout.
Trouw-, Geboorte- en Doodberichten.
Gehuwd: G. A. van de Roemer en J. A. G.
Immink, Solo. - A. de Vletter en W. C. Berg
mans, Tegal.
Geboorten: W. M. de Meijier-Watsoa, z.,
Kertosono. - C. H. Lagers-Van de Stadt, D.,
Serrurang. - P. van Uijk-Bangert, z., Pamekasan, -
A. M. Stoll-Lucardie, z., Proboinggo. - J. L. C.
Versteegh-Van de Rivière, z., Kedong BaDteng.
- C. F. Cooke-Prager, z.. Banjoeraas. - Bierlee,
d., - C. J. van Zuijlen-Niessen, z., Joana. - W.
M. Picard-Reyackers, d., Willem I.
Overleden: J. L. Israël, 58 j., Djokja.
Frankrijk. De laatste berichten om
trent Boulanger luiden, dat zijne wonde
geheel genezen is en de aandoening der
long zeor snel is geweken.
Boulanger heeft aan de kiezers van
Ardèche eeu manifest gericht, waarin hij
het zegt te betreuren, dat hij niet persoon
lijk hun kan zeggen, dat zijn streven is
de vervulling van een grootsche taak waar
bij hij hoopt dat een ieder hunner zich
zal aansluiten en het van hun afhangt of
eene herziening zoo noodig voor Frank
rijk en de Eepubliek, spoedig of later zal
plaats hebben.
Spanje. Ia eene samenkomst van den
minister van Financiën met afgevaardigden
van handelsvereenigingen uit Barcelona en
Taragoua, is besloten dat het peil-stelsel
beperkt zal worden tot zuiveren alcohol,
zoodat er eene uitzondering zal worden
gemaakt voor de wijnen.
Rusland. Keizer Wilhelm heeft het
voornemen, Maandag het naamfeest van
Haarlem zou zijn zonder carillon. Foei, foei,
wat heb ik durven zeggen! schutterij-
muziek is toch dat niet en, ziet ge, 't is
zoo antiek en zoo eigenaardig voor vreem
delingen
Vóór de geest van tegenspraak dien ik
in mij voel, gezegd heeft dat die anti
quiteit mij al heel weinig raakt en dat de
vreemdelingen mij niet zoo na aan 't hart
liggen als de ingezetenen van Haarlem,
glip ik het politiebureau voorbij, de Zijl
straat inmen zou mij er inslepen als ik
iets van het carillon durfde zeggen
In het politiebureau brandt licht, en ik
denk onwillekeurig aan een altijd wakend
dier, welks oogen nog flikkeren ook in
den nacht, terwijl de deur openstaat, gast
vrij als altijd, o droevige gastvrijheid!
Iu de Zijlstraat is het doodstil, ik ont
moet er niemand, alleen springt hier en
daar eeu kat die, evenals ik, nachtwande
lingen doet, voor mijn voeten op en schiet
met haar slap, lenig lichaam dwars over
de straat naar den overkant. Ik sla linksom
en blijf een oogenblik staan bij de Gasfa
briek, steen des aanstoots voor ieder die
gemeentelijke exploitatie van zaken van
zooveel belang voor de gansche gemeente,
verkiest boven particuliere, welke er na
tuurlijkerwijze op uit is om zooveel winst
te maken als mogelijk is.
Prachtig schijnt het maanlicht over de
Leidschevaart en zet de villa's aan de over
zijde in een zachten, witten glans en toch
verhaast ik mijn stap als ik door het ge
boomte ga alsof
Nu ja, waarom zou ik het niet zeggen:
alsof er een booswicht uit te voorschijn
zal komen, die mij op de middeleeuwsche
manier een zadelpistool op mijn voorhoofd
richt en alleen bereid is het moordtuig
te bergen wanneer ik hem mijne porte-
monnaie en horloge ter beschikking stel.
Want de lezer moge er om lachen, ik
ben bang in het donker. Die steeg daar,
die zoo donker is, zou zeer wel een heele
rooverbende kunnen bevatten, die plotse
ling op mij toe zou kunnen schieten. Hu
ik ga nog sneller voorbij. Al de ijselijke
verhalen, die het kindermeisje dat inder
tijd mijn jeugdig pad heeft geëffend, in
mijn toen nog zoo weeke hersentjes heeft ge-
de koningin van Griekenland te Gawlowski
bij te wonen, en pas Dinsdag 's morgens
in de vroegte van Peterhof naar Stockholm
te vertrekken.
Keizer Wilhelm is Vrijdagnamiddag
te Oranienbaum op het jacht //Alexan
dria" aangekomen, en door de in grooten
getale toegestroomde bewoners der villa's
in deze streek levendig begroet. Een mu
ziekkorps, hetwelk geplaatst was op een
particulier vaartuig, bracht pruisische lie
deren ten gehoore. De keizer bracht een
bezoek aan het paleis der grootvorstin
Katharina Michaïlowna, en hij is voorne
mens later grootvorst Nicolaas den ouderen
te Suamenski, en grootvorst Michael den
ouderen te Michaïlowka te bezoeken.
Marokko. De troepen des sultans
hebben stormenderhand, den 28en Juni,
eene versterking der Beni-Guilds ingeno
men. De vijandige stammen, die hebben
ingezien dat alle verdere tegenstand nutte
loos zou zijn, hebben zich den^30n volko
men ouderworpen. De sultan heeft goever-
neurs aangesteld in de districten der Beni-
Guilds om zware schattingen te heffen.
Noord - Amerika. Onder de
fransche visschers van Saint-Pierre
zoo wordt uit Halifax geseind heerscht
groote opgewondenheid, daar op twee
hunner schepen beslag is gelegd, wegens
schending der wet betreffende den aan
koop van aas op het grondgebied van
New-Eoundland.
Een der drie gevangen mannen, die
betrokken zijn in het anarchisten-complot
van Chicago, heeft het bestaan van dit
complot erkend, maar hij heeft ontkend
dat het tegen twee rechters en een com
missaris van politie was gericht.
Volgens bericht uit
New-York heeft een rijk natuur
kundige, Joseph Lippencot, van
Edison, voor een millioen dollars,
diens phonograaf met alle verbete
ringen aangekocht, voor een tijd
vak van 15 jaar.
Een rijk grondeigenaar te
Colombes is beschuldigd een zijner doch
ters in 1868 te hebben doen omkomen
en eveneens zijn eerste vrouw in 1884 en
zijne tweede echtgenoote den 13enJulijl.,
tengevolge van de slechte behandeling, die
hij hen liet ondergaan.
Men verhaalt o. a. dat hij zijn tweede
vrouw in April jl. eerst geweldig heeft
geslagen en geschopt, haar daarna in
een varkenshok heeft opgesloten en haar
op water en brood in zeer geringe hoe
veelheid, liet zitten.
Ten slotte wist de arme vrouw uit haar
gevangenis te ontvluchten en begaf zich
naar hare ouders. Zij was in wanhopigen
toestand en geheel uitgemergeld. Haar
lichaam droeg de sporen der gruwelijkste
mishandelingen. Den 13en Juli stierf zij
dientengevolge. Haar familie heeft haar
man aangeklaagd. Zijne eerste vrouw moet
zich, de behandeling haars echtgenoots
moede, hebben verdrouken. De ellendeling
legd, komen mij nu nog bij stukjes en
brokjes weer voor den geest, hare koel
bloedig gefluisterde histories van mannen
met zwarte gezichten, die iemand allerlei
martelingen aandeden, en ik denk aan de
geheimzinnige Zwarte Kunst, die zij be
oefenden en die daarin bestond, dat zij
onschuldige menschen op allerhande ma
niereu betooverdeu, totdat hij zelf niet
meer wist wie en wat hij eigenlijk
was. Hoe schrikte ik dan, wanneer een
plotselinge rukwind het venster rammelen
deed en toch, hoe aangenaam was dat
rillen!
Och, die gemaskerde roovers komen in
Haarlem hunne verrichtingen niet uitoe
fenen en de zwarte kunst staat bij mij al
lang op de inhoudsopgave van den cata
logus van bakerpraatjes. En tochhebt
gij nooit gerild wanneer er des nachts een
geheimzinnig tikkend geluid werd verno
men, waarvan gij de oorzaak niet kondt
raden, hebt gij nooit onder uw bed ge
keken. wanneer gij den ganschen avond
rustig thuis haul gezeten en toevallig in
uwe courant eene vreeselijke moordhistorie
hadt gelezen?
Langs de Wilhelminastraat richt ik mijn
nu weer gelijkmatig geworden stap naar
den Singel en als ik daar gekomen ben,
wordt mijn tred nog langzamer, want voor
mij uit hoor ik het eigenaardig rammelen
van een kar, die behoort tot de karren
familie S. R. Hier ontmoet ik een poli-
tie-agent, die goeder» avond zegt en aan
zijn helm slaat, eene beleefdheid welke de
gerechtigheidsmannen zich alleen bij nacht
veroorloven, waarschijnlijk omdat de voor
bijgangers dan zooveel schaarscher zijn.
Ou het Spaarne, vlak bij een klein
kroegje, zie ik twee gedaanten, waarvan
de eeDe schijnt te liggen en de andere over
haar heen gebukt is. Mijn hart klopt
snellerzou daar het avontuur zijn, waar
op ik bij mijn nachtelijke wandelingen wel
eenigszins heb gehoopt?
Als ik naderbij gekomen ben, zie ik dat
de een een man is, die op de stoep ligt,
met het bovenlijf tegen de muur geleund,
terwijl een vrouw over hem heen ge
bogen is, rlie moeite doet om hem tot op
staan te bewegen. ij
zit thans in de gevangenis en zal zijn
gerechte straf niet ontgaan.
Een zekere heer Ville-
baude-Jonnich, Franschman van ge
boorte, beeft aan de rusaische re
geering vergunning gevraagd een
schat te gaan opsporen, die in 1812
veiligheidshalve door een fransch
detachement in de provincie Grodno
begraven is. Die schat zou bestaan
in de geldkist eener fransche leger-
afdeeling en 850,000 francs groot
zijn. De soldaten, die het geld onder
den grond gestopt hebben, werden
eenige uren later gedood, behalve
óéo kanoer, zekere Jonnichde
grootvader van moederszijde van
den heer Villebaude, aan wien hij
het geheim heeft medegedeeld en
die thans krachtens de russische
wet een derde deel van het geld
verlangt.
De minister van Binnenlandsche
Zaken heeft een commissie van on
derzoek naar de aangegeven plaats
zonden.
Een geweldige ontploffing
heeft Donderdag in de haven van Rouaan
dicht bij Dieppedalle plaats gehad. Een
stoomschip met 12000 vaten petroleum
aan boord geraakte in brand. De olie ont
vlamde met een geweldigen slag. Terstond
hieuw men de touwen door, waarmede het
schip lag vastgemeerd, om het uit de ha
ven te slepenmaar ongelukkigerwijze
kwam het met een ander vaartuig in aan
raking, dat ook iu brand geraakte. Zes
matrozen verbrandden en men gelooft dat
er nog meer slachtoffers zijn. Een talrijke
menigte sloeg van den oever het schouw
spel van den brand gade.
De ontsnapping van drie
boeven wordt uit een dorpje bij Lyon ge
meld.
De gendarmes in dé omstreken aldaar
zaten een drietal gevaarlijke inbrekers
achterna, die de schrik der bevolking al
daar waren en reeds meermalen brutale
diefstallen hadden gepleegd. Eenige dagen
geleden had een ware menschenjacht plaats
en de drie boosdoeners werden ingerekend.
Zij werden daarop geketend naar de ge
vangenis geleid, maar nauwelijks op weg
dreigden zij hunne geleiders, verbraken
hunne boeien en vielen op de gendarmes
aan, die zij vreeselijk toetakelden, vervol
gens namen zij de vlucht dwars door het
land.
De tijding van deze stoutmoedige vlucht
werd terstond naar alle kanten geseind.
Den volgenden morgen zag een agent
der veiligheidspolitie te Lyon een individu
loopen op de Place du Pont, welks voor
komen hem niet onbekend voorkwam. Hij
hield hem aan en het bleek een zekere
Villard te zijn, 30 jaar oud en zonder be
roep. Hij bekende weldra een der ontsnap
ten te zijn, maar weigerde de namen zijner
medeplichtigen of hun schuilplaats op te
geven.
z/Kom mee'', zegt ze op luiden toon,
zonder mij te zien. HIs het nog niet erg
genoeg, dat je alles weer hebt verteerd en
wij geen eten hebben Aanstonds komt er
een agent en brengt je naar het bureau!"
De dronkaard bromt wat, tracht dan
zijn slappe ledematen op te heffen, maar
geeft spoedig de poging weer op en kijkt
haar met wezenlooze oogen aan.
//Hoor je niet?" zegt de arme vrouw,
terwijl ze hem nogmaals heen en weer
schudt, n AH de politie je nou weer te
pakken krijgt, ga je naar de Schans!"
Maar zelfs dit schrikbeeld ontnuchtert
hem nietIk bedenk mij even en wil juist
naar haar toegaan, om den dronkaard over
eind te zetten, als ik uit een steeg een
gedaante zie komen die zich in onze rich
ting beweegt, terwijl het maanlicht den
helm op zijn hoofd doet flikkeren. Ik be
grijp, dat hij den man beter zal weten te
bezorgen dan ik en ik ga dus verder, met
een gevoel van medelijden voor die arme
vrouw.
Verder aan het Spaarne liggen twee
booten onder stoom, klaar, om den vol
genden morgen weer te vertrekken, staaltje
van de rusteloosheid des menschdoms in
dezen tijd. Aan den Koudeuhorn staat een
meisje aan de deur van een huis, dat
schitterend verlicht is, alsof er een ver-
jaarfeestje is gevierd, en fluistert met een
jongmensch, haar galant, die van haar
afscheid neemt.
Ik kijk naar een anderen kant, om hen
niet lastig te zijn en glimlach bij de ge
dachte aan den tijd toen ik ook zoo deed.
Ach, zij zijn voorbij, die schoone dagen
van Aranjuez!
Langzamerhand beginnen mijn knieën
weerspannig te worden, zij knikken en
willen niet meer. Middelerwijl doet de god
des slaaps, verwoed over zulk eene mis
kenning van zijn macht, een hevigen
aanval op mijn oogleden, zoodat ik besluit
naar huis te gaan en, nauwelijks in bed,
de oogen sluit om van mijn nachtelijke
wandeling uit te rusten.
Fidelio.