NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD.
SARAH BLONDEL.
6e Jaargang.
Vrijdag 4 Januari 18b>9.
No. 1688.
ABOHNEHEHTSFRIJS:
ADVERTENTIES:
S 1 A DSNS E II S.
HAARLEM'S DAGBLAD
Voor Haarlem, per 3 maanden1.20.
Franco door het geheele Rijk, per 3 maanden. -1.65.
Afzonderlijke nummers- 0.03.
Dit blad verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en Feestdagen.
Bureau: Kleine Houtstraat No. 9, Haarlem. Telefoonnummer 1ZÏ.
▼an 15 regels 50 Cents; iedere regel meer 10 cents
Groote letters naar plaatsruimte.
Bij groote opgaven aanzienlijk rabat.
Abonnementen en Advertentiën worden aangenomen door
onze agenten en door alle boekhandelaren, postkantoren en courantiere.
lirecteuren-Ultgevers «0. C. PEEaEB©©M en «9. B. AVIS.
Hoof dat} ent si* voor het .Buitenland: Compagnie Generale de Publicite Etrangère O. L. 1)A ÜBE ty" Co., JOH. F. JONES, Suer., P ar ijs, Slbtt Faubourg Montmartre.
Haarlem, 3 Januari.
De eerstvolgende vergadering van
den gemeenteraad is bepaald op
Woensdag 9 Januari a. s., des na
middags te 1 uur.
Het museum van kunstnijverheid
alhier, werd gedurende het jaar
1888 door 13875 personen bezocht.
In 1887 bedroeg het aantal be
zoekers 8255.
A Naar wij vernemen belocpen de
vrijwillige bijdragen in de kosten
van oprichting van het «stedelijk
muziekkorps» tot heden f 3000. De
omstandigheid, dat in betrekkelijk
korten tijd voor zulk een aanzienlijk
bedrag is geteekend, doet ons ver
wachten, dat de nog ontbrekende
f.1000 ook weldra zal zijn bijeen
gebracht.
Er zal nu een lijst buis aan buis
worden gepresenteerd, waarop iedere
bijdrage, klein of groot, welkom
zal zijn.
'M
Op de gemeentelijke begraafplaats
hebben in bet afgeloopen jaar 952
ybegrafenissen plaats gehad620
van Protestanten, 329 van R. Katho
lieken en 3 van Israëlieten.
Prot. Alberdingk Thijm gedacht Woens
dagavond voor de leden van Oefening
in Wetenschappen", de stad Haarlem als
het //Florence van Holland", welke beeld
spraak niet alleen de bloemrijkheid, maar
ook de voorname plaats kenschetst, die
onze stad in de kunstgeschiedenis bekleedt.
Groot is het aantal schilders, die in
Haarlem geleefd hebben, zooal niet gebo
ren zijn. De vanEyken, die de olie
verf het eerst bezigden, Hans Mem-
ling, Alb. van Olwater, wiens
//Laatste oordeel" nog heden in Dantzig
de aandacht trektGerrit van St.
Jans, dien Albrecht Dürer zich gelukkig
rekende te kunnen bezoeken, Dirk van
H a e r 1 e m, wiens //Laatste oordeel" be
roemd en wiens roem groot genoeg is
om Haarlem en Leuven elkander de
eer zijn geboorteplaats te zijn te doen be
twisten, en Jan van Schoor 1. De
kunstvoortbrengselen dezer schilders zijn
zoo moeilijk te onderscheiden, dat de er-
varenste critici hierin nog dikwijls mis
tasten. Jan Moster t, de delicate por
tretschilder, die op geniale wijze het idea
listische, dat de italiaansche schilderschool
kenmerkt, beeft weten te verbinden aan
het realistische waardoor de hollandsche
zich onderscheidt, woonde hier evenals
H e e m s k e r c k, wiens schilderstukken
niet van eenige hardheid zijn vrij te spre
ken. In Corn. Corneliszoon maakt
de kunst een grooten sprong. Zijn schil-
dertrant is de //kopfhangerisehe vroom
heid" der 16de eeuw geheel ontwassen.
Zijn //Kindermoord" en zijn //Adam en
Eva" zijn terecht beroemd. Met Karei
van Mander, de schrijver van bet
„Schilderboek"en Hubert Golt-
z i u s voimde hij de haarlemsche academie.
Na genoemde Haarlemmers kiest de
kunst breeders banen en betreedt zij het
roemrijke spoor, waarop zij in de zeven
tiende eeuw haar hoogste glorie vierde in
Frans Hals, Jan Pinas, wien Rem
brandt zijn zin voor licht en bruin dankt,
Barth v. d. Helst, I. vanOstade,
K. P. B e r c h e m en R u y s d a e 1, die op
voortreffelijke wijze even zooveel verschil
lende genres vertegenwoordigen. De Haar
lemmers hebben in alle genres uitgemunt,
zoo goed als zij steeds aan de spits van
elke nieuwe kunstrichting hebben gestaan.
De gebr. Berkheijde zijn voor deze
stad, wat de keurige schilder van stads
gezichten, Jan v. d. H e y d e voor Am
sterdam is. Jan Molenaar en Dirk
H a 18 zijn voortreffeiijke zede- en cos-
tuumschilders, evenals R. de Hooghe,
die uitmunt in het op 't doek brengen van
de kostbare kleederdracht uit den tijd van
Louis XIV. Heda muntte in de stillevens
uit en Goltzius, de reeds genoemde
schilder, is bovendien beroemd als graveur.
Na op vluchtige wijze het eigenaardige
van elk dezer schilders te hebben aange
geven, ging de geleerde spreker zich be
palen bij een enkeleHenric Goltzius.
In Febr. 1558 werd deze geboren te Gulik
bij Venlo. Zijn kindsheid was ongelukkig.
Aan het verkeerd behandelen van een wond
aan zijn rechterhand, bleet deze geheel
zijn leven krom staan. Toen zijn ouders
in '61 naar Duisburg verhuisden, ver
toonde zich zijn aanleg reeds en maakte
hij zich berucht door alle wanden en vloe
ren vol te teekenen. Op zijn achtste jaar
begon hij met het glasschilderen. Toen hij
in 1576 met zijn ouders in Haarlem kwam,
maakte hij kennis met Dirck Voikertsz.
Coornhert, die niet alleen als taalkundige
maar ook als graveur naam heeft gemaakt.
Aan de hand van deze oefende hij zich
in het graveeren. Uit dezen tijd. dagtee-
kenen zijn vermaagschapping aan de kunst-
koopers- en graveursfamilie Matan en zijn
portretten van Galle en Coornhert. Door
tegenspoed getroffen, verviel hij in eeu
groote zwaarmoedigheid, waaraan hij een
begin van tering te wijten had. Een reis
naar Rome genas hem hiervan. Op deze
reis ontwikkelde zich in hem nog meer
de voor dien tijd eigenaardige neiging tot
de studie van het volksleven, die den eersten
stoot gaf tojt het breken met het aristo
cratische in de kunst. Ook ontwikkelt zich
in zijn portretten dat breede en muscu
laire, dat somtijds dreigt in het gemanie-
reerde over te slaan. Als portretschilder en
compositeur, als beoefenaar der antieken
zoowel als der natuur, kon hij weldra als
voorbeeld gelden. Na met Jan M. Ban
en P h. v a n W i n g e als bedelaars ver
kleed naar Napels, vervolgens per speciale
galei naar Frankrijk, en eindelijk weer
H ar Rome te zijn gereisd, keerde hij in
1 j8 in Haarlem terug, na aan tal van
porLretten en schilderijen het aanzijn ge
geven te hebben. Als zijn voornaamste
leerlingen zijn bekend: de Geyn, J.
Matan, P. de J o o d e, W. v. d. V a 1-
c k e n en J. v. d. Berg. Zijn blijvende
roem ontleent hij voornamelijk aan zijn
bekende //zes meesterstukken". Door het
tot bedriegens toe natuurlijk navolgen van
zes meesters in de kunst, opende hij aan
zijne tijdgenooteu voor het eerst de oogen
voor het individueele in de kunst. De „zes
meesterstukken" zijn: „De Visitatie", waarin
de trant van Correggio gevolgd wordt, „De
Heilige Familie", waarin Barroggio leeft,
„De Boodschap van den Engel", waarin
Raphael's trant werd nagebootst, „De Aan
bidding van de Herders", stijl Bassano,
,,De Besnijdenis van Jezus", die men aan
Alb. Dürer zou toeschrijven, en „De Aan
bidding van de Drie Koningen", waarin
Lucas van Leiden wordt op zijde gestreefd.
Na achtereenvolgens de eigenaardighe
den der verschillende, door platen gere
produceerde meesterstukken te hebben aan
geduid, eindigde spreker met het voorlezen
van Vondels grafschrift op Goltzius, die
in 1617 overleed en wiens monument in
de h&arlemscbe Groote Kerk prijkte.
Woensdagavond omstreeks 7!/s
uur is op den spoorw.g nabij den
Kruisweg alhier de dienstdoende
wisselwachter C. van der Ham, oud
23 jaren, door een spoortrein, be
staande uit vier wagens, overreden.
Het ongeluk is geheel aan eigen
schuld te wijten; hij wilde niette
genstaande waarschuwing op den
trein springen maar sprong mis en
kwam onder den trein terecht, die
zijn lichaam als het ware in tweeën
scheidde. Het lijk is naar het St.
Elisabeths Gasthuis overgebracht.
Ia het afgeloopen jaar zijn door de
politie alhier 519 processen verbaal
opgemaakt wegens misdrijven enz,
en 799 ter zake politie overtredin
gen van het laatste getal 355 we
gens dronkenschap op straat, zijnde
88 minder dan in 1887.
Woensdag is door de politie al
hier aangehouden en naar het huis
van bewariüg overgebracht de werk
man A. V., oud 21 jaren, die zich
den vorigen avond ten nadeele van
eene bejaarde weduwe had schul
dig gemaakt aan diefstal van ver
schillende gouden ringen, oorbellen
enz. De voorwerpen had hij aan den
Schalkwijkerweg verborgen, maar zij
zijn, op aanwijzing, door de politie
opgespoord. V. heeft reeds meer
malen gevangenisstraf ondergaan.
Arrondissements-EIechtbank
TE HAARLEM
Zitting van 3 Januari 1889.
Allereerst staat terecht F. F., zonder
beroep of vaste woouplaats. Hij heeftden 22n
December uit een schuur bij het stoom
gemaal Leeghwater 12 kazen en een paar-
dedeken weggenomen, door verbreking van
het slot aan de deur.
Beklaagde bekent het feit, maar beweert
dat de deur der schuur niet gesloten was.
De bes'olene H. Coenen, landbouwer, zegt
dat hij de deur den vorigen avond ge
sloten had en den morgen van den 22sten
sporen van braak vond aan de deurstijlen.
De vrouw van den bestolene heeft de
schim van den man gezien en herkent de
paardedeken aan de sajetstoppen die er
in zijn, waaruit men ziet dat het voor de
identiteit van een paardedeken wensche-
lijker is dat zij eer oud dan nieuw zij. De
subs. off. v. just, requireert bekl.'s veroor-
deelicg tot 1 jaar gevangenisstraf.
De ambtshalve toegevoegde verdediger,
mr. S. J. H. van Walchreu, zegt dat door
een omissie in de dagvaarding de zaak
niet strafbaar is. Bij diefstal behoort
dat men zich bevoordeelen wilde, dat staat
er niet; verder staat er in dat er //goede
ren" zijn ontvreemd, terwijl er niet staat
welke goederen. PI. concludeert mits
dien tot ontslag van rechtsvervolging.
De ambtenaar van het O. M. repliceert
dat wel is waar het woordje „die" is weg
gelaten, maar de zin der woorden is toch
begrijpelijk. Bekl. zelf heeft dan ook zeer
goed begrepen, dat hij gedagvaard is voor
diefstal.
De verdediger antwoordt dat hier uit
drukkelijk de wet moet worden gevolgd.
Of de bekl. bekent en het woord „die"
in andere stukken wèl slaat doet er niet
toe. Pleiter persisteert dus bij de genomen
conclusie.
Daarna staat terecht J. v. A„ werkman
te Haarlemmermeer, beschuldigd yan f 25
te hebben weggenomen uit een winkellade
van Corns Koudijs.
Bekl. zegt het feit te hebben gepleegd
om met het geld schulden te betalen van
zijn vader, maar de veldwachter daarom
trent ondervraagd door den ambtshalve
toegovoegden verdediger, mr. S. J. H. van
Walchreu, weet daarvan niets.
Het requisitoir luidt 6 maanden gev.
De verdediger acht de straf te hoog en
roept de clementie der rechtbank in.
L. B., koopman, zonder vaste woon
plaats, heeft 22 Dec. jl. in eene woning
onder Hillegom weggenomen een mantel,
aan de vrouw des huizes toebehoorende.
Bekl. werd echter door een vrouw en
eenige kindereu gezien, toen hij met den
mantel de deur der woning uitkwam nadat
hij die zeer voorzichtig was binnengegaan
en toen de jongens „dief!" riepen wierp
hij den mantel over de haag.
Bekl. was dronken, maar naar het schijnt
niet in zoo hc.ge mate als hij zelf het
thans wil doen voorkomen.
De subs, o v. just, requireert bekl.'s
veroordeeling tot 9 maanden gev.
De ambtshalve toegevoegde verdediger
mr. F. W. van Styrum wijst er op, dat
hier iemand is die nog nooit heeft terecht
gestaan. PI. acht een straf zoo zwaar als
deze voor bekl. niet gewenscht, omdat een
zware straf het hem moeilijk zal maken
weer op den goeden weg terug te keeren.
G. v. d. B., alhier heeft een bankbiljet
van f 25, dat hem ter inwisseling was ge
geven door Cornelia D. en waarvan hij
f 10 in leen mocht behouden, verduisterd.
Bekl. is groen ten boer en had getuige
gevraagd om voorschot, omdat hij zoo
„scharrelen" moest om door de wereld te
komen. Zij gaf een bankbiljet van f25,
maar ontving noch de f 15 terug nóch
een bewijs van de geleende tien gulden.
Bekl. zegt dat got. geen bewijs verlangd
en hem gezegd had dat hij kon gebrui
ken van die f 25 wat hij ervan noodig had.
De zuster van get. heeft gezien, dat
deze laatste v. d. B. het geld gaf en ge
hoord dat v. d. 3. zei dat hij een bewijs
zou geven. Ook hoorde zij haar zuster
zeggen dat hij dien avond f 15 moest
terugbrengen.
De subs. off. v. just, requireert bekl.'s
veroordeeling tot 9 maanden gev.
De ambtshalve toegevoegde verdediger
mr. A. J. v. Thiel, zegt, dat uit de stuk*
ken niet kon opgemaakt worden hoe de
zaak was. Pleiter hechtte aan de verkla
ring van bekl. het meeste geloof. Er is
iets vreemds in, dat men geld leent aan
een onbekende, maar als men dat eenmaal
doet kan men evengoed f 25 als f 10 geven.
De zaak is enkel een contract van ver-
bruikleening. Volgens het B. W. is het
bankbiljet in eigendom overgegaan aan
bekl. op het oogenblik toen hij dat kreeg.
De zaak behoort hier niet, wel bij den
kantonrechter.
Na re- en dupliek wordt de uitspraak
bepaald op heden over 8 dagen.
(In ons nummer van morgen zullen
wij htt vervolg der zitting opnemen.)
FïïSUÏIiliHTOM.
Naar het fransch van Louis Gallet.
M) XIII.
Dat is de wet I herhaalde de commissaris met de
zelfde onverstoorbaarheid.
Na eenig stilzwijgen hernam de heer Hubert:
Het schijnt mij toe, mijnheer Sylvain, dat wij de zaak
verder uitdiepen dan noodig is. De misdaad waarvan Jacques
Gerbier beschuldigd wordt is niet aan de orde. Voor mij
bestaat die misdaad niet, uit kracht van de wet, die haar
niet erkennen wil. Ik zie slechts een man, die zijne vrouw
dwingen wil tot de gehoorzaamheid, die zij hem wettelijk
verschuldigd is. Ik zie slechts eene vrouw, die zich tegen
deze wettelijke macht verzet.
Alles goed en wel, viel de dokter hem opnieuw
re^e> maar gij hebt bovendien van zekere invloe
den gesproken. Wat heeft mijnheer Gerbier daarmede
bedoeld
Het antwoord, dat ik u moet geven betreft een zeer
teeder punt in deze zaak. Mijnheer Jacques Gerbier bemint
zijne vrouw hartstochtelijk en is natuurlijk zeer jaloersch.
Zoo, waarlijk! riep de dokter uit. Er bestaat,
zegt hij, in de bizondere omstandigheden waarin zij zich
bevindt, een voortdurend gevaar voor zijne rust.
Laat ons daarover zwijgen, mijnheer Hubert, sprak
de dokter. Ik geloof, dat het nutteloos is, u de schan
delijkheden van mijnheer Jacques Gerbier te laten herha
len. Ik ben voldoende ingelicht. Wat wil men met Sarah
Blondel?
Mijnheer Jacques Gerbier geeft haar veertien dagen
tijd om zich naar hst huis in de duinen te begeven. Hij
staat haar dit uitstel echter niet toe, dan op éene voor
waarde.
Eu die is?
Op de voorwaarde, dat George Raynal morgen uw huis
verlaat.
De dokter moest zich reeds eenigen tijd geweld aandoen
om niet in toorn uit te harsten. Om de beleedigende, kwet
sende en vernederende voorwaarde, die hem gesteld werd,
had hij den commissaris gaarne in den kraag gepakt en de
deur uitgesmeten, ofschoon deze er persoonlijk even on
schuldig aan was als hijzelf. Hij beheerschte zich evenwel
en schijnbaar kalm vroeg hij zijn tegenpartij
Is dat alles, wat ge mij te zeggen hebt?
Alles! -
Welnu, mijnheer Hubert, dan heeft onze arme Sarah
ten minste veertien dagen rust. Tot weerziens!
Wanneer wij elkander over veertien dagen weerzien,
dokter, hoop ik dat deze ongelukkige zaak uit de wereld
zal zijn.
Dc dokter vtrhaalde Sarah onomwonden wat er tueschen
hem en den commissaris was voorgevallen. Hij verhaalde
alles in bizonderheden en zelfs in de tegenwoordigheid van
George, van wiens rechtschapenheid hij zich overtuigd hield.
Hij eindigde met zijn neef toe te voegen:
Ge moet vertrekken!
George maakte eene beweging van tegenwerping. Het
stuitte hem tegen de borst zich te moeten terugtrekken van
het tooneel, waar de strijd gevoerd werd. Zijn wraakzuch
tige voornemens tegen Jacques kwamen hem weder voor
den geest en hoe duidelijk in een vorig onderhoud de dokter
hem ook het onzinnige zijner plannen had blootgelegd, hij
wilde er de gevolgen niet van berekenen.
Je moet morgen vertrekken, drong de dokter op
nieuw aan, zonder hem den tijd te laten tegenwerpingen
te maken. Ik vind helaas geen ontknooping in de vreese-
lijke verwikkeling, waarin Sarah verward is en evenwel
schijnt het mij toe, dat de ontknooping nabij is.
- Ge hebt gelijk, bevestigde Sarah, die gedurende
dit onderhoud geen enkel woord gesproken had. Ge hebt
gelijk, zeide zij op somberen toon, de ontknooping is nabij.
Wat wilt ge daarmee zeggen vroeg dokter Sylvain,
getroffen door deze onverwachte en ongewone ernst.
Sarah antwoordde niet. Zij bleef zitten met het hoofd op
de borst, als ging zij gehukt onder den last harer over
peinzingen. De dokter, die haar met ongerustheid gadesloeg
durfde haar evenwel niet verder ondervragen.
Komaan, kinderen, riep hij met een plotselinge op-