BINNENLAND.
Konings
de marine aan
minderen
LEGER EN VLOOT.
Op Nieuwjaarsdag werd
groote tevredenheid over
officieren, onderofficieren
overgebracht.
De bemanning der te Amsterdam lig
gende oorlogsschepen waren met officieren,
allen in groot uniform, Dinsdagochtend
naar een der pleinen van de Landswerf
gemarcheerd, waar de schout-bij-nacht,
W. E. H. Cramer, commandant der zee
macht in dit ressort, dat vereerend oordeel
vau Z. M. den Koning aan het personeel
bekend maakte en in flinke bewoordingen
de gehechtheid der vloot aan Koning en
vaderland in het licht stelde.
Een daverend hoera was het welspre
kend antwoord en onmiddellijk werd aan
Zijne Exc. den min. van Marine verzocht
den hartelijken dank aan Z. M. den Ko
ning te willen overbrengen, met de beste
wentchen voor Zr. Ms. langdurige regee
ring en voor het leven van H. M. de
Koningin en der Prinses.
Ook de mariniers, aldaar in garnizoen,
waren in groot tenue geschaard. Bij monde
van den kolonel-commandant van het kor] s,
Van Braam Houckgeest, werd hun de
vereerende mededeeling gedaanook hier
bleven de blijken van onverdeelde inge
nomenheid niet achterwege. (Hbl.)
De bevolking der pupillenschool te
Nieuwersluis bedroeg op 1 Jan. 1888 285
m. en 20 v. totaal 305. Zij verminderde
door het overlijden van 1 m. en het ver
trok van 134 m. en 3 v. met 138 zielen,
vermeerderde daarentegen door de vesti
ging van 126 m. 2 v., zcodat de geheele
bevolking dier inrichting op 31 December
bedroeg 276 m. 19 v. Totaal 295.
Het Hb ld. meldt:
Vóór de intrede van den nieuwen
jaarkring, op oudejaarsavond, heeft
Z. M. op bizondere wijze en uit
eigen beweging willen doen blij
ken van zijne belangstelling in onze
stad, en aan haren burgemeester,
zoowel voor dezer; als voor de in
woners, de «mee. welgemeende
gelukwenschen» aa. geboden, met
de verzekering, dat «de bloei, de
welvaart en de vooruitgang van
Amsterdam Zijner Majesteit bij
voortduring en innig ter harte gaan».
Thans is bij de Tweede
Kamer ingekomen een wetsontwerp
om te voorzien in het geval, dat
een misdrijf wordt gepleegd op niet
gemeentelijk gebied (Zuiderzee,
Wadden, Lauwerzee, Dollart en het
terirtoriaal water langs de Noord
zeekusten) van het Rijk in Europa.
Als bevoegde rechters in deze ge
vallen worden aangewezen de recht
bank of het kantongerecht, onder
wier ressort de verdachte woont,
gevonden wordt of zijn laatst be
kende verblijfplaats heeft gehad.
Indien de verdachte niet in een dier
gevallen verkeert of wanneer meer
dere van hetzelfde feit verdachten
in de ressorten van verschillende
of kantongerechten
zijn aangewezen de
rechtbanken
wonen enz.
rechtbank te Alkmaar of het kan
tongerecht te Hoorn. Behalve deze
wijziging van art. 24 van 't Wet
boek van Strafvorderiug is nog art.
26 van dat Wetboek aangevuld
met eene bepaling, die de vragen
omtrent de bevoegdheid oplost
voor het geval, dat een straf
baar feit door meerdere personen
is gepleegd buiten het Rijk in
Europa niet aau boord van een ne-
derlandsch vaartuig en deze perso
nen verschillende woon- of verblijf
plaatsen hebben gehad.
Het Vaderland, meldt dat
dr. Schaepman wegens ernstige on-
gesteldheid voor een tijd lang naar
het Zuiden gaat.
Zooals bekend is, heeft
de jongsle algemeene vergadering
der Maatschappij tot Nut van 't
Algemeen aan het hoofdbestuur op
gedragen, door deskundigen een zoo
volledig mogelijk onderzoek te doen
instellen naar den toestand en de
werking van begrafenis- en zieken
fondsen hier te lande, en hierover
een beoordeelend verslag te doen
samenstellen, dat zoo noodig, de
middelen aangeeft om tot verbete
ring te geraken. Aan deze opdracht
gevolg gevend, heef. het hoofdbe
stuur bedoeld onderzoek, allereerst
wat aangaat de begrafenisfondsen,
opgedragen aan eene commissie, be
staande uit de heeren mr. W. L. P.
A. Molengraaf!hoogieeraar te
Utrecht, en dr. G. J. Legebeke,
hoogleeraar te Delft, met toevoe
ging van den heer mr. J. van Sche-
vichaven te Amsterdam, als secre
taris.
Deze commissie zou allereerst
gaarne door de besturen der depar
tementen worden ingelicht betref
fende de begrafenisfondsen, welke,
't zij deze al ot niet met zieken
fondsen zijn vereenigd, als departe
mentale instellingen bestaan. Doch
zij wenscht bovendien een beroep
te doen op de welwillende mede
werking der besturen van de depar
tementen, voor zoover zij van die
besturen ook opgave verzoekt van
adressen dezer fondsen, welke bui
ten betrekking staan tot eenig de
partement en aangetroffen worden
zoowel in de burgerlijke gemeente,
binnen welke het departement is
gevestigd, als ook in naburige ge
meentenalwaar geen departe
ment der Maatschappij bestaat. Het
hoofdbestuur heeft daarom die be
sturen uitgenoodigd, aan de com
missie al d e inlichtingen te ver
schaffen, welke door haar, in het
belang vau haren arbeid, mogen
verlangd worden.
In het algeloopen jaar
zijn meer dan 4000 vreemdelingen
als zonder middel van bestaan over
de grenzen des rijks uitgeleid.
Ook te Barsingerhorn
is eene vereeniging opgericht tot
wering van bedelarij. Het regle
ment schrijft o. a. voor, dat de
leden zich zullen verbinden, aan
personen, die van bedelen een be
roep maken, niet te geven.
Nu de ondeneming van
een «bagno» (als tuchthuis ingericht
café) te Rotterdam mislukt is, zal
men het te Amsterdam eens gaan
probeeren. Op het Gedempte Dam
rak namelijk is een bierhuis ge
opend, waar men bediend wordt
door personen, als galeiboeven ge
kleed, en in eene gelagkamer, die
er als een gevangenis uitziet,
Ous dunkt het idéé alleen is reeds
griezelig dat weinigen die in
richting zullen bezoeken. Dergelijke
ondernem.ngen kannen wellicht op
fransehen bodem tieren, te Pariji
werd er indertijd een door den com
munist Maxime Lisbonne opgericht,
op onzen vaderlandschen bodem pas
sen zulke wangedrochten niet.
Gedurende het laatste
kwartaal van het afgeloopen jaar
zijn van Amsterdam 1342 landver
huizers naar New-York on 415 naar
Buenos-Ayres vertrokken, allen per
stoomschepen van de Nederl.-Ame-
rikaansche Stoomvaartmaatschappij.
De burgemeester van
Katwijk, die met verlof afwezig
was, is Dinsdag avond aldaar terug
gekeerd wegens eene gisting onder
het vissohersvolk. De visschers had
den per draad zijne hulp ingeroepen.
Het volgende vordt uit den
Haag gemeld:
Oudejaarsnacht en Nieuwjaar mochten
hier wederom niet zonder vecht-, snijpar-
tijen of ernstige mishandelingen op de
openbare straat, en ook binnenshuis, voor
bijgaan.
Militairen hadden ditmaal een bizouder
groot aandeel in de rustverstoringen in
deze stad voorgevallen, zooals blijkt uit
het onderstaande:
Twee grenadiers zijn in de Passage mis
handeld door een hospitaal-soldaat, die met
uitgetrokken sabel vechtende was. De man,
die, ondanks zijn dienst in de militaire-
ziekeninrichting, de kunst van mishande
ling beter verstaat dan de verplegingsleer,
is naar het politie-bureau overgebracht.
Een vesting-artillerist werd in de Ba-
gijnestraat door een huzaar met zijn wa
pen geslagen en kwam met eene wonde
aan het voorhoofd bij de politie beklag
doen.
Aan het commissariaat werd Oudejaars
nacht aangebracht een vormer, die op het
Spui vau een brigadier der veld-artillerie
met de sabel een slag op het hoofd had
ontvangen, tengevolge waarvan dit eene
belangrijke wonde vertoonde, welke in het
ziekenhuis verbonden moest worden.
Op de Gedempte Gracht ontstond Nieuw
jaarsavond een opstootje, doordien een
huzaar met uitgetrokken sabel tegenover
een aantal burgers dier overigens rustige
buurt, stoud.
Nieuwjaarsdag kwam op het politie
bureau, 2e afd., een veld-artillerist met
stukgeslagen sabel, zonder schakot en
vangsnoeren, en verklaarde door 3 burgers
te zijn mishandeld. Later kwam evenwel
uit, dat de klager daartoe zelf aanleiding
had gegeveu, aangezien hij een schippers
knecht op arm en hoofd geducht met de
sabel had geslagen. Een andere schippers
knecht heeft hem toen zijn wapen ontno
men en in het water van de Bierkrde
geworpen. Getuigen bevestigden, da de
artillerist zijne sabel tegen den verwonde
had opgeheven.
In den afgeloopen nacht werd de 70-
jarige verhuurder van een door een msn
met eeu vrouwspersoon bewoonde kamer
in de Bierstraat, uit zijne woning aan den
Z.-O. Binneu-singel gehaald door
bewoners, die klaagden, dat het paartje
wederom ergerlijk schandaal in huis maakte.
De huisbaas ging er heen om zijn vech
tende huurders tot rust aan te manen,
doch nauwelijks de kamer binnengetreden,
werd hij door beiden beetgepakt en blond
en blauw geslagen. Tijdens dien slagenre
gen voelde de oude maD hevige pijn onder
het schouderblad, en in zijn huis terug
gekeerd, was al zijn ondergoed bebloed
en bemerkte de grijsaard, dat hij een mes
steek in het rechter-sehouderblad ontvan
gen had. Het lijdt geen twijfel, of deze
wonde is hem door een der twee perso
nen, die hem te lijf gingen, toegebracht.
De politie heeft den verwonde op zijn bed
gebracht en den vermoedelijken dader, den
huurder der kamer, in verhoor genomen.
Men meldt van 2 dezer:
Onder toezicht van den slooper
W. Begeling werd heden aan het
strand te Scheveningen tegenover
het Kurhaus alles in gereedheid
gebracht om morgen vroegtijdig bij
laag water met het uit zee halen
van het wrak van de Ango een be
gin te maken. Met de aanstalten
was men heden, met het oog op
den opkomenden vloed, niet bij
tijds gereed om nog te beginnen.
Toch waren er niet weinig nieuws
gierigen gekomen om den moeilijken
arbeid gade te slaan. Waarschijn
lijk zal morgen behalve een kaap
Btander ook de stoomtrekmachine
van de heer M. E. J. Vierling
worden gebezigd om door middel
van stalen lijnen het wrak naar
den wal te trekken.
Te Scheveningen gaat
een adres aan de bevoegde autori
teiten rond om te verzoeken, dat
de maréchaussées, vroeger in die
gemeente gestationneerd, daar we
der geplaatst zullen worden.
De heer I. Montagne Az.,
hoofdambtenaar bij de gemeente
secretarie te Leiden, afdeeling alge
meene zaken, vierde Dinsdag zijn
60jarig ambtsfeest. Op 1 Januari
1829 kwam deze ambtenaar in dienst
van die gemeente, waar hij nog el-
ken dag op het raadhuis werkzaam
is. Niettegenstaande zijn hoogen
leeftijd, ligt het niet in het plan
van den heer Montagne om eervol
ontslag uit zijne betrekking te vragen.
Dezer dagen ontving
een koopman te Dordrecht eene
briefkaart uit den Haag, met verzoek
om monsters zijner waar. Toevallig
herinnerde hij zich in 1887 van de
zelfde firma eene bestelling te heb
ben ontvangen, welke hij toen on
uitgevoerd liet, omdat de besteller
te algemeen bekend was. Ook thans
voldeed hij niet aan het verzoek.
Zaterdag middag j 1. ver
voegde zich bij den stoffeerder M.
B. van H. te Dordrecht een onbe
kend persoon, zeggende door den
heer Ph. Z., aan het Bagijnhof
aldaar te zijn gezonden en daarbij
werkelijk een briefje van dien aard,
onderteekend met den naam van
den heer Z., toonende om eenige
karpetten op zicht te mogen hebben.
Daar de stoffeerder van H. niet
thuis was, werd door diens vrouw,
die niets kwaads vermoedde, het
verzoek ingewilligd, doch later, toen
om antwoord werd gezonden, kwam
meu tot de ontdekking, te zijn op
gelicht.
Op drie der karpetten is reeds
door de politie beslag gelegd, ter
wijl zij ook den dader op het spoor
moet zijn.
De politie te Utrecht
heeft de hand gelegd op zekeren
R., die reeds vroeger met de justitie
kennis maakte, en nu wordt ver
dacht, oplichting en valschheid in
geschrifte te hebben gepleegd ten
nadeele van de firma B. en ande
ren te dier stede, bij wie hij als
provisie-reiziger in betrekking was.
Te V ij 1 e n (L.) zijn dieven
ingebroken in de cementfabriek van
den heer K. De kante orlessenaars
werden opegebroken en doorsnuffeld.
Geldswaarde was er op het oogen-
blik echter niet.
Te Wildervank had op
Nieuwjaarsdag een voorval plaats,
dat wel weder aan den jenever zal
moeten toegeschreven worden. In
den vooravond hadden eenige kna
pen wat ongenoegen gehad. Een
hunner, J. S., had zich daarop naar
huis begeven, maar terwijl hij daar
met een paar vrienden kalm zat te
praten, werd er eensklaps eene ruit
ingeslagen, en toen S. zich daarop
naar buiten begaf, viel er een schot
en drong een kogel hem in den hals.
De dader zekere T., knecht bij
den landbouwer B. is gevanke
lijk naar Winschoten gebracht. De
toestand van den gewonde is betrek
kelijk gunstig.
In de gemeente Tilburg
heeft zich weder een geval van
pokken voorgedaan, en wel bij een
27jarig, niet gevaccineerd man.
Aan den heer J. Arnold,
commissaris van politie te Tilburg,
die dezer dagen zijn 50jarigen dienst
bij de politie vierde, is vanwege
den Nederlandschen Politiebond eene
gouden medaille uitgereikt.
Te Maasbree is een 7 0-
jarig landbouwer door zijne kar
Maandag overreden en kort daarop
aan de gevolgen gestorven.
Uit Nunspeet wordt van
1 Jan. gemeld
Toen gisterenavond, ongeveer te
10 uren, de alhier gestationeerde
rijksveldwachter brig.-tit. D. Piers-
ma de ronde deed in het dorp,
weid hij onverwachts uit eene hin
derlaag door een geweerschot in
beide beenen getroffen. Met genoeg
zame zekerheid kan men aanne
men, dat hier alleen eene persoon
lijke wraakneming in het spel was.
De toestand van P. is redelijk, den
aard der wonden die zijn ver
oorzaakt door stukken lood of
zink in aanmerking genomen.
Nieuwjaarsavond heeft
er bij Groesbeek eene hevige vecht
partij plaats gehad tusschen twee
kommiezen en een aantal burgers.
De ko miezen wilden een smok
kelaar arresteeren, waartegen eeni-
gen zich verzetten. De menschen-
massa groeide steads aan, en het
gelukte den smokkelaar dan ook
werkelijk te ontkomen. Gelukkig
hebben de kommiezen van hunne
revolvers geen gebruik gemaakt,
ofschoon zij ze een oogenblik tot
vuren gereed houden moesten.
Woensdag is de smokkelaar, Beb-
bers genaamd, toch in handen der
justitie gekomen.
Men m e 1 d t u i i H e e r 1 e n
De politie vermeent de dieven, die
ten nadeele van den heer J. Pijpers
eene som van f 1500 ontvreemdden,
op het spoor te zijn. Twee familie
leden van den bestolene, die te Vorst
bij Aken wonen, worden daarvan
verdacht. Beide personen waren
's avonds nog te Valkenburg en
vroegen in een koffiehuis eene cou
rant om ijzerwerk in te pakken. Op
deze courant was het adres van den
herbergier gedrukt, eu men vond
haar terug nabij de woniDg van P.;
dientengevolge kwam de justitie op
het spoor.
Dinsdagnamiddag werd
uit het kanaal te Eindhoven het
lijk opgehaald van den heer D.,
directeur van een der grootste siga
renfabrieken aldaar, die sedert Zon
dagavond vermist werd.
Waarschijnlijk is hij het slacht
offer geworden van de duisternis,
hetgeen ook niet te verwonderen
valt, want hij moest den kanaaldijk
passeeren, een weg, waarvan hon
derden werklieden ook 's avonds ge
bruik moeten maken en die aldaar
blootstaan aan allerlei gebaren als
touwen van schepen, paaltjes, waar
aan die worden vastgemaakt, een
hellend voetpad vlak langs het wa
ter, een zeer slechten rijweg, met
diepe karresporen, bezaaid met stee-
nen, en dat alles zonder eenige ver
lichting.
Nabij het station Eind-
hoven is Woensdagnacht in bewus-
teloozen toestand uit eene sloot ge
haald de ladingmeester Kerkhof, van
de Noordbrantsch Duitsche spoor
wegmaatschappij. Vermoedelijk is de
man uit den trein gevallen.
Te Hansweerd is Maan
dagavond ongeveer 8 uren een
prachtige vuurbol waargenomen, die
zich bewoog van het N.O. naar het
Z.W. Bij het uiteenspatten onBtond
er een zeer helder licht, dat minstens
een halve minuut aanhield.
Ook op andere plaatsen is dit
verschijnsel waargenomen;
Uit Strijen wordt aan de
N. R. C. gemeldZooals te voor
zien was, bleef de burgerij na het
vertrek der politie rustig. Toen echter
Maandagavond de sterke macht weer
aanrukte, werd het volk wrevelig.
De nieuwjaarsdag was dienten
gevolge drukker dan gewoonlijk.
Toch zou alles waarschijnlijk stil
welling van blijmoedige hoop, laten wij op ons goed
gesternte vertrouwen en gaan dineeren.
Zij hielden dien dag alles behalve een vrooliiken maal
tijd, de bewoners van Honvaux. Alleen de dokter liet van
tijd tot tijd zijne stem hooren. Tevergeefs beproefde hij Sarah
en George in een gesprek te wikkelen. De ijskoude atmos-
fees die hem omgaf, de sombere toon, die er heerschte,
maakte hem-zelven neerslachtig. Blue, die aau de voeten zijner
meesteres lag, sprong somtijds verschrikt opvan tijd tot
tijd strekte hij den kop uit op de knieën van Sarah. Men
zou gezegd hebben, dat de goede hond haar zwijgenden angst
begreep en er in deelde. Het jonge meisje streelde hem met
de hand, terwijl hare oogen doelloos in de verte staarden.
Toen men van tafel opstond viel de duisternis reeds. Als
naar gewoonte ging men in den tuin een luchtje schep
pen. Yan verre hoorde men het doffe hruischen der zee.
Achter de heuveltoppen rees de groote, hloedroode schijf
der maan, die bijna verschrikt in de eerste uren van den
avond te midden der zwaarmoedige stilte der verlaten weiden
en dreven.
Er lag naar het scheen een zwarte afgrond tusschen Hon
vaux en de naburige heuvelen; in werkelijkheid was het slechts
een smalle, ondiepe inzinking van den bodem. Daaruit was
Jacques Gerbier den vorigen avond verschenen en Sarah
blikte met angst in die duisternis en meende er in hare over
spannen verbeelding een heirleger van monsterachtige ge
daanten in te onderscheiden.
Werktuigelijk drong zij een weinig dichter tegen George
aan, die haar vergezelde op deze wandeling, die zij eiken
avond gewoon was langs de groote laan te maken. Hij ging
stilzwijgend naast haar voort, gelukkig in de gedachte, dat
zij vol vertrouwen op zijnen arm leunde.
Langzaam steeg de maan hooger aan den zilveren hemel,
met haar licht de aarde overstroomde. Overal week de
duisternis voor hare zachte stralen en de schrikbeelden, die
Sarah benauwd hadden, vloden. De kleine houten tuinpoort
stond open en bare spijlen en stangen blonken met een
blauwen glans. Een kleine, roode stip lichtte uit de duisternis,
en kondigde de tegenwoordigheid van den dokter aan, die
heen en weer wandelde onder het rooken eener sigaar. Me
vrouw Sylvain en Lucienne waren vóór eenige oogenblikken
naar huis gegaan.
George en Sarah waren blijven stilstaan in de schaduw,
die het maanlicht achter de tuinpoort wierp.
Eensklaps klonk hun de stem van den dokter in de ooren.
Hij had zijne sigaar weggeworpen en keerde op zijne beurt
naar huis terug.
De beide jongelieden overpeinsden, dat deze avond wel
licht de laatste was, die zij te zamen zouden doorbrengen.
George toch zou den volgenden dag vertrekken en Sarah
moest zich binnen veertien dagen in de gehate nabijheid van
Jacques Gerbier bevinden.
Zachtjes nam George haar in zijn armen en zonder een
woord te uiten en met tranen in de oogen, drukte hij haar
hartstochtelijk aan zijne borst. Zij had de oogen gesloten
en het bleeke hoofd vertrouwelijk op zijn schouder laten
zinken. Zoo bleven zij een oogenblik staan, zwelgend in
fiunne kortstondige gelukzaligheid. George had zijne lippen
gedrukt op de trillende wimpers van Sarah eu hunne harten
klopten tegen elkander met zware en snelle slagen.
Het beeld van den dokter verscheen in het licht, dat uit
de deur van de salon stroomde.
Zij keerden naar huis terug, zich ontrukkend aan deze
smartelijke en toch zalige uitstorting van hun gevoel.
In de salon teruggekeerd, gevoelde Sarah zich als ver
nietigd. Het ontbrak haar niet aan moed, maar haar geduld
was ten einde.
{Wordt vervolgd.1