POLITIEK OVERZICHT. GEMENGD NTELWS. het 50 jaren geleden zijn, dat de eerste spoorweg in Nederland van Amsterdam tot Haarlem (later tot Veenenburg, Leiden 's-Hage DelftSchiedam en Rotterdam) werd geopend. Bij de directie der Holl. Spoorwegmaatschappij bestaat het plan, dat feit feestelijk te herdenken. Naar men aan het U. D. me dedeelt, zyn de onderhandelingen tot overname van de Ned. Rijn- en den Ned. Centraalspoorweg door den Staat reeds verre gevorderd en zou het doel der overname zijn, beide lijnen in ex ploitatie te geven aan de Maatschappij tot exploitatie van Staatsspoorwegen, die daardoor niet alleen eene nieuwe verbindingslijn verkrijgt tusschen hare noorder- en zuiderlijn, maar wat voor hare ontwikkeling hoofdzaak mag worden geacht in rechtstreeksche aansluiting komt met de hoofdstad des lands en de belangrijke werken, die daar in de laatste jaren ten bate van handel en nij verheid en van onze zeevaart zijn tot stand gekomen. Een der hoofdambtenaren van de Ex ploitatiemaatschappij schijnt reeds aan gewezen, om eventueel als directeur met het beheer der beide nieuwe lijnen te worden belast, terwijl van de hoofd ambtenaren van den Rijn- t-.n den Cen traalspoorweg enkelen in dienst zouden blijven, anderen daarentegen op wacht geld zou Jen worden gesteld. Door het Werkliedenver bond te Appelscha zal een adres worden verzonden aan Z. M. den Koning, hou dende verzoek om afschaffing van de accijnzen op de eerste levensbehoeften en van het patentrecht. Het adres draagt reeds 200 handteekeningen. De heer Stanton Blak e, lid van de firma Blake Boissevain Co. te Londen, en vroeger vertegenwoordiger der Nederlandsche Handelmaatschappij te New-York, is Maandag aan een long ontsteking te Boston overleden. Het Hbl. wijdt eenige zeer waardee- rende woorden aan de nagedachtenis van dezen wijd en zijd bekenden amerikaan- schen burger, //die Nederland bijna als een tweede vaderland liefhad." Toen hij verleden jaar in Amsterdam was, had de heer Stanton Blake nauwe lijks gehoord, dat dr. Berns nog niet klaar was met het geld voor zijn onont beerlijk ziekenhuis, of hij zeide: ,/dat valt mij nu een weinig tegen van u allen, Amsterdammers", en hij gaf twin tigduizend gulden voor dat schoone doel. Geen moeite was hem ooit te groot om jongelieden, hem uit Holland aanbevolen, voort te helpen. Zijn hand, zijn beurs, zijn invloed stonden ten dienste van ieder, dien hij werkelijk helpen kon. s Rijks Ethnographisch Museum te Leiden word 11. Zondag be zocht door den beroemden berlijnschen hoogleeraar Rud. Virchow. Men heeft de jammerklach ten kunnen lezen van laudgenooten, die naar Argentinië zijn verhuisd. Een ander licht valt op die klaagtonen wanneer men leest wat de heer Yan Waalwijk o. a. nu weer schrijft. Na te hebben medegedeeld, hoe men van de Italianen geen klachten hoort, laat hij volgen Dat is eerst een volk om van land te verhuizen Nauwelijks zijn zij hier, of ze hebben een plaats. Ze komen even kijken aan de arbeidsbeurs en pakken dadelijk aan wat er te krijgen is. Maar de HollandersZijn dat menschen Ik schaam mij voor mijn eigen landgenoo- ten. Dat hokt maar bij elkaar en doet geen enkele poging om aan 't werk te komen. Van de ruim 400 zijn er nu circa 25 geplaatst; de anderen zitten mistroostig bij elkaar en gaan niet eens informeeren aan de adressen, die de heer De Boer hun heeft gegeven en waar zij werk kunnen vinden, 't Is of zij wach ten of het manna ook uit den hemel zal vallen. Pak toch aan, kerel, zei ik van morgen tot een. Wat blijf je daar nu zitten. Zoo komt er immers niets van terecht 'k Wou dat ik weer weg kon, was zijn antwoord. Is dat een land hier! Ik dank er voor om er nog verder in te gaan Er wordt een praatje rondgestrooid, dat zekere mevrouw Smit alhier den menschen geld geeft om terug tekeeren. Niemand weet waar de mevrouw Smit woont en 't is dan ook weer een grove leugen. Maar daarop rekenen de men schen nu en willen van geen werk zoe ken weten Ik heb geen denkbeeld, wat er van de menschen terecht moet komen. Bij slot van rekening zal het misschien nog wel losloopen, als maar eenmaal de Schiedam weg is en de overtuiging zich voorgoed bij hen vestigt, dat zij nu niet meer te rug kunnen maar als zij niet goed of minder goed dan anderen terechtkomen is het hun eigen schuld en hun ver diende loon. Van allen die hier heden nog zijn, had er geen meer behoeven te wezen. Er werd werk aangeboden, maar de menschen zijn te suf, te dood, te lam om hun eigen belang in te zien. In het verslag der Kamer van koophandel en fabrieken te Gouda over 1888 wordt o. a. het volgende medegedeeld De kaasprijzen waren in de eerste zeven maanden voortdurend stijgende doch daalden later ten gevolge van den grooten aanmaak. Engeland was het geheele jaar zeer terughoudend als kooper, Duitsch- land kocht vrij geregeld, doch door de aansluiting van Hamburg, waarheen de grootste hoeveelheden werden verscheept, bij het duitsche tolverbond, werd onze kaas daar met een invoerrecht van 20 mark per 100 KG. belast, ten gevolge waarvan de orders geringer werden. België en Frankrijk kochten geregeld door doch tot gedrukte prijzen. Over het algemeen vinden de koopers ieder jaar grootere moeite om werkelijk prima kwa liteit te vinden en zijn de afwijkende soorten steeds moeilijker te plaatsen. De fabriekskaas, die vooral in Friesland ge maakt, en veelal tegen lage prijzen ver kocht wordt, werkt reeds mede om den prijs der mindere soorten handkaas te drukken en den goeden naam der nol- landsehe kaas te bederven. Indien de landbouwers niet alle krachten inspannen om verbeterde kwaliteit te leveren, zal dit product evenals de boter, meer en meer in discrediet geraken en slechtereprijzen maken of wel geheel van de wereldmarkt worden verdrongen. De margarineboter- fabriek ontving voortdurend meer bestel lingen uit Engeland. De pijpenfabrieken hadden bij voortduring veel werkde buitenlandsche orders konden niet dan met veel moeite worden uitgevoerd we gens gebrek aan werklieden. Dientenge volge stegen de loonende prijzen echter, waren wegens de concurrentie metDuilsch- land en Schotland niet in dezelfde verhou ding. De pottenbakkerijen of aardewerk-fa brieken werkten ook nu weder met wei nig voordeel. De keingaren-fabrieken bleven in kwijnenden toestand verkee- ren, als gevolg voornamelijk van den treurigen toestand der visscherijen, vooral op de Zuiderzee. Machinaal garen en ook katoen vervangen het handgespin. De machinale garenspinnerij ging voort met alle krachten het hoofd te bieden aan de concurrentie der ingevoerd wordende duitsche garens. De gefabriceerde hoe veelheid was 205,000 KG. tegen 200,000 in 1887. De stearine kaarsenfabriek mocht zich in toenemenden bloei verheugen. De in 1883 opgerichte voorzorgskas bezit thans reeds ƒ160,000. De nieuw opgerichte fabriek van vruchtensappen had aanvankelijk succes. De heer Grais deelt aan den Amsterdammer mede, dat hij volgens zijn berekening ongeveer „two hundred feet" ruim zestig meters bepaald valt aleer het scherm zich ontplooit. Zoodra dit geschiedt, is voor hem het gevaar geweken en is zijn eenige zorg de plek te kiezen waar hij neerkomt. Door toch te rukken aan het valscherm kan hij dit vrijwel bij benadering doen, daar hij toch, als hij den ballon verlaat, het gunstige oogenblik kiest, dat hij een vlakte onder zich ziet. Hoe minder wind, hoe zekerder hij is van de plaats waar hij neerdaalt. Op het oogenblikdat hij de aarde weer aanraakt, loopt hy eenige schreden met het valscherm mede, dat dan ook neervalt. By het loslaten van den ballon sluit de heer Grais niet de oogen en daar, door de inspanning waarmede hij zich aan den ring vasthoudt, de borstkas zich uitzet, en de 60 metersvoordat het valscherm zich ontplooit binnen een paar seconden zijn afgelegdheeft hy ook geen noemenswaardige stoornis in de ademhaling. In de cavaleri e-m a n g e te Amsterdam heeft een ernstig ongeluk plaats gehad. De luitenant der cavalerie baron v. d. C., die een jong paard dres seerde, werd door dat dier ter aarde ge worpen en kwam zoodanig terecht, dat hij met gebroken arm per brancard naar het hospitaal moest worden vervoerd. De eigenaar van eene kof- fieverlezerij, op de Elandsgracht te Am sterdam, heeft bij de politie aangifte gedaan, dat in zijne inrichting Woensdag nacht is ingebroken en daaruit zijn ont vreemd ongeveer 11 balen koffieboonen. Door de rechercheurs zijn reeds 14 zak ken koffieboonen, van dien diefstal af komstig, bij een koopman in de Schip- perstraat gevonden. De vrouw wier zonen we- gens de gewelddadigheden jegens den heer S. te Scheveningen, veroordeeld zijn, trekt zich dit zoo aan, dat zij Maan dag tweemaal getracht heeft zich t - ver drinken. Dinsdag ochtend is zij in de gelegenheid gesteld de jongens te bezoe ken, hetgeen haar eenigszins tot kalmte heeft gebracht. Op eersten en tweeden Paasehdag werd de bloemententoonstel ling te Rotterdam bezocht door 10,000 betalende personen, en Dinsdag, toen zij voor 10 ct. entree was opengesteld, door ongeveer 2500 personen. De politie uit Kralingen heeft aangehouden twee opgeschoten knapen die zich op verschillende tijd stippen en bij verschillende bewoners in den Prins Alexanderpolder schuldig hebben gemaakt aan diefstal van eenden. Een hnnner had zich een geweer aan geschaft om des nachts daarmede uit stroopen te gaan. Eene party gestolen eenden, nog levend, en het geweer werden in beslag geno men. De knapen zullen ter beschikking der justitie worden gesteld. Dinsdagnacht brak opde hoeve van de wed. Rijk te Driewegen een hevige brand uit. In den tijd van een oogenblik stond alles in lichtelaaie vlam. Niettegenstaande de brandweer van Driewegen, Oudelande, Ovezand en Borsele op de plaats tegenwoordig was, kon er niets worden gered. Vier paar den en twaalf koeien werden eene prooi der vlammen. Gelukkig was alles ge waarborgd. Uit Venloo wordt aan de N. R. C. gemeld: Nadat de pruisische regeering veroor loofde om eene hoeveelheid van 3 kilo meel onbelast de grenzen over te bren gen, zag men alhier dagelijks honderden kinderen de stad inkomen, om met meel beladen terug te keeren. Thans zijn nabij de grens aan den weg acht groote winkels geplaatst in den vorm van houten ten ten, en daardoor wordt aan de pruisische naburen een weg van 2 a 3 KM. naar de stad uitgespaard. De omzet in die winkels is groot. Indien men den noodigen steun en medewerking der ingezetenen kan verkrijgen, zal dezen zomer te Zwolle eene gymnastiekuitvoering van het mid dengewest van het Nederlandsch Gym- nastiekverbond plaats hebben. Waarschijn lijk zal bij die gelegenheid ook een volks- leest worden gegeven. De veenarbeiders te Stads- kanaal hebben weer eene dreigende hou ding {aangenomen. De cavalerie was ge noodzaakt charges te doen. Vier rijks veldwachters zijn, op verzoek van den burgemeester van Onstwedde, naar Stads kanaal vertrokken. Donderdag en Vrijdag wer den te Leeuwarden bij een koopman om streeks 19000 kievits-eieren aangevoerd. De prija was toen 16 cent per stuk. Financieele Mededeelingen. Het Weekblad van Broekman en Hon- ders bevat o. a. de volgende opgave van minder courante of incourante fondsen, in de week, tot den datum van 23 April loopende, door hunne tusschenkomst ver handeld. Oblig. Gem. Vlissingen k 90| pet. Aand. Amst.-Deli Comp. 1879 .„425 Aand. Amst. Liquidatiek. „160 Aand. Deli Langkat Ta- bak-Maatsch. 1888 160 Aand. Deli Mpij. 565 Id. id. id. nieuwe 495 Oblig. Handelsk. (Naaml. Vennootschap) 101% Aand.Kon. Ned. Beiersch Bierbrouwerij 32-32^ Oblig. Id. id. id. id. 100 Aand. Ned. Bouw-Mpij. 213. Pandbr.Ned.Hypb. in liq. 101£ Aand. Tabaksmpij Deli- Asahan. 115-120 Aand. Deli-Batavia Mpij te Batavia 1877 335-370 Aand. Amst.Rijtuig-Mpij „15 Aand. Ginnek. Tr.-Mpij 100 Aand.FelixMeritis(Mpij) ƒ55 We zijn zoo gewend dat alles wat door of vanwege Boulanger geschiedt met zooveel bombarie plaats heeft, dat het ons niet behoeft te verwonderen dat den brave bij zijn aankomst te Londen Woensdagmid dag een luidruchtig onthaal ten deel viel. Wy zullen geen gewag maken van de demonstraties voor of tegen hem, daar deze uit een politiek oogpunt geen betee- kenis hebben en alleen kunnen gelden voor de vertolkte persoonlijke opinie van eenige lieden, die gaarne iets toejuichen en ook even gaarne uitjouwen. Voor de engelsche journalisten was zijne komst echter koren op den molen. Een dertigtal dezer heeren vervoegden zich bij den ex-generaal, maar deze hield de deuren zijner kamers in „Hotel Bris tol" onverbiddelijk gesloten en zou eerst hedenmorgen ten tien uur eene receptie houden voor de heeren der pers. De arme politie heeft het bij deze drukte weer hard te verantwoorden gehad, maar slaagde er toch in de orde onder de nieuwsgierigen te bewaren. De Engelschen hebben echter voor- loopig te veel met hun eigen staatkunde te doen om zich erg om die van an deren te bekommeren. Het was lord Salisbury, die Dinsdag avond in een bijeenkomst van conserva tieven te Bristol het woord voerde. Tot „conserveering" van Engeland drong hij aan op de versterking der britsche ma rine. Het dreigende gevaar van een inval door een vreemd leger schilderde hij in al zijne kleuren en geuren. Ondanks de vriendschappelijke betrek kingen waarin Engeland jegens elk land ter wereld staat zeide hij kan de politieke aanblik van Europa aan een plotselinge wijziging onderhevig zijn. In dat geval noemde hij het een dwaasheid de kansen op een inval te vermeerderen door aan Ierland zelfregeering te ver schaffen, daar de goede havens van dat land een vreemde vloot uitstekend te stade zouden komen. De iersche aange legenheden besprekend, zeide hij dat het oogenblik waarop de regeering hare be lofte zou kunnen vervullen om aan het parlement een wetsontwerp van locale administratie aan te bieden, niet ver meer verwijderd was, maar dat dit ontwerp niet de minste kiem van homerule zou be vatten. Voorts verklaarde hij bij de be staande verdeeldheid in het Lagerhuis de gedachte aan speciale wetgeving voor om^ mogelijk. De verkiezing van Bright te Birming ham heeft bij de conserva'.ieven kwaad bloed gezet, zij hadden hun partijgenoot Randolph Churchill gewenscht, wien die zetel volgens een vroeger gesloten over eenkomst, toekwam. Chamberlain, de aan voerder der tegenpartij,vatte den toegewor pen handschoen op en heeft een brief openbaar gemaakt, waarin hy er op wijst dat bedoelde overeenkomst reeds sedert lang niet meer bestaat en dat Churchill zich niet voor den opengeval len zetel kandidaat had gesteld, eene bewering die Churchill op vinnige wijze weerspreekt, verklarende dat hij zeer verwonderd was nu in zijne plaats een dissident van liberale richting te zien. Deze strijd van twee zoo gewichtige politici die zulk een groote rol spelen in de anti-gladstoniaansche partij, baart veel opzien en dreigt eene scheuring te ver oorzaken in de ministerieele meerderheid. De Standardhet blad van Salisbury, be weegt hemel en aarde om beiden weer te verzoenen en de eensgezindheid in de ministerieele meerderheid te herstellen, daar deze niet kan b estaan dan doorweder- zijdsehe concessiën van beide groepen, en betoogtdat de conservatieven zonder achter docht en naijver de candidaten der libe rale dissidenten moeten stemmen, overal waar dezen rechten schijnen te hebben, evenals de liberale dissidenten de con servatieven behooren te steunen waar dezen door hunne bondgenooten het over wicht hebben verkregen. Beide groepen zijn echter beslist tegen deze verplichting, De Standard zegt „dat het er op aan komt Groot-Brittannië te behoeden voor de grootste ramp, die het sedert eene eeuw heeft ondermijnd, dat is te zeggen de terugkeer der Gladstonianen tot het bewind en de overwinning der homerule." Langzaam maar zeker vordert de be handeling der zaak-Boulanger voor den Raad van Negen. Onder de talrijke brieven, zegt de XIX Siècledie door de commissie zijn ontvangen, komt een zeer gewichtige mededeeling voor, betreffende beschikkingen door generaal Boulanger, toen deze minister van Oorlog was, ge nomen. Deze brief zou de beschuldiging bevatten dat Boulanger destijds de leve ring van vleeseh voor het leger, dat steeds uit Australië betrokken werd, over droeg op graaf Dillon, die er aldus een privilegie door verkreeg, dat hij later weder overdeed aan Trévet, afgevaardigde van Seine-et-Marne, die de belangrijkste conserven-fabriek van Frankrijk heelt. De Raad van Negen zal thans onder zoeken of graaf Dillon bij dezen handel ook een premie heeft opgestreken; men vermoedt dat deze omstreeks 4 millioen zou bedragen. Genoemd blad voegt er by dat dergelijke zaken in de Wilson-historie bij duizenden voorkwamen, maar Merlin heeft besloten een onderzoek op dit punt in te stellen. Daarom zijn de generaals Féron en Logerot, oud-ministers van Oorlog, thans in verhoor en zullen ook Freycinet en Trévet voor de commissie moeten verschijnen. WISS CHERiJ. Nieuwediep, 24 April. Vijf-en veertig korders brachten heden 7 tot 67 tongen, 15 tot 100 roggen, 200 sehelv., 3 tot 7 mandjes kl. schol, 4 manden schar ten afslag, terwijl door trekkers 40 tal haring werd aangevoerdtong gold 70 a 75 cent, rog 72 h 77 cent per stuk, schelv. 23 het honderd, kl. schol ƒ2 a 3 per mandje, schar 95 ct. per mand en haring ƒ1.15 per tal. Te Londen bevindt zich se dert eenige dagen een aap, die viool speelt. Het dier heeft een repertoire be staande uit zes kleine stukken, die vrii zuiver ten gehoore worden uitgevoerd. De aap heeft twee jaar studie noodig gehad om het zoover te brengen en een londensch criticus, die voor de grap eene recensie gaf, merkt op, dat een m nsch het in dien tijd niet veel verder brengt. Als de aap speelt, zet hij een zeer ver standig en ernstig gezicht, dat hij zelfs door een dozijn noten niet verliest. Wij geven in overweging om de apen in „Artis" te oefenen, ten einde uit hen een volledig orkest samen te stellen. O neen, zij is eene Amerikaansche, en geen gewoon meisje. Wat bedoelt gij daarmee? Was zij ontwikkeld, be schaafd, lief? Ik weet niet, wat daarop te antwoorden. Zij was wel ontwikkeld, en zonder zooals men noemt een geleerde te zijn, zij kende zeer vele dingen, waarvan wij niets weten. Zij hield veel van lezen, maar. ondervraag op dat punt de dienstboden, mijnheer, want ik weet nooit goed wat ik moet zeggen, als men mij ondervraagt. Ik beschouwde deze vrouw met hare grijze haren met nog meer opmerkzaamheid, dan ik het al reeds had gedaan. Was zij werkelijk zooals zij scheen te zijn een zwak en gewoon menscli? Was er geen geheime oorzaak voor al dat aarzelen en die achterhoudendheid? Hoe is dat jonge meisje hier gekomen? Waar heeft zij gewoond, vóór zij hier kwam? ver volgde ik. Ik weet het niet, en ik heb nooit naar haar vroeger leven gevraagd. Zij is mij om werk komen vragen zij be viel mij, en ik heb haar dadelijk aangesteld zonder ge tuigschriften te vragen. En waart gij over haar tevreden? Uitermate Ging zij uit, en ontving zij wel eens bezoek? Zij ging nooit uit en ontving niemand. Ik beken, dat ik het spoor bijster was. Welnu, zeide ik, dit is voor het oogenblik voldoende; maar ik moet eerst weten, of zij alleen of in gezelschap van anderen is vertrokken. En ik begaf mij op het dak van het nieuwe gebouw. Toen ik daar was, vroeg ik mijzelf af, of ik Gryce moest roepen, want tot dusverre bewees nog niets, dat het meisje in gevaar was. Eene eenvoudig-e schaking, met of zonder hulp van een minnaar, was geen zaak ernstig genoeg, om er de geheele politie bij te halen, en als de huishoudster werkelijk geld had, en bereid was om den politieagent, die de schuilplaats van de vluchtelinge mocht ontdekken, rijke lijk te beloonen, waarom kon ik dan niet beproeven, zelf de beloofde belooning te verdienen? Niettemin, er viel met Gryce niet te spotten, en hij had bevolen hem als het noodig was te laten halen. Bij het afdalen van het dak kon men zeer gemakkelijk duizelig worden, maar eenmaal beneden, was de vlucht door den tuin zeer gemakkelijk. Een man kon ongetwijfeld zulk eene stoutmoedige daad verrichten, maar eene vrouw! Deze gedachte kwelde mij, en ik keerde terug in gepeins verzonken, toen ik iets op het dak ontdekte, dat mij deed stilstaan. Het was een druppel gestold bloed, dien ik zag. Verderop, dichter bij het venster, zag ik er nog een, en ver der nog meer. Er lag' er zelfs een op de vensterbank. Ik snelde het vertrek binnen, beschouwde het tapijt, maar het was zeer moeielijk er de sporen op te ontdekden, die ik zocht, de teekening was een mengelmoes van grijs en rood. Wat zoekt gij? vroeg juffrouw Daniels, toen zij mij zoo voorovergebogen zag. Kijk. zeide ik, en wees met mijne vinger op den bloed druppel bij het venster. Zij kwam naderbij en slaakte een kreet. Bloed! riep zij bleek en ontsteld uit. Bloed! Zij hebben haar vermoord. Nooit zal hij Zij voleindigde den zin niet, en ik hief mij op. Denkt gij dat het haar bloed is? mompelde zij met verstikte stem. Er is alle reden om het te gelooven, antwoordde ik, terwijl ik haar eene plek wees, waar ik zooeven verschei dene druppels had ontdekt, verspreid over de roode rozen van het tapijt. O. het is nog erger dan ik dacht, zeide zij. Wat zult gij doen? Wat kunt gij voor ons doen? Wordt vervolgd.)

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1889 | | pagina 2