Politiek Overzicht. richting te geren. Oize buren op Borlcom hebben eene stcenen glooiing laten met selen en zware steenen op een afstand in zee gebracht om den golfslag te keeren. Yoor dit middel is het thans op Rottum te laat. Afslag is er altijd geweest, maar een uiterst langzame. De zandplaten en eilanden verplaatsen zich alle in de richting naar het Zuidoosten. De afslag bestaat uit zand, dat elders naar eene bank of plaat gevoerd wordt. Nu is op last der regeeriBg op banken westelijk van Eottum in het vorige jaar eene rijsbeplanting aangolegd om de land aanwinning door zandstuiving te bevor deren, en de resultaten daarvan lijken gun stig. Ware het altijd zomer, dan zou er dra een eiland zijn. Heeft Eottum ook waarde? Zeker heeft het beteekenis voor de kracht d«r vloeden op de kust, maar ook in oeconomisch opzicht g8at met Eottum eene bezitting verloren, die nu waarde heeft en in de toekomst er steeds meer zal krijgen. De bewoners hebben door aanplanting van helmgras de natuur geholpen, waardoor het eiland zich naar de oostzijde heeft uitgebreid, en wel in die mate, dat waar vroeger een paar runderen voedsel von den, thans jaarlijks een honderdtal run deren eene goede weide vinden. Deze die ren komen van het vasteland en gaan in het najaar terug. Eene tweede voordeeligo zaak is het groot aantal zeevogels, die hier door hunnen mest den grond verbe teren en door de eieren veel voordeel aanbrengen. Eene maand lang worden des zomers dagelijks meer dan 1000 kobbe eieren opgehaald,voort8 een aantal kruisster- eieren, die om de fijnheid bekend zijn en gretig koopers vinden. Op Borkum doet men alle moeite deze dieren ook daar te krijgen. Dat Eottum ook eene gewichtige plaats is voor de strandvonderij, behoeft niet gezegd te worden. Mea leest in het //U. D.": In eene gewone vergadering van de utrechtsche Yereeniging voor fabrieks- handwerksnijverheid (Donkerstraat) trad Woensdagavond op de heer J. Duyvis, met eene voordracht, die de pensioen- verzekering van werklieden tot onderwerp had. De spr. gaf in den aanvang eene schets van den snellen vooruitgang en de omkeering, die in alles is waar te nemen en met alle hinderpalen spot, niet alleen op wetenschappelijk, maar ook op maatschappelijk gebied. De toepassingen van stoom en electriciteit hebben een vol slagen omkeer teweeggebracht in de maat schappelijke verhoudingen; zij deden de nijverheid eene reusachtige vlucht nemen, openden voor haar telkens nieuwe hulp bronnen en brachten hare voortbrengselen onder het bereik van steeds ruimere krin gen van afnemers. Maar de lusten brachten ook hunne lasten mede. Een der gevolgen van dezen ommekeer, aanvankelijk door velen niet vermoed en door de werklieden zeiven niet gevoeld en niet betreurd, is wel, dat de verwisseling van de werkplaats met de fabriek de vroeger bestaande aartsvader lijke verhouding tusschen patroon en werk man heeft doen verdwijnen. Vroeger kende de patroon zijne werklieden, leefde met hen en deelde in hun lief en leed. Nu is de vertrouwelijke omgang zoo goed als verdwenen. Hoe zou dat ook kunnen bij het groote personeel, aan eene fabriek verbonden? Het is al heel wel, als de patroon de namen zijner werklieden kent. Een aartsvaderlijk bestuur in eene fabriek, enkelen wenschen het, maar al gelukte hun pogen, dan is daarop toch slechts voor een gedeelte uitzicht. Er zijn intus- schen ook onder de werklieden, wien der gelijk bestuur ten goede zou moeten ko men, die het eene ongepaste inmengiüg van den patroon in hunne zaken vinden; anderen, die buiten de fabriek staan, drij ven er niet zelden den spot mede. Die geest is ook overgeslagen in de kleinere werkplaatsen. De concurrentie, die groote fabrikanten den kleineren aandoen, beperkt de inkomsten der laatsten en maakt het hun onmogelijk datgene te doen, wat vroeger als eene levenstaak, een plicht werd beschouwd. Zoodoende is wat allen een zegen moest zijn, voor enkelen een vloek geworden. Het is te betreuren, dat men niet vroeger naar de edelsten en besten onder ons heeft willen hooren, toen deze waar schuwend hunne stem verhieven en aan drongen, dat in tijds voorzieningen zouden worden getroffen tegen het kwaad, dat zij destijds reeds voorzegen. Veel is er' verzuimd in de dsgen van voorspoed, wat goed gemaakt zal moeten worden. De tegenwoordige tijd moet boeten or de zonden van den verleden. De spreker drong aan op persoonlijke inspan ning van allen, die van goeden wille zijn. Ieder is verplicht zijne medewerking te verleenen, om maatschappelijke kwalen te verzachten, zoo mogelijk op te heffen. De aartsvaderlijke toestand van vroe ger is moeielgk in het leven terug te roepen en zou ook niet meer passen in onzen tijd. Maar het bewustzijn, dat de verschillende standen in de maatschappij wederkeerig voor elkander aansprakelijk zijn, is aan te kweeken. Dat de patroon zijn zieken of gewonden werkman bezoekt en laaft, is in groote inrichtingen ondoen lijk; doch te zorgen, dat bij ziekte en verwonding van den kostwinner deze niet hulpeloos daar neder ligt en zijn gezin aan gebrek ten prooi is, dat ligt wel in ieders bereik. Ook dient ieder over tuigd te zijn, dat bet noodig is, dat fa brieken en werkplaatsen ruim, luchtig en licht zijn, opdat de werklieden gezond blijven en geen gevaar loopen gekwetst te worden. En is het te veel gevergd, dat er maatregelen genomen worden, dat als de verzorger vroeg komt te vallen, de we duwe met haar gezin niet terstond met handen sta der wanhoop ten prooi F Mag de toestand langer voortduren, dat een werkman, die jaren lang zijn plicht heeft betracht, als hij oud wordt, gebrek moet lijden of op de publieke liefdadig heid moet steunen, zoodat zijn ouderdom hem een vloek in plaats van een zegen is? De spr. wekte zijae hoorders op om ieder, die een middel aan de hand geeft om verbetering in den toestand te bren gen, te steunen, opdat de omkeer in de wijze van voortbrenging, van transport en van gedachtenwisseling, die allen ten zegen kan zijn, niet voor enkelen een vloek blijve of worde. Op een dier middelen vestigde hij in het bizonder de aandacht, onder opmerking, dat zy hunne medewerking niet moeten onthouden, omdat hen in de ooren kan klinken het wachtwoord^Lap middel 1^ Het is in zekeren zin een lap middel; maar een gelapt kleed dekt im mers beter dan lompen, en het heeft nog niemand berouwd, dat hij, zoolaDg er geen kans was een nieuw kleed te bekomen, het oude wat heeft opgelapt. Na deze inleiding zette de spr. aan zijne hoorders het doel uiteen van den onlangs opgerichten Nedorlandschen Werkgevers- bond, aan de hand van de brochure van mr. A. F. van Ley den. Wij hebben van dezen bond en van de genoemde brochure reeds uitvoerig melding gemaakt en mee- nen dus in dit verslag te kunnen vol staan met te herinneren, dat het doel is, door medewerking van de zijde der pa troons, de verzekering van de werklieden voor hun ouden dag te bevorderen. Werk gevers, die tot den bond als lid toetreden, verbinden zich daarmede: io. ieder werk man in hun dienst, die zich wil verzeke ren, tegen den ouden dag, daarin te steu. nen door wekelijks 15 cent daarvoor ui te keeren; 2o. jongens beneden zekere leeftijd in hun dienst te verzekeren, waar" van de kosten wekelijks hoogstens l6i/a cent per jongen zullen bedragen. Op den voorgrond staat bij de mannen, die dezen bond oprichten (waartoe ook de heer Duyvis behoort), dat men moet trach ten door samenwerking van patroons en werklieden de verzekering der werklieden tegen den ouderdom in de hand te wer ken. Daarom verdiende het ontwerp van deze voordracht in een kriDg grootendeels uit werklieden bestaande, zeker ten volle de aandacht, die er aan ten deel viel. Een van het détachement schepelingen der marine, hetwelk na jaren verblijf in Indië deze week te Amsterdam terugkeerde, werd behalve door zijne ouders, ook door zijne grootmoeder, aan de De Ruy terkade afgewacht. De oude vrouw verbeidde met ongeduld de aan komst der mailboot en sprak er over dat de kleinzoon zijn groot vader zoo zou missen, wiens over lijden hem nog onbekend was. Naarmate de boot naderde en zij op een afstand de schepelingen in de sloep zag gaan, waarmede zij naar het wachtschip werden ver voerd, vermeerderde hare spanning. Van de brug waaronder de sloep doorvoer, ontdekte zij haar klein kind spoedig, en haar wuiven werd door den aangekomene dadelijk ge zien en beantwoord. Op hetzelfde oogenblik wankelt de oude, zijgt ineen en zonder meer te hebben kunnen spreken, overleed zij kort daarop. (Eilad.) De kerkeraad der Ned. Herv. gemeente te Hilversum heeft besloten een nieuw kerkgebouw te doeu stichten. Het benoodigd kapi taal, ongeveer f 60,000, is reeds bijna in kas. Naar verschillende plaatsen vertrokken deputatiën om nieuw gebouwde kerken in oogenschouw te nemen en van hun bevinding verslag te doen. Dezer dagen begaven zich een zestigtal werkloozen naar een der armvoogden van Hoornster- zwaag. Zijne dienstbode, niet ten onrechte weinig ingenomen met dat bezoek, zeide hun, dat haar heer niet te huis was. Zoo echter lieten zij zich niet afschependroegen de woning binnen en dwongen den armvoogd hen te vergezellen naar zijnen ambtgenoot, die ruim een half uur gaans verder woonde. Daar gekomen lieten ze niet af, alvorens hun eenige onderstand gegeven was. Uit Nieuwediep wordt gemeld, dat het duitsche barkschip Theodor Behrend, kapitein Sommers, van Shields naar Zuid-Amerika, in de Noordergronden is verongelukt. Vier man der opvarenden zijn gered en te Nieuwediep aangebracht. Tien man zijn verdronken. Eene vermetele poging tot oplichting te 'sHage is Vrijdag nog intijds verijdeld. Twee personen ver voegden zich aan den Noordwal bij een turfschipper, wiens met de brandstof geladen schuit aldaar lag. Zij bestelden, namens een fabrikant wonende aan het water in het an dere gedeelte van de stad, 10.000 turven. De schipper, verblijd met deze aanzienlijke levering, bsgon echter over de betaling te spreken en toen hij meer waarborgen voor de ontvangst van zijn geld ver langde dan de opgave van naam en woonplaats van den lastgever, ging hij op verzoek van een der twee personen stadwaarts om het geld ten kantore van den ontbieder der brandstof te halen. De ander zou achterblijven om op de schuit te passen. Toen de schipper been gegaan was, is de derde persoon met de schuit weggevaren. Hij was reeds bijna met het vaartuig aan den uitgang der stad, toen hij, daar de werkelijke schipper tot de over tuiging was gekomen, dat hij beet geDomen was, door de politie werd aangehouden. Het stoomschip Pr ov tn gal, van Marseille, heden ochtend te 4 u. 30 m. uit zee komende, is door de hooge zee uit het roer ge- loopen en op den lagen strekdam in den Nieuwen Waterweg gestrand en blijven zitten. Het heeft het roer met achtersteven en de schroef ver loren. Sieepbooten en reddiDgboo- tea van Rotterdam en Hoek vau Holland vertrokken derwaarts, doch kunnen het schip nog niet bereiken. Een machinist van de Westlandsche stoomtram, die zeer onvoorzichtig zijn hoofd buiten de machine stak, kwam bij Den Haag, tusschen de Leugenbrug en Dek- kershoek, in aanraking met een te legraafpaal. Hij werd van de loco motief gerukt, en in eene sloot laDgs den weg geslingerd, doch kwam er betrekkelijk nog goed af. De machine werd spoedig tot staan gebracht. lauipage Tan ichip ii boord to halen. Het nog dicht. Uit geloofwaardige bron zegt de Maaiiode wordt ons het volgende medegedeeld Het bestaan der hoogduitsche Opera te Rotterdam hangt af van Yan Houten'a cacao. De re clame-koorts Toor dit beste en goed- koope middel moet ook in den schouwburg Aert-van-Nesstraat zijn binnengedrongen, en een scherm, vermeldende dat Van Houten's ca- eao is het beste en goedkoopste in gebruik, wordt, als de schouwburg- verg. het toestaat, als het eenige middel mogelijk geacht, om het voortkwijnen der hoogduitsche opera voor drie jaren te verzekeren. Men moet reeds met den Weesper fa brikant in onderhandeling zijn ge treden. Uit Dordrecht wordt ge meld: Ondanks veel onverschilligheid en veel tegenwerking in den be ginne, heeft het kinderziekenhuis alhier van lieverlede de sympathie van velen zich verworven, die be grepen, dat in eene lang bestaande behoefte nu is voorzien geworden. In de weinige jaren, waarin de inrichting bestond, bleek het reeds, dat zij voor velen een zegen was, door de belanglooze toewijding van geneesheeren en bestuurderessen, en door de zorgvuldige verpleging der ziekenverpleegsters. Het bestuur is nu in do gelegen heid om, voor eene betrekkelijk ge ringe som, even buiten de stad een huis aan te koopen, dat na eenige verbouwing zeer geschikt kan wor den ingericht, en dat door een groo- ten tuin veel aanlokkelijks heeft voor de herstellende patientjes. Cir culaires zijn rondgezonden tot het plaatsen van aandeelen in eene ren- telooze leening ten bedrage van f21,000, terwijl reeds eene gift van f1000 voor den aankoop van het bedoelde buis is toegezegd. Uit Zutfen wordt ge meld Yan den Commissaris des koniDgs in dit gewest ontving de Zntph. Ct. heden de officieele me- dedeeling, welke reeds vroeger in dit blad voorkwam, dat het verbod van invoer van geldersch vee in Duitschland is ingetrokken, terwijl Z. E. haar tevens dank betuigt voor de inlichtingen, welke zij on langs der regeering verschaft heeft, betreffende de namen van kooper en verkooper van het verdachte rund, dat aanleiding is geweest tot het nemen der bekende maatregelen door de duitsche regeering. Dezer dagen werden te Breda door twee vreemdelingen gouden horloges aan de huizen der ingezetenen ten verkoop aangeboden. Een bewoner der Boschstraat kocht een dergelijk uurverk voor f 12; toen hij het een paar dagen in huis had en de echtheid van het goud in twijfel begon te trekken, liet hij het door een horlogemaker onder zoeken, bij welke gelegenheid bleek, dat het een verguld nickel-uurwerk was, eene waarde hebbende van slechts f 3. Te Stein, gem. Beek (L.), is bij het vellen van een boom, die door den hevigen wind in verkeerde richtiDg viel, de 15 jarige dochter van een landbouwer daaronder ge raakt, met het treurig gevolg dat zij eenige uren later overleed. Zoodra men in Amerika de lucht ge kregen heeft van Duitschland» nieuwe zon den in Samoa, is men daartegen gaan protesteeren. De staatssecretaris Buyard heeft den gezant Pendleton te Berlijn op gedragen aan Bismarck te zeggen, dat de regeering der Vereen igde Staten er niet aan twijfelde of de duitsche autoriteiten hadden laBt gekregen zich te wachten voor eenige benadeeling van araerikaansche bur gers op Samoa of van hunDe bezittingen. Van den duitschen gezant te Washington heeft de staatssecretaris vernomen[dat volgens prins Bismarck's gevoelen de duit sche bevelhebber te Samoa te ver is ge gaan en dat bovendien de consul Knappe bevel heeft gekregen om niet langer op eenig reebt van toezicht over het bestuur der eilanden aanspraak te maken. Deze uit Washington komende berichten wijzen er op, dat Je duitschers in Polynesïe bui ten hun boekje zijn gegaan. In hoeverre zij evenwel gezondigd hebben tegen des kanseliers bevelen en tegen de voorzich tigheid is nog niet duidelijk. Een ander bericht uit Washington maakt melding van de voorgenomen exploitatie van een perzischen spoorweg. De ingenieur Clerque beweert van de perzische regeering te hebben gekregen toestemming voor eene combinatie van amerikaansche ban kiers ten bate van eene belangrijke con cessie van eene bank en van spoorwegen in Perzië, welke concessie is verworven door bemiddeling van den amerikaansohen gezant te Teheran .Clerque zegt,dat de eerste spoorweg iü Perzië zal loopen tusschenTehe- ran en de Golf van Perzië.en dat amerikaan sche huizen daarvoor het materieel zullen le veren. Amerika, dat naast Duitschland en Engeland zijn stem te Samoa laat hooren gaat tegenover Engeland en Rusland zijn aandeel vragen in de winsten, die Perzië belooft. Niet alleen zoekt het buiten zijn gebied te bemeesteren, wat het kan, maar binnen zijn perken traeht het te houden wat het heeft. Met groote meerderheid van stem men heeft de Seoaat het uitleveringstrac- taat met Engeland verworpen. Te licht bevonden kassiers weten dus als altijd, waar zij welkom zijn. De sensatie, die kroonprins Eudolfs dood verwekt heeft doet zich nog in ta melijk sterke mate nagevoelen. Nog altijd blijft het een op te lossen vraagstuk, hoe de prins aan zijn einde geko men is. De onderstelling, die van een beroerte gewaagde, is als onhoudbaar aan kant gezet, ofschoon men haar zoolang mo gelijk in hare onwaarde gehandhaafd heeft. De voorzitter van den hongaarschen Rijksdag wil ziyne betrekking nederleggen, omdat hij uit Weenen het officieele ver zoek ontving, in den Rijksdag alle ge ruchten omtrent den gewelddadigen dood van den kroonprins tegen te spreken, en met zijn gezag den leugen van eene be roerte te dekken, en wel op een tijdstip, toen de ware oorzaak van den dood te Weenen op den Hof burg reeds bekend was. Even zoo vindt de oplossing, die van zelfmoord gewaagt geen algemeenen in gang. Vooral in Berlijn openbaart zich wder Geist, der stets verneint". Ofschoon telegram op telegram het vermoeden tracht te staven, dat de kroonprins in een vlaag van aan wanhoop grenzende melancholie, een eind aan zijn leven gemaakt heeft, ofschoon er melding gemaakt wordt van een na onderzoek gebleken abnormalen her- senvorm, waaruit zich zinsverbijstering zou laten verklaren, men vraagt, hoe bij een beschadigden echedel hersenonderzoek mogelijk is en men wijst er op, dat de handelingen, die de prins kort vóór zijn dood verricht en de brieven, die bij ge schreven heeft van zijn gezond verstand, zij 't dan ook van zenuwachtigheid getui gen. Deze overwegingen geven voet aan vermoedens, dat de prins door vreemde hand gedood is. Een dagblad te Pesth, dat met de hon- gaarsche aristocratie in nauwe betrekking staat, spreekt van een zoogenaamd ameri- kaansch duel en vertelt, dat op den ach tergrond van deze duistere geschiedenis een bizonder stormachtig voorval staat, dat een jaar geleden op een jachtslot plaats greep en van dien aard was, dat onder gelijkstaande personen een duel op le ren en dood, onder personen van dezen rang echter slechts een amerikaansch duel mogelijk was. Nog krasser drukt een ber- lijnsch dagblad zich uit,'t welk op grond van schriftelijk bericht uit Weenen zegt, dat daar in de hoog-aristocratische kringen de vaste overtuiging bestaat, dat de kroon prins plotseling overvallen en in een strijd gewikkeld is, waarin hij met een geweer kolf werd neergeslagen. De beweegreden Een onbeschrijfelijke verwarring volgde. ne aanvallers drongen op de soldaten in, die zich deels hadden omge wend en weerstand boden, deels door den schrik over den onverhoedschen aanval als verlamd schenen. Willem was herhaaldelijk in doodsgevaar, nu eens vloog er een kogel rakelings langs hem heen, dan weer ontweek hij met groote moeite een sabelhouw of knuppelslag, want de aanvallers waren van de meest uiteenloopende wapenen voorzien. Heen en weer gerukt en geslingerd in het gedrang, bevond hij zich eindelijk naast Van der Horst, die hem evenwel niet zag. Een schel fluitje deed zich hooren en op het hooren daar van hief de troep op de barrikade een luid geschreeuw aaD, als antwoord op dit sein. Men zag de donkere gestalten naar beneden dalen of springen, blijkbaar met het voorne men de soldaten en politie-agenten tusschen twee vuren te brengen. Maar op dat oogenblik deed zich hoefgetrappel hooren. Een groote afdeeling huzaren kwamen met lossen teugel de Haarlemmersluis afrennen. Een oogenblik hielden zij halt, daarop klonk het aanvalssignaal en met den sabel in de hand rende de geheele troep op de oproerigen in, er woest op inhakkeode. Deze aanval besliste den uitslag van den vreeselijken kamp van burgers tegen burgers. De op roerlingen, verstrooid, uiteengejaagd door de ruiters, kon den zich niet meer vereenigen, ontmoedigd en beangst voor gevangenneming vluchtten ze naar alle kanten. Slechts enkelen, woedend over hun nederlaag en begee- rig zich te wreken, hielden met doodsverachting stand en verweerden zich uit alle macht. Bij de plaats waar Willem naast van der Horst stond, zwaaiden zes forgche mannen met handspaken en koevoeten en beletten ieder hen te naderen. Willem zag op eens, hoe een hunner met een grijnslach op het gelaat zijn koevoet ophief en er mede sloeg naar van der Horst, die toevallig juist naar een andere zijde keek en zich niet bewust was van het gevaar waarin hij verkeerde. Gedachte en uitvoering waren bij Willem een, met één sprong plaatste hij zich voor den inspecteur en hief instinctmatig de arm boven het hoofd, als om dat te beschutten. Met reuzenkracht kwam de slag neer. De jonge man ge voelde een geweldigen pijn aan arm en hoofd toen waggelda hij en viel bewusteloos achterover. Het gevecht was geëindigd. Van der Horst had Willem herkend toen hij zich voor hem opofferde en hij had hem in een herberg gebracht die in de buurt was. Nu zat hij aan het bed van den gekwetste en keek bezorgd den dok ter aan die de wond onderzocht. Deze schudde het hoofd. Niet te redden I zeide hij en ging daarop heen: er was nog meer voor hem te doen. Willem lag stil met gesloten oogen en gaf geen ant woord toen Yan der Horst hem zacht bij zijn naam riep. Reeds meende deze dat hij dood was, toen de stervende sprak, maar halfluid als in een droom. Lize! waarom heb je dat gedaan? ik had.... je zoo lief... ik heb.... je vader gered.... Hij slaakte een diepen zucht en zich uitstrekkende, blies hij den adem uit.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1889 | | pagina 2