NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD. BERICHT. Dinsdag 2» Januari 1890. No. 2015. ïii den Vreemde. S T 0 S N I G tl IV S. F EüILLETON. IN DEN VREEMDE. Ie. Jaargang. DAGBLAD AB0HHIME1I,TSPEIJS: Voor Haarlem per 3 maanden ƒ1.20. Franco door het geheele Rijk, per 3 maanden. -1.65. Afzonderlijke nummer»-0.03. Difc blad verschijnt dageiyks, behalve op Zon- en Feestdagen. Bnreau: Kleine Houtstraat No. 9, Haarlem. 'Felefo©nBla2I!las!»eB, 1S8. ADVERTENTIËN: van 15 regels 50 Cents; iedere regel meer 10 cents Groote letters naar plaatsruimte. Bij Abonnement aanzienlijk rabat. Abonnementen en Advertentiën worden aangenomen door onze agenten en door alle boekhandelaren, postkantoren en courantiers. Directeuren-Uitgevers J. C. PEEREBOOM en J. B. AVIS. Hoofdagenten voor het Buitenland: Compagnie Genérale de T oblie: ie Firangbre G. L. DAUBE §r Co., JOHN F. JONFSSucc., Parijt 31 hit Faubourg Montmartre. g-var» aar-^rr.nr^ MSB Zij, die ui.bh vóór 1 Febru ari a. s. abonneereu hebben recht op het thans loopende feuilleton, van no. 1 af, de schoone roman van Edna Eyall Directeuren-Uiig evers. Gedurende de maand Sept. 1889 zijn door de HaarlemZanavoort Spoorweg- Maatschappij vervoerd 24602 reizigers. Opbrengst reizigers 5575.91-2-. n goederen 545.53. diversen 68.39. Haarlem, 27 Jan. 1890. De heer F. L. Kist alhier, herdenkt heden den dag waarop hij vóór vijftig jaar zijn loopbaan als procureur bij de arrondissement^-rechtbank alhier begon. Yele bewijzen van belangstelling on dervond de hooggeachte jubilaris De heeren mr. Th. de Haan Hugenholtz en mr. N. G. Cnoop Koopmans, maakten hem heden als oudste procureurs bij de rechtbank alhier, hunne opwachting. Het is voorzeker ieders wensch, dat hij nog tal van jaren moge gespaard blijven en dat in zijn gezondheidstoestand, die in ilen laatsten tijd wel wat te wenschen overliet, spoedig eene gunstige verande ring moge komen. Dr. Frederik van Eeden van Amster dam, bekend door zijne hypnotiach-sug- gestieve behandeling van zieken, zal in de maand Maart in het Genootschap Oefening in Wetenschappen" alhier, •eene voordracht houden over spiritisme. Door wijlen vrouwe C. W. Favre, weduwe den heer P. Kikkert, te Delft overleden, is aan het Diakonessenhuis alhier vermaakt een legaat van 500, vrij van successierechten. Nog kunnen wij vermelden, dat aan de 3de afdeeling van den door //Zang en Vriendschap" te houden nafcionalen zang wedstrijd (wedstrijd van uitnemend heid) eene gouden medaille als tweede prijs is toegevoegd. De Maunen-zangvereeniging //Cres cendo" alhier, zal haar 2e winterconcert geven op Maandag 17 Februari e. k. Als solisten zullen daarbij optreden mejuffrouw Van den Berg, uit Rotterdam en de hee ren Emile Blauwaert en J. J. Rogmans. Op dit concert zal o. a. het nieuwe werk van Crescendo's directeurden heer N. H. Andriessen, getiteld „de Stal boef", ien gehoor e worden gebracht. totaal 6189.83|. Zijnde per dag en per kilometer 24.27D De trein van de Holl. Spoor, welke te 10 uur 's morgens uit Amsterdam vertrekt, kwam heden eerst te half 12 alhier aan. Door den hevigen wind wa ren eenige telegraafpalen omgeworpen en op de rails gevallen, zooiat de trein daarvoor moest stoppen en eerst na eene aanmerkelijke vertraging zijn weg kon vervolgen. Darde matinee musicaie-SteünmaR. Waaneer men liet welslagen van een concert zou mogen afmeten naar de op komst, dan zou de matinee musicale door den heer Steenman Zondag gegeven, voor zeker in twee opzichten welgeslaagd mo gen heeten. Niet alleen toch was de op komst flink te noemen, maar het concert zelve behoort weder tot de beste te wor den gerekend, die in uit seizoen hier zijn gegeven. Als medewerkers traden naast den concertgever op de heeren J. J. Rogmans en G. A. Michelsen. De laatste is voor ons geen vreemdeling meer, sinds hij bij een vorige matinee reeds de bewijzen heeft geleverd een ervaren pia nist te zijn, die over een verdienstelijke techniek beschikt. Hij opende met den heer Steenman met sonate Op. 13 van Edvard Grieg. Deze componist schijnt tot de geliefdsten van den heer Stcenman te behooren, daar hij ons reeds meermalen op toonwerken van dezen hoogst muzikalen Noor ont haalde. In de eerste uitvoering van deze sonate vertoonde het tweetal zich in een uitnemend licht; de vooral voor de viool partij niet geringe moeilijkheden werden flink overwonnen. Beter nog konden wij de capaciteiten van den heer Michelsen nagaan in de sonate in F. min. Op. 57 van Beetho ven. Had hij in sommige gedeelten wat meer vuur gelegd, dan zou hij o. i. meer den indruk hebben gegeven de diepten van de werken des grooten meesters te hebben gepeild. De beethovensche compositiën zijn grootendeels Stimmung smmik en 't is de eerste plicht van den vertolker om zijn gehoor in die Stimmung ie brengen, anders verkrijgt men een chaos, die ver moeiend op 'i gehoor werkt en daardoor misschien te veel van 't geduld vergt; we bewonderden niettemin de groote vaardigheid van den heer M,, die vooral in het -presto uitblonk. De heer Rogmans droeg o. a. voor z/A.n die ferue Geliebte" van Beethoven. Het gaat misschien moeilijk om tusschen zang en pianospel hier een vergelijking te maken over de opvatting van het werk van een zelfden meester, maar het kwam ol8 toch voor, dat de ware op vatting meer het deel van den heer Rog mans is dan van den heer Michel sen. Eerstgenoemde deed ons een inniger blik werpen iu de ziel van den grooten meester, en het succes dat de heer Rog mans had was buitengewoon ie noemen, hier kwam men wel in de Stimmung De heer Rogmans onthaalde ons verder op een tweetal zangnummers van Schu bert //Vervlogen Geluk" en „Uchtend- groet". Gaarne hooren wij hem in 't hol- landsch zingen. Zijn uitspraak daarvan toch, overtreft verre die van 'tduitsch. Als extra-nummer gaf' de heer Rog mans //Afscheid" van R. Hol, waarmede hij nog zeer veel bijval verwierf. De matinee werd besloten met een werk voor viool en piano van Franz Ries, mede een eer3te uitvoering. Daar van muntte vooral het //Intermezzo" door geacheveerdheid uit, terwijl het schalksche ffMinuetto" een waardig slot Hollandsch Tooneelgezslschap. 15 VA. Na Nora en Svava, Eva. Niet dat dit laatste een product is van de noorsche school, maar toch hebben we reien het in ééu adem met de beide andere te noemen, want de duitsche schrijver Rï- i ehard Vosz betoont zich zooal geen na-J volger, dan toch doortrokken van den I geest, die Ibsens en Bjornsons werken bezielt. Toch bemerken we in Vosz' toonoel- stuk een afwijking, die, moge zij mis schien niet een natuurlijk verloop van de toestanden geven meer bevre diging schenkt. In dit opzicht heeft zijn werk weder iets met de oude tooneel- literatuur gemeenDe slechten worden gestraft, ofschoon de rechtvaardigen of j althans zij die een meer sympathieke rol j vervullen, niet altijd worden beloond. De inhoud van het stuk komt op het vol- gende neer. Graaf Düren is betrokken in eene associatie tot het ontginnen van een mijn, die schoone resultaten belooft, en hij is zich zoo van den goeden uitslag neming verlokken, zich in 't geheim eenige aandeeltjes te verzekeren. De heuglijke onderneming wordt ten huize van graaf Düren gevierd. De heer Scholier, de predikant, brouwer Hempel, Johannes Hart wig, en eenige anderen, eenigen met hunne ega'szijn tegenwoordig. Er wordt zelfs gedanst en Eva, de aller liefste dochter van graaf Düren, heeft aan Hartwig den eenvoudigen fabrikant, aan wien haar vader groote verplichtingen heeft, den eersten dans gegeven, dien zij toevallig nog open had. Zij is echter verloofd met graaf Eiimar, die onaange naam gestemd is dat graaf Düren zulk /ordinair volk" heeft genoodigd en zeer ontstemd wordt dat Hartwig dien hij haat wegens diens ruwe persoonlijkheid, den eersten dans met Eva heeft. Het bal is begonnen, doch eensklaps wordt de vreugde gestoord door een te legram aan graaf Düren, waarin gemeld wordt dat de veelbelovende onderneming gefailleerd is met 2 millioen schuld. Het blijkt echter dat graaf Düren onschuldig is aan de snoode speculatie. Hartwig, die reeds veel voor den graaf heeft gedaan, zou zijn hartebloed willen geven om den vreeselijken slag van dezen te weren, maar hij, van middelen ontbloot, vermag dit slechts ten deele. Een oproer onder de werklieden, die er hun loon- en spaarpenningen bij in schieten, wordt echter door hem gesust. Elimar heeft een onderhoud met Eva en hij stelt baar voor do keuze haar zich te verwijderen, zij gebiedt het hern maar hij houdt aan en overwint haar Hij perst haar de bekentenis af dat zij zich zoo ongelukkig gevoelt in die armoe dige omgeving en belooft haar een betere toekomst, haar rang en stand waardig, aan zijne zijde en geeft haar een be denktijd van 24 uren. Haar strijd is kort, zij bekent haar man, dat zij haar trouwbelofte heeft ge schonden, dat zij zijner niet waardig is en hij verpletterd, door verontwaardiging en smart, moet ook nog aanhooren, dat zij hem nooit heeft bemind. Zij verlaat hem en zelfs haar kind kan zij ten offer brengen voor de genegenheid die zij Elimar toedraagt. Zij is ten huize van Elimar en ge looft in diens oprechte liefde en trouw, waarvoor zij zoo veel, zoo onuitspreke lijk veel ten offer bracht. Weer is zij alleen, toen een dame bij haar wordt aangediend, die haar de noodlottige tij ding komt brengen, dat zij haar liefde verkwist aan een lichtmis, een verleider, een man zonder eer of geweten. Zij zelf is een zijner slachtoffers en verkiest den dood boven de ellende waarin hy haar heeft gebracht. Zij waarschuwt Eva, voor hem. Deze wreede teleurstelling, deze vreeselijke ontdekking treft Eva als een donderslag. Dat was dus de man voor wien zij zich had opgeofferd, een lage, gemeene ellendeling, die haar heur zielsrust ontnomen hebbende, ook nu haar eer nog wilde ontstelen. Zij roept vader of hem, daar zijn eer niet gedoogt j hem ter verantwoording en als bij op 1 naam draagt van ziju eenige dochter Eva, de Eva-mijn. De aandeelen staan j genoteerd op 13% boven pari en ieder, die eenig geld disponibel heeft koopt eenige aandeelen, zelfs de domino van het plaatje, een zeer rechtzinnig man, j laat zich door deze //wereldsche" onder de schoonzoon van een man te zijn, die tot den bedelstaf is gebracht. Na een zwaren strijd verkiest zij het laatste. Zij schenkt daarna haar hand aan den bra ven, eenvoudigen Hartwig, is eenige jaren m«t hem getrouwd en uit het hu welijk is een dochter geboren. Ijverig arbeidt Hartwig om behoorlijk in het onderhoud van vrouw en kind en van zijne inwonende moeder te voorzien. "Weldra echter wordt het duidelijk, dat Eva zich niet gelukkig gevoelt in deze voor haar drukkende omgeving, te mid den van de ruwe werklieden, die echter om hare goedheid en liefdadigheid zielsveel van haar houden. Ook haar schoonmoeder bemerkt dit, hetgeen tot zeer onaangename verhoudingen aanlei ding geeft; haar houding tegenover haar echtgenoot wordt steeds koeler. Op zekeren dag wordt er aan de deur geklopt. Eva is alleen, zij heeft een voorgevoel, haar hart ontdekt iets in dat kloppen, dat haar met een zoete smart vervalt, langdurig is haar strijd maar haar gebiedende eischen om haar terug te geven wat hij haar heeft ontnomen, met een minachtend spotachtig lachje ant woordt, wil zij hem met het pistool in de hand dwingen. Op zijne besliste wei gering drukt zij af en de trouwelooze valt in 't hart getroffen, neder. Het laatste bedrijf' vertoont ons Eva in de gevangenis. Vier jaren lang heeft zij daar haar misdaad moeten boeten, uitgeteerd door wroeging en smart is het niet moeilijk te zien, dat haar einde nadert. 't Is de dag van haar invrijheidstelling. Doortje, de vrouw van Hempel, komt haar bezoeken en tracht haar op :e beu ren. Ze zullen weder gelukkig zijn, als ze weder te midden harer vrienden is. Maar helaas, zij heeft te veel geleden, het uitgeputte lichaam weigert zijne dien sten. Daar verschijnt Hartwig: zijne liefde voor de ongelukkige heeft den afschuw van vele jaren overwonnen, hij nadert haar, maar zij kan niet dulden, dat de onschuldige zich voor de schuldige zal de verzoeking is haar te sterk, vurignederbuigen, zij sleept haar atgetobt smeekt ze Hem daarboven, dat hij haar lichaam aan zijne voeten, er volgt een niet in de verzoeking leidt, maar de ver- j onderhoud, waarin hij haar vergiffenis leiding doet haar toch bezwijken.//Binnen,scheukt en vol hoop is op een betere roept zij en voor haar staat haar vroe- toekomst. Eva is door de ziekenoppaster gere beminde Elimar. Zij verzoekt hem en vrouw Hempel op een stoel gezet en Naar liet engelscli VAN EDNA LYALL. 12) HOOFDSTUK VIII. Mevrouw Lemercier kon een zucht van verlichting niet weer houden, en Espérance zou haar voorbeeld gevolgd hebbeD, wanneer zij niet terwille van Gaspard zijne inzichten deelde. Zij vroeg nu //Is dan nu alles voorbij //Waarschijnlijk wel," antwoordde Lemercier, //wanneer wij Communisten tenminste het volk niet kunnen aanhitsen, hetgeen zeer te betwijfelen is, nu de opstand van Flourens mislukt is. «Wat zullen die monsters juichenHet is bijna onmogelijk dat Frankrijk zulke voorwaarden aanneemt, nu hare zonen nog leven. Wij zullen Vinoy noodzaken, ons nog eens op het slagveld te brengenWij zullen Trochu toonen, dat zijne bandteekening van nul en geener waarde is, wanneer de kinderen van Frankrijk zijne handelwijze niet goedkeuren Uitgeput en buiten adem, zweeg Gaspard, want ondanks zijne loffelijke voornemens om zich onder degenen te rangschikken, die op verder verzet aandrongen, en een nieuwen uitval wilden wagen, was zijne wond nog lang niet genezen. Lemercier nam deze gelegenheid waar, om zijne grieven ook eens uit te storten. z/En gij hebt den man gevangen genomen, die waarlijk getoond heeft, geestkracht en vaderlandsliefde te bezitten! Wanneer Flou rens er nog was. Wat is er Antoinette?" zyZiet gij niet, hoe gij onzen zieke opwindt? Ga maar weer eens hooren, wat er gaande is, en wacht nog eene week, alvorens gij van mijnheer Gaspard een Communist wilt maken. Houd u nu bedaard, dat is veel verstandiger. Als een gehoorzaam echtgenoot verliet Lemercier het vertrek, en Gaspard deed, wat zijne verpleegster hem aanraadde. Espérance begreep niet, waarom hij zoo droefgeestig voor zich heenstaarde; zij sprak echter geen woord, totdat een klein voorval dit geheim oploste. Iemand ging het raam voorbij, de Marseillaise zingende de wreede spotternij, die juist in dit tijaperk uit de woorden van dit lied sprak, moest een ieder opvallen; toen zij nu opkeek op het oogenblik dat de voorbijganger zong: z/Le jour de gloire est arrivé," zag zij, dat tranen van smart en vernedering Gaspards oogen ontsnappen. Met een bitter gekreun verborg hij zijn gelaat in zijne handen, en nu besefte Espérance eerst goed, hoe vurig Gas pard zijn vaderland liefhad. Het beleg was nu opgehevenmaar eerst in het midden van Februari werden de levensmiddelen goedkooper, en do Pruisen lagen nog steeds voor Parijs, zeer tot ergenis van het verne derde volk. Iedereen begreep, dat de woelingen in Frankrijk nog volstrekt niet teneinde waren, en Lemercier hoopte dagelijks meer op de Commune. Espérance zag zich zeer teleurgesteldzij had gehoopt, dat de tijd van ontberingen nu voorbij zou zijn, in plaats daarvan, werd de toestand iederen dag pijnlijker en kwellender, en Gaspard, die in do moei te volste dagen van het beleg, vroolijk en vol hoop de toekomst had ingezien, was nu öf ontevreden of droefgeestig. Espérance deed zooveel mogelijk haar best, om hare vaderlands liefde te toonen, en de Pruisen te haten, zoodat zij er een groot genoegen in vond, om eene zwarte vlag uit het venster to hangen, en daarmee de vijanden te verwelkomen, die op den eersten Maart hun intocht hielden in Parijs. Zij begon met verlangen den dag tegemoet te zien, dat zij naar Engeland zouden oversteken, waar zij met haar broeder eene veilige schuilplaats hoopte te vinden. Langzaam en naargeestig trokken de dagen voorbij, en daar Lemercier over niets anders dan over de Commune sprak, werd het verlangen naar verandering bij haar steeds sterker, zoodat zij zich reeds voornam om Gaspard te vragen, wanneer zij zouden vertrekken. Nu zijn wond genezen was, zag zij hem zelden; hij was bijna iederen dag uit en kwam dan 's avonds laat eerst thuis; Espé rance meende echter, dat hy de laatste dagen eenigszins veranderd was niet meer zoo neerslachtig; maar toch scheen hy zeer on-

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1890 | | pagina 1