NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD.
LUTTRA,
BERICHT.
6e Jaargang.
Maandag 20 Mei 1889.
No. 1803.
ABONNEMENTSPRIJS:
ADVERTENTIE!?:
Oranje-N ussau
VOLKSBOND,
HAARLEMS DAGBLAD
Voor Haarlem per 3 maanden1-20.
Franco door het geheele Rijk, per 3 maanden. -1.65.
Afzonderlijke nummers-0-03.
Dit blad verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en Feestdagen,
ureau: Kleine Houtstraat No. 9, Haarlem. Telefoonnummer 132.
van 15 regels 50 Cents; iedere regel meer 10 cents
Groote letters naar plaatsruimte.
Bij Abonnement aanzienlijk rabat.
Abonnementen en Advertentiën worden aangenomen door
onze agenten en door alle boekhandelaren, postkantoren en courantiers.
Directeuren-Uitgevers J. C. PEEREBOOM en J. B. AVIS.
Hoofdagenten voor het Buitenland: Compagnie Generale de Bublicite Ftrangère G. L. BAVBF 8f Co, JOHN F. JONFS, SuccParijs 3Ibis Faubourg Montmartre.
Dii Nnsiier Mat ait twee Mep.
EERSTE BLAD.
Van het schoone boekje
zijn nog eenige exemplaren
aan ons Bureau te bekomen.
Prijs 15 Cents; franco per
post 20 Cents.
DE UITGEVERS.
STADSNIEUWS.
Haarlem, 18 Mei 1889.
Zondag den 19en Mei zal in het Mu
seum van Kunstnijverhetd alhier, nog
tentoongesteld zijn eene werkwaardige
verzameling platen, betrekking hebbende
op de bouwkunst in Spanje; de meest
merkwaardige monumenten in gothischen,
arabiseken en renaissance-stijl zijn hierbij
vertegenwoordigd.
Zondag is de toegang vrij.
De algemeene jaarvergadering van de
vereeniging voor christelijk nationaal
schoolonderwijs zal op 13 Juni alhier
gehouden worden.
De thans vastgestelde agenda omvat
het volgende:
lo. Opening der vergadering.
2o. Vaststelling van het jaarverslag.
3o. Vaststelling van de rekening en
verantwoording van den penningmeester
en administrateur van het voorschotten
fonds.
4o. Verkiezing van een lid der hoofd
commissie. Aan de beurt van aftreding
is de heer mr. M. Bichon van IJsel-
monde, die verzocht heelt niet meer in
aanmerking te komen.
De hoofdcommissie stelt voor het vol
gende drietal, alfabetisch gesteldmr.
M. J. van Lennep, ds. H. Pierson en
dr. J. Woltjer.
5o. Herziening der statuten.
6o. Voorstellen en vragen:
a. Van de hulpvereeniging Zwammcr-
dam
De hoofdcommissie dringe er op aan,
dat de christenen in het land, die er
kennen de groote gave in het christelijk
onderwijs aan hen als ouders, beginnen
met het volle schoolgeld te betalen en
niet als gift, opdat het beginsel van eer
lijkheid meer tot zijn recht kome.
b. Van de hulpvereeniging Groningen
De hulpvereeniging »raa<t inlichting
omtrent de toekenning van subsidie aan
de normaallessen te Utrecht.
c. Van de hulpvereeniging Zutfen.
De hulpvereeniging vraagt, of het niet
wenschelijk is, dat men in het belang
van de financiën van de christelijke school
in het algemeen, komt tot de oprichting
ran eene onderlinge brandassurantie van
onze scholen.
Van de hoofdcommissie:
Het leerplan van scholen van christe
lijk nationaal schoolonderwijs moet zich
niet richten naar de omschrijving, die
de wet van 1878 geeft van 1. o., maar
ook niet trachten in concurrentie te tre
den met openbare scholen in dezelfde
gemeente bestaande, maar heeft rekening
te houden, wat het maatschappelijk on
derwijs betreftmet de eischen aan eene
nationale opvoeding gesteld en met de
lokale behoeften der gemeenten.
Afd. Haarlem en Omstreken.
Vrijdagavond was voor menigeen ge
notvol. De afd. Haarlem en omstreken van
den Volksbond" gaf weder eene uitvoering,
ditmaal met medewerking van de mannen-
zaugvereeniging „Crescendo", van mej. E.
Mozer, van den heer G. J. Oort en van de
letterlievende Vereeniging „J. J. Cremer".
Dat het publiek op dergelijke gezellige
bijeenkomsten zéér gesteld is, dat bewees
de eivolle zaal, en niettegenstaande de
groote warmte, die er heerschte, was
ieder vroolijk en opgewekt, en het da
verend applaus bij het einde van ieder
stuk getuigde ten zeerste van aller inge-
ingenomenheid. De verschillende zang
nummers werden afgewisseld door de
vroolijke tonen van een, voor dien avond
geëngageerd, muziekkorps, hetgeen de
feeststemming nog verhoogde.
Inderdaad had het bestuur alles in
't werk gesteld tot het welslagen ran den
avond, en daartoe behoort in de eerste
plaats het goedgekozen afwisselend pro
gramma.
De mannen-zangrereen. „Crescendo"
opende de feestelijkheid met het zingen
van twee liederen, //Am Sonntag", en
„Hymne an die Musik". Onder leiding
van den bekwamen directeur, den heer
N. H. Andnessen, werden zoowel deze
als alle andere koornummers uitstekend
gezongenvooral het „Vlaggenlied"
wekte ieders sympathie en daverende
toejuiching. Het kwartet „Loreley", be
staande uit de dames, V., van I L. en
G.j en de heeren B., L., de K. en A.,
heeft op verdienstelijke wijze gezongen;
vooral de heldere sopraanstem van mej.
V. kwam in den zang voortreffelijk uit.
Daarna trad mej. Mozer, oud-leerlinge
van, thans onderwijzeres in den zang aan
het Instituut voor Blinden te Amsterdam,
onder daverende toejuichingen van het
publiek, op. Wij zijn zeker de tolk van
ieder, die de uitvoering bijwoonde, wan
neer wij beweren, dat het groote succes
van den avond mej. Mozer toekomt.
Op verdienstelijke, talentvolle wijze
geaccompagneerd door den heer G. J.
Oort, eveneens oud-leerling van het Blin
deninstituut, zong zij met zuivere, hel
dere stem, en groot was de indruk op
de aanwezigen, vooral na het meesterlijk
gezongen „Ave Maria" van Cliérubini.
De toehoorders konden nu en dan hun
geestdrift niet bedwingen, e n moesten dien
zelfs tijdens de uitvoering te kennen
geven. Na het „Wiegelied" gaf zij ge
hoor aan den aandrang van het publiek,
en zong zij een extra-nummer, „Mooi
Kniertje", hetwelk op schalksche wijze
werd voorgedragen.
Men liet mej. Mozer duidelijk inzien,
hoe haar zingen het genot van den avond
verhoogdomen was met één extra
nummer wel tevreden, maar niet voldaan,
en 't begaafde meisje gaf op verzoek van
het bestuur nog een nummer, hetwelk
eveneens daverende toejuichingen ver
wekte.
Na afloop der zangnummers kwam de
letterlievende Vereeniging „J. J. Cremer"
aan de beurt; de operette „Broekmeyer
in Turkije" werkte nu en dan zéér op
de lachspieren der aanwezigen de avon
turen van den armen „snijder" waren ook
inderdaad komisch en allen, maar vooral
hij, hebben hunne rollen uitstekend ge
speeld.
Het bestuur, dat den leden wederom
een zoo prettigen avond bereidde, mag
met voldoening op zijn welgeslaagde po
gingen terugzien, en zal in de sympathie,
die het van alle zijden ontving, voorzeker
aanleiding vinden, op den ingeslagen
weg voort te blijven gaan.
Vrijdag is door de politie alhier aan
gehouden en naar het hui3 van bewaring
overgebracht, Herman August Jelgershuis
Blankenstein, oud 51 jaren, laatst woon
achtig te Arasterdam, die onder het val-
sche voorgeven van te zijn de zoon van
den grooten schilder Jelgerhuis poging
tot oplichting had gedaan. Hij heeft reeds
8-| jaar gevangenisstraf ondergaan.
VISSCHERIJ.
Nieuwediep, 17 Mei. Honderd
vijftien korders en beugers brachten
heden 40 tot 150 groote, 30 tot 135 k1.
tongen, 9 tarbotten, 20 tot 70 roggen, 1
tot 3 mandjes kl. schol en 1 tot 2 man
den schar ten afslag. Gr. tong gold 25
a 35 centkleine id. 10 a 20 cent,
tarbot' f 6 a 7, rog 27 ii 30 cent per
stuk, kl. schol 90 a 1.40 cent per mandje
en schar fl a 1.10 per mand.
B 1 X X E X L A X D.
Behalve aan den directeur
en den secretaris, zal aan alle ambte
naren der Kon. Nederl. Locaalspoorweg-
Maatschappij, die door de Holl. Spoor
weg-Mij. zal geëxploiteerd worden, op
1 Juli aanst. eervol ontsl ig worden ver
leend. Waarschijnlijk zullen de meesten
thans in dienst treden van laatstgenoemde
maatschappij.
Men leest in Be Ka mp io en,
orgaan van den Algemeenen Nederland-
schen Wielrijdersbond
„Zoo is dan onze eerste beroemde
kampioen E. Kiderlen, de eenige niet-
Engelschman, die ooit een engelsch kam
pioenschap veroverde, uit onze gelederen
verdwenen.
>/Hij is n. 1. benoemd tot Birecteur
technique de la distellerie de la Gironde
d Bordeaux. Wy wenschen hem alles
goeds in het fransche land en hopen,
dat hij de vereeniging, waarvan hij eens
de voorvechter was, met sympathie zal
blijven gedenken.
„Ook spreken wij den wensch uit, dat
Pim in het land van beroepsrijders zijn
amateurschap ongeschonden moge bewa
ren."
Donderdag had het offici-
eele bezoek van de autoriteiten aan de
zuid-hollandsche leerhoeve voor zuivel
bereiding te Oudshoorn plaats.
De minister van Binnenl. Zaken, mr.
A. baron Mackay; de Commissaris des
Konings van Zuid-Holland, de heer Fock,
de heer Dijckmeester, chef van de af-
deeling onderwys, de inspecteur van het
middelbaar onderwijs de heer mr. Van
Eijck, benevens de leden van het hoofd
bestuur van de Hollandsche Maatschappij
van Landbouw werden door den heer
mr. D. Visser van Hazerswoude, voor
zitter der Maatschappij en de heeren
Zaalberg en Bloem, resp. burgemeester
van Alfen a/d Rijn, Aarlanderveen en
Oudshoorn te 9.60 aan het station Al
fen opgewacht en van daar per rijtuig
naar de Leerhoeve gebracht. De leeraren
aan de school en de architect de Heij
waren aan den hoofdingang bijeen om
de gasten te ontvangen, en aan den
minister en do andere heeren te worden
voorgesteld. Onder hunne leiding en die
van den heer Visser werden de lokalen
bezichtigd.
Alle leerlingen waren onder toezicht
van den bedrijf boer, zijne vrouw en
dochter aan hunne gewone werkzaam
heden die door de gasten met belang
stelling werden gade geslagen. Na af
loop hiervan werd een kort bezoek ge
bracht aan de directeurswoning en aan
die klasse der jongens die in het land
werkzaam waren. Op het terrein der
Leerhoeve teruggekeerd werd den gas
ten in het schoollokaal, voor deze gele
genheid in eene feestzaal herschapen en
met groen en bloemen versierd, door den
heer Visser van Hazerswoude een de
jeuner aangeboden.
Hij zelf heette den heeren met eenige
goed gekozen woorden, waarin het doel
der school nog nader werd uiteengezet,
welkom. Achtereenvolgens spraken de
minister en de commissaris des konings
hunne beste wenschen voor de nieuwe
inrichting uit, waarbij de eerste het par
ticulier initiatief in het algemeen hul
digde en de laatste meer in het bizonder
een woord van holde aan den heer
Visser van Hazerswoude bracht.
De heer Bloem bracht daarna een
woord van dank namens zijne gemeente
uit, omdat juist zij voor de vestiging
der Leerhoeve was uitgekozen.
Van den minister van Waterstaat, die
ook genoodigd was, maar niet in de ge
legenheid was aan die uitnoodiging ge
volg te geven, werd een telegram voor
gelezen.
Te 12.55 vertrokken de gasten weer
in de richting van Leiden. Door het
uitsteken der vlaggen hebben de inwo
ners van Alfen, Aarlanderveen en Ouds
hoorn het hunne bijgedragen om de om
geving een feestelyk aanzien te geven.
In Drenthe is het beruchte
veenbranden weder begonnen. Ontzag
lijke rookkolommen stijgen omhoog en
benauwen mensch en dier.
Letteren en Kunst.
Inhoud Sempervirens No. 20.
Tentoonstelling van de Afileeling Rotter-
terdam der Nederlandsche Maatschappij
voor Tuinbouw en Plantkunde. IV.
Rheum palmatum, met een afbeelding.
Een Hybride-Conifeer. De Kruiderij-
planten onzer tuinen. Middelen ter
bestrijding der aardappelziekte.
Stephanop'nysum longifolium. Tetrane-
ma mexicanum. Aanbevolen nieuwe
planten. De Nederlandsche Tuin-
bouwafdeeling op de wereldtentoonstel
ling te Parijs. De Paaschtentoon-
stelling te Mainz. Een vorstelijke
onderscheiding. Boekaankondiging.
Verschillende med^deelingen.
POLITIEK OVERZICHT.
De Donderdag door den keizer tot de
eigenaars der mijnen gehouden toespraak,
alsmede zijne geheele houding in de
aangelegenheid der werkstakingen, maakt
eenen grooten en gunstigen indruk. Er
heersoht slechts ééne stemming daarover;
door zijn optreden heeft hij zich met één
slag eene tot dusver ongekende mate van
populariteit veroverd. In de kringen der
sociaal-democratie ziet men het natuurlijk
FEUILLETON.
uil hel engelsch-, van Anna Katharina Green.
231
XII.
Vrouwenliefde.
Gij zijt waarlijk te goed. zeide ik tot haar,
waarom stelt gij u voor een vreemdeling aan zulk een ge
vaar bloot?
Hare hand drukte de mijne maar zij vertraagde liare
schreden niet. ondanks de liagelsteenen en den wind.
Toen stond zij plotseling stil.
V/eet g-ij, zeide zij met eene zachte maar door
dringende stem, weet gij dat wij ons op den rand van
een peilloozen afgrond bevinden? Deze weg loopt erlangs,
en het is wel gebeurd, dat in stikdonkere nachten reizigers
met hunne paarden er den dood hebben gevonden.
Iets onverklaarbaars in baar toon en hare handelwijze,
maakte mij koud en ik begreep, dat ik op wonderbare
wijze aan een vreeselijken dood was ontsnapt.
Is deze weg- dan zoo gevaarlijk? stamelde ik
Buitengewoon hernam zij met eene trillende stem.
Ik weet niet hoelang (leze tocht door het slijk duurde, mis
schien drie kwartier; in alle gevallen schenen zij mij
eeuwen toe
Eindelijk bleef zij voor een hutje stilstaan
Hier zijn wij er zeide zij.
Met eene onuitsprekelijke vreugde vernam ik deze woor
den, want mijne krachten waren uitgeput. Luttra die hare
geestkracht nog bezat, lichtte den klopper van de deur op,
en liet hem weer neervallen.
Hier zijn wij in veiligheid, voegde zij er bij.
Zij had gelijk: de twee brave menschen, die wij in hun
slaap kwamen storen, ontvingen ons gastvrij Zij brachten
ons bij een goed vuur en boden ons wat voedsel aan.
Mijn hart werd bewogen door een levendig gevoel van
dankbaarheid voor het jonge meisje, dat met zulke held
haftige toewijding mij het leven had gered Zij droogde
hare kleeren voor den haard, en ook hare gouden haar
vlechten. d'e doornat waren; ik verbaasde mij over hare
jeugd; zij scheen niet ouder dan zestien jaar, maar toch
straalde er uit hare oogen g-roote vastheid van wil.
Ik boog voor haar en drukte haar mijne grenzenlooze
dankbaarheid uit.
Zij wendde zich om en zeide langzaam, met eene som
bere stem:
Ik heb slechts mijne plicht gedaan, en het doet mij
genoegen, dat ik geslaagd ben. Maar als gij u echter ver
plicht gevoelt, mij te bedanken, beloof mij dan. nooit te
spreken van de gebeurtenissen, die dezen nacht in de her
berg zijn voorgevallen.
Ik herinnerde mij het tooneel, waarvan ik het slacht
offer had moeten zijn, bracht onwillekeurig- mijne hand
naar mijn vestzakhet pakje banknoten was weg.
Zij gaf geen blijken van ontroering.
Deze belofte zou mij mijne rust verzekeren, ging
zij voort
Zonder antwoord te geven, beschouwde ik mijne leege
handen.
Hebt gij iets verloren? vroeg zij. Zoek in de
zakken van uwe overjas.
Ik gehoorzaamde en haalde het pakje te voorschijn.
Ik geef u mijn woord, zeide ik tot haar.
Gij hebt daar één bankbiljet minder, ik weet niet,
welke waarde het vertegenwoordigtik heb helaas iets
moeten opofferen
Gij zijt een edel meisje I riep ik uit, uwe be
hendigheid en moed doen mij verbaasd staan.
Deze lofspraak scheen haar te kwetsen.
Het is voor het eerst, dat zij zoo iets hebben willen
doen, mompelde zij op beschaamden toon, pijnlijk om
aan te hooren. Zij hebben.... zij hebben.... wel meer ge
stolen, maar nooit hadden zij nog iemand met den dood
bedreigd want zij wilden u vermoorden, mijnheer!
Wordt vervolgd.)