NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD. Blanken en Zwarten. 6e Jaargang. Woensdag 29 Augustus 1888. No. 1581. ABONNEMENTSPRIJS: AD VERTENT1EN: Hen Stiefkind van Hederland, STADSNIKU H S. HAARLEM'S DAGBLAD Voor Haarlem, per 3 maanden1.20. Franco door het geheele Rijk, per 3 maanden. -1.65. Afzonderlijke nummers- 0.03. 'Dit blad verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en Feestdagen. Bureau: Kleine Houtstraat No. 9, Haarlem. felefoonnnmmer 122. van 15 regels 50 Cents; iedere regel meer 10 cents Groote letters naar plaatsriumte. Bij groöte opgaven aanzienlijk rahat. Abonnementen en Advertentiën worden aangenomen door onze agenten en door alle boekbandelaren, postkantoren en conrantiers. Directeuren-Uitgevers J C. PEEREHO01H en .1 B. IVI* Hoofdagenten voor het BuitenlandCompagnie Generale de Publieite Etrangère G. L. DAUBE 4" Co., JOH. F. JONES, Suer., Parijs, 31bts Faubourg Montmartre. Meermalen reeds is de klacht geuit, en misschien niet geheel ten onrechte, dat wij over het algemeen zoo slecht op de hoogte zijn van den toestand onzer rijke kolo- nieën, van den aard hunner bevolking, van hunne producten. Is deze klacht minder toepasselijk op onze kennis ten opzichte van het eiland Java, waar de meeste Hol landers wonen, zeer zeker is zij rechtvaar dig ten aanzien van Suriname. Wie van Suriname spreekt, deukt daarbij onmiddellijk aan een slecht klimaat en aan gele koorts, verder niets. In de school boekjes maakt men zich eveneens met een Jantje van Leiden van deze kolonie af, en zoo doet zich het feit voor, dat men zoo weinig op de hoogte is van den toestand dezer kolonie, dat zeker negen van de tien personen den naam van den Goeverneur niet eens kennen. In de jongste aflevering van //De Gids" komt een stuk voor van dr. H. F. C. ten Kate Jr. die er eeuigen tijd vertoefde. Wat deze over Suriname mededeelt is zóó wei nig bemoedigend, dat het wellicht niet onnut is een en ander van zijne bevinding meae te deelen. Reeds de eerste indruk, dien Suriname op den schrijver gemaakt heeft, blijkt niet gunstig te zijn geweest. Hij vond de woon huizen ondoelmatig en smakeloos gebouwd, zoodat ze geen vergelijking konden door staan met die waarin men in Oost-Indië woont, de levenswijze niet veel beter, daar men er veel te veel slaapt (een Hollander is er alleen vóór 12 uur te spreken) en er den domineerenden soort van holland- sche karaktertrek: watervrees, bang zijn voor koü vatten en voor tocht, overal aan treft. Veel beter houden de Engelschen het er uit, en schrijver acht dit een ge volg vau de omstandigheid, dat deze nooit langer dan twee jaar achtereen in de ko lonie blijven en dan voor een korte poos repatrieeren. Deze maatregel acht schr. ook noodza kelijk voor het nederlandsche garnizoen aldaar, te meer nog daar dit zeer veel sterken drank gebruikt. Gelukkig dat er geen Atjehers zijn, daar zouden die uitge mergelde kerels weinig tegen uitrichten. Lastige inlanders heeft men er echter ook, het zijn de Bosch negers, die veel te veel door de Regeering met ontzag behandeld worden. Men liet ze o. a. tijdens een gele koorts-epidemie de gezondheids-passen der reizigers viseeren, terwijl ze nota bene geen letter kunnen lezen. Dat men er tegen opziet het garnizoen iets te laten doen, blijkt uit het feit, dat toenhet gerucht liep, dateenige duizenden fransche gevangenen zich aan de rivier de Marowijne zouden komen nederzet ten, een legermacht bestaande uit... een offi cier en twaalf man daarheen werd ge zonden. Ook overigens is het militair ver toon er treurig. Een der hollandsche amb tenaren heeft als eenig geschut twee oude kanonnetjes, geleend van den franschen kommandant van St. Laurent. Waarom laat de nederlandsche vloet, die zich in de West toch verveelt, niet nu en dan de vlag op Suriname eens zien Alles getuigt van gebrek aan staatszorg. Het Museum te Paramaribo is een rom melkamer, alles staat er gebrekkig, slordig en vuil door elkaar. Bezoekers zijn zeld zaam, een bewijs dat de belangstelling in wetenschappelijke zaken er zeer gering is. terwijl het grootste deel der kolonie nog onbekend moet worden genoemd. De wegen zijn er slecht onderhouden, de weg van Paramaribo naar Berlijn b. v. is voor een groot deel dichtgegroeid, de meeste bruggen bestaan uit boomstammen, die niet eens zeer breed zijn. Een paar goevernements-vaartuigen uitgezonderd, zijn de vaartuigen die op de rivieren de Suri name, de Commewijne en de Cottica dienst doenniet anders dan oude stoombar- kassen, veel te klein en ondoelmatig in gericht. Men beveelt veeteelt aan als middel om Suriname uit zijn treurigen toestand op te heffen, maar schr. acht dit alleen mo gelijk in de l.oogere streken, daar de lagere te /aak onder water staan. In het algemeen is hij de meening toegedaan, dat europeesche kolonisatie op groote schaal daar onmogelijk is, omd»t de Europeanen in tropische streken (tenzij zij zich van veldarbeid onthouden) met het derde ge slacht uitsterven. Zoo vond schr. van 400 Europeanen, die in 1845 in Suriname wa ren gekomen, nog slechts 14 afstamme lingen over, zwak en anaemisch. Alleen de kleine kolonisatie zou in aan merking kunnen komen, waarbij men zich van eigen bearbeiding onthouden kan. Ta bak, m&is en katoen zouden er met succes te verbouwen zijn, terwijl bij eigen bear beiding cacaoplauting de voorkeur zou ver dienen, omdat daar weinig aan te doen is. Op het oogenblik, zegt schr., zijn de lie den die aan het hoofd der plantages staan, ontbloot van zaakkennis, zijn vol van ver ouderde begrippen en vooroordeelen en heb ben gebrek aan kapitaal. Wat de natuurlijke hulpbronnen betreft welke de kolonie bezit (hout, olie, looi stoffen) deze zullen haar onmogelijk ten goede kunnen komen, zoolang er gebrek is aan goede wegen, het vervoer le water zoo moeilijk is en geen werkkrachten voor handen zijn. Even weinig heil verwacht schr. van de goud-industrie, die wel enke len rijk, maar ook velen arm heeft ge maakt en der kolonie niet ten goede komt. Schrijver acht het volgende noodig tot behoud van Suriname: Meer belangstelling van de nederland sche regeeriug en volksvertegenwoordiging. Een nieuwe en meer winstgevende cultuur van den grooten landbouw. Ondernemende, invloedrijke Europeanen met kapitaal, ten volle bekwaam op het gebied der cultuur of in den tak van in dustrie, waarvan zij aan het hoofd staan. Beteren aanroer van werkkracht. Ont wikkeling der inlandsche negerbevolkiug. Verbetering der communicatie-middelen. Vermindering of afschaffing der hooge uit voerrechten. Blijft men, zegt schr. ten slotte, voort gaan in de oude sleur, dan ontdoe Ne derland zich liever van zijn arm stiefkind en vertrouwe het aan een andere mogend heid toe. Slechter dan hu zou het Suri name onder duitsche of amerikaansche vlag voorwaar *iet gaan. Tot zoover de heer ten Kate. Zijn stuk is geen opwekkende lectuur, er is slechts weinig in te vinden, dat uitzicht geeft op een aanstaanden bloei van Suriname en de raad, dien hij aan het slot geeft, is hoe vernederend ook voor Nederland, zeker de beste voor Suriname zelf. Gebrek aan be'angstelling vanwege de Regeering, ziedaar blijkbaar de hoofdoor zaak van den vervallen toestand dezer kolonie. Ieder weet, dat bij kolonisatie, het particulier initiatief wel iets ja, maar niet veel vermag zonder staatshulp. Wegen verbeteren en aanleggen, ontwikkeling der bevolking, afschaffen van uitvoerrechten, dit alles behoort tot de competentie der Regeering en zonder deze vermag geen parti culier, hoe energiek en hoe groot kapi talist hij ook moge zijn, iets belangrijks tot stand te brengen. Het is te hopen, dat het stuk van den heer ten Kate er toe moge hebben bijge dragen, om de aandacht van den minister van Koloniën op dit //stiefkind van Neder land" te vestigen. Haarlem, 28 Augustus Men deelt ons mede, dat aan de alhier te houden parade op den verjaardag Tan de Kroonprinses, door de schutterij niet zal wordeR deel genomen, daar een buitengewoon groot aautal leden van het kader en schutters medio Augustus in re serve overgingen eu het overblij vende gedeelte te gering in aantal is om daarvan een bataljon te for- Ter gelegenheid van denverjaar dag van Prinses Wilhelmina, wordt a. s. Vrijdagavond, van half 8 tot 10 uur, door het stedelijk muziekkorps, in den Hout eeue uitvoering geven en zal de fontein dien avond in werking zijn. Voor het examen ter verkrijging van de akte fransch (l.o.), 27 Aug. te Utrecht gehouden, is geslaagd o. a. mej. H. W. Pilger alhier. In eene buitengewone vergade ring, door de Liedertafel «Zang en Vriendschapi alhier jl. Vrijdag ge houden, is in de plaats van den heer A. Beernink, die, zooals vroeger werd gemeld, zijne betrekking had nedergelegd, bij acclamatie tot pre sident van de liedertafel benoemd de heer E. de Lanoy alhier, die zich deze benoeming heeft laten welgevallen. Zondag werd door de cricket clubs «Olympia» uit den Haag en «Rood en Wit» uit Haarlem gekampt om de gouden medaille van den Ne- derlandschen Cricketbond. Door het uitstekende bowlen van dsn heer Poethuma maakte eerst «Olympia» slechts 37 punten, maar Tan de zijde van «Olympia» werd ook, vooral door den heer Isbrücker, zoo goed gebowld, dat «R. en W.» het slechts tot 25 punten bracht. In de 2e innings behaalden de Hage naars 51 punten, zoodat «R. en W. 64 moest maken om te winnen. In het eerst scheen dit te zullen ge lukken, door het uitstekende spel van D. Koster, die 36 nol out maakte. Toen er echter 61 punten waren gemaakt en de spannning haar top punt had b 'reikt, bowlde de heer Isbrücker den laatsten batsman uit en besliste du6 den strijd ten voor- deele van de Haagsche C.-C. «Olym pia,» die den match dus met eene meerderheid van slechts 2 punt. won. De Postduiven vereeniging «de Snelvlieger» alhier hield Zondagjl. eene wedvlucht van Esschen (Bel gië) met oude eu jouge duiven. Te 8 uren werdeu de duiven in vrij heid gesteld, met z. o. wind. lste prijs A. Ziggelaar, 9 u. 582de prijs Chr. F. Lunow, 10 u. 13 m. 3de prijs A. J. Bronkhorst Jr., 10 u. 14'/s m.4de prijs P. Faber, 10 u. 11 m.; 5de prijs Joh. Jung, 10 u. 30 m.6de prijs H. Jung, 10 u. 53 m. Nog waren voor deze vlucht 5 poelenprijzen beschikbaar gesteld lste poeienprijs A. Ziggelaar, 10 u, 15'/s m.2de dezelfde, 10. 18'/» m.; 3de P. Faber, 10 u. 25 m.; 4de Joh Jung, 10 u. 30 m.; 5de dezelfde 10 u 30 m. Door een lid der VereenigiDg was ook een prijs uitgeloofd voor de 2 eerst aankomende duiven, welke prijs behaald werd door den heer A. Zig gelaar. Wij vestigen de aandacht op de in het blad van heden voorkomende annonce, dat de lessen der teeken- school voor kunstnijverheid aan staands Maandag 3 September we der zullen beginnen. Het verheugt ons te kunnen berichten dat de toe vloed der leerlingen elk jaar groo- ter wordt, vooral is de dagklasse weder aanzienlijk toegenomeD. De gunstige gelegenheid, die zoowel de dames als de jongelieden aldaar vinden om zich op het gebied der teekenkunst en der kunstnijverheid te bekwamen, heeft van de school een centrum van artistieke ontwik keling gemaakt, waarvan thans ver schillende standen der zamenleving gebruik maken. Maandagmiddag had een werk man in de steendrukkerij van de firma L. van Leer en Co. het on geluk, bij het afbreken van eene machine een stuk ijzer op een zijner beenen te krijgenwaardoor dat lichaamsdeel belangrijk is verwond. Ingekomen aanvragen van werk zoekenden bij de Arbeidsbeurs aan het bureau van Haarlem!s Dagblad: 1 loopknecht, 1 kamerbehanger en zadelmaker. Ingekomen aanvragen van werk gevers 1 loopjongen. De rekening der gemeente Ben- nebroek is in de jongste raadsver gadering aldus vastgesteld inkom- steu f8404.26, uitgaven f 8236.66. Batig saldo f 167.60. LEGER IE S3 VLOOT. Blijkens bij het departement van Marine ont vangen telegrammen is: lo. Zr. Ms. achroefstoomschip «Johau Willem Friso«, onder bevel van den kapitein ter zee G. Doorman, in den namiddag van 26 dezer Dun- geness gepasseerd, en 2o. Zr. Ms. schroefstoomschip «Zilveren Kruis«, onder bevel van den kapiteins ter zee J. C. Joe- kes, den 27en dezer van Hongkong vertrokken. Aan boord dier schepen was alles wel. fbüiijlbto jst. Een verbaal uit den amerikaanschen burgeroorlog. 9) Ve HOOFDSTUK. CABL EN ZIJNE VEIENDEN. Hij had hetzelfde reeds twaalf keer gezegd, en nog hield hij de warme aardappelen van Carl voor zich, en liet wach ten met het opruimen, want ofschoon de oude neger er veel van hield zijne gewichtigheid te toonen, door zeer dik wijls te bulderen, had hij toch het vriendelijkste hart ter wereld, en hield evenveel van den knaap als elke toegeef lijke oude grootmoeder. Ik ben bang, Tobyl dat de duivel je zal halen, als je hem zoo dikwijls aanroept, zeide een zacht verwij tende stem. Het was mr. Villars, de oude afgeleefde predikant, een man van zeventig jaren, bleek, blind, met grijze haren en zeer zwak van lichaam, maar flink en kalm van geest. Hij kwam langzaam aan, terwijl hij al tastende den weg in de keuken zocht, om zijue voeten bij Toby's vuur te ver warmen. Hier hebt gij een gemakkelijken «toel, mijnheer Vil lars. Houd gij nu maar uw gemak. Eu hij maakte een plaatsje aan den haard vrij voor de voeten van den ouden man. Dank je, Toby. Met de ellebogen op de leuning van den stoel, de handen nadenkend op de borst gevouwen, en met zijn schoon, oud gelaat, dat vriendelijk glimlachte; aldus zat mr. Villars bij het vuur. Waar ie Cacl van avond, Toby? Dat is juist de vraag, mijnheer! Wat ik slecht6 kan zeggen is, dat hij niet is, waar hij zijn moest, want hij moet zijn avondeten nog nuttigen. Laat dit echter nog eenigen tijd warm blijven. Toby, ofschoon slechts een ondergeschikte (hij had vroe ger inderdaad als slaaf bij de familie gediend) had sedert zulk een langen tijd zijn eigen weg gevolgd in alles wat het bestuur van de huishouding betreft, dat hij zich zelf voor den eigenaar hield, niet alleen van het huis en het land, van de hoenders en de biggen, maar zelfs van de familie. Hij eigende zich mijnheer Villars toe, en beschouwde hem als eene bizonder kostbare bezitting, vooral sedert hij blind was geworden. Hij was insgelijks (naar zijne eigen opgewonden meening) de eenige erfgenaam en de voor naamste voogd van miss Jinny, de jongste dochter van mr Villars, een kind dat op zijn hoogen ouderdom nog bij hem bleef. Mrs Villars had op haar sterfbed gezegd: Draag altijd veel zorg voor mijn lieveling, waarde Toby, een bevel, dat de neger altijd ongeveer als den laatsten wil of als een testament beschouwde, dat hem het meisje vermaakte zon der dat een macht ter wereld hem haar kon ontrukken. Daar was inderdaad maar één lid van het huisgezin op wie hij niet geheel en al aanspraak maakte. Dit was de getrouwde dochter, Salina, wier leven verbitterd was door een luien echtgenoot, inderdaad niemand anders als de zoon van de eerbiedwaardige mrs. Sprowl. Op den dag dat de verblinde dochter een huwelijk, zoo geheel benedeu de waardigheid vau de familie hadden gesloten, gaf Toby haar vol verontwaardiging op. Ik trek mijne handen van haar af, zij is mijn kind niet meer! zeide de oude knecht, terwijl hij hartstochtelijk schreide. En toen zij, nadat Sprowl haar had verlaten, in haar vaders huis terugkeerde, verne derd eu onteerd, had Toby medelijden met haar, en nam haar weer op, maar maakte nooit meer aanspraak op haar. Waar is Carl? Is Carl nog niet gekomen? vroeg eene zachte maar zeer angstige stem. En Virginia, de jongste dochter stond in de keukendeur. Hij is nog niet gekomen, miss Jinny, het is waar! zeide Toby. Het schijnt of er iets met den jongen ge beurd is. Ik weet er niet van dat hij ooit zoo lang weg bleef als er iets te eten was, want die jongen kan verba zend vlug met het avondeten omgaan. Ik ben het nog niet vergeten, hoe hij at, toen mijnheer Penn hem hier had ge bracht. Hij was zeer hongerig en zeer bang. Ik dacht toen: ik zal dien jongen nooit kunnen houden, want hij eet alles hier in huis op. Maar dat daargelaten; het deed mijn oud hart goed, te zien hoe hij alles naar binnen sloeg; alles

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1888 | | pagina 1