NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD. 6e Jaargang. Vrijdag 29 Maart 1889. No. 1760. ADVERTENTIES: STAilSNIEU \X S. Volksbadhuizen. IN TIJGERKLAUWEN. TWEEDE GEDEELTE. ABONNEMENTSPRIJS: HAARLEM'S DAGBLAD ▼an 15 regels 50 Cents; iedere regel meer 10 cents Groote letters naar plaatsruimte. Bij groote opgaven aanzienlijk rabat. Abonnementen en Advertentiën worden aangenomen door onze agentenfen door alle boekhandelaren, postkantoren en conrantien. AVIS. Hoofdagenten voor het Buitenland: Compagnie Generale de Pubiieite Etrangère G. L. DATJBE Co., JOH. 7. JONES, Suer., Parijs, 3Ibis faubourg ifontmartre. Haarlem, 28 Maart. Door J. B. Güthschmidt ia aan het gemeentebestuur vergunning ge vraagd tot oprichting van eene sme derij in bet perceel aan de Noorder - Scbooleteeg no. 19 en door J. Smit tot het oprichten van eene bakkerij in het perceel aan de Groote Hout straat get. no. 47. De Woensdag bier ter stede ge houden collecte voor het fonds van den gewapenden dieDst beeft opge bracht f 838.36. De slachtoffers der Zeeramp te Vlissingen, Wanneer het er op aankomt den nood onzer medemeoschen te ver lichten, is het altijd een gelukkig verschijnsel dat wakkere mannen krachtig en vlug het initiatief nemen om goedgezinden in de gelegenheid te stellen op geschikte wijze van hunne weldadigheid te doen blijken. Zulk een wakker man is onze stadgenoot de heer J. A. Bakker, die niet rustte voor hij er in geslaagd was de middelen te beramen en uittevoeren om hier ter stede gelden te verzamelen voor de weduwen en wezen der in Februari verdronken vlissingsche loodsen. Een goed gevulde zaal was Woens dagavond het bewijs dat zijne mensch'ieveude poging wssgeslaagd en een hartverheffende gedachte moet het voor den heer Bakker zijn geweest daar als voorzitter te fun- geeren te midden van hen die voor het goede doel hunne gaven, groot of klein, hadden afgezonderd en er in te zijn geslaagd een tweetal mannen te vinden, die hunne talen ten volgaarne beschikbaar hadden gesteld om dezen avond op te luisteren. De heer Bakker nam het woord en opende de bijeenkomst met een schets van het moeitevol en gevaar lijk beroep van den zeeloods, dat stil en nederig, toch hoog in eere dient te worden gehouden, daar het voor de zeevaart onmisbaar is en dus voor den handel van 't grootste belang. De heer J. Ursinus Pruim gaf vervolgens een zeer fraaie novelle ten beste, getiteld «de roode sjaal», door hem uit 't duitsch vertaald. Treffende eenvoud en gezonde op vatting kenmerkten zijne voordracht. De heer A. van der Voort Az. gaf «De oude Zeeloods», van Weruméus Buning, welk verhaal door de ac tualiteit nog in aantrekkelijkheid won. Beiden sprekers mag een warm woord van lof voor de verdienste lijke wijze waarop zij zich van hun laak kweten, niet worden onthou den. De toehoorders waren blijkens hun welgemeend applaus allen ten zeerste voldaan. Bij het sluiten der bijeenkomst bracht de heer Bakker den dank der aanwezigen aan beide sprekers over en deelde mede dat de op komst van dezen avond zijne ver wachting verre had overtroffen. Hulde aan den heer J. A. Bak- ke en allen die hunne mauschlie- veude pogingen met zulk een goe den uitslag zagen bekroond. «Van Houtens Cacao», blijspel in vier bedrijven, door L. H. Crispijn, Woensdagavond in den schouwburg alhier opgevoerd door het Rotter- damschTooneelgezelschap, dir. Alex. Faaisen en Co., heeft de weinige bezoekers, die met het stuk kennis wenschten te maken, doen schudden van het lachen. Het geheel is samengesteld uit allerlei vergissin gen, die aanleiding geven tot de zotste tooneelen. De gewezen cacaofabrikant Koobler maakt niet tegenstaande hij gehuwd is, het hof aan Karoline, winkeljuffrouw in eene melkinrichting en vindt daarbij een gunstig gehoor. Ook August van Houten, cacaofabrikant, komt voor zaken m de melkinrichting en wordt smoorlijk verliefd op Karo line, die hem echter op minder aangename manier afwijst. Door de vrouw van een rijkgeworden spek- kooper, een eerste klappei, wordt van Houten ingelicht dat zijn ge wezen concurrent hem in den weg staat. Karoline krijgt eene erfenis, die haar in staat stelt een nichtje, dat zij tot zich genomen heeft, eene goede opvoeding te geven. Rasscher, de rijkgeworden slachter, heeft zijn koetjes op 't droog, zijn zaken aan kant gedaan, en wij vinden in het volgend bedrijf het geheele gezel schap in een logement op een bad plaats terug. De vrouw van Koobler, erg jaloerseh, laat het aan mevr. Rasscher voorkomen alsof zij niet getrouwd is en geeft haar echtge noot uit voor haar broeder en haar broeder voor haar echtgenoot. Die broeder maakt intusschen op zijn beurt wederom het hof aan het nichtje van Karoline en vindt weder liefde. De slachtersvrouw, die overal tusschen zit, verklapt alles wat de vrouw van Koobler haar heeft wijs gemaakt, en de verwarring met broer of rnaD, zuster of vrouw is algemeen. Koobler heeft van zijne jaloersche echtgenoote heel wat te lijden, maar ten slotte komt alles terecht. De opvoerenden speelden kostelijk en aan bijvalsbetuigingen ontbrak het dan ook niet; jammer dat zoo weinigen zich aangetrokken gevoeld hadden het stuk te gaan zien. Die er geweest zijn hebben zich zeker vermaakt. Dinsdagavond trad in de Vereeniging 0Volksbelang" op dr. R. H. Saltet van Amsterdam met het onderwerp: *Volks- bad huizen". De eischeu der hygiëne, zegt spreker, grijpen diep in in het huisgezin en de persoonlijke vryheid. De argumenten moe ten derhalve krachtig zijn om bij hygiène- zaken op de voortdurende medewerking van het volk te mogen rekenen. De afval uit dichtbevolkte steden, wasch- water, faecaliën, straatvuil, wordt steeds in het belang der gezondheid zoo spoedig mogelijk verwijderd. Men moet ook het oog houden op het verwijderen van het vuil der huid. De huid regelt voor een deel de lichaams warmte, het verdampte water op de huid vlakte verlaagt de temperatuur van het lichaam. In warme plaatsen, waar het zweeten wordt belet, yerkrijgt men daar door een onaangenaam gevoel. Dit geldt vooral de bedekte deelen der huid. Op die deelen zijn de omstandighe den voor de ontwikkeling van parasieten en bacteriën gunstig. Men heeft slechts de woningen der armen binnen te treden om de duffe lucht te bemerken, die er opstijgt van hun kleedereu en hun huid, of een volle kerk of komediezaal biunen te gaan. Do dokters weten wel, hoe het met die hooggeroemde hollandsche zinde lijkheid is gesteld. Veelal is de laars helderder dan de voet dien hij bedekt. Men verfrischt het lichaam niet alleen door baden en wasschen, maar ook door dikwijls schoon goed aan te trekken. Hiei komt de geldkwestie, daar de minder be deelden dat laatste niet kunnen doen. Toch is voor hen reiniging nog veel meer noo' dig dan voor de welgestelden, zij toch bevinden zich uren achtereen in fabriek of werkplaats in een stoffige atmosfeer. Gebrek aan tijd is ook een bezwaar voor goede reiniging, als de werkman des avonds laat thuis komt, om des morgens vroeg weer op te staan, is het geen won der dat hij zich met niets meer bemoeit, terwijl ook de huisvrouw als zij den gan- schen dag heeft gewerkt, geen lust heeft nog voor warm water en zeep te zorgen, vooral wanneer zij dat water uit een standpijp buitenshuis moet gaan halen. De redenen waarom men zich niet vol doende reinigt zijn alzoo: gebrek aan tijd en geld, de duurte van zeep, de mode, die het baden nog niet kent. Wel zijn er hier en daar zwemvereenigingen, maar het is alleen een deel der jong# manne lijke bevolking, dat er in een bepaald jaargetijde gebruik van maakt. Wel gaan hier en daar ook meisjes geregeld baden en zijn er personen die zelfs bij vriezend weer hun dagelijksch bad nemen, maar dat zijn uitzonderingen. In ander© landen is het met baden anders gesteld. Ik spreek hier nog niet van de tropische streken, waar de tempe ratuur hooger en het water ook niet zoo koud is als bij ons, doch zelfs in koudere landen dan bet onze, Rusland en Japan b.v. doet men veel meer aan badeu. Vroeger was het baden hier meer alge meen dan tegenwoordig. De Romeinen bouwden prachtige badhuizen voor het volk en na de kruistochten voerden de kruisridders ze overal in Europa in, maar men schijnt die goede gewoonte later te hebben laten varen. Thans is baden in ons land weelde, en alleen rijken kunnen badkamers in hun huis hebben, in Haarlem vindt men die in 210 woningen. De eenige badinrichting die hier is, zou niet aan de algemeeue be hoefte kunnen voldoen en de prijs van lertig ets. per bad is voor den werkman veel te hoog. Ook duurt een kuipbad te g: anders begrijp ik niet, hoe het komt dat het vroegere badhuis op de Passeerder- gracht^ te Amsterdam, waarmen voor 10 ets. een bad bekomen kon,wegens gebrek aan deel neming moest worden gesloten. Of zou het gevoel van trots, de deftigheid van den werkman hem verhinderen, zulke inrich tingen biunen te gaan? Men moet zeker met zulke gevoelens rekening houden en daarom bij de oprichting van zulk een badhuis, de hulp verzoeken van intelligente per sonen uit den stand waarvoor men het dienstig maken wil. Door het initiatief van dr. Lazare te Berlijn is daar een regenbadplaats gemaakt, die door dergelijke op andere plaatsen is gevolgd. In badkuipen toch is de ver- frissching niet volkomen, in een gemeen schappelijk badhuis nog minder, daarom is aan een regenbad (een gieter, die het lichaam van top tot teen schoonspoelt,) de voorkeur te geven. Bovendien behoeft men voor een regenbad slechts tien liter, voor een kuipbad tweehonderd liter water, terwijl het eerste minder plaats inneemt en staande wordt genoten, hetgeen veel behagelijker is. De meeste badkuipen zijn van geschil derd blik en wanneer dat schilderwerk op den duur losraakt, maakt dat geen zin- delijken indruk. Bovendien is de kuip zelf gewoonlijk koud, zoodat bij een warm of lauw bad het lichaam voortdurend tegen i ts kouds stoot. Bij een regenbad worden tijd en geld gespaard en is de reiniging meer volkomen. Deze regenbaden vindt men in verschil lende dnitsche steden. Te Berlijn krijgt men er een voor 10 ets. met inbegrip van zeep en handdoek, iu Weenen, Maagden burg e. a. kost eea lauw regenbad 6 ets. of minder. Op dit oogenblik worden te Amsterdam pogingen aangewend om al daar twee van die badhuizen te stiohten. Ook voor Haarlem, zegt spr., acht ik het wenschelijk en noodig, met het oog op de arbeiders-bevolking. Men zou aan zulk een badhuis een inrichting voor kleerklop- perij kunnen verbinden en door gebruikten stoom van een fabriek de gewenschte temperatuur kunnen verkrijgen. De hoofdvraag is: zal de werkman er gebruik van maken euzyn vrouw en kinde ren er eveneens toe bewegen P Ik denk dat het rog wel eenigen tijd duren zal voor dit algemeen wordt. Het duitsche leger bestuur heeft reeds regenbaden ingericht, waarvan men gebruik moet maken, hier te lande is voor eene badinrichting alleen in de nieuwe kazernes gezorgd. Ook bestaat er in Duitschland het school-bad. Iu Frankfort ik zulk een bad. Uit een bak stroomde het water naar vijf gieters en daaronder stond een ondiepe badkuip, waarin drie jongens konden staan. Zoo was het mogelijk op een voormiddag 200 kinderen te laten baden. Ieder kreeg dat bad eens per week, sleohts weinigen ont trokken zich en de meesten deaer nog om dat hun dokter het voor hen minder gezond achtte. Niet alleen zal door volks-badhuizen de dadelijkheid worden bevorderd, ook het peil der beschaving zal er door stijgen en wanneer men langzamerhand het gebrek aan zuiver drinkwater meer gaat gevoelen, zal meri er ook meer geld voor over hebben. Niets is zoo verderfelijk als het stelsel van alles of niets. Niet in eens kunnen overal schoolbaden zijn, het zal lang duren vóór zij algemeen zijn, maar men moet ergens mee beginnen en door het bouwen volks-badhuizen zou werkelijk het //volksbelang" worden bevorderd. De heer Saltet geeft gelegenheid hem FBIÜlliIiQTO JNT. Roman yan Karl Hellmeb. 43) ACHTSTE HOOFDSTUK. Wat zocht Thebese Carida Mevrouw Bavasseur, baron von Raven I meldde de dienaar aan, de deur van den salon openend, en de gra vin kwam hare gasten met groote beminnelijkheid tegemoet, daar zij wist dat mevrouw Bavasseur een der bloedverwan ten van Raven was; zij was gekomen om de schooneGrie- kin uit te noodigen tot een diner, dat zij wensohte te geven en Therese nam de invitatie gaarne aan; zij zou bij deze gelegenheid ook kennis maken met Lionels nicht, die er zeer naar verlangde haar te leeren kennen. Toen toevallig het gesprek op Carlingford kwam, verklaarde Raven onbe wimpeld dat hij dit een onaangenaam mensch vond en zeide niet te begrijpen, hoe de gravin hem kon ontvangen. Deze werd het antwoord door de komst van andere gasten be spaard. Hij haat Carlingford, dacht zij, toen zij weer alleen was. Hoe zou het ook anders kunnen zijn Een karakter aio het zijne moet een natuurlijken afkeer tegen Carlingford koesteren. Vroeg of laat zal ik Lionel de waar heid moeten zeggenwie weet of nu reeds niet verteld wordt dat ik Carlingfords eerbewijzen aanmoedig. Als hij met mij spreekt, kan éeu woord, éen blik hem ontdekken dat Carlingford de man is dien ik gehuwd heb. Als hij mij dat vraagt moet ik de waarheid bekennen. Mijn eer noopt mij wel tot zwijgen, maar niet tot liegen. Ik moet hem alles bekennen, het zou veel beter zijn wanneer hij alles wist, maar ik wil trachten zoolang mogelijk mijn eed te houden. Meer kan ik nietl De avond viel, hij was donker en zeer geschikt voor een onbemerkten tocht naar de «Rozenvilla». Te hall tien verscheen Michael in de huiskamer en bracht zijne gebied ster op een zilveren blad een brief, terwijl hij nauwelijks hoorbaar fluisterde: Alles is gereed. Lucie, zeide de gravin tot hare kamenier, nadat zij den brief gelezen had, ik moet dadelijk uitrijden naar een zieke vriendin. Ik zal een huurkoets nemen en Michael zal mij begeleiden. Zij begaf zich in haar slaapvertrek, kleedde zich in het zwart en verborg haar gelaat achter een dichte voile, zoodat hare vrienden haar zelfs niet zouden hebben herkend. In de voorkamer wachtte Michael op zijn gebiedsterte zamen gingen zij naar buiten en op eenigen afstand van «Villa Klara» riep Michael een huurkoetsier aan. Beiden stegen in en verlieten het rijtuig weer een eindweegs vóór de «Rozenvilla. Michael sloop een zijstraatje in en bond den haard en knevel voor, die hem in den heer Barri ver anderden, toen ging het tweetal snel door de eenzame straten. Natalie Melleville sidderde, toen Michael de tuinpoort opendein hare ziel ontwaakte weder de herinnering van den avond waarop zij den twist tusschen Essy Carr en ha ren moordenaar beluisterd bad. Hoe dapper zij ook wa», en hoezeer ook het doel dat haar hier bracht, haar steunde, zoo dreigden toch een oogenblik hare krachten haar te be geven en zij moest zich aan den arm van haren dienaar vasthouden om niet te vallen. Hij evenwel, die slechts een deel harer geheimen kende, en niet vermoedde welke vree- selijke scène zij hier beleefd had, dacht dat een bijgeloo- vige vrees haar bekroop. Genadige vrouw, zeide hij, de spookhistories die men van dit huis vertelt, hebben volstrekt geen grond. Dat is het niet wat mij kwelt. Kom, Michael, laat ons verder gaan. Ik was zwak. Zij staken een lantaarn aan en gingen het huis binnen. Moeten wij het huis van onder tot boven doorzoeken, mevrouw? Ja, geen plekje of het moet doorzocht worden. Zij gingen met ijver aan den arbeid, niets ontging het scherpe oog van Natalie. Wat het ook zijn mocht dat zij zocht, heden vond zij niets en zoo zeide zij eindelijk tot Michael: Het overige zullen wij tot een volgenden nacht uitstellen, anders breekt de dag aan voor ik terugkeer en dat wil ik vermijden I Zij gingen weer naar buiten en toen Natalie onder den blooten hemel stond, ademde zij weer vrijer; het was haar als had zij eene akelige gevaDgenis bezocht. Voor Haariem, per 3 maanden1.20. Franco door het geheele Rijk, per 3 maanden. -1.65. Afzonderlijke nummers- 0.03. Dit blad verschijnt dagelijks,Jbehalve op Zon- en Feestdagen, oureanKleine Houtstraat No. 9, Haarlem. ^eleroonnumnier ssa. directeuren-Uitgevers J. C. en

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1889 | | pagina 1