BERICHT.
NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD.
y
1999.
7e Jaargang.
Woensdag 8 Januari 1890.
No. 1998.
s i i) s n i e i v. s.
„Weldadigheid naar Vermogen"
„DE ROODE SJAAL".
HAARLEM'S DAGBLA
ABONHEMEHTSPRIJS:
Voor Haarlem per 3 maandenf 1.20.
Franco door het geheele Rijk, per 3 maanden. -1.65.
Afzonderlijke nummers-0.03.
Dit blad verschijnt dagelijks, behalve op Zen- en Feestdagen.
Bureau: Kleine^Routatraat No. 9, Haarlem. Telefoonnummer 122.
ADVERTENTIES
van 15 regels 50 Cents; iedere regel meer 10 cents
Groote letters naar plaatsruimte.
Bij Abonnement aanzienlijk rabat.
Abonnementen en Advertentiën worden aangenomen door
onze agenten en door alle boekbandelaren, postkantoren en courantier».
Directeuren-Uitgevers J. C. FEEREBOÖM ©n J. B. AVIS.
Hoofdagenten voor het Buitenland: Compagnie Générale de Publiciti Mrangsre G. L. HAD BE §r Co.t JOHN F. JONESSucc., Parijs 315w Faubourg Montmartre.
Tengevolge der Influenza zijn van
on3 personeel ter drukkerij nog slechts
vier zetters in staat om te arbeiden.
Daar de zieken voor een gedeelte ook
Rondbrengers der Courant waren, heb
ben wij anderen met hun werk moeten
belasten.
Wij blijven onder deze zoo moeilijke
omstandigheden de welwillendheid onzer
geachte Geabonneerden inroepen
Directeuren- Uitgevers.
Haarlem, 7 Jan. 18b0.
Te rekenen van heden is mr. F. C. Pa-
hud de Mortanges, vroeger alhier, buiten
bezwaar van 's rijks schatkist werkzaam
gesteld aan het departement van Kolo
niën, naar mon zegt voor de opium-aan
gelegenheden.
Maandagavond werden in eene ver
gadering van //Volksbelang" behandeld
de navolgende puntenMissive van //Ne
derland on Oranje", tot afschaffing of
beperking der kermis; missive van de
comm. van toezicht op het lager onder
wijs en openbare leeszaal. Bespreking
ambachts-ondorwijs werd uitgesteld tot
eene volgende vergadering.
Besloten werd, te verzoeken do ker
mis te beperken door 12 uur alles te
sluiten.
Over de verschillende punten werd
ampel gediscussieerd. Het rekest van het
Buitenhuis werd krachtig ondersteund.
Dit adres ligt, zooals men weet, ter tee-
kening bij de boekh. Mul, Post en Van
Cittert.
De heer J. B. A. Saeys trad Maan
dagavond in „Weten en Werken" als
spreker op, met een voordracht over
Landverhuizing.
Aan de hand der geschiedenis behan
delde spreker de oorzaken, die in vroeger
eeuwen tot landverhuizing aanleiding ga
ven, en deze waren de zucht naar rijke
natuurvoortbrengselen, die andere landen
aanboden. Zoo b. v. b. trokken de Span
jaarden naar Amerika, waar zij het goud
in massa's vandaan haalden, om dezelfde
reden trokken de Russen naar Siberië.
Die landverhuizing bleef dan echter be
perkt tot de streken waar die rijkdom
men gevonden werden. Later was het de
zucht naar lotsverbetering en deze was
een veel gezonder prikkel tot emigratie.
De Vereenigde Staten van N.-A. b. v. b.,
boden voor de landbouwers een schoone
toekomst. Spreker trad in een beschou
wing van de verschillende landen, welke
voor de emigratie geschikt waren. Voor
alles dient gelet te worden op land en
volk. Reeds bij een vroegere gelegenheid
heeft spreker aangetoond, dat Argentinië
al een zeer ongeschikt land was voor
emigratie in 't algemeen en voor Neder
landers in 't bizonder. Veeleer ried hij
de Transvaal aan, ja, drong aan op land
verhuizing derwaarts. Daar vindt men
een stamverwant volk en een bij uitstek
geschikt land voor den nederlandschen
boer.
Uitvoerig behandelde spreker op sta
tistieke gronden de gevolgen der land
verhuizing en de redenen, die in het
eene land wel en in het andere niet tot
landverhuizing drongen. Duitschland
b. v. vindt deze laatste in zijn groote
toename van bevolking; Frankrijk waar
de toename van bevolking zeer geriDg
is en dat bijna niets aan zijne koloniën
heeft, verkeert in het tegenovergestelde
geval.
Ten slotte gaf spreker een overzicht
van de comsumptie in de verschillende
landen met betrekking tot het cijfer der
bevolking en deed zyn gehoor verbaasd
staan over het percentsgewijze aange
toonde reusachtige gebruik van vleesch,
meel enz. Zooals bleek stond het ge
bruik daarvan in Nederland daarbij zeer
laag.
Blijkbaar werd de zeer leerzame en
doorwrochte rede van den heer Saeijs
met veel belangstelling en ingenomen
heid door de goed opgekomen leden van
„W. en W." gevolgd.
Maandagavond had de feestelyké ope
ning plaats van een der zalen in Felix
Favsre" als vergaderzaal van den „Ned.
R. Kath. Volksbond" alhier.
Na een drietal toespraken gaf de lie
dertafel „St. Bavo" (directeur de heer
A. Rooijers) een welgeslaagd feestconcert;
de heer A. Van der Vaart droeg voor
Coppée's Werkstaking.
I Het bestuur van den Bond bestaat
J uit de heeren: A. J. de Jong, pres., H.
B. Sehoonman, vice-pres., J. H. B. Loots,
secretaris, J. Sanders, penningm. en een
tweetal Commissarissen.
Het lidmaatschap bedraagt 3 en het
donateurschap f 10.
Zondag 5 Januari, des morgens te 11
uur, hield de Nederl. Postd. Bond alhier
op de bovenzaal van café Brinkmann,
zijne jaarlijksche vergadering.
Tegenwoordig waren de afgevaardigden
van de vereen.„de Luchtpost," te Am
sterdam; „de Ooijevaar," te's Hage; „de
Snelvlieger," te Haarlem„de Snelpost,"
I te Utrecht; „de Arend," te Rotterdam;
j „de Luchtpost," te Purmerend; „deHoop,"
j te Weespterwijl de afgevaardigden van
de vereen. „Pro Patria," te Rotterdam en
I „de Phoenix," te Gorinchem niet tegen
woordig waren wegens buitengewone om
standigheden.
De president opende de vergadering,
waarna door den secretaris do notulen van
de vorige vergadering, te 's Hage gehou
den werd voorgelezen, als ook het jaar
verslag, de penningmeester deed rekening
en verantwoording der kas, welke met
een voordeelig saldo sloot.
Een voorstel om einde Februari of be
gin Maart een Bonds-tenteonstelling te
houden van postduiven, te Haarlem, werd
goodgevonden.
Een Bonds-wedvlucht met jonge dui
ven van Rheine, werd vastgesteld op 31
Augustus 1890.
Met oude duiven van Metz 15 Juni.
Vele belangrijke mededeelingen op het
gebied van postduiven werden besproken.
Het Hoofdbestuur, aan de orde van af
treden, werd herkozen, zoodat het voor
zitterschap blijft te Haarlem en het se
cretariaat te Purmerend. De penning
meester blijft gevestigd te 's Hagede
commissarissen te Rotterdam en te Am
sterdam.
Na eenige uren van vertrouwelijk sa
menzijn, waarin veel op het gebied der
postduiven-afriehting werd verhandeld,
werd de vergadering onder dankzegging
voor de getrouwe opkomst en belang
stelling gesloten.
De a. 8. algemeene jaarlijksche verga
dering, in 1891, zal worden gehouden te
Haarlem. Daaraan zal verbonden worden
een Bonds-tentoonstelliag, welke georga
niseerd zal worden door de Postduiven-
Yereeniging „de Snelvlieger."
INFLUENZA.
Uit Den Haag meldt men dat de
influeDza-epidemie ook daar ter stede
grootere proporties begint aan te nemen.
Een der doctoren, met de armenprak
tijk belast, moest de hulp der politie
inroepen om de orde te handhaven, in-
en buiten zijne woning, onder hen die in
het morgenuur zijne hulp kwamen in
roepen.
Gelukkig dat het verloop der onge
steldheid daar zeer gunstig is; in twee
of drie dagen zijn de lijders in den regel
weder in staat hunne werkzaamheden te
hervatten.
Te Londen grijpt de influenza verba
zend om zich heen. Tal van kantoren
zijn gesloten. In Amerika is de ziekte
van kwaardaardigen aard. Gemiddeld ster
ven per week meer dan 400 personen.
Een parijsch geleerde waarschuwt
tegen bet drinken van onzuiver drink
water, daar hij hierin den oorsprong der
influenza meent te hebben gevonden.
Prof. Fiirbringer, van 't stedelijk
gasthuis te Berlijn, zegt dat de eerste
gevallen van influenza aldaar reeds in
het begin van Nov. zijn geconstateerd;
door hem en door dr. Gutteman, van 't
ziekenhuis Moabit, is opgemerkt, dat de
ziekte niet van persoon op persoon
overgaat, dat er veel meer mannen dan
vrouwen door aangetast worden en dat
verreweg de meeste ziektegevallen zich
by personen van 20 tot 30 jaren voor
doen.
Hier ter stede blijft het karakter der
influenza goedaardig. Hoeveel personen
wel zijn aangetast, valt niet te zeggen.
Zeker is het, dat al de doctoren handen
vol werk hebben. Twee hunner zijn aelf
aangetast. Het personeel van postkantoor
en spoorwegstation is aanmerkelijk aan
getast.
nsetselaarskecht. - Een voor timmermane
knecht. - Een voor koper- en metaal
gieter. - Twee voor tuinmansknecht. -Ee:
voor opzichter. - Een voor loodgieters
knecht. - Acht voor aardwerkers of lo
werkman. - Negen voor wefkstc
of schoonmaakster. - Een voor burger
waschvrouw. - Drie voor burgernaai
ster. - Een voor breister. - Een voo
kookster. - Een voor baker. - Een voo
loopmin.
Het bestuur der Yereeniging „Wel
dadigheid naar Vermogen" verzoekt be
leefd aan hen, die hunne inschrijvings
biljetten nog niet hebben afgegeven, di
te doen bezorgen aan het kantoor de
Yereeniging (bus Doelen of Stadhuis)
By het bestuur der vereenigin
hebben zich de volgende personen voor
werk aangemeld
Een voor koetsier. - Twee voor oppasser.
- Een voor ziekenoppasser. - Drie voor
kantoorlooper. - Een voor portier. - Een
voor schrijfwerk. - Een voor schoenmaker.
- Een voor schildersknecht. - Twee voor
Te Haarlemmermeer bij Halfweg
Maandagavond afgebrand de groote me
hooi en stroo gevulde schuur van de;
koopman K. Het verbrande wafy^*"-
kerd. n
IS i N R
K K L
,6.
Z. M. de K o n i n g-G roce
heeft tot officier in de Orde dei
kroon benoemd graaf Dumonceau,
trieel te Groningen. t.
Prinses Wilhelmina heel
bij het schaatsenrijden op de vijvers vai
't Loo, met II. M. de Koningin, eeïn
lichte koude gevat en moet nu een paa:
dagen hare kamer houden.
De opperhofmaarschalk
des Konings, dc heer mr. F. H. R. R
baron Fagel, opper-intendant der konink
lijke paleizen, is Zondag op zijn land
goed by Dieren overleden.
D e m i n i s te r v a n Watersta~
heeft een aanval van influenza gehad
Bij was Maandag nog niet aan zijn de
partement geweest.
Er worden pogingen af
gewend tot oprichting van een blijvtu
familie-museum van het Huis van Oranje
Nassau in de residentie, welke irstelli ig
zou moeten bevatten de oirkonden, hand
schriften en andere belangrijke voorwor
pen van wetenschap en kunst. botreJvkïvy
hebbende op het regeerend Yorsteubuhi!
FEUILLETON.
Naar het duitsch
door
J. URSINUS PRUIM.
5)
Marie hoorde hem spreken, maar ze luisterde niet; zo
zat onbewegelijk met de handen op de knieën, de oogen op den
grond gevestigd. Doch toen hij haar vroeg, of een of ander bij
zonder verlangen haar tot hem voerde, toen haalde ze diep
adem, en keek ze hem met hare verstandige, heldere oogen
vol aan.
„Ik heb uw raad noodig, dominé ik kan u niet juist zeg
gen hoe het met de zaak zit dat mag ik niet, dominé,
maar u zal me toch wel kunnen brgrypen. Wanneer ja,
wanneer een zuster iets verkeerds heeft gedaan, en men kan dat
heratellen, en de straf van haar afwenden, door een groot, een
zeer groot offer te brengen, en moeder daarom smeekt.
Moet, moet men dat dan doen, dominé?"
De dominé keek haar bevreemd aan. „Maar, kindlief, wat
vraagt ge me nu? Heeten wij niet Christenen, dat is, navolgers
van onzen Heiland? En heeft Hij riet, om onze zonde en ons
onrecht goed te maken, zie hzelf ten offer gebracht
En toen begon hij uit te weiden over dat onderwerp, waarmede
hij natuurlijk geheel vertrouwd was. Marie hoorde hem aan, zwij
gend, doch nog niet overtuigd.
„Maar als het offer nu al te groot is," zeide zij, toen hij uit
gesproken had. „Kan God willen, dat de onschuldige voor de
schuldige lijdt?"
„Is er een zwaarder offer," hernam de geestelijke, „dan de dood
aan het kruis? En wie is zóó onschuldig als de zoon Gods, die
voor ons, zondaren, stierf? Myn kind, ik had u een meer liefdevol
hart toegeschreven. Reeds de beden uwer moeder hadden u moe
ten toegeven. „Eert uwen vader en uwe moeder, opdat het u wel
ga, en uw leven op aarde moge worden verlengd." Dat is het
eenige gebod, dat eene belofte in zich sluit."
Marie spiong op. Dit woord trof haar; dit sloot aan bij den
gang harer gedachten, er was eindelyk de lichtstraal, die den
sluier van haren twyfel ophief.
„Opdat het u wèl ga! Dank, dank, dominé; ik zal het
niet vergeten
Haastig nam zy hare parapluie op en snelde naar buiten, ter
wijl hij haar hoofdschuddend nakeek. „Opdat het u wol ga,"
prevelde zij in stilte. Wèl gaan zou het haar, al ware het alleen
om der wille van den man, aan wiens zijde alléén zij zich nog
eene toekomst droomde. N u was het haar licht om het hart. Hoe
had zy toch dat vierde gebod kunnen vergeten cn don al mach
tigen God, die het had uitgesproken. Indien Zijn besluit haar hol
zoo vurig verlangde genot ontzegde, dan viel het Hem immem
licht, haar dat door een oneindig veel grooter te verge*"! -n
Hij zou het doen; Hy moest het; Hij had het immers uit
drukkelijk beloofd!
„Opdat het u wèl ga!" Zijn gebod wilde zij gehoorzamen
en op Zijne belofte wilde zij vertrouwen.
„Moeder," riep ze ademloos, de keukendeur openrukkende
hier i s het geld."
„Den Hemel zij dank," juichte juffrouw Merten, de vingers aan
haar voorschoot afdrogende, om het in ontvangst te nemen.
„Eindelyk zijt ge dan tot inkeer gekomen!"
„Maar onder ééne voorwaarde, moeder. Ik kan nu niet met den
heer Ring naar het feest gaanen hare stem stokte by deze
woorden, „maar," voegde zij er met klem bij, „Eva mag ook niet
gaan."
„Och kom, wie spreekt er n u nog van het feest 1" antwoordde
moeder ontwijkend.
„Moeder, dat moet ge my heilig beloven: Ge moogt haar
niet laten gaan. Gij zult ze op hare kamer opsluiten, anders
gaat ze toch stilletjes heen. En zij zal niet met haar gestolen
pronk staan te prijken voor meneer... voor die menschendaar!"
{Wordt vervolgd.)