te allen fcyde heeft do massa minder ge golden dan de hoedanigheid ran enke len. Infcusacheneen millioen is een eer biedwekkend cijfer, on een millioen post zegels te verzamelen vereischt heel wat geduld. Van meer belang is echter de verzameling des heeren J. H. Provó Kluit te fs Hage. Ook hij heeft eene groote hoeveelheid (13,000) postzegels bijeengebracht, doch zij hebben stuk voor stuk belang en het is dus geen wonder, dat het postzegel album" van dezen „phylatelist", evenals dat van den heer Ferrari te Parijs, zoon van de pas overleden hertogin Van Gal- liera, den omvang van geheele kamers beslaai. Laat ons er bijvoegen, dat de verzameling van den heer ProvóKluit nog niet zoo belangrijk is, als die des heeren Ferrari, al kan zij het misschien worden, en dat de heer Ferrari niet op deze tentoonstelling heeft ingezonden en er ook niet wordt gemist. De „Magde- burgsche Verein fiir Briefmarkenkunde' heeft eene volledige verzameling van europeesche zegels. Zij is dus van zeer veel belang ter vergelijking van de ver schillende Janden onderling. De heer mr. P. Kloss te Dresden is een bekend schrijver op het gebied der postzegelleer. Zijne Verzeichniss und Be- schreibung aller Postkarten mit aufge- drückten Werthatempelzijne „Cou verten der Ver. St. von Nordamerica; zijne „Geschichte der Po3twerthzeichen des Königreichs Sachsen," worden door alle verzamelaars geraadpleegd. Voor deze tentoonstelling heeft hij zijne ver zameling van over de 700 amerikaan- sche briefomslagen gezonden, in al hunne variëteiten van grootte, snit, papiersoort en kleur. De heer A. H. Wilson te Londen heeft zich hoofdzakelijk bepaald bij post zegels van Nieu w-Zuid-Wale3: de heer C. Joris te Munchen bij beiersche post zegels: de heer O, Pfenniger te Sint- Gallen bij zwitserscho zegels; de heer M. Böressón te l 'rammen bij noor weeg - sche zegelsde heer K. George te 's Hage bij postzegels van Portugal en zijne ko loniën; de heer K. M. Richter te Leip zig bij Spanje en zijne koloniën. Uitge breider dan deze laatste inzendingen is die van den heer J. Lindau te Heidel- berg. die met succes eene verzameling van europeesche zegels heeft aangelegd; terwijl het den heer K. Manus alhier gelukt is, eene vrij talrijke collectie zeldzame postzegels bijeen te brengen. Te gelijk verdienen genoemd te wor den de collecties A. E. Glarenwald te Gössnitz (saksische en grieksche zegels); A. H. van den Berg te Utrecht (Neder land en koloniën) en Ernst Keiler te Triest, (sardinische couverten.) Wij hebben slechts de voornaamste verzamelingen genoemd, doch er zijn nog vele andere, die belangrijk zijn. Hoogst belangwekkend is de collectie af beddingen van brievenbestellers van alle landen en verschillende postkanto ren, en van groot historisch belang de verzameling ballonpostbrieven van het beleg van Parijs, toen de menschen hunne brieven schreven op kleine krantjes, waarop eene zijde onbedrukt was geble ven, die dan kon dienen voor den brief. Ook vindt men er eene belangrijke col lectie van hoogst zeldzame zegels, en dat niet bij een of twee te gelijk, maar in tal van variëteiten, o. a. een geheel blad met zegels uit Nieuw-Caledonië, dat uit de hand geteekend, het borstbeeld van Napoleon III telkens anders aangeeft. De heer Wilson te Londen is er de ge lukkige bezitter van, en zijne niet groote verzameling is meer dan 1500 pond sterling waard. Yan letterkundig belang zijn de frag menten van een uit postzegels vervaar digd behangsel. Een arme teringlijderes, die te Nizza bij Alphonse Karr logeerde, kreeg van den schrijver der „Wespen," om eene bezigheid te hebben, tot taak zijne briefwisseling te schiften. Zij be waarde alle postzegels en begon er een behangsel van te makeD, dat zij echter niet voltooide. Hare zuster, mejuffrouw Lacombe te Pont-de-la-Tour (dep. Var), heeft haar werk op ueze tentoonstelling ingezonden. Wij maken terloops melding van de belangrijke werken van postzegelkunde door de heeren J. B. Moens te Brnssel, C. Lindenberg te Leipzig, C. Eitmann te Leipzig, en gebr. Senff te Leipzig in gezonden; van de rijko verzameling van 180 postzegeltijdschriften in alle talen, waarbij het nederlandsche, dat onder de bekwame hoofdredactie staat van den heer A. Huart alhier, niet het minst voordeelig uitkomt. Wij wijzen tevens op de smaakvolle voorwerpen (tafeltjes e. d.) die met postzegels op de manier van mozaïek zijn ingelegd dat van don heer Joh. W. Stephanik, den kun- digen penning verzamelaar alhier, is bij voorbeeld al zeer fraai om ten slotte nog mede te deelen dat alle deskundigen het eens zijn, dat deze internationale postzegeltentoonstelling een der belang rijkste is, tot dusverre gehouden, en die van Antwerpen van 1887 verre achter zich laat. De luchtreiziger Grais is Dinsdagmiddag op het Sportterrein achter het Rijksmuseum te Amsterdam, te 4 uren 40 min. opgestegen tot eene hoogte van 350 M.en eene minuut later met het valscherm behouden neer gedaald, nog op het terrein zelf. Het stout bedrijf wekte natuurlijk bij de menigte dezelfde emoties als de vorige maal. De ballon dreef weg in de richting van Buiksloot, daar het lood, dat, boven aan den ballon gehecht, hem moet doen kantelen zoodra de man het luchtschip verlaten heeft, er bij de opstijging was afgevallen. Bij de firma Gebr. Van Cleef» te 's-Hage, zal tegen half Mei het lich* zien het rapport der Staatscommissie voor de defensie. De politie te 's-G ravenhage heeft aangehouden een juffertje, dat te Rotterdam bij verschillende winkeliers ;ouden armbanden en andere voorwer pen van waarde door oplichting had weten machtig te worden, welke zij al daar in de bank van leening beleend of ;etracht heeft, op andere wijze van de hand te doen. De verdachte is ter be schikking gesteld van de justitie te Rot terdam. Het juffertje had de kostbare voor werpen op één dag in verschillende ge deelten bij de bank van leening aldaar op pand aangeboden. Eerst vroeg zij geld op een stuk van 25 waarde; la ter kwam zij terug en beleende een kostbaar sieraad tot hooger bedrag, en, den derden keer terugkomende wilde zij een beleening sluiting van 200. Dit herhaaldelijk terugkomen wekte achter docht bij de beambten der Bank, te meer daar zij als hare woonplaats eene straat opgaf waar gewoonlijk geen lie den wonen, in het bez-t van kostbaar heden als welke deze jonge dochter be leende. De ambtenaar liet haar wachten totdat hij een politieambtenaar ten kan tore had. Deze schonk de jonge dame zijn geleide naar hare woning, en ont dekte toen dat de zaak niet in orde was de ter beleening gegeven voorwer pen door oplichting in het bezit der pandneemster gekomen waren. Te Leiden kregen vader en zoon met elkander oneenigheid over het eten van paardewor3t. De twist liep zóó hoog, dat de vader zijn schoenmakers mes van de tafel nam en daarmede zijnen zoon op drie plaatsen verwondde, geluk kig niet doodelijk. De dader werd onmiddellijk door de politie in arrest genomen Door de keurmeesters van dieren enz. te Rotterdam is Dinsdag eene groote partij rund- en schapen- vleesch voor de consumptie afgekeurd. Het vleesch werd in beslag genomen, onschadelijk gemaakt en begraven. Uit N o o r d - B r a b a n t wordt aan de Tijd geschreven In verband met een bericht over den smokkelhandel in sigaren en tabak op onze grenzen naar België meldt men ons, dat de sluikers toch niet altijd even gelukkig de linie kunnen forceeren. Meestal zyn de belgischo ambtenaren met hun tweeën op surveillance, en nu is het lichtelijk te begrijpen, dat zij er wel eenigszins tegen opzien om een bende van 10 en meer porsonen aan te pakken, daar zg slechts voor lijfsbehoud mogen schieten, hetgeen een groot contrast vormt met den duitschen douanier, daar deze den smokkelaar met zijn karabijn neerschiet, wanneer hg, aangeroepen zijnde, niet blijft staan. Voorverleden week echter deden zes belgische kommiezen een goede vangst. Zij haalden pl. m. 400 kilo tabak aan, terwijl een berucht aanvoerder der smok kelaars in hun handen viel. Dit ging echter niet gemakkelijk, daar hij, met een geladen revolver gewapend zijnde, erop losbrandde, zoodat er zelfs bloed vloeide. Intusschen bleven deambtenaren meester van het terrein de overige smokkelaars zetten het op een sauve qui peut, zij lieten de tabak waar die was, en stevig ge boeid werd de baas-smokkelaar aan de gendarmerie overgeleverd. Deze bezorgde hem vrij logies op het kasteel, terwijl hij zich nu niet alleen wegens het smok kelen van tabak, maar ook wegens het gewapend verzet tegen rijks-ambtenaren zal hebben te verantwoorden. Een onzer Zuiderzeekapi- teins verhaalt, dat zich verleden week twee friesche boeren aan boord bevon den, die nog nooit een zeereis hadden gemaakt. Men had hun als middel tegen zeeziekte verteld, dat zoo lang zij land roken, zy geen last van zeeziekte zouden hebben van laar dat onze boertjes, toen zijn aan boord waren, hunne reistasch openden en daaruit ieder eene groote graszode te voorschijn haalden om daar aan af en toe te ruiken. Dat dit voor de andere passagiers een bespottelijk ge zicht was en er hartelijk om gelachen werd, toen beiden al spoedig hun offer aan de zee brachten, valt ligt te be grijpen. (N. Spt.) VISSCHERIJ. Zandroort. Van 15 tot 20 April 1889 kwamen alhier aan: „Z. V." 11, J. Keesman, 112. „Z. V." 5, H. v. Koningsbruggen, 92. „Z. V." 9, C. Koper, ƒ90. „Z. V." 3, D. v. Duijn, 84. „Z. V." 4, A. Paap, 76 „Z. V." 14, S. Paap, 74. „Z. V." 10, A. Koper, ƒ67, „Z. V." 15, E. Paap, ƒ67. „Z. V." 16, W. Paap, ƒ67. „Z. V." 13. P. Paap, ƒ66. „Z. V." 2, Jb. Koper, 66. „Z. V." 12, F. Zwemmer, ƒ60. „Z. V." 1, A. Paap, 54. „Z. V." M. Keesman, ƒ25. De prijzen waren: Bakschol ƒ0.80 k ƒ4.50, scharren ƒ0.50 a ƒ1.60 p. m., tong ƒ0.10 k 0.80 p. st., schol ƒ0.30 k 0.90 p. snees, 1 steur 12 en 1 tar bot 10.50. N i e u w e d i e p, 22 April. Heden kwam van de groote visscherij binnen de sloep Jan Hojlandsch. v. d. Hoeven, met 90 levende-, 16 doode kabelj., 10 lev. lengen, 1 tarbot, 1100 schelv. en 1 ben vleet; lev. kabelj. gold 1.15, doode id. 95 cent, leng ƒ1.75 per stuk, de tarbot ƒ7, schelv. ƒ13 het honderd en vleet ƒ16 per beD. T e s s e 1, 22 April. De Noordzee-vis- schers van hier brachten in de afgeloopen week elders ter markt: 400 tongen, 500 roggen, eenige tarbotten, 250 manden kleine schol, 40 manden scharren. De prijzen waren als volgttongen 60 5 75 cent per stuk, roggen 60 a 70 ct., tarbot ƒ3 a 11 per stuk. kleine schol 2 a 3, scharren ƒ1 a 1.50 per mand. POLITIEK OVERZICHT. Frankrijk heeft geen gebrek aan poli tieke redenaars. Het publiek moet steeds iemand hebben waarnaar het luisteren kan, voor wien het in de handen kan klappen zoolang het bem niet op de han den kan dragen en zulk een man heeft men nu na Boulangers vertrek gevonden in Antoine, van wiens optreden wij reeds vroeger breedvoerig hebben gewaagd. Nog steeds predikt hij, sedert zijn terug keer in Frankrijk, zijne patriottische ge voelens van stad tot stad. Op een feest maal te Marseille, Zondag gehouden, hield hg een redevoering waarin hij aan de toewijding herinnerde van Elzas-Lotha- ringen jegens Frankrgk en de gehecht heid dier landen aan het fransche vader land waarvan zij wreedaardig werden gescheiden. Het vreemdenlegioen zeide hg bracht 2000 mgner landgenooten naar Tonkin, waar zy gewillig hun bloed voor Frankrgk ten offer brachten. Den dag na 1870, toen Frankrijk den doodstrijd streed, de lijken den grond nog bedekten en de arsenalen leeg waren, kon Gambetta met reden zeggen: „Laat ons altijd aan Elzas-Lotharingen denken, maar spreken wij er nooit over". Nu echter, dat Frankrijk een bewonderens waardig leger bezit, machtige doode weer middelen en een gegarneerde grens, zou Gambetta niet meer hetzelfde zeggen. Niemand mag het patriotisme als re clame gebruiken en het land voeren op den weg, die tot den oorlog leidt; maar men mag in herinnering brengen, dat Elzas-Lotharingen lijdt en verbeidt en de Franschen vragen, in naam van dat lijden, hunne verdeeldheid en toorn te laten varen en zich te verzoenen voor het vaderland en de Republiek. Antoine wees op het gevaar van het boulangisme, dat de eischen van Elzas-Lotharingen dreigde te verstikken en smeekte de Franschen te luisteren naar hun geweten en te luisteren naar een verdrukt volk, dat onder persoonlijke willekeur sterft. Ten slotte zeide hij nog: 1870 heeft ons van het bonapartiame genezen, dat 1889 ons van het boulangisme bevrijde. Hij eindigde met niet alleen Elzas- Lotharingen maar alle Franschen te smeeken een politiek te verlaten, die niet alleen de regeeringloosheid binnenslands maar ook de vernedering in de oogen van het buitenland ten gevolge heeft. Hij stelde een toast in op de verzoe ning van allen, op Frankrijk, op Elzas- Lotharingen en op de Republiek. Volgens de Presse heeft er eene huis zoeking plaats gehad bij den bekenden anarchist Soudey. Deze kwam Maandag avond laat thuis en zag tot zijn verwon dering licht in zijne woning. Vlug klom hij de trappen naar de vierde verdieping op, opende de deur en bevond zich in tegenwoordigheid van Clément, commis saris van politie. Deze zeide hem dat hij een bevelschrift tot huiszoeking en aanhouding had tegen hem en dat hij na de drie wettelijke sommatiën de deur had laten inloopen. Clément was in ge zeischap van zeven politie-agenten, die Soudey gevangen namen en in verzekerde bewaring brachten. Volgens de Presse zijn de gevonden papieren onbelangrijk. Zij zijn verzegeld geworden en naar het Paleis van Justi tie overgebracht door een agent van Clement. Soudey wordt beschuldigd van deelgenootschap in een complot tegen de veiligheid van den staat. Aan den an deren kant bevestigt de Presse dat er huiszoekingen gedaan zijn bij een oom van Soudey, Tissier, wijnhandelaar, wo nende rue Clément-Marot. Daar zijn eenige papieren in beslag genomen als mede drie portretten van Generaal Bou- langer. De politie te Parijs heeft vooreerst nog handen vol werks. Er zijn nieuwe vervolgingen ingesteld door Quesnay de Beaurepaire tegen verschillende bladen die hem beleedigd hebben. Een daarvan, een geïllustreerd blad, had Quesnay de Beaurepaire voorgesteld gekleed als ma gistraatspersoon met een dolk den tekst der wi_ t verscheurende, terwijl de mi nisters van justitie en van biunenland- sche zaken zich onder zijn toga verbor gen hielden. Onder deze prent stond: „Trois bandits dans un Beau repaire" (Drie bandieten in een fraai roof hol) Daar het hier betreft de beleediging van een magistraatspersoon cn niet die van een gewoon burger zal het hof van assises over deze zaken to rechten hebben. De nieuwe oostenrijksche minister van Financiën heeft, mei het oog op de ver kiezingen, zijn programma ontwikkeld. Tot de vraagstukken welke reeds sedert twee jaren aanhangig zijn geweest en thans spoedig tot oplossing zullen worden gebracht, behooren in de eerste plaats de regeling der geldmiddelen en het herstel van het evenwicht de>r staatsbe- grooting, de ontwikkeling der natie uit een sociaal en oeconomisch oogpunt, en de volmaking der landsverdiging. De minister voegde daarbij, dat de con versie der staatsschuld zal worden uit gestrekt tot verschillende daarvoor in aanmerking komende schulden, zoodra de omstandigheden dit zullen toelaten. De minister waarschuwde ten slotte tegen het verspreiden van het denkbeeld dat Hongarye een zelfstandig leger zou moeten hebben. Aan de Times wordt nit St. Petersburg gemeld, dat de geruchten nopens een komplot tegen den czaar, hetwelk tijdens diens bezoek met Paschen zou zijn ten uitvosir gebracht, bevestigd zijn. Te St, Petersburg zijn verscheiden personen in hechtenis genomen, onder welke artillerie officieren. Uit Belgrado wordt aan de Daily Newt gemeld dat prins Ferdinand van Bulga rije in de volgende maand naar het kas teel „Akohary" in Hongarije vertrekken en zich aldaar verloven zal met eene prinses van Orleans. De engelsche kanonneerboot Starling en de stoomschepen MoukhbarAdjemi en Six Dhowsmet den goeverneur-gene- raal, den etat major en een bataljon zwarte troepen aan boord zijn naar uit Soea- kim wordt gemeld Dinsdag naar Ha- laib vertrokken, ten einde zich aldaar te stationeeren en den aanleg van een nieuw fort te voltooien. De expeditie zal over tien dagen terugkeeren. De depêches van de grenzen van het Oklahoma-gebied in de Ver. Staten schil- deren hetgeen daar Dinsdag bij het open stellen van het terrein is voorgevallen, als nooit vertoond in de amerikaanscho geschiedenis. Zoodra het verbod opgehe ven was, overschreden tallooze avontu riers, op snelvoetige, tegen hooge prijzen gekochte, prairie-paarden, de grenzen, om de beschikbare pachthoeven in bezit te nemen. Tegen het vallen van den avond was er dan ook geen enkele meer onbe zet. Er hadden verschillende gevechten plaats tusschen deze bereden pioniers, alsook met later aangekomen landverhui zers, die zich teleurgesteld zagen, toen zij alles reeds bezet vonden. Men vreest dat de laatstgenoemden nn zullen trach ten op het omliggende Indianen-gebied, dat nog niet opengesteld is, zich te ves tigen. De nieuwe settlers zijn reeds be gonnen met het bouwen van huizen, zoo dat men reeds groote dorpen ziet ver schijnen, waar het Zaterdag jl. nog eene woestenij was. ijk tan den Keizer van Liiua. Den 26en Februari is het huwelijk vao den 18-jarigen keizer van China voltrok ken. De trouwdag en al de in acht te nemen formaliteiten zijn door den Raad der hofgebruiken, na zorgvuldige raad pleging van alle voorteekenen en over leveringen, vastgesteld en aan de goed keuring der keizerin-regentes onderwor pen. De keizerlijke bruid is, naar men zegt, 24 jaren oud en eene dochter van Kwei-hsiang, die bij deze gelegenheid den titel van hertog en den rang van tar- taarsch generaal verkregen heeft, in af wachting van de andere onderscheidin gen op welke hij nog aanspraak heeft. Tegelijk met de bruid, zijn door de kei zerin-regentes twee jonkvrouwen van hooge geboorte, zusters en respectievelijk 13 en 15 jaar oud, aangewezen om als tweede en derde gemalin den keizer toe gevoegd te worden. Deze twee dames bevonden zich in denzelfden stoet, waar mede de jonge keizerin naar baren ge maal geleid werd. Voor deze gelegenheid was de weg, langs welken de stoet zich naar het paleis begeven zou, op alle plaatsen waar bij door andere straten gekruist werd, met fijne matten afgesloten. De weg zelf was met eene dikke laag goudgeel zand de keizerlijke kleur bestrooid. Vooraf gingen vier herauten te paard; vervolgens kwam eene talrijke eerewaebt te paard, begeleidende twee keizerlijke commissa rissen. Daarna volgdenachttien witte paardjes, twee aan twee, met gele tuigen, door palfreniers geleid; tweo gele stan daarde; twee wagens van geel satijn, elk door een witte poney getrokken; twee groote geel satijnen draagstoelen, elk met acht dragers; eene onafzienbare menigte banierdragers in roode, met bloemen be slikte gewaden, dragende hoornen lanta rens op welke het zinnebeeld van het Wat heeft hij gezegd toen gij hem dezen morgen verteldet, dat het jonge meisje.... Apropos, hoe heet zij? Emily. dat miss Emily 's nachts uit het huis was ver dwenen Hij heeft niet veel gezegd. Hij was aan tafel en las de courant; hij heeft even de wenkbrauwen gefronst en mij verzocht, mij met de huishoudelijke zaken te bemoeien, zonder hem lastig te vallen En gij hebt toen gezwegen? Ja mijnheer; Mr Blake is geen man, tot wien men twee keer durft spreken. Dat kon ik mij gemakkelijk voorstellen; ik had dezen man dikwijls ontmoethij was koel en terughoudend, zoo dat hij op zijne omgeving indruk maakte. Wij stonden nu voor het oude huis, dat geacht werd een der schoonste huizen van New-York te zijn Ik beval den agent, die mij begeleidde post te vatten bij eene koets poort en acht te geven op het afgesproken teeken, ingeval ik Mr. Gryce noodig mocht hebben; toen wendde ik mij naar de huishoudster, die hoe langer hoe zenuwachtiger werd ik vroeg haar hoe zij het zou aanleggen, mij inliet huis binnen te leiden, zonder medeweten van haar heer Volg mij slechts langs de trap der dienstboden M Make zal er niets van vernemen, en al zag hij u, hij zou er zich volstrekt niet om bekommeren. En terwijl zij een sleutel voor den dag haalde, opende zij eene deur, die naar de benedenverdiepingen leidde, naar welke wij met ons beiden afdaalden. II. Eenioe kentkekbns. Mistress Daniels, zoo heette de huishoudster bracht mij onmiddellijk naar eene kamer op de derde verdieping, uitziende op den tuin. Toen ik de gangen doorliep, kon ik niet nalaten de pracht der behangsels en van de plafonds, die met schilderwerk versierd waren op te merken Mijne betrekking als inspecteur van de veiligheidspolitie had mij meer dan eens de gelegenheid gegeven geheime onderzoe kingen in de prachtige huizen der vijfde Avenue in te stel len. maar ik had nog nooit zulk een weelderig huis be zocht, en hoewel ik niet zeer vatbaar ben voor indrukken, welke uiterlijke pracht opleveren, boezemde mij het schouw spel van al deze rijkdommen toch een zekeren eerbied in. Maar toen ik de kamer had bereikt, van waaruit het meisje was verdwenen, maakte dit gevoel plaats voor nieuwsgie righeid en eigenliefde, uit hoofde van mijne betrekking. Het eerste wat mij in deze kamer trof ondanks de woor den van Mrs. Daniels, was dat dit vertrek niet voor een eenvoudig werkmeisje was bestemd geweest. De kamer was zeer ruim, zelfs voor een huis van zulke uitgestrektheid als dit was, en zeer smaakvol gemeubileerd. Mrs. Daniels bemerkte mijne verbazing en haastte zich met mij eene verklaring te geven. Dit is de kamer die altijd voor het naaiwerk werd gebruikt, zeide zij, en toen mejuffrouw Emily hier gekomen is, meende ik, dat het heter zou zijn, dat ik hier een bed voor haar gereed maakte dan haar op een zol derkamertje te laten slapen. Het was zulk een lief meisje, en zij heeft niemand lastig gevallen. Ik doorliep met haastigen blik den lessenaar, die op een tafeltje midden in het vertrek, nog open stond, er bevond zich op den schoorsteenmantel eene vaas met halfverwelkte bloemen, en op een rond tafeltje stonden de werlcen van Shakespeare en van Macaulay, uit dit onderzoek maakte ik stilzwijgend mijne gevolgtrekkingen. {Wordt vervolgd.)

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1889 | | pagina 2