NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD. De Familie Bourchier, 6 e Jaargang. Zaterdag 22 Juni 1889. No. 1830. ABONNEMENTSPRIJS: AlDVEIRTENTIËÏT: B N N Si N L A NI). HAARLEM'S DAGBLAD Voor Haarlem per 3 maandenƒ1.20. Franco door het geheele Rijk, per 3 maanden. -1.65. Afzonderlijke nummers- 0 03. Dit blad verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en Feestdagen. Bureau: Kleine Houtstraat No. 9, Haarlem. Telefoonnummer las. van 15 regels 50 Cents; iedere regel meer 10 cents. Groote letters naar plaatsruimte. Bij Abonnement aanzienlijk rabat. Abonnementen en Advertentiën worden aangenomen door onze agenten en door alle boekhandelaren, postkantoren en courantiers. Directeuren-Uitgevers J. C. PEEREBOOM en J. B. AVIS. Hoofdagenten voor het Buitenland: Compagnie Generale de Publicite Mrangère G. L. DAVBE Sp Co., JOHN P. JONES, Snee., Parijs SlMs Eaubourg Montmartre. Bij dit Nummer behoort esn Bijvoeysel. STADSNIEUWS. Haarlem, 21 Juni 1889. Ha'r aanleiding van de in de te cour mt, van wege de Ha mer van Koophandel en Fa brieken alhier, geplaatste an nonce heeft zij ons uïtgenoo- digd tot toelichting daarvan nog het volgende te vermelden. Belanghebbenden in deze zijn werkgevers of werkgeef sters (fabrikantenpatroons bazen, enz die jeugdige per sonen in dienst hebben en die wenselien dat ten hunnen op zichte worde afgeweken van de bepalingen der wet betref fende a de werkuren, vastgesteld op de uren van 5 dea voor middags tot 7 des namiddags (art 5, tweede zinsnede van de in deze bedoelde wet.) b de regeling van den Zon- dagsarbeid voor mannelijke personen van 14 tot 16 jaar of vrouwen (art. 7. derde zin snede der wet. c de vermelding der werk uren op de lijst van arbei dende jeugdige personen en vrouwen Huisarbeid valt ook onder deze wetsbepalingen Zij, die de aanvrage om af- Wi.]king thans verzuimen, en later tegen de voorschriften der wet handehn, worden ge straft afzonderlijk voor eiken persoon, ten wiens opzichte de wet is overtreden, alsmede afzonderlijk voor elk etmaal waarin de overtreding heeft plaats gehad. Onze stad trof weder een gevoelig ver lies door het afsterven van den heer B- C'. J. Proot, heel- en verloskundige. Eene korte ongesteldheid maakte aan zijn wel besteed leven een einde. Zondagmorgen na zijn kerkgang onwel gewo den, blies de heer Proot Vrijdagmorgen zacht en kalm in den ouderdom van 69 jaren, den laatsten adem uit. Omstreeks veertig jaren was de overledene onafgebroken werkzaam in het belang der lijdende menschheid. Door zijn edel karakter en groote bekwaamheid had hij zich alge meen geacht en bemind gemaakt. Ook in de betrekking van regent, later in die van president van het r. k. parochiaal armbestuur, in welke hij gedurende on geveer 30 jaar werkzaam was, wist bij zich te onderscheiden. Velen zullen het afsterven van den waardigen man diep betreuren. In den afgeloopen nacht werd door een agent van politie in den Haarlem merhout aangehouden Wilhelm Frederikus Behagel, oud 35 jaar, laatst woonachtig te Amsterdam, in liet bezit van twee over jassen en twee hoedeD, hetgeen den agent verdacht voorkwam. Al spoedig bleek dat hij die goederen had ontvreemd door middel van insluiping in de Sociëteit „Trou moet Blijcken" alhier. Bij het Bestuur der Vereeniging: „Wfiisiadiyhaiii naar VBrraoyea" hebben zich de volgende personen voor werk aangemeld Een voor koetsier. - Een voor ziekenop passer. - Drie voor kantoorlooper. - Een voor portier. - Een voor loopwerk. - Een voor schrijfwerk. - Twee voor tuinmans knecht. - Een voor opzichter. - Een voor koekbakkersknecht. - Een voor loodgie tersknecht. - Acht voor aardwerker of los werkman. - Negen voor werkster of schoonmaakster. - Een voor burgerwasch- vrouw. - Twee voor burgernaaister. - Een voor strijkster. Particulieren en werkgevers, die van deze aanbiedingen wenschen gebruik te maken, wordt beleefd verzocht zich schrif telijk tot het Bestuur der Vereeniging te richten, (bus Stadhuis of Doelen). Daar het in den laatsten tijd is voor gekomen, dat personen zich om werk aanmeldden uit naam der Vereeniging, zonder daartoe het recht te.hebben, ver zoekt het Bestuur te willen noteeren dat slechts zij dit mogen doen, die een door den Secretaris der Vereeniging geteekend briefje kunnen vertoonen. Aanbestedingen. Haarlem, 21 Juni. Door het pro vinciaal bestuur van Noord-Holland is heden bij enkele inschrijving aanbesteed het maken van cene brugkn echts woning bij de Vlotbrug te Westgraftdijk, be- hoorende tot de werkeu van het Ncord- Hollandsche Kanaal. Raming ƒ3800. Minste inschrijver Jan Messehaart, te Westgraftdijk, voor ƒ3615. De onderhandelingen t u s- schen den Staat en de Ned. Rhijnspoor- wegmaatschappij over het overnemen van alle lijnen, welke hier te lande door die Maatschappij worden geëxploiteerd, zou den thans reeds zoover gevorderd zijn, dat in het aanstaande zittingjaar der Staten-Generaal een ontwerp in dien geest kan worden tegemoet gezien. Binnenkort is een perzische lintjesregen te wachten. Z. M. Nasr-ed- din heeft bij de firma P. F. van Maar- seveen te Amsterdam 25 commandeurs kruizen met de bijbehoorende plaques en 25 ridderkruisen besteld. Voorts is aan genoemde firma opgedragen, in 14 kruisen van onderscheiden rang der ridderorde van de Zon en den Leeuw, den staanden leeuw in een liggenden leeuw te veran deren, zijnde noodig voor het doel, waartoe de Schah deze kruisen bestemd heeft. Deze bestelling, een aanzienlijk bedrag vertegenwoordigende, is Dinsdag gedaan om Donderdag te leveren. Dit bleek on mogelijk, daar noch te Berlijn, noch te Parijs de kruisen voorhanden waren en Parijs vijf weken vroeg voor de levering. De firma Van Maarseveen maakt ze nu zelf en denkt ze binnen acht dagen ge reed te hebben. De voorstelling bij Carréis schitterend afgeloopen. De Schah be noemde Oscar Carré lot ridder der Orde van den Leeuw en de Zon. Nader is bepaald, dat de Schah van Perzië de reis naar Antwer pen niet zal maken over Utrecht, maar over Rotterdam. De reis naar Rotterdam en 's-Hage op heden heeft over Gooda plaats gehad. De amerikaansche staat- huishoudkundige Henry George, wiens theorieën ook hier te lande aanhangers hebben gevonden, hield Woensdagavond in eene openbare bijeenkomst van den onlangs opgerichte» nederlandschen boud voor landuationalisatie, welke geleid werd door den heer D. de Clercq, in het gebouw ,/MaisonStroucken "te Amsterdam de aan gekondigde voordracht over de Single tax movement (beweging voor eene enkelvou dige belasting). Nadat de heer J. Stoffel een over zicht had gegeven van het leven en de werken van den heer George, nam deze het woord, om zijn bekende stellingen omtrent den grondeigendom toe te lich ten. Als hoofdoorzaak van de sociale kwestie noemde hij het particulier grond bezit, wijl dit in handen van enkelen is en dientengevolge ook de vruchten van den grond het eigendom dier weinigen zijn. Door den grond te nationaliseeren (tot staatseigendom te maken), wordt de so ciale kwestie wel niet opgelost, maar ten minste de oplossing er van verge makkelijkt. Het recht van den mensch op den grond is even onbetwistbaar als het recht van den mensch om te leven. Het recht van den eigendom vindt slechts kracht bij het recht van den voortbren ger, of wat hij heeft voortgebracht. Het is niet noodig het land gemeenschappe lijk te bearbeidenalleen dat de arbeider het volle loon van zijn arbeid ontvangt en daarvoor moeten allen gelijke rech ten op het land hebben. Twee wegen leiden tot het doel: lo. het land te onteigenen ten bate van het algemeen en het dan te verpachten, zoo dat de opbrengst komt aan het algemeen. Nochtbans is het middel verwerpelijk als te onpractisch en buitendien onnoo- dig. Iets anders is, en dat middel stond de spr. voor, om alle belastingen weg te nemen op eigendom, op industrie, op alles, doch de noodige inkomsten te vin den in eene eenige en algemeene belas ting op den grond. Daardoor zou de eige naar van den grond verplicht worden zijn eigendom vruchtdragend te maken en dit zou het algemeen ten goede ko men. Eene gelijke belasting wilde spr. voor den grond, waarop het huis staat, als waarop de tuin, of het park, of het jachtterrein wordt gehouden. George wil niet de tegenwoordige landeigenaars schadeloos stellen. „Als er van schadeloosstelling sprake zou kun nen zijn zou dit slechts kunnen wezen aan hen, die zoolang van hun natuur recht zijn verstoken geweest; niet aan hen, die er hen zoolang van beroofd hebben". De bedoeling is niet, die hervorming in eens te willen verkrijgen, doch stap voor stap, daar elke stap in die richting de welvaart vermeerdert. Ten slotte schetste spr. den voortgang van den „Single tax movement" in Ame rika en Engeland, die den strijd voor den vrijhandel heeft verecnigd met dien voor de betere belasting van den grond. De beweging breidt zich in Amerika en Engeland steeds uit en spr. sprak als zijne verwachting uit, dat eerlang in Engeland (bij de algemeene parlements verkiezing over drie jaar) de strijd zal loopen over de vraag: vóór of tegen de belasting op de grondrente. Het gesprokene werd op verlangen van de vergadering, waaronder vele da mes, door den heer Stoffel uit het en- gelsch vertolkt. Het Nieuwsblad voor N e d er- land bevat het volgende oordeel van den consul der Nederlanden te Buenos-Ayres, den heer L. van Riet, thans met verlof te 's Hage, over de brieven uit Argentinië. „Denheere D. A. van Waalwijk, di recteur van het Nieuwsblad voor Neder landte Amsterdam. Wel Edel Geboren Heer, Uit hoofde van buitengewoon drukke werkzaamheden ben ik eerst nu in de gelegenheid te voldoen aan mijne toe zegging, u een paar regelen te schrijven, naar aanleiding der reeks artikelen, welke onder het hoofd „Uit Argentinië" in uw geacht blad werden opgenomen. Zooals ik u reeds mondeling zeide, heb ik die stukken met veel genoegen gelezen, niet alleen omdat zij zeer be langwekkende en juiste berichten bevat ten over den Staat, waarop thans hier de algemeene aandacht gevestigd is, maar ook aangezien uw correspondent, spre kende over Argentinië als een land, voor immigratie van ambachtslieden en land bouwers uitnemend geschikt, mijne daar omtrent bekende opinie geheel bevestigt. Wij denken over dit gewichtige vraag stuk hetzelfde en hoezeer dit het geval is, blijkt mij vooral uit de in uw blad van 8 dezer opgenomen mededeelingen, welke in strekking en zin treffend over eenkomen o. a. met mijn in de Staats courant van 21 Februari jl. gepubliceerd bericht. Vatten de heer Van Waalwijk en ik enkele ondergeschikte punten ook al verschillend op, in hoofdzaak zijn wij het eensevenals ik meent hij„Wie een ambacht kent of zich op den land bouw verstaat, komt hier in Argen tinië zeker terechthier is voor wie werken wil en ook werken kan, want dat behoort er bij brood in overvloed, ja meer dan brood welvaart, onafhankelijkheid Het bovenstaande neemt echter niet weg, dat ik ten opzicht van sommige andere door uw correspondent behandelde onderwerpen eene verschillende ziens wijze ben toegedaan dan hij. Tegenover zijne meening o. a. dat er voor kantoorbedienden in Argentinië geen kans van slagen is, moet ik de mijne stellen, dat knappen jongen koop lieden, die rle middelen bezitten om een paar maanden op plaatsing te wachtt1 n, gerust raag aangeraden worden hun ge luk in de Republiek te beproeven, daar de vooruitzichten voor hen aldaar in 't algemeen veel gunstiger zijn dan hier. Ook de uitspraak van den heer van Waalwijk, als zoude, nu de nieuwe haven van Ensenada weldra geopend wordt, de geheele cheepvaart en daarmede de han del zich van Buenos-Ayres naar La Plata verleggen, komt mij onjuist voor en is zeker in strijd met de daaromtrent in Argentinië algemeen gekoesterde meening. Immers naar het commerciëel zeer weinig beteekenende la Plata zal zich niet verplaatsen de handel van eene stad als Buenos Ayres, welke, reeds een half millioen inwoners tellende, een grooteren vooruitgang, ook op handelsgebied onder gaat, dan wellicht eenige andere haven ter wereld, waar telkens nieuwe markten, pakhuizen, kantoren en banken verrijzen, en die bovendien binnen eenigen tijd, evenals La Plata, van eene zeer goede haven zal zijn voorzien. Eindelijk mag ik niet onopgemerkt V E U I L L E Y O iS. Uit het engelscli, door HUGH CONWAY. 9) HOOFDSTUK UI. Familie-geschiedenissen. Ofschoon Iiij er niet zoo vroeg was, als hij wel wenschte, hoopte hij nog' vroeg' genoeg' te zijn, om zijne verloren por tefeuille te kunnen terugvinden Op de sneeuw aan den weg- over de Steepsides waren geen indrukken van voeten zichtbaar want daar de heuvel aan beide kanten met hoornen begroeid was, hadden de veld-arbeiders den anderen weg langs geloopen Slechts verbraken de sporen van wielen de zuiverheid van het witte kleed Mijnheer Bourchier bereikte weldra de plek, die hij zich zoo goed herinnerde De wagensporen waren ook in die richting, en zij gingen steeds voort totdat zij zich in de verte verloven, de sneeuw was echter rondom het vreeselijk middelpunt in alle richtingen eenige nieters ver vertrapt Toen Philip Bourchier dat zag', herinnerde hij zich uit zijne jeugd flauwtjes de geschiedenis van Robinson Crusoe en de voetstappen op het zand. Hij sprong van zijn paard, en keek om zich heen, of schoon hij gevoelde, dat alles vruchteloos zou zijn Hij zag' naar alle kanten, maar kon zijne portefeuille niet vinden. Hij kon zelfs het voorwerp niet vinden, dat hij eenige me ters van de bewuste plek verwijderd, zoo zorgvuldig had verborgen; met de dunne lippen op elkaar geklemd steeg hij weer te paard en keerde naar Redhills terug om zoo kalm mogelijk de vragen, geluk wenschen en deelnemende woorden het hoofd te bieden Het spreekt van zelf, dat een man als hij, die ook nog lid van het Parlement was, op zulke oplettendheden moest voorbereid zijn. Ofschoon mijnheer Bourchier dien morgen vroeg was ge weest, was er nog iemand vroeger geweest Jim Stokes had zich te ruste gelegd met hetzelfde voornemen om bij het j aanbreken van den dag- eene plek op ken weg naar Brackley te gaan bezoeken. Maar het chloral had bij den aanzien- j lijken heer dezelfde uitwerking als de jenever hij den wild dief mijnheer Stokes was er ook niet zoo vroeg', als hij zich had voorgenomen. Daar hij geene vrouw had, die hem I kon roepen was hij dus verplicht, de schuld op zichzelf te werpen, maar dat doen menschen van zijn soort zelden; in plaats daarvan verwenschen zij het toeval Zijne verle genheid had hem den grooten weg doen schuwen, maar eenige voetpaden, die over de Steepsides liepen, hadden hem naar zijn doel gebracht. Hij was gelukkiger dan mijn heer Bourchier. want hij vond, wat hij zocht, en keerde j langs den weg', dien hij gekomen was, naar zijne woning j terug, om op zijn gemak de reistasch, die hij opgeraapt l had, te onderzoeken. De indrukken van zijn voet hadden mijnheer Bourchier aan Crusoe doen denken. Er was daar echter iemand nog vroeger geweest. Pachter Davis van de YVatercress-hoeve, een huurder van mijnheer Bourchier, had zaken te doen in Blackton, ofschoon het geen marktdag was. Hij had nooit van chloral gehoord en daar hij in het drinken van jenever zeer matig was, stond hij op, toen hij opstaan moest; de wielen van zijne kar hadden de zooeven besproken sporen in de sneeuw achtergelaten Wat is die sneeuw toch mooi, zeide Davis. De hoornen zien er zoo mooi uit als op het too- neel, want hij was een of twee keer in den schouwburg te Blackton geweest, en de kunstvaardigheid van den deco ratieschilder had een diepen indruk op hem gemaakt. En zijne blikken bleven voortdurend op de besneeuwde hoo rnen gevestigd, tot hij eindelijk den voet van den steilen heuvel bereikte en zijn paard inhield Ik heb verscheidene vreemde ding-en gezien, maar ik heb nog nooit portefeuilles aan denneboomen zien groeien, zeide de pachter Davis. Op den laagsten tak van een jongen boom zag hij eene zwarte portefeuille, die daar niet toevallig maar met opzet scheen neergelegd te zijn. Terwijl hij verschillende uitdrukkingen van verbazing voor zich heen mompelde, reed hij zoo dicht mogelijk voorbij den boom, ging' in het rijtuig staan en sloeg met zijne zweep naar de zonderlinge vrucht die naar beneden viel. Hij zocht haar op, maar reed verder, zonder den inhoud door te snuffelen. De tijd verliep en een pachter uit West- shire moet een kwartier voor den tijd, waarop de trein

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1889 | | pagina 1