B 1 N N li N L N I».
Politiek Overzicht.
stal hadden begaan in de rilla ran den
keer Eschauzier, te Heemstede.
Tijdens de kermis te Haarlem ontmoet
ten J. Moot en H. Yerlee elkander op
de Groote Markt, waar Verlee in dienst
bij zekeren Etienne, een wafelfabri
kant. Samen gingen zij er toen op uit.
Een nacht sliepen ze in een schuit bij de
gasfabriek, een anderen in den Hout en
toen, waarschijnlijk hopende, dat de haar-
lemsche kermis de bevolking der omlig
gende plaatsen tot zich trekken en dus
de gelegenheid om te stelen gunstig wezen
zou, maakten zij zich op naar Heemstede.
Het geoefend oog van Moot ontdekte
alras, dat de villa van den heer Eschau
zier verlaten was. Eerst trachtten zij een
keukenraam open te maken, maar daar
dit niet gelukte, drukten zij met aarde
een ruit in, schoven de harpen er af en
klommen gemakkelijk naar binnen
Toen stelden zij een nauwkeurig onder
zoek in. Alle kasten en kisten werden
opengebroken, overal sloegen de beide die
ven de schendende handen aan en zelfs
vond men later in de gang een hoop
zaken, die zij uit alle hoeken en gaten
bijeengesleept hadden, maar moesten laten
liggen omdat het te veel was om mede
te nemen.
Met f90 en een aantal voorwerpen van
waarde voorzien, trokken zij af en begaven
zich weer naar Haarlem terug.
Wij zien hen verder met de postkar
naar Sloterdijk rijden. De postrijder had
hen uit medelijden opgenomen, in weerwil
zijner instructie, die hem verbiedt passa
giers mede te nemen. Had hij geweten
welk gevaarlijk gezelschap hij bij zich had,
dan zou hij dit zeker wel niet hebben
gedaan en het was een geluk, dat de twee
boosdoeners tevreden waren met den reeds
behaalden buit.
Van Amsterdam gingen zij naar Rot
terdam en vandaar naar Antwerpen, waar
zij eenige der goederen verkochten. Terug
komende in Holland maakten zij goede
sier en brachten er in een week tijds meer
dan honderd gulden doorzoodat ook
hier het «rinnen" even snel ging als he!
winnen. Te Amsterdam bood Moot een
jas, van den diefstal afkomstig, aan een
winkelier te koop aan, maar deze rook
lont en waarschuwde de politie, die de
rechercheurs Peters en Rust er op afzond.
Dezen waren scherpzinnig genoeg, om Moot
uit te vinden en na hem ook Verlee op
te duiken.
Beiden bekenden volmondig. Geen hun
ner heeft een onbevlekt wapenschild,
Moot heeft reeds 2 jaar en 9 maanden en
Verlee 9 jaar gevangenisstraf ondergaan.
De eisch luidt 4 jaar voor den eerste
en 6 jaar voor den tweede, als zijnde deze
de hoofdschuldige.
De ambtshalve toegevoegde verdediger,
mr. S. J. H. van Walchren, betwist de
juistheid der qualificatie van het misdrijf
en concludeert tot een lichtere straf, ter
wijl hij echter tevens zijn genoegen betuigt
dat deze twee booswichten zijn gevat. Ten
slotte verzoekt pl., dat de tijd in preven
tieve hechtenis doorgebracht, moge strek
ken in mindering der op te leggen straf.
Stam, te Bloemendaal J. H. BijYoet
en N. Rouwens, te Haarlemmerliede
en Spaarnwoude H. Holleman en
C. van Dregt, te Haarlemmermeer
G. B. 't Hooit, A. J. G. Timmer
mans en B. Biesheuvel, te Heem
stede M. Vester en M. Tibboel, te
Schooten H. Blom en A. Stut, te
Spaarndam B. Schouten en G. A.
Melchior.
Men is in de Haarlemmermeer
druk bezig met het plaatsen van
wege het Rijk van eene dubbele
rij bakens, van de Vijfbuizen af
tot Aalsmeer, aangevende de rich
ting en de breedte van den aan te
leggen inundatiedijk, alsmede van
het te graven kanaal.
Met verlangen wordt door den
arbeidenden stand naar de aanbe
steding uitgezien.
Aan de damsluis, in de Ring
vaart der Haarlemmermeer, bij de
Vijfbuizen, is men zoover gevor
derd, dat di fondamenten zijn ge
legd en met het metselwerk een
aanvang kan gemaakt worden.
Bij de jongste veranderingen in
bet personeel der rijksveldwacht
zijn o. a. verplaatst: M. Spee ijacbt-
opz.) van Rijswijk naar Velzen en
A. van Spanje (jacbtopz.) van Vel
zen naar Rijswijk.
Ingekomen aanvragen van werk
zoekenden bij de Arbeidsbeurs aan
het bureau van Haarlem's Dagblad:
1 persoon voor loopwerk of incas-
seering van gelden, 1 letterzetter, 1
persoon goed met paard en wagen
kunnende omgaan.
Ingekomen aanvragen van werk
gevers 1 bekwaam kleermakers
knecht.
In den laatsten tijd werden te
Overveen-Bloemendaal uit de tuinen
groote hoeveelheden perziken ge
stolen. Men hoopt echter dat hier
aan thans een einde is gekomen,
daar de daders gesnapt zijn. Eén
dezer perzikendieven heeft reeds een
jaar gevangenisstraf ondergaan.
Door den Commissaris des Ko
ning zijn benoemd tot zetters voor
's Rijks directe belastingen te Ben-
nebroek M. van der Eist en F.
LETTEREN EN KUNST.
Bestuurderen der Maatschappij Arti et Ami-
citiae« te Amsterdam, zijn voornemens omstreeks
medio October e. k. de gewone jaarlijksche ten
toonstelling van kunstwerken van levende mees
ters te openen, die door bijdragen van vele eerste
nederlandsebe kunstenaren zeer belangrijk belooft
te zullen worden.
Sarah Bernhardt gaat van ons land naar
Weenen. Zij zal daar gedurende 14 dagen haar
beste stukken spelen. De eerste voorstelling is
op 30 Oct. bepaald.
De beer Maurice Hageman beeft als or
kestdirecteur van de Hollandsche Opera zijn ont
slag genomen.
De schilder Herman ten Kate moet, op
raad van zijnen dokter, eenigen tijd rust nemen
en gaat buiten wonen. Zijn atelier, met gebeeld
houwde eiken betimmering, breede schouw, ven
sterbanken, 3toelen en tafels, sierlijke stoffen en
kleedingstukkenoud huisraad en wapens; als
mede de antieke kamer, welke hy naast zijn
atelier liet inrichten in den stijl der 17e eeuw,
met oude besehildeide ruiten, sobouw met gesne
den kroonlijst, gebeeldhouwd ledekant, gesneden
deur en beschot, enz. worden te koop aangebo
den en zijn dagelijks des namiddags te zien.
(N. R. C.ï
Het gezelschap van het "Residenztheater«
te Berlijn, onder directie van Lautenberg, is
voornemens te Amsterdam in November een aan
tal voorstellingen te geven, o. a. van stukken
van Ibsen.
In verband met het voor
nemen der regeering om de nog
overgebleven meervoudigs kiesdis
tricten in enkelvoudige te splitsen,
worden reeds gegevens verzameld
en adviezen bij de betrokken bestu
ren ingewonnen.
B ij d e T w e e d e K am e r z ij n
ingekomen verzoekschriften van de
afd. Amsterdam, van bet Alg. N-d.
Werkliedenverbond en van den Alg.
Ned. Typografenbond, waarbij in
stemming wordt betuigd met bet
adres, door de smidsgezellen-veree-
niging «St. Eloy» te Rotterdam,
vroeger ingezonden, betreffende de
oprichting van een pensioenfonds
voor werklieden door of vanwege
den staat.
Naar men verneemt, i
het indiscb legerbestuur voornemens
een postduivendienst te organisee-
ren in Atjeh en van Atjeb naar
Singkel, het naastgelegen telegraaf
station. Dientengevolge heeft de
minister van Koloniën zich gericht
tot de haagsche postduivenvereeni-
ging «De Ooievaar,» met wier dui
ven uitstekend geslaagde proefne
mingen hebben plaats gehad, met
verzoek hem 50 paar duiven voor
den dienst in Indië te bezorgen.
De beer Van Assen, eeni-
gen tijd geleden door den minister
van Koloniën nit Indië ontboden
om inlichtingen te geven over de
atjehsche toestanden, zal 3 Novem
ber a. s. naar Indië terugkeeren.
De transvaalscbe regee
ring beeft weder tien nederl. tele
grafisten aangevraagd. Naar men
bericht, hebben zich zestien tele
graafambtenaren aangemeld. In 't
begin der volgende maand zullen
de aangewezenen vertrekken.
Men meldt, dat de op
hooger last geroyeerde arreststraf,
den huzaren-luitenant S. in den af-
geloopen zomer door zijn tijdelijken
korpschef op de klacht der directie
van bet Kurhaus opgelegd, door
het Hoog Militair Gerechtshof was
gehandhaafd, welk college dus het
beroep van dien officier ongegrond
beeft geoordeeld. Vad
De Vereeniging van en
voor Nederl. Industrieelen zal bare
108ste algemeene vergadering hou
den op Woensdag 17 October a. s.
te 's-Hage.
De punten van behandeling zijn:
lo. Periodiek overzicht van den se
cretaris. 2o. Bespreking van onder
werpen daarin aangeroerd. 3o. De
ontworpen staatsbegrooting voor
1889 beschouwd in verband met
het regeering6programma van Mei
jl. en de belangen der nationale nij
verheid. 4o. Tatiefsherziening eene
levenskwestie voor onzen landbouw
en nijverheid. 5o. Vormen de alge
meene voorwaarden van openbare
aanbesteding voor werken en leve
ringen ten behoeve van het rijk, de
provinciën en gemeenten, behalve
een rechtsband tusschen aanbaste-
der en aannemer, ook een quasi-
contract, een zedelijken band, tus
schen denzelfden aanbesteder en die
inschrijvers, aan wie de gunning
niet te beurt viel? 6o. Deelneming
aan buitenlandsche tentoonstellin
gen. 7o. De telegraphie- en tele-
phonie-regeliDg.
Vrij stellig werd Woens
dag ter amsterdamscbe beurze ver
zekerd, dat binnen enkele dagen het
prospectus zal verschijnen der nieuwe
rus8isehe leeniDg, uit te geven door
Rothschild.
Dinsdagavond is te A m-
sterdam een werkman, die van zijn
dagwerk op eene der ertsbooten, in
het spoorwegbassin lossende, terug
keerde, door een trein midden over
bet lichaam gereden. De ongeluk
kige laat eene vrouw met vijf kin
deren na.
Door de politie te Rot
terdam zijn aangehouden en worden
ter beschikking van de justitie ge
steld twee opgeschoten jongens, die
op heeterdaad werden betrapt bij
eene poging om bloem te stelen van
eene partij, liggende aan de Gel-
dersche kade. Zij hadden een der
balen met een mes opengesneden.
De knapen zijn reeds van vroeger
bij de politie bekend.
Door het bestuur der
vereeniging van de commissionairs
in granen te Groningen werd in de
laatste dagen geklaagd, dat van den
opslag van granen aan het Schui
ten- en Damsterdiep vrij belangrijke
boeveelheden werden ontvreemd.Men
sneed daarbij de zakken open, of
wel jongens met ijzertjes onder de
hakken hunner schoenen wreven
daarmede zoolang langs de balen,
waarin bet graan geborgen was
totdat eene opening was verkregen.
Het nu uitstroomende graan werd
daarop bijeenverzameld en ont
vreemd.
De geheime politie beeft echter
in de laatste dagen drie van die
nieuwe categorie van dieven gesnapt.
Te Noorbeek, welke ge
meente vlak bij de belgische gren
zen gelegen is, wordt in den laat
sten tijd veel gesmokkeld.Dientenge-
volge is thans eene brigade rijks
ambtenaren aldaar gevestigd. De
zelfde brigade was vroeger gestati-
onneerd te Margraten en is thans
aldaar opgeheven.
Het was een grap, dien
men den tolgaarder van Nieuwebrug
wilde spelen, doch hij dacht er an
ders over. Wat er was?Een zeven
tal paartjes, die elders kermis had
den gehouden, reden hun sjeezen
zonder betalen door bet tolhek. De
tolgaarder had echter een van hen
herkend en liet dezen weten, ot zij
de ontdoken tol 50 maal wilden
voldoen óf voor deze zaak met den
rechter in kennis wenschten te ko
men. Het eerste werd gekozen, en
bet werd dus een dure aardigheid
De politie te Leeuwar
den beeft Woensdagochtend in een
logement op den Wirdumerdijk aan
gehouden een persoon, die zich den
vorigen dag te Groningen had
schuldig gemaakt aan diefstal van
een partij nieuw gemaakte klee
dingstukken. Hij is gesteld ter be
schikking van de politie te Gro
ningen.
Ook beeft de politie te Leeuwar
den de hand gelegd op een gewe
zen indisch militair, die zich dezer
dagen had schuldig gemaakt aan
diefstal van eenige gouden sieraden
ten nadeele van de dienstbode van
een koffiehuiehouder aldaar.
LEGER EN VLOOT.
Z. M. heeft benoemd! bij het wapen der inf.
bij het 7e reg.. tot kapt., de le luit. J. F. P.
Bekkers, van het korps hij het 8e reg., tot le
luit,, de 2e luits. P. C. JP. Kroeze en jhr. C.
L. van Suchtelen van de Haare, heiden van het
korps. Voorts heeft Z. M. den le-luit. C. H.
Tielenius Kruythoff, van het 3e reg. inf., op zijn
verzoek, een eervol ontslag verleend uit den mi
litairen dienst.
De kosten van het stalen tweelingschroef-
schip, dat voor rekening van het departement
van Koloniën zal worden aangebouwd door de
koninklijke fabriek van stoom- en andere werk
tuigen te Amsterdam, bedragen f 798,000. De
hoofdingenieur der marine voor algemeene dien
sten, J. C. Jansen, is van rijkswege belast met
het toezicht op den houw van het schip.
Onder de paarden 7an het le reg. huzaren
te Deventer heerscht thans dezelfde zi kte ah
dezen zomer onder die van het 3e reg., in Den
Haag in garnizoen, in sterke mate is voorgeko
men. Tijdens do cavalerie-manoeuvreB reed9 ont
staan, heeft zij na terugkomst in het garnizoen
plotseling eene groote uitbreiding verkregen, zoo
dat nu reeds ruim een lOOtal paarden zijn aan
getast.
Evenals de influenza, moet ook deze ziekte
als zeer besmettelijk worden beschouwd. Sterfge
vallen zijn tot aeden bij deze ziekte weinig waar
genomen, alléén wanneer de ziekte ontstaan zijnde,
de paarden daarmede toch nog gebruikt worden,
schijnt zij gevaarlijker te worden en zijn sterf
gevallen voorgekomen.
De dagboek-kwestie van keizer Frederik
beeft veel overeenkomst met sommige ca
deaus, die men op St. Nicolaasavond of
Nieuwjaarsmorgen aan zijn vrienden of
vriendinnen stuurtveel pakpapier en
weinig inhoud, veel geschreeuw en weinig
wol. Men verkneukelt zich van verre
in de gespannen verwachting, waarmee
de bedeelde, na het witte papier, het
blauwe, na het blauwe het grauwe, na het
grauwe het roode en na dit nog ettelijke
bedriegelijke omhulsels zal vinden, die
alle als onthullingen zullen worden tege-
moetgezien van het zeer //ingewikkelde" ge
heim en die alle den ijverigen ontdekkings
reiziger met een kluitje in 't riet sturen.
I Zoo ook brengt elke dag ons, in verband
[met het Geffken-proces een nieuwe //ont
hulling", waardoor evenwel weinig meer
onthuld wordt dan eene nieuwe //question
bruiante". Nu verneemt men weer, in strijd
met vorige berichten, dat er van keizer
Frederiks dagboek weldegelijkafschriften be
staan. Een zekere Krug,die indertijd een wa
kend oog hield op het copieëreD, heeft er
een ontvangen als blijk van vertrouwen.
Is dit alles waar, dan heeft keizer Frederik
voorzeker meerderen met een afschrift ver
blijd en is door al dit vertrouwen het
geheim van zijn politieke bemoeiingen
zeker al lang op weg geweest een geheim
van Harlekijn te worden.
Trouwens er is zulk een ontoombaar
streven al het duistere, dat nog over het
leven des overleden keizers hangt door
het licht der openbaarheid te verjagen,
dat er weldra op dit punt weinig nieuws
meer onder de zon gevonden zal worden.
In Londen wordt tegenwoordig een uit-
voorbereid van een eDgelsche bio
graphic en wel door Rennel Rodd, ge
wezen attaché bij het britsche gezantschap
te Berlijn. Deze levensbeschrijving werd
vervaardigd naar aanleiding van den bizon
deren wensch der keizerin-weduwe, die
het geheele manuscript doorgelezen en
eigenhandig aangevuld en verbeterd heeft.
Naar luid van geruchten moet het boek
wel in staat zijn Bismarck's gramschap in
even hooge mate op te wekken als het
bekende artikel in de //Deutsche Rund
schau." Bismarck beleeft niet veel pleizier
van de nagedachtenis van Frederik. In
zake zijn forsch optreden tegenover Geff-
ken vallen zijn trouwste vrienden hem af.
Het vrij-conservatieve //Deutsches Wo-
chenblatt", overigens op en top bismarcki-
aansch, zegt ernstig te betreuren, dat de
kanselier is overgegaan tot zulke strenge
maatregelen, tot schade van het monar
chaal beginsel en het huis van Hohen-
zollern. Waarschijnlijk evenwel zal Bis
marck het ingeslagen pad niet verlaten
en zal er zelfs eene vervolging worden
ingesteld tegen degenen, die de frausche
en engelsche vertalingen van de dagboek
uittreksels in 't licht gegeven hebben. Zoo
ook is het te voorzien en wordt voorspeld,
dat de biographie door Rennel Rodd, in
Duitschland op den index zal worden ge
plaatst. Van alles wat Frederik betreft
kan evenwel in zijn land gelden, wat eens
een vriend van Heine met het oog op een
zijner boeken aan deze schreef//Men had
het niet behoeven te verbieden: het zal
nochtans gelezen worden."
Van uit Londen wordt er ook op andere
wijze aan Duitschlands voorspoed getornd
op eenigzins geniepige wijze. Men weet, dat
de schoone dagen in Oost-Afrika voor de
duitschers ten einde schijnen en dat zij
het niet bizonder opgewekt verlaten hebben.
De een zijn dood, de ander zijn brood.
De afgezant der engelsche Oost-Afrik.-
Handelsmaatschappij, George Mackenzie
heeft, naar de //Times" meldt, voor zijn
maatschappij bij den sultan van Zanzibar
dezelfde voorrechten weten te verkrijgen
als die de benarde duitsche maatschappij
geniet. De naam Mackenzie zal in Duitsch
land een slechten klank krijgen.
Toch hebben de Engelschen die zoo pro-
fiteeren van de ruzie in buurmans huis,
veel //linge sale en familie", te wasschen.
De moorden in Whitechapel liggen nog
versch in 't geheugen. De socialisten steken
het hoofd op en zullen, ondanks het strenge
verbod weldra weder op Trafalgarsquare
vergaderen. De Home-Rule-partij heeft bij
monde van den afgevaardigde John Morley
op nieuw en sterker dan te voren aange
drongen op het doen van recht in de
iersche kwestie.Eveu weinig bemoedigend is
een telegram door de //Rh. Westf. Zeitung"
uit Brussel ontvangen, inhoudende dat
majoor Hordister, hoofd van de Bangala-
post in het Congo-gebied, den geheelen
ondergang der Stanley-expeditie en den
waarschijnlijken dood van Stanley heeft
gemeld. In de Zwarte Bergen evenwel heelt
men eenige voordeelen behaald. Generaal
Macqueen heeft een punt bezet, van waaruit
hij het oorlogsterreiu beheerscht. Een ver-
kenaingstocht heeft aan 't licht gebracht,
dat de vijand zich in de richting van den
Indus beweegt. Men heeft gedreigd bij
verder verzet zijne te veld staande oogst
te zullen vernielen.
Er is moeilijk een scherper tegensti
ling te denken, dat die deze onverkwik
kelijke tooneelen scheidt van de glorie-
Zeker, want ik ben er vast van overtuigd, dat gij
mij zult redden.
Klaarblijkelijk was de neger door deze woorden gevleid.
Hij beschouwde zorgvuldig de vuurlinie. Penn ontdekte nu,
wat Cudjo in den beginne reeds geweten had, dat er zich
naakte rotsen verhieven, zoodat het vuur daar moest weg
sterven. Weldra was er eene opening zoodat een moedig
en krachtig man er zich een weg doorheen kon banen,
zonder letsel te ontvangen. Toen wachtte Cudjo niet langer.
Hij hief Virginia op in zijne armen, en droeg haar door
de tweede vuurlinie, zooals hij haar door de eerste vuur
linie had gedragen, en hij plaatste haar op eene rotg, zon
der dat zij verdere gevaren had te vreezen.
Cudjo, edele en dappere manl zeide Penn, diep
bewogen. Ik heb u verongelijkt, ik beken het u met
schaamte. Vergeef het mij!
Cudjo heeft u niets te vergeven, antwoordde de
neger, terwijl hij lachte. Het heeft niets te beduiden,
mijnheer. Laat ons echter verder gaan.
Hij wees hun den weg, terwijl Penn en Dan Virginia
ondersteunden.
Zij waren niet ver van de opening van het hol verwij
derd, toen er een afgrijselijke kreet weerklonk.
Wat is dat? riep Cudjo, terwijl hij door rookwolken
mhuld, eensklaps stilstond, terwijl eeno bijgeloovige vrees
op zijn gelaat lag uitgedrukt.
De kreet werd herhaald, luider en meer in de nabijheid,
terwijl de lucht er van scheen te trillen.
Ga voort, Cudjo, ga voort! beval Penn.
De ontstelde neger mompelde iets, maar bewoog zich niet.
Toen weerklonk het geluid van paardenhoeven in het ge
bergte.
Het paard van Stackridgeriep Cudjoen terwijl
hij zich van zijne vrees herstelde, sprong hij op en zwaaide
met zijne lange armen in de lucht. Er zit een arme
drommel op.
De kleine troep stond daar onbeweeglijk, van schrik ver
stijfd. Daar kwam het beest aanrennen, met wijdgeopende
neusgaten, vliegende manen, en fladderende staart.
Een menschelijk wezen, een man, klemde zich aan zijn
nek vast, zijn gezicht was verborgen achter de vliegende
manenhet was een vreeselijke rit. Toen het paard het
groepje zag, wendde het zich op zijterwijl het met
de snelheid van d*n bliksem voorbij vlooghet naderde den
afgrond, maar hield niet stil en stortte zich in het struik
gewas eensklaps verloor het ros den grond onder zijne
pooten, het steigerde in de lucht, en hals over kop verdwe
nen paard en ruiter in den afgrond.
XXXe HOOFDSTUK.
EENE WIJKPLAATS.
Het groepje stond voor een oogenblik verpletterd en roer
loos op de rots. Penn was de eerste, die de stilte verbrak.
Wie van ons zal in de kloof afdalen?
Waarvoor? zeide Cudjo.
Om hem te gaan zoeken.
Dat dient nergens toe. Het is wis en zeker werk van
den duivelDe neger wendde zich weer in de richting
van het hol.
Neen, neen, Hapgood, gij behoort hij haarneem dit
geweer, in ik zal in de kloof afdalen om te zien of die
onbekende leeft, of dood is.
O Pepperill, wilt gij dat doenriep Virginia vol
vreugd uit.
Penn maakte tegenwerpingen, maar heel flauw, dat moet
gezegd worden.
Ik zal haar naar haar vader brengen, en dan kom ik
weer terug.
(Wordt vervolgd.)