TWEEDE BLAD
De Clown in een treurspel.
Ce Inflnenza ia 't BaiteaM.
EEN ORAKEL.
BBKOORENDE BIJ
HAARLEM'S DAGBLAD
Maandag 13 Januari 1890.
Door een plotselinge woede aan
gegrepen, die zijn gelaat deed tril
len, sprong de jonge man op uit de
knielende houd Dg, waarin hij voor
haar had gelegen.
«Pas op, Dora!« riep hij uit met
bliksemende oogen, «gij weet dat ik
u bemin en gij weet, waartoe ik
zou kuDnea komen. Stoot mij niet
te ruw af!»
De jonge Trouw liet zich kalm in
haar sofa achterover vallen en trok
haar schouders op.
«Bedreigingen, he?» zeide zij op
koelen toon, «dat ontbrak er nog
maar aan, en met welk recht.
«Door het recht dat ge mij gaaft
do.r saij in de laatste zes maanden
te doen denken, dat ge mij bemindet.»
«Wel, als ik u dat liet denken,
zijt gij dan dom genoeg niet te zien,
dat het misschien was omdat ik u
niet beminde?»
«Maar ge hebt su aan alles een
einde gemaakt; niet waar?« ant
woordde d« jonge man, zijne tanden
opeen klemmende.
Het schijnt zoo....» Zij hield op
en hare onverschilligheid afleggend,
werd zij ernstiger. «Kom, laat ons
er een einde aan maken, Mario. Maar
laat ons de zaak beëindigen voor
eeas en voor altijd. Dat zal voor ons
beiden het beste zijn. Gij praat van
rechten. Ik heb er u geen gegeven,
tenzij het dat was om zooveel van
mij te houden, als ik van u. Het is
altijd dezelfde geschiedenis, zooals
overal op de wereld, mijn goede
jongen. Het toeval bracht ons te za
men in denzelfden circus te Weeneu,
ik, eene koorddanseres, gij,een clown.
Het was een toeval gelijk zoovele
audere, niet waar? Denkt ge dat ik
geen eerzucht heb, geen wenscben
te vervullen? Denkt ge dat ik in
zoo'n rommel mijn gebeele leven
wil doorbrengen. Ik heb voor mijn
toekomst te zorgen, maar gij schijnt
daar geen rekening mede te houden
Ge zoudt met uwe uitbarstingen
van jalousie werkelijk den een of an
deren dag nog eens een domme
streek begaan. Denk niet dat ik «en
oogenblik zou aarzelen tusscheu u
en een fortuin. Ge bevalt mij wel,
maar ik verkies de honderd duizend
francs per jaar, die mij aangeboden
zijn; ik verkies het rijtuig en de
kleedeten en bedienden, die ik kan
hebben, wanneer ik maar één woord
ig. Ik verkies hem boven u, zeg
ik en daarom verklaar ik u dus
ronduit, dat alles nu uit is tusschen
ons, geheel en al uit. Kom, geef mij
uw band en laat ons er niet meer
over spreken. Aangenomen?»
Mario stond voor baar een
knappe jongen inderdaad, met een
athleten-gestalte, waarvan zelfs de
overjas de krachtige en toch schoone
omtrekken niet kon verbergen. Hij
bleef naar baar staan kijken, sta
rend in baar gelaat, hij was spra
keloos, de zwarte wenkbrauwen
krampachtig saamgetrokken, alsof
hij worstelde met de vreeselijke ver
zoeking om baar de woorden in de
keel te smoren.
«Is dat uw laatste woord?» vroeg
bij eindelijk met moeite.
«Mijn laatste. Wat moet ik meer
zeggen?»
«Dora, ik verzoek u...» bracht hij
uit met bevende stem.
«KomaaD, gij begint toch niet
weder opnieuw, hoop ik? Ah, daar
gaat de belHet is de graaf. Spoe
dig, ga door deze deur en zet hier
nooit een voet weder. Ik heb geen
tijd meer met u te verspillen. Kom,
boort ge niet wat ik zeg?» riep zij
op ruwen toon. En opspringende,
duwde zij hem bij de schouders bet
vertrek uit.
Toen zij de deur tegen zijne vin
gers bad dicht geslagen, keerde de
clown zich om en bief dreigend de
vuist op.
't Is elf uur. Tallooze lichten schit
teren in den circus. Een gemompel
van ongeduld loopt door de zitplaat
sen, die Bchitteren van den rijken
tooi der dames. De verschillende
acrobaten, de vaardige équestrien-
nes en de grappige clowns wedijve
ren om bet publiek hunne uitge-
zochtste toeren te doen bewonderen.
Zenuwachtig worden de satijnen
programma's ontvouwd. Men ver
wacht de toeren van de onovertrof
fen Mdlle Dora.
«Vijftig voet hoog op eeo stalen
draad! 'tls wonderbaarlijk.»
«En geen valnet ook.»
«'t Is krankzinnigheid. Waarom
nemen ze tan minste die voorzorg
niet?»
«Alleen om sensatie te makeD,
mijn waarde. Zonder gevaar geen
spanning, 't Zou niet veel beteeke-
nen met een net. Dan kunt ge even
goed een leeuwentemmer gaan zien,
die met gemuilbande dieren werkt,
of een worsteling tusschen een man
en een gekluisterden beer. Men gaat
naar 't circus om emoties op te doen
en 't is de zaak van den ondernemer
om te zorgen dat ge die krijgt voor
uw geld.»
«Nu 'kbeb al emoties genoeg ge
had. Als zij valt...»
«Dora valt niet. Den geheelen zo
mer door heeft zij Weenen in span
ning gehouden met denzelfden taer.
Een maand geleden deed zij het te
Parijs. Als gij haar ziet zoudt ge
denken, dat niets gemakkelijker was
das midden in de ruimte te daasen,
zender een duim breedte te hebben
om op te steunen, en ge denkt niet
aan het gevaar, dat zij zoo gemak
kelijk schijnt te trotseeren. Aha,
daar is zij!»
Met één sprong is Mdlle Dora in
't midden van den circus, licht en
vlug als een vogel; een eng trieot,
dat een rose kleur kleur draagt, om
sluit hare krachtige, slanke gestalte.
Door allerlei kijkers en glazen
staart het talrijke publiek naar haar
en iedere mond doet een uitroep
van bewondering hooren. Eene sier
lijke buiging naar links en rechts,
met een lichten glimlach op hare
bekoorlijke lippen, waartusschen
twee rijen parelwitte tanden, daarna
eenige passen achterwaarts en zij
grijpt het koord, dat van hoog bo
ven in het gebouw naar beneden
hangt eD zij trekt zich hand voor
hand naar boven, naar den draad
met kalme zelf bewuste kracht. Daar
is zij, aan het eene einde van den
draad, zij werkt zich op de twee
touwen die daar langs loopen, langs
den eenen kant van het gebouw.
Daar blijft zij een oogenblik en ziet
naar beneden, naar de zee van ge
zichten, die allen bewegingloos in
spanning naar haar opzien. Zij strekt
een barer met zijde bekleede beensn
uit en met de zool van haar voet tast
zij op den dunnen stalen draad, waarop
zij zoo aanstonds baren gevaarlijken
tocht zal maken. Een seconde later
en gij zult baar zien gaan, langs
den draai loopend, stilhouden, rond
draaien en balanceeren op een voet
met de bevalligheid van een vogel.
Midden in den circus zijn drie
clowns bezig met zich ia da onmo
gelijkste bochten te wringen en de
vreemdsoortigste buitelingen te vol
voeren. Steeds komen zij op hunne
vosten terecht. Twee hunner, die
hunne lichamen dubbel vouwen tot
hunne beschilderde gezichten tus
schen hunne knieën komen door
gluren, wisselen de voorstelling al.
De derde is achteraf gebleven, zijn
lichaam is achterovergebogen
zijn rechter schouder opgeheven, als
of bij Dora moet opvangen, die
baar eersten gevaarlijken stap zal
doen. Wat gaat bij toch beginnen?
Wil hij de eena of andere dolle
streek uithalen? Zeker wel. Ge zult
u te vergeefs inspannen, mijn jon
gen, niemand kijkt nu naar u.
't Is toch een nauwgezette vent,
die Mario. Geen glimlach zelfs wordt
hem toegeworpen? Hij wil toch zijn
taak vervullen; daar is bij, midden
in hst perk en bij beeft heftig over
al zijn leden. Wat een uitstskand
comediantl Zij, daarboven, is bet, die
daar den dood in de armen loopt
misschien, maar bij beneden alleen
ie bang. 'tls natuurlijk een grap,
een oude bekende 1 Maar van sen
clown van zijn soort zou men toch
iets beters verwachten. Er zit zoo
weinig variatie in. Kijk, nu zal 't
komeD. Wat denk jij toch wel uit
te voeren, jij groote sluDgel, dat je
al die bewegingen van de lucht
wandelaarster daar boven je, volgt,
stap voor stap en de armen omboog
houdt alsof ze op 't punt stond om
te vallen? Maar Mdlle. Dora is niet
gewoon te vallen, dat weet ja ook
well Om de menscben aan 't lachen
te brengen moet je wat anders doen.
Waar ter wereld baalde je dat ern
stige gezicht vandaan, aisof de zaak
jou aanging. De menscheu zouden
waarachtig denken dat je werkelijk
bleek zag onder dat meelblankelsel
en dat ja beeft van werkelijke vreesI
«Wat is dat?»
Een eenparige kreet van schrik
barst los uit duizend kelen. De draad
ender Mdlle Dora's voet is in tweeën
gesprongen. In de lucht rondwen
telend stort zij omlaag.
De toeschouwers zijn opgestaan,
op ieders gelaat en ia ieders oog
staat de vreeselijke schrik te lezen.
In het rulle zaagsel van den cir
cus liggen de clown en het onge
lukkige meisje op elkaar gerold,
want, met een zeldzame behendig
heid beeft Mario baar in zijne
armen opgevangen.
Beiden worden opgenomen en
weggedragen; zij wae slechts in
zwijm. Maar de man, die baar als
door een wonder beeft gered, is er
nist zoo gemakktlijk afgekomen.
Eea schouder ontwricht, een arm
gebroken en ÏLwendige kneuzingen,
zegt de geneesheer.
•Een ander man in 't circus!»
commandeert de regisseur op koelen
onverschillig eD toon.
Twee dagen later zit Mdlle Dora,
prachtig gekleed, naast het bed van
baar vroegereu minnaar in bet ver
trek van bet hospitaal met de vier
kale, witte muren, bouten vloer,
een kleine tafel waarop een flesch,
verder een stoel, die het gebeeie
ameublement vormen.
«Wel, mijn arme Mario, hoe ge
voelt gij u?» vroeg zij op een toon,
dien zij trachtte meewarig te doen
klinken.
«Zooals ge ziet,» antwoordde de
clown, met een pijnlijken glimlach
kijkende naar de verbanden om zijn
arm en schouder.
«Aan u heb ik dus mijn leven te
danken, Mario. Ik zal bet nooit ver
geten.»
«Ab,» zeide de jonge man, met
een straal van hoop in de oogen
«Zult ga mij weer liefhebben?»
«Ja, maar niet zooals gij bedoelt.
Kom, Mario, begin daar nu niet weer
over. Ik smeek u, spreek over iets
anders. Weet ge wat Z9 ontdekt
hebben?»
«Neen,» antwoordde hij afgetrok
ken.
«De draad was doorgevijld.»
«Doorgevijld?»
«En ze hebben den schurk.»
«Hebben ze hem? Ea wie was
het?»
«De stalmeester. Gij weet dat die
gek mij zoo baatte omdat ik meer
gezien was bij 't volk, dan zijn doch
ter, die op 't ongezadelde rijdt.»
«Maar 't is onmogelijk, dat hij 't
gedaan beeft.»
«Waarom niet? Hij is gevangen
genomen, en alle bewijzen zijn tegen
hem.»
Er heersebte een korte stilte. De
koorddanseres overdacht hoe lang
de welvoeglijkheid haar noodzaakte
het bezoek nog te rekken aan den
man, die haar het leven had gered.
Het gelaat van den clown vertoonde
een opeenvolging van afwisselende
aandoeningen. Zijne wenkbrauwen
waren saamgetrokken, en hij scheen
een bevigeuiuuerlijkeu strijd te
voeren.
«Luister, Dora,» zeide hij plotse
ling half fluisterende; «die man
moet in vrijheid worden gesteld.»
«Waarom?»
«Omdat ik zeker ben dat bij het
niet is die den draad beeft doorge
vijld.»
«Wat weet gij daarvan?»
«Ik ben er zeker van.»
«Wie was bet dan?»
«Ik was het.»
«Gij 1»
De jonge vrouw deinsde achteruit
met een beweging van schrik.
«Verlaat mij niet, ik smeek bet
u!» kreunde hij. «Vergeef mij! Ik
beminde u zoozeer, dat ik er gek
van werd 1» snikte de arme drommel.
Dora stond op met een blik van
onmeedoogenden afschuw op baar
gelaat. Zij greep haar parasol en
koel, zonder een blik op hem, liep
zij de deur uit en ging been.
De arme misdadiger, onbeweeg
lijk in zijn krib, hoorde het tikken
van hare booge hakken op de trap
en bet ritselen van baar zijden kleed.
Deuren werden in de benedenver
dieping geopend en toegeworpen.
Mario was alleen. Een vreemde,
wanhopige blik kwam ia zijne oogen
en met een rilling draaide hij zijn
gelaat naar den muur.
Hij had wat erger is dan een ge
broken rug, een gebroken hart, en
toen bij een maand later het hos
pitaal verliet, was het in een dood
kist.
BINNENLAND.
Het Nederlandsch lijd-
schrift voor Geneeskunde deelt mede,
dat bet hoofdbestuur der Maat
schappij tot bevordering der genees
kunst voor bet jaar 1890 is samen
gesteld als volgt: dr. M. J. Gode-
froi, 's-Bosch, president; dr. L. Tb.
van Kleef, Maastricht, vice-president
dr. C. C. Nijheff, Amsterdam, se
cretaris; ar. M. Juda, Amsteruam,
penningmeester; dr. C. E. Daaiëls,
Amsterdam, bibliothecaris; dr. J.
Baart de la Fa He, Groningen; dr.
A. Mijnlieff, Breukelen; dr. J. F.
van den Berg, Nijmegen; dr. S.
Posthuma, Haarlem; professor dr.
B. J. Stokvis, Amsterdam; profes
sor dr. H. Treub, Leiden.
Het bericht van bet Va
derland dat voor de leening, groot
1250.000 (waarvan f 130.000 prefe
rent), van de Witte Sociëteit» te
^6-Hage, ovor f 101.353,096.000 is
ingeschreven, is, volkomen juist.
Eén obligatie is naar Amsterdam
gegaande rest zou genomen zijn
door de beeren Heldring en Pierson,
te 's-Hage. 't Is fabelachtig.
Mej. Lodewegen beeft
wegens baren boogen leeflijd ont
slag moeten vragen als weesmoeder
m bet weeshuis der hervormde gem.
te Apeldoorn. H. M. de KoningiD,
beschermvrouw vaa deze weldadige
inrichting, ging persoonlijk afscheid
van baar uemrn en schonk baar als
aandenken bet portret van prinses
Wi.helmina in sierlijke lijst.
Bij bet korps genietroe
pen te Utrecht bestaat gelegenheid
voor drie jongelieden van 16 tot 18
jaar om te worden opgeleid tot korp.
en «erg. bij de ind. genietroepen.
Men moet zich verbinden voor t en
jaren, waarvan dr e in d.erist bij
bet korps genietroepen in Neder),
te volbrengen. Bij het aangaan van
de verbintenis geniet men eene gra
tificatie van f 50. Als men na drie
jaren naar Indië vertrekt, ontvangt
men eene gratificatie van f 300. Ge
gadigden behooren zich tusacben 1
eu 20 Maart a. s. aan te melden bij
een der plaatselijke of garnizoens
commandanten of bij den comman
dant van bet korps genietroepen te
Utrecht.
Een dokter schrijft in de figaro,
dat iemand, die influenza gehad
beeft en die, zijn vertrek verlatend,
op straat gaat, in den regel weer
instort. Het feit alleen, dat bij den
grond heeft aangeraakt, schijnt vol
doende te zijo. De dokter herinnert
dat onze voorouders, wanneer er peBt
woedde, groote vuren aanstaken tot
zuivering van den dampkriDg; hij
raadt nu aan den grond te dienken
met water, waarmee antiseptische
«tcffen zijn vermengd.
Volgens prof. Weber te Halls is
de oorzaak vau de influenza een
PMUILLHTO N.
Schets van ERNST VON WALDOW.
2)
(Slot.)
Ea daar kwamen nu de jonge vroolijke dames en heeren
en verstosrden het gewichtig oogenblik. Jette trad eerbiedig
zij het dan ook met een zucht, achteruit. Mademoiselle
Marguérite glimlachte verlegen en zeide iets van een grapje,
dat zij bad willen hebben, maar waaraan ze toch met
geloofde.
Melanie vroeg zeer ernstig naar den inhoud der schalen
en of zich onder de symbolische knipsels ook de doodkist
bevond, dien men bij zulke gelegenheden placht bij te
voegen. Toen mademoiselle de vraag toestemmend beant
woordde, ging het meisje eene rilling door de leden.
Franz merkte dat op en verklaarde dat bij alleen dan
bet spel zou veroorloven, wanneer Melanie hem wilde be
loven, de zaak niet ernstig op te vatten.
Zij beloofde dat.
Voor oniDgewijden zij hier opgemerkt, dat men om het
orakel op Sylvesteravond te ondervragen, verschillende pa
pieren knipsels onder geheel aan elkander gelijke schaaltjes
of schoteltjes verbergt.
Altijd zijn daarbij een ring en een bruidskrans, welke
verloving en huwelijk beteekenen; een doodkist beduidt na
tuurlijk dood, terwijl groote eu kleine medicijnflescbjes
groote en kleine ziekten beteekenen. Geldgebrek wordt door
een ledigen, rijkdom door een vollen geldbuidel voorspeld;
een gebedenboek beteekent dat men niet trouwen zal, een
gescheurd bandje dat men gaat verhuizen, groote en kleine
korenaren dat men een rijken of een mielukten oogst zal heb
ben. Natuurlijk kan men bier zelf nog veel voorwerpen aan
toevoegen en dezen een beteekenis toeschrijven. In vele
streken legt men slechts vier knipsels onder da schoteltjes
een ring, een wit bandje, een koperen muntstuk en een
rozenkrans, die achtereenvolgens huwelijk (bij gehuwden
de geboorte van een kind) een verandering van woonplaats,
geldverdienen en dood beteekenen. Keeren wij na deze
kleine uitweiding, tot ons gezelschap terug!
Franz trad nu met ernst en waardigheid naar de tafel
toe, riep de aarzelende Jette bij zich en verzocht baar en
zjjne zuster een der schoteltjes aan te wijzen, daar Jette
toch omdat zij reeds bezig was toen men kwam het eerste
recht bad.
De lange Jette gehoorzaamde en ook Melanie tikte, boe-
wel aarzelend, op een der schoteltjes. Daarop wendde zij
zich echter spoedig weer af. Franz lichtte het schoteltje
van Melanie omboog en schrikte niet weinig, toen hij daar
onder een zeer zuiver uitgekaif ten soldatenbelm vond, voor
zien van een bruidskrans. Nu zijne zuster zoo bijgeloovig
bleek te zijn, moest dit teeken den officier gunstig wezen
en, daar meisjesgrillen zooals bekend ie, onberekenbaar zijn,
zou dit teekeu wel eens den doorslag kunnen geven bij de
zoo moeilijk geworden keuze. Walther, de edele, goede
jongen die Melanie zoo innig liefhad, liep dus gevaar het
tegen den officier te verliezen dat mocht met zijnl
Snel besloten verwisselde Franz behendig de voorwerpen,
die Melanie en Jette gekozen hadden en eerst toen de
beid8 bijgeloovige vrouwen, meesteres en diensimaagd, er
de handen naar uitstaken, bemerkte hij, dat Melanie nu
een grooten medicijnflesch gekregen bnd. Dat betcekende
weliswaar eigenlijk ziekte, maar was toch bete: dan de
bekranste helm, die nu de lange Jette vriendelijk toelachte.
Thans deden ook de anderen een keus en de arme Stei-
nau was dubbel ongelukkig, want hij trok den noodlottigen
doodkist, terwijl Walther een grooten geldzak trok. Franz
bad een buis gekregen eu mademoiselle Marguérite eeu
gebedenboek, dat zij met een weemoedigen glimlach be
schouwde.
Onder scherts en gelach keerde men in den talon terug
en terwijl Franz den luitenant in een gesprek over krijgs
kunst, fortificatiën, en een mogelijken oorlog tusschen Frank
rijk en Dnit8cbland wikkelde, trachtte Walther zijne bijge
loovige nicht te bewijzen, dat waaneer men een dokter als
minnaar had, het geheel wat anders dan ziekte beteekende,
waDneer men op Sylvesteravond een medicijnflesch trok.
Wel schudde de kleine bij dien koenen aanval de blonde
lokken onwillig uit het blozend gezichtje en wilds zij het
gesprek afbreken en opstaan, maar een blik op bet uit-