NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD. Blanken en Zwarten. 6e Jaargang. Woensdag 14 November 1888. No. 1647. ADVERTENTIES: is Ui STADSNIEUWS. HAARLEMS DAGBLAD ABONNEMENTSPRIJS: Voor Haarlem, per 3 maanden/1.20. Franco door het geheele Rijk, per 3 maanden. -1.65. Alzonderlijke nummers- 0.03. Dit blad verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en Feestdagen. Bureau: Kleine Houtstraat No. 9 Haarlem. Telefoonnummer 122. van 15 regels 50 Cents; iedere regel meer 10 cents Groote letters naar plaatsruimte. Bij groote opgaven aanzienlijk rabat. Abonnementen en Advertentiën worden aangenomen door onze agenten en door alle boekhandelaren, postkantoren en ooarantiers. Directeuren-Uitgevers «I. C. PJBKREBOOW en J. B. AVIS. Roof dagentin voor het Buitenland: Compagnie Generale de Publieite Etrangère G. L. DJUBE Co., J OR. F. JONES, Suer., Parigt, 31btt Faubourg Montmartre. De Directie van Haarlem's Dag blad heett de eer den Geabonneerden te berichten, dat binnen enkele dagen een aanvang zal worden gemaakt met een nieuw feuilleton. De roman Sarah JBlondel", door Loüis Gallet, heeft een zeer groot succes gehad als feuilleton in een der voornaamste buitenlandsche bladen. Wij vertrouwen, dat het werk door zijn boeiende intrige en aangename ickleeding in den smaak onzer lezers zal vallen. Directeuren-Uitgevers J. C. Peereboom en J. B. Avis. Haarlem, 13 November. Door het overlijden van den deur waarder Jansen te Beverwijk, is in het arrondissement Haarlem eene plaats als zoodanig vacant, waar voor zich reeds tal van sollicitan ten hebben aangemeld. Naar wij uit de beste bron vernemenhebben zich de drie alhier gevestigde deur waarders per uitvoerig rekest ge wend tot de rechtbank alhier, met verzoek de opengevallen plaats niet weder te doen vervullen. Aan bet Zaterdag en Zondag jl. gehouden groot nationaal scherm- concours, te Rotterdam, werd deel genomen door eenige leden der haar- lemsche schermvereeniging «Rip- perda.» De heer B. Brtnkmann behaalde in de afdeeling prévóts-degen de zil veren medaille en heeft daarmede op dit concours de eer der haar- lemeche schermkunst hooggehouden. In deze afdeeling werd om de twee prijzen door niet minder dan 109 deelnemers gekampt. Voor het winkelraam van den heer Jacs Rookmaker, in de Groote Houtstraat alhier, is tentoongesteld een schilderstuk van H. W. Mesdag, voorstellende «Zonsondergang op zee.» De verschillende tinten in de wolken, door de ondergaande zon te voorschijn geroepen en de weerkaat sing daarvan op het rustige water waa-in eenige visscherspinken, zijn met het meesterschap uitgevoerd waarover Mesdag beschikt. Het stuk doet f2000. Maandagavond zijn door de po litie te dezer stede in hechtenis ge nomen twee personen, die de Nassau- laan vervulden met het geroep van moord I De moord bepaalde zich hiertoe, dat de een den ander in den vinger gebeten had, zij 't dan ook op zoo nadrukkelijke en hardtan- dige manier, dat zij er beiden de bloedige sporen van droegen. Ingekomen aanvragen van werk zoekenden bij de Arbeidsbeurs aan het bureau van Haarlem's Dagblad: 1 bank- en plaatwerker, 1 gepas- porteerd militair vraagt werkzaam heden. Ingekomen aanvragen van werk gevers: 1 beeldhouwersleerling. VISSCHERIJ. Nieuwediep, 12 November. Heden kwam van de groote visscherij binnen de sloep «Presto II«, scb. Zwarteveld, met 1000 schelv. (waarvan 100 levende), terwijl 10 korders I tot 2 manden schar en 6 mandjes schol aanbrachten; schelv. gold f 18.50 het honderd, schar fl.80 per mand on kl. schol f 2 50 per mandje. De kotter //Chris tine", sch. Smit, besomde voor 65 groote, 35 kleine tongen en een partijtje rog f 126. Te sa el, 11 Nov. In de afgeloopen week kon, wegens den hevigen Oostenwind, geen on zer visschers iets uitrichten. Eene groote hoe veelheid oesters werd verscheept, tegen geheime prijzen. Alle paling, die sedert eene week gevangen en bewaard vras, werd tegen 35 ct. per half ki logram naar elders afgeleverd. BINNENLAND. Uit Frederiksoord wordt gemeld: Z. M. de Koning heeft in den laatsten tijd herhaalde malen blijk gegeven van groote belang stelling in de Maatschappij van Weldadigheid. Niet alleen dat Z. M. naar aan leiding van het jongste jaarverslag zich omtrent verschillende zaken nauwkeurig deed inlichten, maar ook door daden toonde Z. M. krach tig tot den bloei te willen mede werken. Niet alleen toch dat Z. M. jaarlijks f 500 aan de Maatschappij schenkt, maar bovendien is ter be vordering van den bloei der Bosch- bouwschool, die ook kortelings is verrezen, f1000 toegezegd. Bovendien werd op last van Z. M. eene collectie vruchtboomen ge- zondeD, welke geplaats zijn op het terrein der Gerard Adriaan van Swieten Tuinbouwschool. De toe zending van eene volledige collectie groentezaden is door Z. M. in uit zicht gesteld, terwijl kortelings nog eene dorschmacbine en een wanmo len voor tuinbouwgebruik, afkomstig uit de fabriek van G. Stout te Tiel, door Z. M. ten geschenke zijn aan boden, en andere werktuigen in bruikleen zijn afgestaan. De gewone audientiën van den minister van Justitie zullen voortaan aanvangen te half twee uur. De audientiën van den minister van Waterstaat zullen voortaan, met ingang van 17 dezer, in plaats van des Donderdags, worden gehouden des Zaterdags te den uur. De gewone audiëntie van den mi nister van Marine zal op Vrijdag 16 dezer niet plaats hebben. De eerste vergadering van de staatscommissie voor de goe- vernemants-koffiecultuur had heden middag plaats. De volgende vergaderingen zul len om de 14 dagen plaats hebben, en wel in eene der zalen van het departement vau Koloniën te 'sHage. Ter ge1egenheidvande officieele sluiting der brusselsche tentoonstelling zijn door den koning van België in de Leopoldsorde be noemd tot officier de heer J. D. Hoogland, president der nederland- sche tentoonstellingscommissie, en tot ridder de heer G. de Jager, ge delegeerd commissaris. De GeneeskundigeRaad van Zeeland beeit in zijne najaars vergadering,die Vrijdag ji. gehouden werd, besloten, den minister van Bmnenlandsche Zaken mede te dee- len, dat hij geen termen vindt om in het belang der volksgezondheid hier te lande maatregelen te nemen tegen het gebruik van saccharine. Rijkspostspaarbank. Thans is het verslag over de Rijkspostspaarbank gedurende 1887 afzonderlijk uitgegeven, als onderdeel van het post- en telegraaf- verslag, en daarbij zijn nu weder grafische voorstellingen gevoegd, die in lijnen en kleuren de ontwikkeling der postspaar bank sedert hare oprichting in 1881 dui delijk maken. Men ziet daaruit 't verblijdend verschijn sel, dat in alle provinciën de figuren steeds al grooter worden, die het gemiddeld be drag der inlagen en van het tegoed van eiken inlegger, de verhouding van het aantal inleggers tot de bevolking, het ge tal in omloop zijnde boekjes enz. voor stellen. Nieuw is de zevende tabel, die in kleu ren van maand tot maand het bedrag van de inlagen en terugbetalingen van Dee. 1886 tot en met Januari 1888 aangeeft. Men ziet daaruit, koe in de maand Janu ari het cijfer der inlagen telkens sterk stijgt, terwijl dat der uitbetalingen niet of weinig hooger is dan in de meeste andere maanden. Uit verschijnsel, dat ook bij de Januari-maanden in vorige jaren is waar genomen, sohijnt te bewijzen, dat de Nieuw jaarsfooien geenszins grootendeels worden verbrast of op andere onnutte wijze ver teerd, maar in aanzienlijke mate in de spaarbank worden weggelegd. Waarlijk een bemoedigend teeken, wel geschikt om met het fooienstelsel te verzoenen. In April alleen hebben de uitbetalingen meer bedragen dan de inlagen, betgeen wellicht in verband staat met het groot aantal huwelijken, die in Mei worden ge sloten. Opmerking verdient nog, dat het getal werklieden, die in 1887 boekjes genomen hebben, te Amsterdam bijna 27 pet. be droeg van het gelieele aantal inleggers en in het overige deel des rijks slechts ruim 18 pet. Men vindt in dit opzicht ook hooge cijfers: voor Noord-Brabant 26 pet. en Overijsel 21 pet.; daarentegen daalt de verhouding tot 13.4 pet. in Zeeland en 13.9 pet. in Friesland. Voor 't eerst is in het verslag een split sing gemaakt van de zeer kleine inlagen, vau 5 en 1 cent, die door middel van postzegels geschieden. Het getal der eerste (5 cent) was 29,213, dat der laatste (1 cent), welke alleen door de schooljeugd kunnen worden ingeleverd, was 8594. Uit alles blijkt het groote nut der post spaarbank, waarin sedert April 1881 reeds 29 millioen is gestort, en op 1 Januari 1888 nog 11 millioen belegd was. De redactie van de Presse, het officieele orgaan der Boulangis- ten, waarvan de heer Georges La- guerre hoofdredacteur is, heeft ons verrast met de toezending van een exemplaar van haar blad. Bij de geringe sympathie, die de heer Boulanger ons tot nu heeft inge boezemd, was de welwillendheid der redactie van dit boulat-gistisch or gaan ons ee igszina onverklaarbaar, maar de aandachtige lezing van het blad heeft ons een licht doen op gaan. Ook voor ons Hollanders, zal de heer Boulanger een redder in den nood zijnl De heer Francis Laur zegt het en het zal dus wel zoo wezen. Frankrijk, zoo vernemen wij, wordt van alle kanten bedreigd en daarom moest de heer deFreycinet (die en passant een allervriendelijkst pluimpje krijgt) het departement van Oorlog overdoen aan den gene raal en zelf minister-president wor den. «Is er haast bij?» zal men vragen. Ja, want.... de gezondheids toestand van den Koning van Hol land geeft aanleiding tot ernstige bezorgdheid. Wat heeft dit met het Boulan- gieme te maken? «Bij het eerste ernstige incident, bij de bezetting van Hol'.and door Duitschland, of hij den aanval van Italië op Tunis, zal de volksstroo- ming onmiddellijk Boulanger aan het roer brengen.» En dan zullen wij zeker door Boulanger worden vrijgevochten. De heer Francis Laur belooft het wel niet. stellig, maar van een «redder» kan men toch niets minder ver wachten {D. v. N.) Uit Enschedé wordt aan de N. R. C. gemeld Tegenover de door den afgevaar digde van Schoterland aan de socia listen alhier gezonden f 100, afge zonderd, zooals hij schrijft, van zijn traktement als lid der Kamer, ten behoeve der werkstakers, zond de assensche afgevaardigde W. A. baron van der Feltz aan den burgemeester alhier f 100 voor de niet-werksta- kers. Dit bedrag zal onder de werk zaam gebleven arbeiders bij de firma Jannink worden verdeeld. Maandagmiddag om één uur trachtten eenige socialistische heet hoofden vlak voor de fabriek van de firma G. Jannink en Zonen de goedgezinde arbeiders op te ruien en hen terug te houden het werk voort te zetten, de politie verhinderde dit evenwel alras, zoodat zij zonder gevolg konden heeDgaan. Alles blijft overigens rustig, wanordelijk heden hadden niet plaats. Zaterdagavond jl. is te Amsterdam plotseling op 68 jarigen leeftijd overleden de heer Elias Fuld, PHtriXiiiHTO jsr. Een verhaal uit den amerikaanschen burgeroorlog. 75) XLIIIe HOOFDSTUK. het gevecht. Men hoorde toen de stem van den flinken man, wiens gelaat zoo bebloed was en die zoo dapper had gevochten, in eene vreemde taal zeggen: Was hat man mir gethan? Wo bin ich, Matter? Deze woorden waren Carl niet vreemd, evenmin als de stem. Fritz! Fritz! antwoordde hij in dezelfde taal, zijt gij het? Ik ben Fritz Minnevich, dat is waar, en gij zijt, denk ik, mijn neef Carl. Zij legden den gewonde bij den stroom neer, terwijl Pomp Withers' wond onderzocht. O Fritz! zeide Carl, hoe komt gij hier? Men zeide dat de Yankees onze hoeve zouden nemen, daarom hebben Hans en ik ons laten inschrijven. Ik ben hier gekomen omdat men het mij heeft bevolen. Wij doen hetgeen men ons beveelt. Wij hebben die vrouw gegeeseld. Ik hoop dat mijn uiterlijk niet verminkt zal blijven, want dat zou mijne moeder spijten. De soldaat zeide dit in zijne moedertaal, terwijl Carl stilzwijgend zijn gelaat van het bloed schoon wiesch. Waarom doet gij dat, Carl, zeide Fritz. Let er maar niet op, zeide Carl. O Pomp, dit is mijn neef, zie wat gij voor hem kunt doen. Pomp was weldra overtuigd dat hij voor Withers niets kon doen; zijne wond was doodelijk. Withers had hem met zwakke stem gezegd: Ik voel wel dat het met mij op een eind loopt, verspil uw tijd a:r niet aan mij. Pomp had nu al zijn aandacht op Minnevich gevestigd, maar Penn en S ackridge bleven bij Withers. Ik zou gaarne willen dat gij mij in eene vlag van de oude Unie wikkelde als ik dood ben, jongens. Daar heb ik recht op, want voor haar ben ik gestorven. Het is nu klaar, jongens! Wilt gij een weinig om mijn huisgezin denkeu Dat waren zijne laatste woorden. Penn en Stackridge begaven zich weer met hunne mak kers in het gevecht. Schiet hem neer! schiet hem neer! schreeuwde Cudjo opgewonden uit, terwijl hij naar een vijand wees, die uit een boom op het vooruitstekend deel van den wand der kloof was gevallea. Hij daar! het is Silas Ropes! Ropes? zeide Penn, terwijl hij door de opening keek. Is hij dat? hij hief zijne buks op, maar hij kan daar geen kwaad doen en nergens een heenkomen zoeken. Ziet gij het niet? Zij werpen hem een touw toe om hem naar boven te trekken! Geef hem een kogel! Het uitsteeksel waaraan de luitenant zich vastklemde, was slechts een halven meter breed. Hij gevoelde met onuit- sprekelijken angst, dat hij zich tusschen twee vuren bevond het gevaar om te vallen als hij eene beweging maakte en dat om getroffen te worden, als hij daar steeds bleef. Om beide gevaren te vermijden werkte hij zich met handen en voeten naar boven, zoodat hij zijn gelaat in den hoek van den rotswand kon verbergen; het overige deel van zijn lichaam was nu onbeschut, maar hij dacht met de struis vogels, dat als hij de vijanden niet zag, de vijanden hem ook niet zouden zien. Bij elk schot drukte Silas zijn gelaat nog dieper in den hoek. Ten laatste werd er, zooals Cudjo had gezegd, een touw neergelaten. Houd u daaraan vast, riepen de muiters op de rots. Ropes voelde het touw tegen zijn rug slingeren. Bindt het om uw middel! Zonder te durven opkijken, strekte Silas zijn hand uit en blindelings tastte hij naar het touw, dat om hem heen slin gerde. Eindelijk greep hij het, maar liep het gevaar van te vallen als hij het onder zijn lichaam trok. Ten laatste scheen hij het te hebben vastgemaakt, maar in zijne haast en verwarring, had hij het veel dichter bij de heupen, dan bij de borst vastgemaakt. De gevolgen waren gemakkelijk te voorzien. Toen men begon te hijechen, gingen de heupen en de beenen naar boven en de armen en het hoofd hingen naar beneden, zoodat hij geleek op een kikvorsch, die als lokaas aan het einde van een vischsnoer is vastgemaakt

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1888 | | pagina 1