POLITIEK OVERZICHT.
dig genoeg leveren. Maar er moeten in
Holland nog wel anderen bestaan, die
nog niet met Portugal werken. Ingelegde
vruchten en eetwaren van hollandschen
oorsprong komen weinig voor, maar val
len zeer in den smaak, daar ze niet zoo
scherp zijn als de engelsche.
„Er is dus thans eene goede gelegen
heid nieuwe artikelea in Portugal in te
voeren en daarvoor propaganda te maken."
Aan den in de Haarlemmer
meer opgeworpen Slaperdijk komen thans,
volgens de Amst. Ctgeen verzakkingen
meer voor. Eerstdaags zullen de werk
zaamheden hervat worden, om nog langs
ééne zijde van den dijk ongeveer 700
meter zandkisting te maken.
Naar het 55/. meldt, zal te
Amsterdam in het voorjaar van 1891
eene tentoonstelling gehouden worden
ter bevordering der photographic.
Deze tontoonstelling zal internationaal
zijn en wordt ondernomen door de bei
de nederlandsche Vereenigingen van
amateur-photografen „Helios en „A.
F. V."
Eene internationale tentoonstelling op
dit gebied is sedert 1877 niet in ons
land gehouden. Toen had zij plaats in
de lokalen van „Arti" te Amsterdam
zij maakte veel opgang en werd o. a.
door den Koning bezocht. Daar de pho-
tographie sedert dien tijd zeer is voor
uitgegaan, zoowel uit een technisch oog
punt, als wat de kunstopvatting betrelt,
belooft deze tentoonstelling zeker de
vorige ia alle opzichten te zullen over
treffen.
Men meldt uit Amsterdam
In de heden gehouden gemeenteraad»
ziiting is het voorstel-Heineken c. s. tot
opheffing van de theologische faculteit
aan de gemeente-universiteit, wederom
wegens onvoltallige opkomst der leden
op voorstel van mr. Treub, aangehouden
tot eene volgende zitting. Aangenomen
werd een voorstel van B. en W. om .in
de bestekken der gemeentewerken eene
bepaling op te nemen, die den werkge
ver verplicht zijne werklieden te verze
keren tegen ongelukken.
Evenals Par ij s en Londen,
heeft ook Amsterdam tegenwoordig een
straatastronoom. Hij staat met zijn 10
voets telescoop schuin vóór het „Bible-
hötol" en laat voor 10 cent een „stukje
van den hemel" zien.
Als een niet al te vaak voorkomend
verschijnsel mag geconstateerd worden
dat 20 Januari, jl. des avonds een don-
derbuitje over Amsterdam trok met vrij
fel licht en althans één hoorbaren slag.
Met de overkapping van
het bij het station te Wormervcer nieuw
aangelegde perron zal eerstdaags worden
aangevangen.
Op Tessel zijn reeds nu kie-
viten gezien in een der polders, hetgeen
zeker vijf a zes weken vroeger is dan
andere jaren. Onder de duinen moeten
de leeuwerikken er reeds lustig op los
zingen, hetgeen anders vóór Vrouwen
dag zeldzaam voorkomt.
Van het te Schiedam t e h u ijs
behoorende barkschip Neerlands Vlag,
kapitein D. J. Brouwer, wegens muite
rij onder de equipage in de haven van
Nieuwediep binnengekomen, zijn negen
schepelingen wegens poging om te deser-
teeren door de politie te Helder opge
vangen en achter slot en grendel ge
bracht, terwijl een tiende wist te ontsnap
pen en nog niet is opgespoord. Een
gerechtelijk onderzoek zal worden inge
steld.
Te Hellevoetsluis, van waar,
naar wij meeneu, de eerste berichten
omtrent het heerschen der influenza in
ons land kwamen, neemt de ziekte goed
af; er deden zich daar pl. m. 1000 ge
vallen voor.
Woensdagmorgen is door
den Centraaltrein die uit Utrecht naar
Amersfoort vertrekt, tusschen station Dc
Bildt en Soest, een ploegbaas dier maat
schappij overreden.
In den nacht van Zondag op
Maandag is te Utrecht eene zekere mej.
Z., woonachtig aan de Kromme Nieuwe
Gracht, in een aanval van ijlende koorts,
aan welke zij, met daarmede gepaard j stuk; schol 6
door haren echtgenoot werd bemerkt, en
dien verbijsterden toestand in den
kelder terechtgekomen. Zij schijnt daar
de waterpoort, uitkomend aan de gracht,
te hebben geopend, althans men heeft
den volgenden morgen haar lyk uit die
gracht opgevischt.
Aan het postkantoor te
Kampen zijn, behalve de directeur, alle
geëmplooieerden, alsmede twee der post
boden, lydende aan „influenza".
Tot aanvulling van het be
richt uit Maastricht in ons vorig nom-
mer dient nog: By onderzoek is geble
ken, dat het schot (in een coupé van
den trein uit Brussel) was gelost door
een reiziger, die aan een ander zijne
revolver had laten zien, en dat dit wapen
daarbij door toeval of onvoorzichtigheid
was afgegaan. Aan kwaadwilligheid was
niet te denken.
Men schrijft uit Lage Zwa-
luwe dd. 20 Jan.:
Een inwoner alhier had een reisje
naar eene naburige stad gemaakt. Des
avonds op weg naar huis zijnde, wilde
hij, naar 't schijnt, nog gaarne iemand
spreken. Daartoe verborg hij zich in een
leeg varkenshok nabij hare woning. Hij
verwachtie zeker, dat bij daar zou wor
den opgezocht. En dat gebeurde ook.
Echter niet zooals hij dat dat verlangde.
Wat toch was 'tgeval? De vader des
huizes had zekere plaats te bezoeken in
de onmiddellijke nabijheid van 't varkens
hok. Daar hoort hij eenig geritsel. Hij
luistert en komt nader. Zouden dat ratten
zijn? Zaohtjes opent hij de deur van
't stalletje. Alle3 is stil. Daar vindt de
eigenaar van 't hok een paraplu, raapt
haar op en tast er in de duisternis mede
rond. Daar stoot hij tegen een mensch.
Hu, zeker een dief! Fluks 't deurtje toe
(onze huisvader dacht zeker„je zit daar
juist, waar je thuis behoort") en om hulp
geroepen. Maar ja wel, de onbekende
bezoeker, onaangenaam verrast wierp
zich met kracht tegen de deur, die open
sprong, gaf zijn tegenstander een slag in
't gezicht en poetste de plaat, met ach
terlating van genoemde paraplu en
een kolpssalen peperkoek, vaar van al de
huisgenooten, dienzelfden avond nog, recht
hartelijk smulden.
Te Assen worden pogingen
aangewend om een oefeningsterreiu te
verkrijgen voor het garnizoen van het
garnizoen van het 2e reg, inf., dat al
daar zal worden ingedeeld Er is ean
terrein van ongeveer 10q H. A. noodig.
Het plan bestaat, dat de infanterie uit
de noordelijke provinciën jaarlijks des
zomers alhier oefeningen zal houden.
Bij het instr.-bat. te Kampen zijn
1889 in dienst gesteld 323 jongelingen,
waarbij 6 tamboerster verdere opl,
werden van de school te Nieuwersluis
en de iustr. comp te Schoonhoven 42
vol. bij het instr.-bat. overgepl.
Een landbouwer in de frie-
sche gemeenten Hemelumer Oldephaert
en Noordwolde zou met een oud ver
roest geweer op een troep wilde ganzen
schieten 't geweer barstte on de schieter
kreeg de volle lading in zijn gezicht.
Alweer een bewijs hoe gevaarlijk het is
met verroeste geweren te schieten.
Te Groningen heeft deje-
never weder een slachtoffer geëischt. Na
ruim 8 deciliter jenever achter elkaar
gedronken te hebben overleed een werk
man binnen weinige oogenblikken.
visch 18 a 26 en schelv. (sloepen)
f 32£ a 35 per groot honderd.
Financieele Mededeelingen.
Het weekblad van Broekman en Hon-
ders bevat o. a. de volgende opgave van
minder courante of incourante fondsen,
in de week, tot den datum van 21 Ja
nuari loopende, door hunne tusschen-
komst verhandeld:
Aand.Am8terdamsche Li-
quidatiekas a 162% pCt.
Aand. Mpij totexpl.van
„De Brakke Grond" 92%
Aand. Naaaal. Veunoot-
schad Handelskade „110
Aand. Ned. Bouw-Mpij 215.
Aaud.Comm. V ennootsch.
tot expl. van het „Vlie
gend Blad" 104X n
Aand. DeliLangkatTab.-
Maatschappij 1886 245
Aand. Ned.-lnd. Gas-Mij
te Rotterdam 104%
Aand. Rotterd. Deli-Mpij 115
Aand. Kon. Ned. Locaal
Spw.Mij te Apeldoorn „18
Opricht.-Aand.Kon. Ned.
Paketvaart-Mpij 54jf.
Opr.-Bew. Ned. Aoierik.
Stoomvaart-Mpij 40.
Aand.üosterstoomtr.-Mij 80% n
Aand. Stichtsche Tram-
way-Mpij 125
Aand. Gooische Beetwor-
telsuikerf. te Naarden „14
Aand. Ned. Stoombleeke-
rij te Nijverdal130X
Aand. Twentsche Stoom-
bleekerij te Goor 150
Oolig. Natura Artis Ma-
gistra 100}£
Cert. Phil. Bank Hope
Co.c c.Lr. A Rest. bew. 4|.
Aand. Bergbau Gesell-
8chaft Holland Serie A „153
Aand. Idem Idem Serie B „155
Aand. Actien Gesellschaft
„Prins Leopold" 91
Aand. Ned. Assurantie-
Compagnie a lob n
in werkelijkheid 93 millioen
zal zijn.
Maandagmidiag was het gerucht ver
spreid, dat do Paus overleden was. Doch
dit gerucht is onwaar. Leo XIII heeft
Woensdag nog verscheidenen bischoppen
ten gehoore ontvangen.
De Hamburgische Correspondenz, spre
kende van de arbeidstaking der kolen-
werkers en stokers, zegt dat de meeste
kolen werkers en stokers, die te hunner
vervanging uit Antwerpen waren geko
men, weder vertrokken zyn en door de
werkstakers ruim voorzien werden van
levensmiddelen. Het vertrek is rustig ir
het werk gegaan.
Naar gemeld wordt, zouden te Ham
burg 30 man uit Stettin aankomen,
die door de stoomvaartmaatschappij wa
ren aangeworven.
Van Marokko wordt gemeld, dat
het eindelijk den pacha van Arjona ge
lukt is drie oproerige stammen ten on
der te brengen, wier aanvoerders ont
hoofd zullen worden.
Eenige stammen, uit den omtrek van
Fez, die opgestaan waren, hebben boden
naar den keizer gezonden om genade te
smeeken.
De spaaasche gezant heeft van den
keizer verlof ontvangen te Arzilla een
consulaat to vestigen, wat aan de ver
tegenwoordigers der andere mogendhe
den geweigerd is.
Het vaak uitgestelde manifest der
republikeinen in Portugal is ten laatste
verschenen. Volgens de Times is het van
geen beteekenis en beeft het te Lissabon
niet do minste aandacht getrokken. Het
stelsel dat er in verdedigd wordt, is, dat
de monarchie door een republiek moet
worden vervangen en dat deze laatste
een poging behoort te doen om alle
latijnsche rassen tot éen boud te ver
eenigen. Intusschen schijnt onder rassen
het spaaasche niet begrepen van
Spanje wordt niet gerept, wat met het
oog op de geringe toeneiging der Por-
tugeezen tot hunne buren niet te ver
wonderen is.
Uit Lissabon wordt aan de Standard
geseind dat er eene reactie tegen de anti-
engelsche opwinding merkbaarj begint
te worden. De kamer van koophandel
te Lissabon heeft geweigerd aan het
boycotten der Eugelschen mede te doen,
nadat verscheiden leden hadden betoogd
dat Portugal niet plotseling aan Enge
land op handelsgebied don oorlog kan
aandoen, zonder daardoor zijn eigen handel
te ruïneeren.
De Daily News verneemt uit Lissabon
dat do minister van Buitenlandsche
Zaken den engelscben gezant de verze-
heeft gegeven dat de regeerin<
weten tc verhoeden dat de volks-
oversla tot geweldpleging. Des
verhinderde Maandag de be-
der stad Setubal eene engelsche
te schepen,
zoodat de eigenaar der visch zich ein
delijk genoopt zag een spaansch schip tc
charteren
De commissie der italiaansche Kamer
voor de begrooting vindt, naar men zegt,
de voorstelling van den minister van
Financiën omtrent het tekort te gunsti
VISSCHÊSIJ.
IJ m u i d e n, 21 Jan. Heden kwamen
van de kordvisscherij binnen de loggerskerin;
V L 94, 117, 111, 86, 72 en 110 met'zal
besomming van ƒ208 tot 326, de woede
smaeks O 59 met besomm. van 173,niettemin
IJ M 19, 18 en 21 met besomm. van volkin^
ƒ146 tot ƒ193. Van de beug visscherij j bark eene lading visch
de sloepen P R 44 met 3200 schelv., M
D 3 met 1300 schelv., M D 2 met 1100
schelv., M D 15 met 2100 schelv., M D
10 met 40 lev. kabelj., 140 doode id. en
2200 schelv., M D 17 met 100 lev.
kabelj., 200 doode id. en 2500 schelv.
De prijzen waren als volgt: Tarbot ƒ8
14, gesort. tongen ƒ0.70 a 0.90 peri De voorzitter der commissie zegt in het
a 17 per 50 kilo; lev.verslag, dat hij aan zijne medeleden heeft
Wetgevende Maoht.
EERSTE KAMER.
Staatsie g rooting.
Algemeene beschouwingen.
Blijkens het Voorl. Verslag der Eerste
Kamer, konden in de afdeelingen onder
scheidene leden zich niet ontveinzen, dat
van de beloften, door de Regeering bij
haar optreden en later bij de openings
rede afgelegd, nog slechts uiterst weinig
was vervuld. Behalve de ministers vau
Justitie en Waterstaat, hadden de tegen
woordige ministers over het algemeen
geen grootcalthans geen vruch'bare
werkkracht geopenbaard. Men wees op
den tragen gaug van zaken. Andere
leden weerspraken deze beschouwin
gen. Verscheidene leden waren teleur
gesteld over het weinige uitzicht op
betere verdeeling van lasten en bereid,
mede te werken tot een b-'tere regeling
van de verhouding tusschen rijks- en
gemeen te-financiën, vooral met het oog
op den toestand van het platteland.
Eenige leden wilden een evenredig deel
der accijnzen aan de gemeenten toege
kend zien in verhouding tot het zielen
aantal van ieders bevolking, met terug
neming van de uitkeering van het per
soneel
Werd b. v. de helft van de accijns op
het gedistilleerd en den wijn aan de ge
meenten uitgekeerd, dan zouden de be
staande misstanden grootendeels uit den
weg worden geruimd. De vermiudering
der rijksinkomsten zou kunnen gevonden
worden door een belasting op het inko
men of op het roerend goed. Verhoo
ging van opcenten op de grondbelasting,
het hoofdbestanddeel der ministerieele
regeling, wa3 slechts een onvoldoend
palliatief. Kon de Minister thans het
tijdstip bepalen van de indiening der
toegezegde regeling Sommige leden con
stateerden, dat de Regeering nog niet
tot definitieve regeling van het kiesrecht
wenscht over te gaan. Zal zij dat on
derwerp dan laten rusten totdat de ver
kiezingen in 1891 zijn atgeloopen en
men tegen verrassingen op het laatste
oogenblik gevrijwaard zal zijn Andere
leden z uden in bestendiging der nood-
regeling alleen kunnen berusten, als
andere gewichtige zakeD, b. v. de defen-
8ieregeiing, moesten worden afgedaan.
Eenige leden wilden de voorbereiding
der regeling van de administratieve
rechtspraak aan een staatscommissie zien
opgedragen.
Hooge Collegiën.
Bij hoofdstuk II verwonderden eenige
leien zich, dat onze Regeeriug zoo zel
den het initatief neemt, om vereerende
gaande influenza, lydende was, uit haar kabelj. 2.50 a 2.90, doode id. 1.25 voorgelezen, dat het tekort, hetwelk onderscheidingsteekenen tóe te kennen'aan
slaapkamer geloopen, zonder dat zulks'a 1.55 per stak; schelv. (sloepen) zand- door den minster op 74 millioen is1 redders van schipbreukelingen, djo bui
tengewone en beleidvolle plichtsbetrach
ting hebben getooni.
Buitenlandsche Zaken.
Er werd op aangedrongen dat de
Mem. v. Toel, voor hoofdstuk III voort
aan weer een overzicht bevatte van den
stand der verschillende vraagstukken van
internationalen aard, waarin Nederland
is betrokken. Men vroeg of de gekozen
scheidsrechter in zake het geschil over
de grensregeling tusschen Nederl. en
Fransch Guyana reeds kon worden ge
noemd Of er uitzicht bestaat op op
heffing der nieuwe moeielijkheden bij
veevervoer naar engelsche havens, waar
toe onzerzijds geen aanleiding blijkt ge
geven te zijn Men drong bij den
Minister aan, den wensch van zijn ambt
genoot van Waterstaat bij Pruisen te
steunen, in zake het verboogen van den
overlaat in den ouden Rijnmond. Er
werd op aangedrongen om zooveel mo
gelijk Nederlanders tot consuls te be
noemen. De vreemdelingen zijn niet
altoos de beste voorlichters. Hulde werd
gebracht aan den oud-consul Heemskerk
voor zijn onverplicht ingediende nota's
ovc-r China. Sterk drongen verscheiden
leden aan op aanstelling van den nieu
wen beroepsconsul in China, te Swatow.
Voorts vroeg men inlichtingen of de
Regeering bedacht is op de cholera-ver-
spreiding van Mesopotamië naar Perzië.
Is het lid in den Intern, gezondheids
raad te Constantinopel, dat Nederland
vertegenwoordigt, van de noodige in .truc-
tiëu en middelen voorzien, of zou de
Regeering daarin niet alsnog voorzien r
Binnenlandsche Zaken.
Een beter toezicht op de naleving der
Drankwet werd aanbevolen om den
clandestienen verkoop tegen te gaan, ook
uit billijkheid tegenover de vergunning-
bezitters. De bezwaren van wijziging
van art. 2, al. 3 der Drankwet kwamen
aan eenige leden overwegender voor,
dan die, van de bestaande regeling on
dervonden.
De wijze van regeling der 10-jarige
volkstelling vond bij verscheidene leden
ernstige bestrijding. Men betreurde, dat
afgeweken was van de vroegere me
thode. Men betreurde ook. dat in Neder
land omtrent lijkverbranding minder
vrijgevige wetsbepalingen blijven ge
handhaafd dan elders bestaan. Verschei
dene leden achtten het geld, besteed tot
wering der besmettelijke vlekziekte onder
de varkens, als weggeworpen, op grond
van de toepassing der maatregelen.
Opheffing van eene of meer rijksuni
versiteiten werd door enkele leden voor
gestaan, door anderen bestreden. Som
mige leden wenschen, wat het afnemen
der practische arts-examens betreft, terug
te keeren tot den toestand vóór 1865
en aan den doctoralea titel het recht te
verbinden tot uitoefening der praktijk.
Men vroeg naar den stand der over
wegingen omtrent, een nieuw gebouw
voor Ethnografisch Museum te Leiden»
Eenige leden wenschten met behoed
zaamheid en matiging toepassing van
het voornemen der Regeering om onver
mogende jongelieden van uitnecaenden
aanleg kosteloos toe te laten tot de
Rijks hoogere burgerscholen, teneinde
„het geleerd proletariaat" niet in do
hand te werken. Vereenvoudiging
van het eindexamen H. B. S werd zeer
ge wenscht; het moest een schoolexamen
worden. Eenige leden drongen aan op
onbekrompen steun voor particulier am-
bachtsonderwijs en meisjes-industrie
scholen. Anderen meenden, dat eene
nieuwe wet M. O. meer rekening moest
houden met het technisch onderwijs. -
Van aanstelling van landbouw-leeraars
verwachtte men niet veel. De verbetering,
aangebracht in het zeevaartkundig onder
wijs, werd dankbaar erkend.
Eenige leden hoopten op eerlijke en
milde uitvoering der Schoolwet met be
trekking tot alle onderwijs. In een af-
deeling vroeg men of in een katholieke
streek, waar een uitnemende biz. school
is, die voortaan zal worden gesubsidi
eerd, waar enkele niet katholieke ge
zinnen (of omgekeerd) zijn, de kinderen
uit die gezinnen van overheidswege
onderwijs zullen ontvangen Eenige
leden drongen aan op het herstel van
HOOFDSTUK VII.
De verschrikkingen van een bombardement deden in Parijs de
ellende nog toenemen. Door de pokken en den hongersnood waren
reeds honderden bij honderden van do inwoners gestorveneen
nieuw gevaar begon hen nu te dreigen.
In de eerste dagen waren mevrouw Lemercier en Espérance
doodsbenauwd.
Verscheidene granaten waren in hare onmiddellyke nabijheid
neergevallen en zij durfden het huis niet tc verlaten. Deze vrees
verminderde echter sterk, naarmate het bombardement aanhield en
weldra waren zij aan het ontploffen der granaten gewend, alsof
dio geen gevaar meer opleverden. De dood van Javotte had een
diepen indruk bij de arme Espérance achtergelaten. Zonder het
zelf te weten, had zij altijd bij deze trouwe dienstbode steun en
hulp gezocht, en nu haar vader gestorven en Gaspard zelden thuis
was, gevoelde zij zich zeer eenzaam, en dikwijls had zij raad en
hulp noodig, die niemand haar kon geven. Mevrouw Lemercier,
hoewel zij goed en vriendelijk was, kou haar dien steun niet
ge.7en, want zij had een te zwak karakter, zoodat zij niet in staat
was, iemand te leiden, en Espérance had krachtigen steun noodig.
Langzaam kropen de dagen voorbij. Slechts eenmaal deed een
straal van hoop den gezonken moed der Parijzenaars herleven.
Door middel van eene pjstduif ontving men uit de provinciën
de verblijdende tijding, dat Faidherbe den vijand bij Calais had
verslagen en dat een onbekend generaal te Nnits met tienduizend
man een pruisisch leger van vijf-en-twintig-duizend man had te
ruggeslagen, terwijl Garibaldi te Dijon soldaten wierf.
Lemercier was verrukt over deze onverwachte wending van
de fortuin en zelfs Gaspard, die in den laatsten tijd aan alles
wanhoopte, kreeg weer hoop.
De drie maanden, gedurende welke Gaspard bij de Nationale Garde
had gediend hadden hem meer vau het leven geleerd, dan al die
jaren, die daaraan voorafgingen. De krijgstucht was streng, de
dienst zwaar en bijna alle uitvallen hadden een ongelukkigen af
loop, zoodat Gaspard zich ook aan teleurstellingen had moeten
gewennen; kortom hij was geheel veranderd.
Espérance kwam ook spoedig tot die ontdekking, ofschoon zij
hem slechts zelden zag en zij begreep aldra, dat hij op zijn vader
zou gaan gelijken, meer dan zij ooit gehoopt of verwacht had. Zij
zag echter met angst en vrees den eerstvolgenden uitval te gemoet,
die, zooals allen reeds wisten, spoedig moest worden gewaagd.
Men zou eene laatste poging in het werk stellen; wanneer die
mislukte, dan was alles verloren. Zelfs Espérance, in al hare smart,
gaf meer blijken van vaderlandsliefde, dan zij tot dusverre getoond
had, daarom viel haar het afscheid ook niet zoo zwaar, dat op den
18den Januari plaats vond, want was dit niet de „wanhoopsuitval"
Daar was iets grootscïi, iets bezielends in dien naam.
De tijd viel den angstigen Parijzenaars lang, Espérance was van
oordeel, dat gedurende het beleg geen dag haar zoo lang en ver
velend was toegeschenen. Lemercier kwam des middags thuis met
het bericht, dat een hevige mist de troepen in hunne bewegingen
zeer had gehinderd, maar op het oogenblik was do strijd hevig,,
en het plan was om den vijand uit zijne stellingen tusschen Mon-
tretout en La Marche te verdrijven.
Met dit nieuws moesten zij zich den eersten tijd tevreden stellen
Lemercier kwam niet eer terug, dat toen het bijna reeds donker
was, en tot Espérance's overgroote vreugde was hij niet alleen.
In het schemerlicht herkende zij het uniform van de Nationale
Garde; onder een vroolijken uitroep snelde zij hen te gemoet.
maar eensklaps deinsde zij achteruit en was zij niet in staat hare
teleurstelling te verbergen, want het was Gaspard niet.
Lemercier haastte zieh, den vreemdeling voor te stellen en met
echte fransehe beleefdheid had Espérance dadelijk hare teleur
stelling onderdrukt.
„Neem mij niet kwalijk, mijnheer, ik verwachtte mijn broeder.
Brengt gij ons nieuws?" zij wendde zich tot Lemercier.
Wordt vervolgd.')