maar uit het kind zelf blijkt: «dat de jaarwedde
der praeceptoren euz. mits deze leeraren voor
zien zijn van een akademischen graad."
Huet. De gevolgtrekking die de heer't Hooft
vastknoopt aan een academischen graad, is m. i.
minder juist en niet de eenige gevolgtrekking.
De bedoeling is geweest om aan h«t gymnasium
bij voorkeur te verbinden personen, die hunne
opleiding genoten hadden aan een universiteit,
daartegenover staan personen met een akte van
middelbaar onderwijs. Als wij met den heer
't Hooft meegaan, zonden wij iemand henoemd
hebben die onbevoegd was om benoemd te worden.
't Hooft. De heer Huet vergist zich. Waarom
zouden wij geen bevoegdheid hebben gehad den
heer B. aan te stellen? Ik lee3 in de wet op
het hooger onderwijs: tot het geven van onder
wijs zijn ook benoembaar zij, die het examen
laatstelijk voorafgaande aan dat van den graad van
doctor hebben afgelegd. De traktementen van de
heeren Burger en Hekkcr waren reeds afzonder
lijk geregeld vóór het besluit was genomen.
Voorzitter. Is het niet juist, dat de Raad
ook in die vergadering het besluit heeft genomen
de jaarwedde van den heer Muller op f2000 te
bepalen
'tHooft. Ja, maar die had nog geen les ge
geven.
Voorzitter. De heer B. verkeerde in het
exceptioneel geval, dat hij geen doctor was maar
wel les gegeven had.
Huet. Men heeft in '82 nog bedoeld met
akademischen graad candidaat en doctor. Ik wil
erkennen dat de nomenclatuur niet geheel over
eenstemt met de nieuwe wet op het hooger on
derwijs, maar als men zoekt naar de meening
van het toen geschrevene, moet men m. i. wer
kelijk daaronder verstaan of de candidaat het «jus
docendi« heeft en dat wordt ook bezeten door hen
die vroeger candidaat heetten. Bij de sollicitanten
zelf bestaat ook altijd nog de opvatting, dat men
doctor of candidaat ;s. Daarom geloof ik, dat een
zoo algemecne dwaling meer algemeene meening
mag heeten.
't Ilooft. Een dwaling is niet minder een dwa
ling omdat zij door velen wordt aangehangen,
Ook in het besluit zelf ligt, zooals ik heb aan
getoond, het bewys mijner bewering.
De Kan ter. Mag ik een kleine inlichting
vragen? Ik kan mij niet herinneren, dat hier
ooit onderscheid is gemaakt of de candidaten den
graad van docter hadden of niet: ik kan mij al
leen herinneren dat men onderscheidde of zij on
derwijs hadden gegeven of niet.
't Hooft. Mag ik dan den heer de Kanter
verzoeken, een of meer gevallen te citeeren waarin
het te pas gekomen zou zijn de zaak zoo te be
handelen sedert 1882? De tractementen van de
heeren Burger en Hekker waren al vóór dien
tijd geregeld.
De Kante r. Dan heb ik nog eene opmer
king ovor de advertentie. De eene keer wordt
gesproken over akademisohen graad, een andere
keer over doctoralen graad. Dit duidt al aan dat
er verschil wordt gemaakt door dengene die de
advertentie stelt. In de laatste werd gevraagd
een akademischen graad, vroeger een doctoralen
graad.
Voorzitter. Juist deze moeilijkheid heeft
aanleiding gegeven om die impasse te ontwijken.
Macaré. Ik deel geheel uwe meening en ge
loof, dat B. en W. niet anders konden handelen,
maar ik geloof dat de Raad vrij is, het trakte
ment toch op f 2250 te stellen. Van den heer
't Hooft heb ik gehoord dat met een akademi
schen graad een doctor bedoeld wordt en heb ook
van den steller van het besluit gehoord, wat de
bedoeling daarvan was. Dat laatste heeft waar
schijnlijk de heer B. ook gemeend en als men
weet, dat de heer B. spoedig zal promoveeren,
is liet dan niet veel beter, in afwijking des
noods van het organiek besluit, het traktement
vast te stellen op f2250? Ik stel dus voor,
onder verklaring dat B. en W. volkomen correct
hebben gehandeld, den heer B. een jaarwedde
van f2250 toe te kennen.
't IIooft. Ik heb alleen het voorstel van B.
en W. verdedigd om de principieele kwestie, met
het voorstel van den heer Macaré kan ik mij
wel vereenigen.
Berkhout. Ik kan niet meegaan met dit
amendement. De bewoordingen zijn zeer duide
lijk, dat de heer B. zelf dc dupe zou ziju ge
worden, is niet aannemelijk. Bovendien denkt
men nog wel eens over f150.
Het ameudement van den heer Macaré wordt
verworpen met 12 tegen 10 stemmen.
Tegen de heeren Stoel, Enschedé, Sabelis, Hes-
huijsen, Sneltjes, van de Poll, Figée, von Ree
ken, Berkhout, Cnoop Koopnians, Bijvoet en Derx.
Thans stelt de heer 't Hooft voor in het be
sluit te schrappen het woord »akademisch«. De
heer Waller wil schrappen de woorden van «dok
ter". Na eene zeer langdurige discussie wordt
hot eerste voorstel in stemming gebracht en sta
ken de stemmen.
Voorstel van B. en W. om hen te machtigen
een bewaarder te benoemen voor den nieuwen
school bewesten de Leidscne Vaart en tevens om
de instructiën van alle bewaarders in te trek
ken en in eene instructie samen te vatten.
De gevraagde machtiging wordt zonder hoof
delijke stemming verleend.
De instructie wordt met een paar kleine ver
anderingen zonder hoofdelijke stemming goedge
keurd.
Voorstel van B. en W. om de navolgende be
sluiten te nemen ten aauzien van de leeraren
aan de burger-avondschool.
De jaarwedde van dr. P. G. Buelcers te bren
gen van f 500 op f 250, die van den heer J. A.
Blqjnmendaa' van f700 op f850, aan te stellen
tot assistent-leeraar in het bouwk. teekenen den
heer A. var» der Spek op f600 en tot idem in
het machine-teekencn den heer A. J. Jacobs op
f400 'sjaars;
wachtgeld te verleenen aan rnr. E. A. de Graaff
en hem levens eervol ontslag te verleenen en
B. en W. te machtigen de uit dit besluit voort
vloeiende uitgaven te ramen op de begrooting
voor 1889.
Een en ander door verandering van het leerplan.
W a 11 e r. Ik verlang niet over het voorstel zelf
het woordik stel voor het voorstel te verzen
den naar de comm. v. toezicht op het middelbaar
onderwijs.
Voorzitter. Het komt mij voor, dat de
Raad zich in dit geval niet moet laten influen-
ceeren door de comm. v. toezicht.
Bijvoet. Ik ben het geheel met n eens, ik
geloof niet dat het goed is voor een financiëele
zaak deze commissie te hooren. Als de heer Wal
ler zegt de comm. te willen hooren over de re
geling van het onderwijs zou ik kunnen medegaan.
De Kanter. Dit spreekt van zelf, de comm.
v. toezicht üeeft zichzelf altijd bepaald tot de
regeling van net onderwijs, niet tot dc financi-
eele regeling.
Het amendement Tan den heer Waller wordt
aangenomen met 12 tegen 10 stemmen, die van
de heeren, Van Ek, Stoel, Enschedé, Heshuijsen,
Sneltjes, van de Poll, von Rceken, Macaré, Bij
voet en Derx.
Verzoek van A. J. Robin, dat zijn traktement
als hulp-onderwijzer aan de gymnastiek-, scherm
en dansschool, zal worden in overeenstemming
gebracht met het traktement dat de eerste on
derwijzers aan de openbare school alhier genieten
t. w. f1000.
Wordt zonder hoofdelijke stemming goedge
keurd.
Voorstel van B. en W. om het personeel der
gemeente-politie uit te breiden en wel zóo, dat
dit zal bestaau uit:
4 inspecteurs van politie.
4 adjunct inspecteurs van politie.
8 agenten van politie le klasse.
12 2e
30 3e
12 a ti 4e
Zoodat het personeel wordt verminderd met 4
agenten le kl. eu vermeerderd met 8 2e kl. en
5 adjunct-inspecteurs, de laats'en op een jaar
wedde van f800 met vrije bovenkleeding.
De Kanter. Een vermeerdering van f5000
zal het gevolg zijn als dit voorstel wordt aan
genomen. Dat wij meer politie noodig hebben
kan moeilijk tegengesproken worden. De stad
breidt zich uit, en men hoort veel klachten die
wel eens gegrond zija. Al hebben wij nog zoo'n
volmaakt politiecorps, als men het te zware las
ten op de schouders legt, kan men het niet be
schuldigen dat het alles niet doet. Het komt er
op aan, hoe de zaak wordt uitgevoerd en gere
geld en hoe de meu9chen, die er mee belast wor
den, hun plicht doen. Ik zal dus mijn stem
aan het voorstel geven. Het komt mij echter
voor, dat er eene tegenstrijdigheid in het voor
stel is. Er wordt voorgesteld een nieuwen rang
in het leven te roepen en als reden wordt op
gegeven dat de agenten, belast met het toezicht
op de jongere agenten, te kameraadschappelijk
met dezen zijn. Maar is dat dan het geval niet
met de agenten dien het bevel wordt opgedragen
op de hulpbureaux? Mij dunkt, daar moesten ook
adjunct-inspecteurs worden benoemd. Daarom zou
ik vragen: kan het hevel op die hulpbureaux
niet worden opgedragen aan adjunct-inspecteurs?
Voorzitter. IJ heeft de bedoeling van die
bepaling niet juist gevat. Vier agenten le kl.
hebben het kommando op de hulpbureaux en 4
hebben toerbeurten, om toe te zien op hun ka
meraden bij nacht. Dat laatste is niet goed. De
agent le kl. die vandaag toezicht houdt op zijn
collega, staat morgen onder toezicht van den-
zelfde. Dat werkte niet goed. Het bezwaar was
de controle, die aan de agenten le kl. is opge
dragen over hun confraters le kl. Volgens uw
idee te werk gaande zouden ook de kosten te
groot worden.
Bijvoet. Ik wen9chte iets te zeggen over
het traktement van die adjunct-inspecteurs. Hoe
lang is het geleden, dat inspecteurs werden aan
gesteld op hetzelfde tractement? Dat is nog niet
zoolang. Daarom vind ik het traktement voor de
adjuncten te hoog.
Voorzitter Hoe betrekkelijk kort is het
geleden, dat onze leeraars M. O. f1200 hadden?
Ik wensch Toor adjunct-inspecteurs te hebben
een ander soort menschon dan gewone agenten
en heb er zelfs over gedacht of 1' 800 niet te
laag was, maar ik heb begrepen dat vrije boven
kleeding een voordeel was.
Bijvoet. De levensmiddelen zijn goedkooper
dan ooit, alleen de huishuur is wat hooger dan
vroeger. Ik kan niet beoordeelen of het trakte
ment te laag is voor de diensten die van hun
zullen worden gevergd, maar acht het toch wel
wat hoog.
Art. 6.
Aan de agenten wordt geregeld, onderricht ge
geven in al wat zij voor eene goede uitoefening
hunner betrekking behooren te weten. Dit onder
richt wordt onder toezicht van den commissaris
van politie neg even, door een of meer daartoe
door hem aan te wijzen beambten van politie
bij voorkeur te kiezen uit de inspecteurs.
De commissaris van politie is bevoegd, de agen
ten, die hem blijken voldoende onderricht te zijn
tijdelijk of voor goed van het ontvangen van
verder onderricht vrij te stellen.
Macaré. Hierbij heb ik een verzoek te doen.
De wijze waarop hieraan uitvoering gegeven
wordt is wel voor verbetering vatbaar. Aan die
instructiën wordt 1 uur per week besteed en ik
houd het er voor, dat er meer aan kon worden
gedaan. Ik noodig den Burgemeester uit daaraan
vooral zijn aandacht te wijden.
Voorzitter. Ik wil gaarne profiteeren van
uw wenk. Ik heb meer dau eons met den com
missaris dat puut besproken en gezegd dat dit
punt wat precies zou worden behandeld.
Art. 10.
De inspecteurs dragen zoodanig onderscheidings-
teeken, als door den Burgemeester wordt bepaald.
Zij voorzien zelf in hunne kleeding.
De Kan ter. Zon het geen aanbeveling ver
dienen,dat een paar inspecteurs goenuniformteeken
hadden om niet reeds van verre te worden her
kend
Voorzitter. Vroeger hadden ze geen zicht
baar tecken en dat gaf last. Uwe opmerking deel
ik en als het noodig is gaan de inspecteurs soms
zonder de uniformpet uit, evenals de agenten
vaak in burgerkleeding zijn.
De geheele verordening wordt thans zonder
hoofdelijke stemming goedgekeurd.
Aan de orde komt het voorstel van B. en VP.
tot overbrugging van den Spoorweg.
Het advies van de Kamer van Koophandel,
hierop gevraagd, luidt eeu dergelijke brug niet te
doen maken, doch de onderhandelingen met do
Holl. Spoor over het g r o o t e spoorwegplan
weder op te vitten,
Bij deze stukken behoort tevens een adres van
den heer P. C. André de la Porte, behelzende
het verzoek een brug als bovenbedoeld niet te
doen bouwen, daar dit ten gevolge zou hebben,
dat de hekken zeldzaam meer geopend zouden
worden en hij van meening over de waarde van
zulk een brug sedert vroeger veranderd is.
Op voorstel van den heer Huet gaat men
over tot een zitting met gesloten deuren. Na
heropening blijkt, dat besloten is dit punt te
behandelen in de volgende vergadering.
Adres van F. Hulsboscb, te Bennebroek, tot
wederinhuring van grond aan de LeidscheVaart.
Wordt zonder hoofdelijke stemming goedge
keurd.
Advies der speciale commissie, benoemd door
den Raad in zake de gronden aan de scheepma-
kery van den heer H. T. Peltenhurg, waaro;
deze eigendomsrecht meende te bezitten. Gedan!
nasporingen hebben de commissie de overtuig:™
gegeven, dat bedoelde grond wel degelijk aan d(
gemeente toebehoort en de heer Pelten burg daar
op geen zakelijk recht kan doen gelden.
Daar a/zoo het eigendomsrecht der gemeen/
vaststaat, althans de heer Peltenhurg dit nu
op goede gronden kan betwisten en hij evening
op de veel besproken sirooken grond eenig zakt
lijk recht kan doen gelden, meen en wij Moei
Baad in overweging te mogen geven, zich te vei
eenig en met de voorstellen door Burgemeester e
TTethouders bij schrijven van 24 3fei jl. (g,
drukte stukken no. 106gedaan.
Waller. Ik acht een woord van dank aand
commissie die deze zaak zoo uitvoerig heeft on
derzocht, niet ongepast. Ik kan echter niet gt
heel meegaan met de conclusie der commissie
Toen de comm. benoemd werd is door meerde:;
leden gewezen op het nadeel, dat de heer Pelten
burg lijden zou door eene afrastering van he
bedoelde terrein. De heer P. heeft ze!f vroege
twijfel geopperd aan zijn eigen snstenu en hc
kan zijn dat hij nu zijn ongelijk inziet en bereid i
het vroegere voorstel van B. en W. aan to ne
men. Ik stel dus voor toe te voegen: te bepalen
dat binnen 14 dagen dit beslait in werking treedt
zoo de heer P. niet kennis heeft gegeven he
vooistel van B. en W. in April gcisan aan t
nemea.
Macaré. Is dat wel noodig? Do heer Pelten
burg zal wel zelf kennis nemen van de zaak ei
dit is een somiüatie met dwang.
Waller. Er wordt in dit besluit gezegd
«in te trekk'n het vroeger genomen besluit.
Nu kan de Raad bij later rekest van den hes
Peltenhurg dit besluit wel weer intrekken, maa
wij geven ons dan veel onnoodige moeite.
Het amendement van den heer Wal'er word
thans zonder hoofdelijke stemming goedgekeurd
Uitgesteld wordt de begrooting voor den diens
van 1889, betreffende de huiszittende armen e;
het stads-armen- cn ziekenhuis, in ontvangst e
uitgaaf met een totaal van f17082.
B. en W. hebben de kas en de boeken va:
den gemeente-ontvanger opgenomen cn in d
eerste f 15.801.75s bevonden, hetgeen accoor
was, terwijl de boejeen in orde werden bevonden
Het verslag van den gas-opzichter over Augus
tus wordt voor kennisgeving aangenomen.
Voor kennisgeving wordt aangenomen:
Processen-verbaal van den keurmeester ovc
het slachtvee en de rekening over 1888 va
het vacciaatie-bnrcau.
Zonder hoofdelijke stemming wordt goedgf
keurd de rekening 1887 en de begrooting voo
1888 van het Museum en de Teekenschool voo
Kunstnijverheid.
By de gebruikelijke rondvraag vraagt de hee
Sabelis, hoe het staat met dc aansluiting vai
de waterleiding van de bewoners op het Molen
pad, die daarom hebben gevraagd. De Voo:
zitter zal den heer Sabelis, zoo deze zich L
hem vervoegt, gaarne hierover inlichten.
Ter drukkerij van "Haarlem's Dagblad