NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD.
SARAH BLONDEL.
6e Jaargang.
Dinsdag 11 December 1888.
No. 1670.
ABONNEMENTSPRIJS:
ADVERTENTIES:
Bet 12i/z jarig Bestaan van „Crescendo.',
BINNENLAND.
HAARLEM'S DAGBLAD
Voor Haarlem, per 3 maanden1.20.
Franco door het geheele Rijk, per 3 maanden. -1.65.
Afzonderlijke nummers- 0.03.
Dit blad verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en Feestdagen,
Bureau: Kleine Houtstraat Ho. 9, Haarlem. Telefoonnummer 123.
van 15 regels 50 Cents; iedere regel meer 10 cents
Groote letters naar plaatsruimte.
Bij groote opgaven aanzienlijk rabat.
Abonnementen en Advertentiën worden aangenomen door
onze agenten en door alle boekhandelaren, postkantoren en courantiers.
IDirecteuren-IJfltgevers Jf. C. PEEREBOOM enl'J. B. AV1ÏS.
Hoofdagenten voor het Buitenland: Compagnie Generale de Publieite Etrangère G. L. JDAUBE Co., JOH. I. JONESSuer., Paryt, 31bts Faubourg Montmartre.
STADSNIEUWS.
Haarlem, 10 December.
Eene buitengewone uitvoering
van het «Nederlandsch Tooneel» op
Zondag is iets buitengewoons, uit
de goede bezetting op alle rangen
bleek echter, dat het publiek er
zeer mede ingenomen was.
Men gaf «Frou Frou» met mevr.
FrenkelBouwmeester in de titelrol.
Verder met Morin Clous, Meynadier,
mevr. Pauwelsv. Bieneen mej.Chr.
Poolman. Mevr. Frenkel was weg
slepend als altijd in de hartstoch
telijke rol van Frou Frou, die voor
haar geschreven kon zijn. Zij werd
door de personen die wij noemden,
alleszins verdienstelijk bijgestaan,
alleen de heer Meynadier mocht ons
niet behagenevenwel naast een
zon moet noodwendig een kleine
ster uit het oog verdwijnen.
Wij hopen dat het «Nederl. Too
neel. het bij deze éene buitenge
wone voorstelling op Zondag niet
zal laten blijven, het publiek heeft
getoond, dat het hiermede wel in
genomen is.
De door de vereeniging «Door
InspanningUitspanning. Dinsdag
11. in den schouwburg alhier gege
ven liefdadige voorstelling ten be
hoeve van de weduwe Staphorst,
heeft na aftrek van de onvermijde
lijke kosten, opgebracht f 355.68.
Zaterdagavond te half acht gaf de
Mannenzangvereeniging //Crescendo'/ eene
uitvoering in de Muziekzaal der Sociëteit
//YereenigingJ'
Geen gewone uitvoering ditmaal. Het
was op dien dag 12 Va jaar dat de ver
eeniging //Crescendo" bestaat. Was het
wonder dat zij dezen dag met bizonderen
luister wilde herdenken Ongetwijfeld
neen, want //Creseendo" had echoone da
gen te herdenken, dagen van overwinnin
gen, van behaalde lauweren op het ge
bied der kunst. Niet minder dan acht
maal in haar nog zoo kort bestaan heeft
zij eereprijzen behaald, een feit dat haar
recht geeft op een plaats in de eerste rij
der nederlandsche Mannenzangvereenigin-
gen.
Wij kunnen ons voorstellen dat de leden
der vereeniging //Crescendo" om verschil
lende redenen besloten hebben, dezen dag
feestelijk te herdenken. Als een soort re
kening en verantwoording tegenover de
genen die haar steunden, door te zeg
gen Ziet, hier zijn wij thans na 12 V;
jaar, achtvoudig bekroond. Als eene
uiting van dankbaarheid ook vooral tegen
over haren wakkeren en bekwamen direc^
teur, den heer N. H. Andriessen, wien
zeer zeker een groot deel der behaalde
lauweren is te danken. Ieder weet hoe
veel bij eene Vereeniging als deze, af
hangt van de toewijding en den ijver
van den directeur. Wakkere matrozen zijn
op een schip onontbeerlijk, maar even on
misbaar is de gezagvoerder die bevel voert
over het geheel.
Geen wonder dan, dat Haarlem's in
gezetenen blijk gaven ran hunne warme
belangstelling in dezen feestavond door in
grooten getale naar onze fraaie Muziek
zaal op te gaau.
Het programma was samengesteld als
volgt:
a. Lentelied rfcr -. Joh. J. H. Verhulst.
b. Am Sonntag 00r-' F. Abt.
Zauberlied
2. b. Der Schwur [Sopr.]
Frülilingszeit
Hellmund.
R. BecTeer.
i. Ungeduld
4. In 't Woud [Koor]. W. Robert.
5. Psalm VIII [Koor] R. Hol.
6. Velleda [Koor, Soli en Klavier]
C. Jos. Brambach.
a. In den Vreemde Joh. J. H.
'•{.Thui. [Teuor]. y„Mut
8. GrÜ8» Gott du lieber Früh-
lingswind [Koor met Tenor
Solo]Max v. Weinzierl.
Als solisten zouden optreden mejuffrouw
Leontine Von Dötscher uit Berlijn, eene
bij Haarlem's ingezetenen welbekende kun
stenares en de heer J. J. Rogmans, con-
certzanger uit Amsterdam.
Toen de banier van //Crescendo// door
(le zaal werd gedragen, gevolgd door den
directeur en de leden, weerklonk een luid
applaus voor den fleren adelaar, behangen
met de eereblijken in die korte jaren be
haald.
Met Verhulst's //Lentelied// en //Am
Sonntag// van Abt opende het koor waar
diglijk het concert. Daarop trad mej. Le
ontine Von Dötscher op. Scheen bij haar
eerste nummer de dispositie niet volkomen,
de beide volgende werden met zooveel gloed
en met zoo goede stemmiddelen ten uit
voer gebracht, dat een geestdriftig applaus
volgde. Vooral in //Frühlingszeit// wist
deze zangeres met haar groot en krachtig
sopraan geluid veel geest en bezieling te
leggen. Daarop rolgde eene teleurstelling,
door de mededeeling, dat de heer Rog
mans door eene lichte ongesteldheid, zijn
stem wilde sparen voor //Velleda//, waarin
hij niet kon worden gemist.
z/In 't Woud" was het koor, dat ver
plicht was geweest op het in October te
Amsterdam gehouden concours, waarbij
zooals men weet //Crescendo" den tweeden
prijs behaalde. Deze fraaie compositie van
onzen stadgenoot den heer W. Robert,
werd, hoewel het als echt concoursnura-
mer groote moeilijkheden bevat, door de
zangers uitgevoerd met een brio en een
juistheid, die allen lof verdienen. Het was
o. i. een zeer gelukkige gedachte dat men
hierbij den componist op de tribune riep.
waar hij een handdruk wisselde met den
directeur en den president var. //Crescendo",
een handdruk van wederzijdsche geluk-
wensching.
Met Hol's //Psalm VIII", dit lievelings
stuk der vereeniging, werd de eerste af-
deeling gesloten.
Thans begon de feestelijke herdenking.
De heer G. van Overbeek en een achttal
andere heeren begaven zich op de tribune,
waar de eerste met een hartelijk woord
van gelukwensch namens de kunstlievende
leden aan de Vereeniging een zilveren
lauwerkrans aanbood.
De president der Vereeniging, de heer
H. Sa vrij, was de tolk van de erkente
lijkheid der Vereeniging.
Nu werd den directeur, den heer N.
H. Andriessen, door eene jongejuffrouw
een lauwerkrans met een gouden
ring aangeboden, uit naam der werkende
leden. De heer H. Sa vrij sprak hierbij
een warm woord van dank em hulde aan
den directeur en bepleitte vervolgens in
geestdriftvolle bewoordingen het recht eener
nederlandsche vereeniging als deze, om te
zingen in hare moedertaal. //Wie beweert,"
zoo zeide hij o. a., //dat de nederlandsche
taal zich niet leent tot den zang, geeft
daarmede eea slag in het aangezicht van
den componist die op hollandsche woor
den componeert, aan de zangers die ze
zingen
Daarna bood eene deputatie uit het be
stuur der Vereeniging J. J. Cremer" eeu
krans aan de feestvierende zuster-vereeni-
ging aan, waarbij de vice-president van
z/Cremer", de heer J. H. Warnier, eea
woord van hulde en van herinnering sprak.
Na de pauze werd //Velleda" ten ge-
hoore gebracht. Mejuffrouw Von Dötscher
versterkte den goeden indruk, dien zij
reeds in de eerste afdeeling had gemaakt
en bij den ook hier ter stede zoogewaar-
deerden tenorzanger Rogmans was na de
eerste maten, van eene indispositie weinig
of niets meer te bespeuren. Het koor
kweet zich uitstekend, //Crescendo" mag
vooral roem dragen op een uitnemenden
tweeden bas. Een woord van lof mag niet
worden onthouden aan den heer P. die
de partij van den //Führer" zong. De
heer Rogmans zong nog «In den Vreemde",
maar was niet te bewegen, ook niet door
de krachtige toejuichingen van het publiek
zijne overige liederen voor te dragen.
Met //Griiss Gott du lieber Frühlings-
wind", koor met tenor-solo werd het con
cert besloten.
Niet zoo de feestviering want het
bal dat volgde hield tot laat in den nacht
de feestvierenden bijeen. Natuurlijk ont
brak het er niet aan toosten; een geluk
kig geslaagd intermezzo was het Soldaten-
koor uit "Faust," dat in costuum door de
leden werd uitgevoerd.
Wij achten het niet ongepast, ook hier
onzerzijds de Vereeniging met haar jubileum
van harte geluk te wenschen en wij
voegen er bij dat steeds haar oog gericht
moge blijven op de beteeken is van het
symbool op haar vaandel, den steeds naar
hooger vliegenden adelaar.
Crescendo zoo zij het!
Men schrijft ons uit Houtrijk en
Polanen
Zondag werd alhier eene verga
dering gehouden van belangstel
lenden in de landverhuizing naar
de Argentijnsche Republiek. De ver
gadering was druk bezocht, meeren-
deels door ingezetenen van Haarlem.
Verschillende sprekers voerden
het woord, die met evenveel plan
nen voor den dag kwamen.
Later werd in eene nadere ver
gadering van een 60tal personen,
nadat een hunner degelijk het woord
had gevoerd, besloten
lo. Twee personen vooruit naar
genoemde republiek te zenden, ten
einde alle mogelijke zaken,ten dienste
der emigranten grondig te onder
zoeken en hiervan bij hunne terug
komst verslag uit te brengen.
2o. Ter bestrijding der onkosten
de algemeene deelneming in deze
provincie op te wekken en ter be
reiking van dit doel op meerdere
plaateen vergaderingen te beleggen,
o. a. reeds a. s. Zondag te Haarlem.
LETTEREN EN KUNST.
Richard Hol te Utrecht heeft aan de Zang-
vereeniging te Uitgeest, die zijn naam draagt,
een door hem gecomponeerd stuk voor mannen
koor opgedragen, getiteld jrHaarlemsch Liedeke.»
ONDERWIJS.
De geneeskundige staatscommissie te Amsterdam
heeft bevorderd tot arts mej. M. C. Du Saar,
doctorandus, en den heer A. J. M. Ter Laag
en toegelaten tot het eerste gedeelte de heeren
J. W. Deknatel, cand. art9, en B. Jelgersma,
doctorandus.
De minister van Binnen-
landsche Zaken is door de Tweede
Kamer uitgenoodigd, zijn gevoelen
mede te deeien over de vraag, ot
de voorzitter van een stembureau
bevoegd is, kiezers uit te noodigen
om de zaal te verlaten, als zij, na
aan de verkiezing te hebben deel
genomen, daarin verlangen te blijven.
De commissie voor de verzoek
schriften, met wier gevoelen de
Kamer zich vereenigde, achtte het
wenscbelijk, inlichtingen van den
minister in te winnen omtrent de
klacht van twee kiezers voor de
Tweede Kamer te Dokkum, dat de
voorzitter van het stembureau, ge
leid door eene naar hunne meening
verkeerde interpretatie van art. 40
al 2 der kieswet, hen gekrenkt heeft
in hunne rechten als kiezers door
te handelen als boven omschreven is.
Ned.Landhuishoudk. Con
gres. Thans wordt medegedeeld, dat
definitief is bepaald, dat het 42e
Nederlandsch Landhuishoudkundig
Cougres, te Bergen-op-Zoom zal
worden gehouden van 2226 Juli
1889.
Het denkbeeld om een
eenvoudig en doeltreffend gedenk-
teeken op te richten op het graf
van den onversaagden en dapperen
Jacob Hobein, die als matroos in
het jaar 1831 op zulk eene schit
terende wijze de eer onzer vlag en
die van de marine in het bizon der
heeft opgehouden, gaat uit van de
heeren F. L. Geerling, gep. vice-
admiraai, oud-minister van marine;
jhr. F. de Casembroot, gep. vice-
admiraal, adj. des konings i. b. d.;
J. W. Binkes, vice-admiraal, adj.
des konings i. b. d.; J. A. Vande-
velde, gep. schout bij nacht; J. Span
jaard, kapitein ter zee, inspecteur
van het loodswezen; F. A. van Braam
Houckgeest, kolonel, adj. des konings
b. d., commandant van het korps
mariniers, secretaris-penningmeester.
Terwijl in ons land de
bereiding van cacao tot chocolade
in den laatsten tijd zulk eene groote
vlucht heeft gekregen, schijnt men
er zich in het buitenland bizonder
op toe te leggen, allerlei surroga
ten voor de cacao te vinden. Zoo
kende men reeds de eikel-caoao, die
hier te lande niet vreemd meer is;
en thans vervaardigt een oosten-
njksch fabrikant hazelnoot-choco-
laad, die hij nog wei annonceert
als de beste kook-, drink- en eet-cho-
colade der wereld.
(Huisvrouw.)
UILLHTON.
Naar het fransch van Louis Gallet.
16)
VIII.
George, Sarah en Lucienne volgden hem op den voet.
Sarah had gedurende den maaltijd eenig leed verkropt.
Een slapelooze nacht was in hare vermoeide trekken te
lezen. Zij had gevoeld hoe de blikken van den dokter en
van George gedurig op haar hadden gerust en het was
haar welkom van dien dwang ontslagen te worden.
Sedert den vorigen avond had zij met ernst hare gemoeds
gesteldheid onderzocht; eindelijk had zij de reden gevonden,
waarom het vertrek van George haar zoo griefde: zij was
niet alleen in hare vriendschap getroffen, het was hare liefde,
die onder deze scheiding leed. Zij moest het zichzelve wel
bekennen, dat zij George beminde.
Met schrik had hij zich afgevraagd wat er worden moest,
wat het redelijke einde kon zijn van deze liefde. Zij was
arm! Geen oogenblik mocht zij toegeven aan de verleide
lijke gedachte van een huwelijk. En bovendien, dacht George
aan haar zooals zij aan hem f De genegenheid, die hij haar
toedroeg, overschreed waarschijnlijk de grenzen der vriend
schap niet. Te fier en te ingetogen om het geheim harer
zwakheid te laten doorschemeren, moest zij het met gela
tenheid dragen, dat George van haar ging. Later zou hij
wellicht tot haar komen maar gehuwd. De tijd evenwel
zou hare smart verzachten; zij zou hem kunnen weerzien
zonder bitterheid en hare liefde bewaren als een dierbare
herinnering harer snel vervlotene jeugd. Zij zou verouderen
op het huis in de duinen in gezelschap van de goede Ma
deleine, goed doende en zegen verspreidende als zij, dokter
Sylvain bijstaande in de verpleging der armen en zich op
offerende voor de kinderen van Lucienne Kaynal, die zonder
twijfel ook zou trouwen.
Deze toekomst van oude vrijster had volstrekt geen ver
schrikking voor haar en zij zag zich geen andere loop
baan geopend. Wellicht, als het leven in de duinen haar
op den duur te eenzaam werd, zou zij beproeven een plaats
te krijgen als onderwijzeres op het inetituut-Smithson, waar
zij zulke gelukkige dagen had doorgebracht.
Al deze denkbeelden, al deze verschillende plannen woel
den haar door het hoofd, terwijl zij stilzwijgend den dokter
en George volgende, aan de zijde van Lucienne ging, die
te vergeefs een paar malen een gesprek met haar had pogen
aan te knoopen en die nu eveneens in nadenken verzonk.
George was evenmin op zijn gemak als Sarah. Het had
hem minder tijd en hoofdbreken gekost om zich rekenschap
te geven van den toestand van zijn hart; maar, groote kDaap,
die hij was, zou het hem minder moeite gekost hebben
voor haar door een vuur te loopen, dan in de tegenwoor
digheid van het jonge meisje zijn verlegenheid en linksch-
heid te overwinnen.
Tot haar te zeggen, eenvoudig en oprechtSarah, ik heb
u lief; kunt ge mij ook beminnen?de woorden, die hem
in het hart en op de lippen lagen, daartoe voelde hij zich
niet in staat.
Hij was bang, dat zij deze bekentenis als eene beleedi-
gicg op zou vattenhij vreesde eene weigeringhij voedde
de duizend hersenschimmen, die kunnen opkomen in het
brein van den jongeling, die eene eerste liefde koestert.
Toch was hij vastbesloten niet heen te gaan zonder ten
minste eene zinspeling te maken op de toekomst, waarin
hij zich onmogelijk voor kon stellen van Sarah gescheiden
te zijo. Het zou slechts een vluchtige zinspeling zijn, maar
wellicht dat zij er de beteekenis van vatten en hem iu de
gelegenheid stellen zou een rechtstreeksch aanzoek te doen.
Men bereikte la Crèche. De dokter strekte zich met wel
lust uit op het korte gras. Lucienne was zonder eenige
nevenbedoeling hij hem komen zitten en zoo waren George
en Sarah op eenigen afstand alleen gebleven.
Langzaam daalde de avond. Een plechtige rust omgaf
hen. Het geklinklank van verschillende dorpsklokken klonk
vredig door de zwijgende en luisterende natuur. Eeoige
geiten scheerden in hunne nabijheid het korte gras af. Te
gelijk met de eerste ster blonk het pas ontstoken {kustlicht
in de verduisterende avondschemering.
Het hart van George klopte met versnelde slagenhet
scheen hem toe, alsof Sarah het hooren moest. Zijzelve had,
hoe koel voor 't uiterlijk, te vergeefs naar woorden ge
zocht, die haar gejaagd gemoed niet verrieden. Hare gewone