immers verkocht!
Hij zou dus ongestraft leven,
vervolgde de jonge vrouw, ter
wijl haar oogen verdacht begonnen
te schitteren.
Ga uw werk doen, sprak
de oude op een toon, die geen te
genspraak duldde, ik zal u red
den, maar gij moet naar mij luisteren!
Fatimah zweeg eerbiedig en ver
wijderde zich met de wrok in 't hart;
de booze was in haar gevaren.
Toen de laatste zonnestralen zich
in het maatloos ruim des heeals
hadden opgelost en het licht der
maan zich reeds over de aarde uit
spreidde zaten de oude vrouw en
Fatimah op het erf achter het huis
met elkander te praten.
En nu, Fatimah, hernam
de oude vrouw, toen zij een gan-
schen tijd de vrouw van Loeki had
aangehoord,Allah zal u bijstaan
in uw nood. Toef niet langer, het
is nu 't geschiktste oogenhlik om te
vluchten.
Eenige onverstaanbare woordeD
mompelende, stond Fatimah op en
na haar redster een hinken hand
druk gegeven te hebben, gevolgd
door een hartelijke omhelzing, ver
wijderde zij zich en verdween ach
ter 't kreupelgewas om te vluch
ten? Neen! dat kon zij niet, alvorens
een daad verricht te hebben, die
haar dorst naar wraak kon les-
schen. Zij stond even stil en ijlde
toen naar hare woning. In de verte
zag zij reeds een klein licht flikke
ren door de deur die half open
stond. Allah zij geloofd, riep
zij hartstochtelijk uit, hij is thuis
Met haastigen tred liep zij voort
en op de plaat* barer besten:ming
gekomen, schoof zij met een enkelen
fikschen ruk de deur geheel open.
Wie is daar? klonk een
grove mannenstem, die van niemand
anders kwam dan van Loeki.
Fatimah! uw vrouw!
De Javaan, die zich juist aan 't
genot der opium overgaf, wendde
even 't hoofd om en ging toen weder
voort met schuiven.
Ik heb wat vergeten, her
nam Fatimah, terwijl zij met een
helschen blik haar man aanzag en
langs hem heen gmg. Achter hem ge
komen, stond zij even stil en maakte
met de rechterhand een verdachte
beweging, terwijl de linker zich in de
plooien van haar sarong verborg.
Op dit oogenblik kwam een kris
te voorschijn. Snel als de bliksem
draaide Fatimah zich om, richtte de
punt van het staal op den amfioen-
schuiver en drukte 't wapen tot
aan 't lemmet in den hartkuil. Een
groote straal bloed spoot met kracht
uit de wonde, en zonder een enkel
geluid te geven had Loeki den laat-
sten ademtocht uitgeblazen.
Uw loon, ellendeling! mom
pelde Fatimah, terwijl zij de kris
uit de gapende wonde trok en hem
aan 't gelaat van deD opiumschui
ver afveegde. Nu hoorde zij duide
lijk weer de stem zeggen: Fa
timah, gij zult bloed zien!
Voorbeschikt door Allah
mompelde de Javaansche, terwijl
zij de kris liet vallen.
Nog eenmaal keek zij Loeki aan,
blies het lichtje uit en sedert dat
oogenblik beeft niemand ooit Fa
timah, de vrouw van Loekih de hout
hakker, weer terug gezien!
Haarlem, Juli '88.
TJAMPAKA.
BUITENLAND.
België. Woensdagavond tegen 11
uur is via Ostende te Brussel aan
gekomen de heer Camilie Janssen,
goeverueur-generaal van deuCongo-
staat, vergezeld van den luitenant
Baert en zijn negerbediende Victor.
Ondanks het late uur waren een
aantal bloedverwanten en vrienden
aan het stationde eektgenocte van
den heer Janssen, de vader van den
heer Baert, de heer F. van Eetvelde,
administrateur-generaal aan het de
partement van Buitenlandsch Zaken,
die de aangekomenen namens den
Koning verwelkomde, kapitein Co-
quilhat, die zelf geruimen tijd aan
den Congo vertoefd heeft, enz. enz.
De heer Janssen brengt geene nieu
we tijdingen mede omtreut Stanley.
Vóór zijn vertrek van den Congo
heeft hij luitenant Ward te Banana
gesproken, die uit bet kamp van
majoor Bartelott aan de Arruwimi
de berichten gebracht heeft, welke
reeds voor eenige weken door de
commissie voor de bevrijdings-ex-
peditie voor Emin, te Londen ont
vangen en toen terstond openbaar
gemaakt zijn.
Frankrijk. De President der Re
publiek wordt overal op zijne reis
met geestdrift ontvangen. Naar men
verneemt, is hij voornemens in Sep
tember a. s. opnieuw een reis door
de departementen te maken.
Rusland. Bij de eerste ontmoe
ting hebben de keizers Wilhelm en
Alexander elkaar Woensdag harte
lijk omhelsd. Daarna werd het ge
volg van beide keizers voorgesteld.
Keizer Wilhelm heeft zich gerui
men tijd met des minister Giers,
de czaar met graaf Herbert von
Bismarck onderhouden. Later heb
ben de beide vorsten zich terug
getrokken, terwijl beider gevolg bij
elkaar bleef en zich levendig on
derhield. Behalve het keizerlijk fa
miliediner was er op Peterhof ook
een diner der ministers, waaraan
Giers en graaf Bismarck deelnamen.
Des avonds had er een rijtoer door
het park plaats bij eene tooverach-
tige verlichting.
De ruosnche hladeu spreken
alle de overtuiging uit, dat door de
samenkomst der keizers een nieuw
vredestijdperk geopend wordt. De
Nomoje Wremja zegt in zijn begroe
tingsartikel, dat geheel Rusland den
wensch koestert, dat de vroegere
goede betrekkingen tusscben de beide
machtige natiën mogen voortbloeien.
Servië. Koning Milan beeft een
memorie uitgegeven, waarin hij zich
rechtvaardigt en o. a. verklaart, dat
hij niet het voornemen heeft zich
opnieuw in den echt te begeven.
De inhoud van het geschrift, dat
eigenlijk dient om aan te toonen,
dat de koningin zich schuldig heeft
gemaakt aan allerlei politieke in
trigues, zal aan de verschillende
vreemde Hoven medegedeeld wor
den.
De russischgezinde bladen bewe
ren, dat de koning aan verstands
verbijstering lijdt.
Bulgarije, ffet schijnt thans toch
dat de rooverbenden, die het platte
land van Servië en Bulgarije onvei
lig maken, niet zoo zeer uit roovers
van professie zijn saamgesteld, maar
dat de bedrijvers der aanslagen waar
van men van tijd tot tijd hoort, op
standelingen zijn of zoogenaamde
Haiduks», eene benaming die zij
aan de bulgaarsche en Servische
bevolkingen hebben ontvangen.
De vrouw van Landler, den oos-
tenrijkscheu ambtenaar, die door deze
zoogenaamde roovers is gevangen
genomen, heeft aan haar broeder te
Weenen een schrijven gericht. Deze
brief bevat veel wetenswaardigs en
geeft een juist overzicht van den
toestand in Bulgarije. De geruststel
lende en optimistische tijdingen,
welke de telegraaf uit Sofia heeft
medegedeeld stemmen weinig met
de werkelijkheid overeen.
Mevr. Landler verhaalt dat de
aanranders van haar man, die haar
een brief door een boer liet bezor
gen, hem naar een door bergen
omringde verblijfplaats hebben ge
bracht, in een hem onbekende streek.
Hij wordt, naar hij schrijft, vrij goed
behandeld, maar vreest dat men een
hoog losgeld voor hem zal eischen.
Nog voegt mevr Landler er aan toe,
dat de ontvoerders van haar echt
genoot geen gewone roovers zijn,
zooals de bulgaarsche regeering het
doet voorkomen.
De troep die het spoorwegstation
Bellova overrompelde en Landler
gevangen nam, bestaat geheel uit
bulgaarsche uitgewekenen, aange
voerd door officieren. Zij hebben
bepaald een politiek oogmerk.
Het station Bellova en omgeving
worden thans bewaakt door een
sterke afdeeling gendarmen en sol
daten, n aar bet is totaal onbekend
waar de «Haiduks» gebleven zijn.
Volgens gerucht houden zich in
de bergen, die de grensscheiding
tusschen Bulgarije en Serve vormen
nog andere troepen «Haiduks» op,
die slechts op een teeken wachten
om nieuwe aanslagen te plegen.
Een nader bericht meldt thans:
De roovers van Bellova stellen
hunne eischen steeds hooger. Zij
verlangen thans een losgeld van
100,000 francs; wordt hieraan bin
nen 10 dagen niet voldaan, dan
zullen zij elke week het hoofd van
een der zes gevangenen aan de fa
milie zenden.
Egypte. Door pelgrims naar
Mekka is te Soeakim het bericht
aangebracht, dat, naar zij in Dar-
foer vernamen, eene sterke strijd
macht van vreemdelingen, aange
voerd door eenen engelschen pacha,
zich verschanst had aan de Bahr-
el-Ghazel, om, in bondgenootschap
met het volk van Darfoer, de op
rukkende legerscharen van den
Mahdi terug te slaan. Reeds zou de
sultan van Darfoer aan den Mahdi
eene nederlaag hebben toegebracht.
De Pall Mall Gazette meent dat
deze «engelsehe pacha» niemand
anders kan wezen dan Stanley. De
mogelijkheid bestaat echter, dat het
niet Stanley, maar Emin-Bey zou
blijken te zijn.
tiEMEIItD. NIEUWS.
De mededeeling, dat er
haaien zijn gezien in de Adriatische
Zee en dat er zelfs een zou gevan
gen zijn door de visschers bij Quar-
nero, heeft de directie van den Zui
derspoorweg genoodzaakt, de netten,
die rondom de badplaats Abazia
zijn gezet, dichter te maken en zoo
doende elk gevaar weg te nemen.
Overigens keert iederen zomer het
bericht terug, dat er haaien in de
Adriatische Zee gezien zijn. Weinige
jaren geleden werd een 18 voet
lange haai aan het straud bij Pre-
lucca in de golf van Quarnero ge
vangen; het groote dier was in on
diep water gekomsn en was op den
grond vastgeraakt. Het dier werd
het eerst opgemerkt door eenige
visschersvrouwen, maar niemand
waagde het te naderen, ofschoon
het langzamerhand door het afloo-
pende getij geheel op het droge
was geraakt. Toen kwam men op
het denkbeeld, om laDge roeispanen,
dwars over het. lichaam van den
roofvisch te leggen. De uiteinden
van deze 20 vt. langs roeispanen
maakte men stevig in den grond
vast en daar men m korten tijd op
die wijze een twintigtal van zulke
roeispanen gebruikte, gelukte het
eindelijk, het monster te naderen.
Een douanier stiet het dier een
scherpen sabel zoo gelukkig in den
achterkop, dat het oogenblikkelijk
dood was. De visch werd naar
Fiume gebracht en daar geopend.
In zijn maag vond men de onge
looflijkste dingen, zooals een gehee-
len dolfijn, een been, waaraan nog
een broekspijp en een schoen zaten,
groote visschen en vele anderen
zaken. Het zeemonster werd opge
zet en aan een natuurkundig mu
seum ten geschenke gegeven.
Het is wellicht niet van alge-
meene bekendheid, dat de haai on
gelooflijk laf en vreesachtig is. Met
gevechten tegen zijns gelijken laat
hij zich niet in; hij grijpt slechts
zwakkeren aan, wanneer hij zeker
is van de overwinning. Talrijk zijn
de gevallen, waarbij zwemmers, door
lawaai en beweging in het water
te maken, den haai afschrikten of
dat duikers hem door het maken
van wilde gebaren en handbewe
gingen het hazepad deden kiezen.
In de oostenrijksche marine verhaalt
men een avontuur van een marine
officier, die bij het baden in de golf
van Burla een kleine baai, die een
baars vervolgd en ook reeds bereikt
had, wegjoeg, hem den reeds ver
worven buit deed loslaten en dien
voor zich zelf veroverde.
Petroleum, Loco t'8,50 E., Sept./Dec. f8,80
E., consumtie f10,Nobel dito loco f 7,50 E.,
Sept./Dec. f7.80 E., Caspische dito loco f6,80
E. Cons. Nobel en Bnito f 8,25.
Tarwe ap levering onveranderd, Nov. f 200.
Nöteering van de Commissie voor den Gra&n-
Koi'ge op levering lager, Oct. f104,
105, 106, 105.
-otetring van Meaae Thole. Kooliasd op
$00 Kg. Olie stil.
Lijnzuad onveranderd.
Raapolie vast, vliegend per 100 Kg. f251/<S
lo. Sept./Dec. f246/f, lo. Mei f25.
Lijnolie prijshoudend; vliegend per 100 Kg.
f203/4, in de stad f201/:, lo. Aug. f201/2, lo.
Sept./Dec. f203/* lo. Jan/Mei f 20'/s.
Raapkoeken f 70 a 84 per 1040 stuks
Lijnkoeken f7,50 a 11,per 104 stuks.
Hoorn, 19 Juli. Kaas: Ter waag gewogen 387
stapels, wegende 115,743 kilo. Hoogste prijs:
kleine Gras f 33,50, Hooi id. f 0,Commissie
id. 29,50, middelbare f
Leiden, 20 Juli. De aanvoer en prijzen ter
Veemarkt van heden waren als volgt68 Stieren
f42 a 240, 130 vette Ossen en Koeien f122 a
246 of f0,56 a 0,68 per Kg., 73 Vare id. f 85
a 192, 0 Graskalveren fa 97 vette id.
f 21 a 75 of f 0,50 a 0,75 per Kg., 22 nuchtere
id. f 4,50 a 13,1060rette Schapen f 19 a 36,
of f 0,45 a 0,50 per Kg., 486 weide do. 10,
I,472 Lammeren f 6,a 13,46
magere Varkens f 15 a 22, 184 Biggen 1'4,a
9,25, 0 Paarden f a 112 Kalf- en
Melkkoeien f 100 a 230.
Leiden, 20 Juli. Aangevoerd 39 partijen.
Gouds che Kaas f 20,a 2S,Derhy a
Leidsche, de 150 küo fa Edammer Kaas
2e kwal. fa 0,-
21 Juli. Moutwijn f 7,50, Jenever
13.Amat. Proef f 14.25 Spodling-Bsnrs
0,60, dito Commissie t 0,60.
Zwolle, 20 Juli. Boter, Prima Gras f 25,
a 26,afwijkende f23,a 24,50. 2e soort
f 19,a 21,—.
2L:Z X
Klaassen zit in een restauratie
voor een bord vol pannekoeken.
Het is vreemd, zegt bij, men be
weert altijd, dat men al etende eet
lust krijgt. Twee pannekoeken, geen
trek drie, vier vijf, zes panne
koeken, geen trek. Ik ben bepaald
ziek.
Zoudt ge denken, jongmensch»,
sprak de bezorgde vader, «dat ge
mijn dochter zoudt kunnen onder
houden en haar alles geven zooals
zij dat bij haar ouders gewend was?»
Zeker, mijnheer, daaraan twij
fel ik geen oogenblik. Zij maakte
onlangs bezwaar om met mij naar
een concert te gaan, omdat zij, zoo
als ze zeide, letterlijk niets had
om aan te trekken.
Er zijn menschen, die altijd zeg
gen dat zij vervolgd worden door
het ongeluk. Een van die ontevre
den wezens ging eens over straat
en zag iets op de steenen blinken.
Hij raapte het op en zag dat het
een kwartje was.
«Natuurlijk», zeide hij op bitte
ren toon, «men moet maar onge
lukkig wezen. Als een ander het
gevonden had, zou het een gulden
geweest zijn!»
Mkummmu,
AlaSTïBDAM, 21 JnlL
De prtJsen der Aardappelen waren als volgt;
Frieiühe Dokkumer Jammet. 0,a 0,dito
Frsnekar Jammen f 0,a 0.Zeeuwsche Spui-
ache Jammen f 0,4 0,Katwijker Zand f 2,40
4id. Muisen '0a 0,Andijker Muis
jes i 2,40 2 80, Westl. Klei manden f2,8
2,20. dito losse f 1,90 2 10, do. Klei MuisjeB
f 1,90 a 2,20, dito Zand f2.60 a 3.—, Rijnshur-
gers f 0,a 0,allen per Hl., nieuwe Malta
- A et. per Kg.
Aangevoerd 16 verache ladingen.
Suiker: Biet en Geraffineerd kalm.
Pradikbiurten der fM Herv. Kerken
TE HAARLEM.
Op Zondag 22 Juli 1888.
Groote Kerk.
Vroegpr. 7 ure, Moeton.
Voorin. 10 ure, B. ter Haar Romeny, em.-pred.
van Haarlem. (Voor Smeding).
Nam. .2 ure, Moeton. 41e Zondag.
's Avonds 6 ure, Hoog.
Nieuwe Kerk.
Voorm. 10 ure, H. J. R. G. Theesing, em.-pr.
van Rotterdam. (Voor Escher).
Jans-Kerk.
Voorm. 10 ure, W. H. Dekking,
pred. te Haarlemmermeer.
Bakenesser Kerk.
(Voor de Kinderen.)
Voorm. 10 ure, H. Bremer, godsdienst-onderw.
Waalsche Kerk.
Voorm. 10 ure, Debry.
Christelijke Gereformeerde Gemeente
Gedempte Oude Gracht.
Voorm. 10 ure, 's Avonds 5 ure, Mulder.
Klein Heiligland.
Voorm. 10 ure, 's Avonds 5 ure, Schotel.
Lutkersche Kerk,
Voorm. 10 ure, Mees. Avondmaal.
Kerk der Vereenigie Doopsgezinden.
Voorm. 10 ure, H. E. Elhorst, pred. te Irnsum»
Remonstrant e Kerk.
Voorm. 10 ure, Tideman.
Broedergem eente.
Voorm. 10 ure, Weiss.
Donderdagavond 8 ure, Weiss. Voorbereiding.
Gemeente van Gedoopte Christenen.
Lokaal Groot Heiligland 26.
Voorm. 10 ure prediking.
Nederd. Geref. Gem. (doleerende).
Lokaal «Felix Favore«, Smedestraat 23.
Voorm. 10 ure, 's Avonds 6 ure, A. van Schel
ven rustend pred. Ie Oude Wetering.
Nederd. Herv. Kerk.
Bennebroek.
Voorm. 10 ure, G. van Herwaarden.
Beverwijk.
Voorm. 10 ure, J. C. Boon.
Doopahediening.
Evang. Lutkersche Kerk.
Voorm. 10 ure. K. A. Gonlag.
Doopsgezinde Kerk.
Voorm. 10 ure, J. Sepp.
Bloemen daal.
Voorm. 10 ure, J. D. van Arkel.
Nam. 27° ure, J. D. van Arkel.
Heemstede.
Voorm. 10 ure, P. J. Moetou, pred. te Haarlem.
Slillegom.
Voorm. 9'-/2 ure, M. Buchli Fe9t.
Houtrijk en IPolancra.
Voorm. 9'/2 ure, H. Smeding, pred. te Haarlem.
Santpoort.
Voorm. 10 ure. J. A. Schultz,
Pred. te Krommenie.
ipaarndam.
Voorm. 10 ure. H. J. Bergsma.
Felsen.
Voorm. 97, ure, J. van Loenen Martinet, it.
Pred. te Sandpoo
s Avonds geen dienst.
Zandvoort.
Voorm. 10 ure, O. Schriecke.
1 Nam. 27» ure, O. Schriecke.
moeder, die om haar overleden man te dwareboomen, altijd
de Delpierres zooveel mogelijk had begunstigd, had hem
opgedragen Fifine te vragen of zij bij haar in dienst wou
komen te Fontaine. Het bleeke gezichtje van Fifine werd
eensklaps met een blos overdekt en hare oog-en schitterden.
«Hoeveel zal ik verdienen?» vroeg zij levendig.
«Tien francs per maand,» antwoordde Pierre, terwijl de
gedachte bij hem opkwam dat dit voor zulk een klsin, ma
ger schepseltje veel te veel was. Hij had haar in langen
tijd niet gezien; als hij haar eens ontmoette lette hij niet
op haar.
Fifine peinsde een tijd lang; hoe gaarne zij ook deze in
haar oog zeer winstgevende betrekking wilde aannemen,
deed het haar pijn atscheid te moeten nemen van hare fa
milie en van de omgeving, die haar zoo bekend en zoo
dierbaar was. Maar Pierre werd ongeduldig en zeide, toen
zij steeds niet antwoordde:
«Welnu, Fifine?»
«Ik zal gaan,» antwoordde het meisje, terwijl zij twee
groote tranen, die haar ontsnapten, wegveegde. «Ik zal
gaan voordat moeder terugkomt!»
Het meisje begreep misschien, dat zij den moed niet zou
hebben te vertrekken, als zij haar moeder eerst er over
sprak. Zij stond dadelijk op en pakte haar armoedig boeltje
bij elkaar. Pierre begreep de heldhaftigheid van het kleine
schepseltje. Hij legde zijn hand op haar schouder en zeide
zachtjes: «Gij zijt een goede dochter, Fifine. Het zal je
moeder niet aan werk ontbreken en je broertjes mogen
zooveel appelen bij mij komen halen, als ze zelf willen».
Fifine keek hem dankbaar aan en voordat hij het be
letten kon, drukte zij bare witte lippen op zijn band die
nog op haar schouder lag. «O Fifine», zeide Pierre droevig
«met die hand heb ik je kruik stukgeworpen». Maar het
meisje schudde de haren, die haar in bet gezicht hingen
weg en glimlachte tegen hem door hare tranen heen.
Fifine was weldra gereed. Zij sloot de deur van de hut
op de klink. Met een zucht en een pijnlijk gevoel in haar
jong hartje ging zij den weg op naar Fontaine, terwijl
Pierre zich weder naar de boerderij begaf. Zij had eene
wandeling van twee mijlen in de heete zon te maken,
maar die moeite werd haar bespaard, want nauwelijks had
zij Manneville verlaten of een karretje bespannen met een
paard, reed haar achterop. Zij herkende het dadelijk voor
het wagentje van Pierre en bloosde van genoegen, toen
de knecht, die er op zat, stilhield en haar zeide, dat zijn
meester hem had gelast, haar naar Fontaine te brengen.
Het kleine meisje was wel eenigermate verlegen over
deze eer, maar tevens was zij er trotsch op, want de men
schen, die zij ontmoette, glimlachten en zeiden tot elkander
dat de Lemuds ea de Delpierres nu toch weer goede vrien
den waren geworden. Ongelukkig zeide de knecht, die ruw
en onbeschaafd was, spottend tot een kennis: «Ja, ja, baas
Pierre zal met Fifine gaan trouwen,» en deze kwaadaar
dige opmerking veranderde Fifine's kleinen triomf in tranen
en in een gevoel van vernedering.
Ook haar aankomst te Fontaine was niet zeer aange
naam. Toen vrouw Lemud hare armoedige kleeding zag,
zeide zij dat zij haar voor nieuwe kleederen 2 francs per
maand op haar loon zou inhouden, welk blijk van wan
trouwen weer oneenigheid uitlokte tusschen Pierre en zijn
stiefmoeder.
Wat de weduwe Delpierre aangaat, toen zij, met hare
kinderen in hare woning terugkeerende, Fifine niet meer
vond en vernam wat er gebeurd was, voer zij, inplaats
van bare dochter terug te roepen, heftig tegen Pierre uit
en stelde het als een diefstal voor, dat deze het meisje met
zijn karretje naar Fontaine had laten brengen. Zij wei
gerde zoo brutaal mogelijk het werk, dat hij haar aanbood
en zoo was de oude haat weder opgewekt.
André, de oudste van haar zoons, nam zich voor, Pierre
allerlei parten te spelen.
Wordt vervolgd.)