NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD.
7e Jaargang.
Woensdag 29 Januari 1890.
No. 2016.
abohsbkii<:tsee;ijs:
adverteetiéh:
l'eto n.
"IN DEN VREEMDE.
HAARLEM'S DAGBLAD
Voor Haarlem per 3 maandenƒ1.20.
Franco door het geheele Rijt, per 3 maanden. -1.65.
Afzonderlijke nummers- 0.03.
Dit blad verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en Feestdagen.
Bureau: Kleine HoutBtraat No. 9, Haarlem. 'CelefoonnuiBiuer 128.
van 15 regels 50 Cents; iedere regel meer 10 cents;.
Groote letters naar plaatsruimte.
Bij Abonnement aanzienlijk rabat.
Abonnementen en Advertentiën worden aangenomen door
onze agenten en door alle boekhandelaren, postkantoren en courantima.
Directeureii-üitgevara J. C. PEEHEBOOM en J. B. AVIS.
het buitenland: Compagnie Generale de PulliciU bIr angere G. L. DAVbM Sg Co., JOHN F. JONFZI, Succ., Parij» Blbis Faubourg d or.tmir t,rr.
STADSNIEUWS.
Haarlem, 28 Jan. 1890.
Op de gewone zitting van de recht
bank alhier voor civiele zaken, heden
morgen gehouden, heeft de heer mr. Th.
de Haan Hugenholtz een woord gezegd
naar aanleiding van hot 50-jarig jubi
leum van den heer procureur F.L. Kiat
alhier, waarvan wij reeds in ons vorig
nummer met een enkel woord melding
hebben gemaakt.
De beer Hugenholtz, na den jubilaris
oudst procureur in deze gemeente, zeide
ongeveer het volgende:
Het is mij eene behoefte hier hulde
te brengen aan de verdiensten van den
jubilaris van gisteren. Eigenaardiger
zoude het voorzeker zijn wanneer hij
hier op zijn gewone plaatsje aanwezig
was: nu dat echter niet het geval is,
mag een woord van hulde evenmin ach
terwege blijven.
Wie Kist was, daarvan kunnen slechts
weinig getuigen zijne confrères, van wie
de meesten slechts korten tijd met hem
hebben samengewerkt, geen hunner lan
ger dan 20 jaar; daarvan kunnen even
eens weinig getuigen de leden dezer
rechtbank, waarvan de meesten hem niet
langer dan enkele jaren aan 't werk
zagen, een betrekkelijk korten termijn
in verhouding tot het tijdsverloop van
vijftig jaren, maar wel kunnen dat ge
tuigen zijne talrijke cliënten, voor wie
hij een halve eeuw de raadsman en de
vertrouwde vriend is geweest.
Ik breng hier hulde aan den ijver en
de toewijding, door onzen geachten
Nestor betoond, eigenschappen die
hem het recht geven te worden genoemd
een sieraad van zijn vak, ons allen een
voorbeeld ter navolging.
Ik wensch hem toe, dat het hem ge
geven zij, nog vele jaren in goeden wel
stand naar de lust van zijn hart werk
zaam te zijn tot een zegen voor velen
of een welverdiende rust te
genieten in den kring der zijnen.
Nader vernemen wij, dat den jubi
laris door zijne confrères een bij uitstek
fraaie mand met bloemen is aangebo
den geworden.
Omstandigheden, van onzen wil onaf
hankelijk, noodzaken ons het verslag van
de Maandagavond gehouden expositie van
„Kunst zij ons Doel," tot het volgend
nummer uit te stellen.
De heer Stoffel, fabrikant te Deventer,
trad Maandagavond in de bovenzaal „Ver-
eeniging" alhier op met eene voordracht
over land-nationalisatie.
Na het nationaliseeren van den bodem
als vreedzame weg tot oplossing der so
ciale kwestie warm te hebben aanbevolen,
zeide de spreker o. a.Men moet de
arbeidsgelegenheid grooter maken: daar
door zal het loon verhoogd en de winst
van den kapitalist verminderd worden.
In de macht die deze laatste bezit, om
zijn kapitaal te ruilen tegen grondbezit,
ligt de macht om rente te eischen van
het volk.
Van dc gelegenheid tot debat werd
gebruik gemaakt door den heer Mr. W
A. 't Hooft. Deze merkt op, dat land
nationalisatie vele warme voorstandera
vindt, niet zoozeer omdat dezen de zaak
grondig hebben onderzocht, als wel om
dat zij door de verwezenlijking ervan tot
een goeden toestand komen zouden en
felle tegenstanders, niet omdat dezen de
zaak grondig onderzocht hebben, maar
omdat zij gevoelen dat zij door do ver
wezenlijking ervan in een slechten toe
stand zouden komen.
De heer Stoffel heeft ten bewijze dat
de tijden zoo slecht zijn, gewezen op het
groot aantal faillissementen. Maar, zegt
de heer 't Hooft, meestal zijn dio fail
lissementen gevolg va» eigen schuld.
Menigeen, die goed op zijn plaats was
als werkman, is het niet als baas, en
gaat in de laatste kwaliteit te gronde.
De heer 't Hooft gelooft dat de meer
dere publiciteit die er tegenwoordig aan
alles gegeven wordt, oorzaak is dat ons
het pauperisme erger voorkomt dan vroe
ger. Zoo is het ook in Haarlem gegaan
sedert de oprichting van die nuttige ver-
eeniging „Weldadigheid naar Vermogen".
Spreker acht de theorie van land-na
tionalisatie eene inconsequentie. Immers
niet alleen de grondeigenaar, zooals de
heer S. zegt, maar ook de winkelier, de
industrieel kunnen op huDnen stoel zit
tende, de rente zien rijzen. Spr. acht
landnationalisatie een eerste stap op den
weg, die leidt tot dooding van alle
energie.
De heer C. Sorgdrager merkt op, dat
de inleider heeft gezegd, dat eerst na
langen tijd de rente zal verdwijnen.
Maar eerst dan zal de kapitalist zijn geld
aan den arbeider geven.
Waarvandaan moet het geld komen,
dat noodig is om aan de bezitters hun
land af te koopen?
De spreker heeft over 't hoofd gezien,
dat vele millioenen in ons land zijn be
legd in spoorwegen en in stoomvaart
lijnen enz. Er wordt veel geschermd met
cijfers, maar de heer Sorgdrager heeft
onlangs oen betoog van een duitsch
professor gelezen, waarin beweerd werd
dat alle sociale ellende voortkwam uit
het gebruik van zout. Dit was met cijfers
aangetoond.
Men zegt nu, dat de koopkracht ver
dubbelen zal als het loon verdubbelt,
maar men vergeet dat die loonsverdub-
beling ook den prijs van de grondstof
verdubbelen doet. Uitvoerbaar acht de
heer Sorgdrager landnationalisatie niet,
tenzij ze over de geheele wereld gelijk
wordt ingevoerd, wat even ondenkbaar
is, als dat alle menschen zich op een
gegeven oogenblik verbinden om geen
ruzie meer te maken.
De heer Fr. Lieftinckhet woord ne
mende, wil een woord van waardeering
brengen aan meneer Stoffel, die zich
zooveel moeite en studie heelt getroost,
om ons zijne theorie te komen uitleggen.
Wij staan tegenwoordig voor toestanden
die zoo niet mogen blijven, die veran
derd moeten worden. Of de spreker daar
voor den rechten weg gevonden heeft,
durf ik waarlijk op dit oogenblik niet
te zeggen, daar ik geen kans zie zoo
maar dadelijk een oordeel te vellen over
zulk een veelomvattende rede. Maar dat
weet ik, dat elk streven naar verbete
ring, dat met een goed geweten en ge
zond verstand gepaard gaat, te prij
zen is.
Het spijt mij dat u algemeen Btem-
recht zoo hebt vermoord. In de landen
v/aar hot bestaat is het wel geen panacee
gebleken te zijn, maar ik geloof dat het
er daar nog veel erger uit zou zisn,
wanneer er geen algemeen stemrecht waa.
Wij die wat meer hebben dan ande
ren, wij zullen wat moeten afstaan. Zal
dat geschieden door landnationalisatie,
mij is het wel. Maar wat ik niet be
grijp is dat men na een zekeren tijd
van werken, niet meer van zijn renten
kan gaan leven, omdater geen
rente meer wezen zal. Men eet zichzel-
ven dus op.
De geachte voorzitter heeft gezegd,
dat een boer met vrouw en kinderen
kan leven van \<6 bunder grond. Ik
wou dat het waar was. In Friesland
kan een boer dat op 20 bunder (goeden)
grond niet eens.
De heer Lieftinck eindigt met een her
haald woord van dank aan den spreker.
Door den heer Stoffel zijn de opmer
kingen der verschillende sprekers succes
sievelijk beantwoord. Te kwartier voor
12 gaat men uiteen.
Weten en Werken.
Maandagavond zette de heer J. J.
Werner, leeraar aan de H. B. School
met 3-jarigen cursus te Amsterdam, in
„Weten en Werken" de geheimen uiteen
van do spijsverteringawerktuigen van
den mensch en de daaraan verbonden
bizonderheden der voeding.
Te dien einde gat spreker met behulp
van platen, kaarten en een model in
papier rnaché eene voorstelling van het
inwendige des lichaams, vertoonde de
verschillende deelen, inzonderheid maag,
lever,nieren en verdere ingewanden en ver
klaarde op bevattelijke wijze welke rol
deze bij de spijsvertering vervullen. Op
aanschouwelijke en zeer practische wijze
besprak hij daarop de voedingswaarde
onzer gewone levensmiddelen eD, wat
vooral van groot nut was, hij toonde aan
lioe men tegen een vooraf te bepalen prijs
zich een kostrantsoen kon verzekeren,
dat aan de eischen van een voldoende
voeding voldeed. Hij stelde voorop dat
een mensch, om zijn lichaam behoorlijk
in stand te houden, dagelijks noodig heeft
eene hoeveelheid voedsel welke minstens
in zich bevat 118 gram eiwit, 56 gram
vet en 500 gram meelstof. Daarop ging
hij na hoeveel van deze grondstoffen er
in ons gewone voedsel voorkomen en
kwam daarna door eene eenvoudige be
rekening tot de samenstelling van het
begeerde kostrantsoen. Het bleek daar
uit dat lang niet de duurste levensmid
delen de hoogste voedingswaarde bezit
ten; stokvi8ch b. v. b. is zeer rijk aan
eiwit.
Spreker had een aantal exemplaren
medegebracht van een staat, die het ei
wit-, vet- en meelgehalte der verschil
lende stoffen benevens hun gemiddelden
prijs aanwees, welke exemplaren in de
vergadering werden rondgedeeld.
De zeer belangwekkende en hoogst
nuttige lezing van den heer Werner werd
met de meeste aandacht door de talrijke
aanwezigen gevolgd.
Naar uit goede bron vernomen wordt
zal binnen korten tijd eene telephoon-
verbinding tot stand komen tusschen Am
sterdam, Haarlem en Zandvoort.
Men schrijft ons uit Zandvoort:
Voor het kantongerecht te Haarlem
stond eenigen tijd geleden een zand-
voortsclie stuurman terecht, dewijl hij,
in strijd met de plaatselijke verordening,
in het badseizoen had aangelegd voor
de standplaats der badkoetsen.
Ieder inwoner van Zandvoort, die be
lang stelt in den bloei van het dorp als
badplaats, volgde met belangstelling den
gang dezer procedure. Mochten de schui
ten toch straffeloos ankeren vlak voor
de badkoetsen, zoo zou de burgemeester
zeer zeker eene andere plaats voor het
geven van baden aanwijzen, b. v. Nieuw-
Zandvoort, daar het niet is aan to ne
men, dat Z.Ed.Achtb. de verantwoor
ding van mogelijke ongelukken op zich
zou hebben genomen.
Groot was dan ook de blijdschap,toen
de rechtbank, in appèl, den stuurman
veroordeelde, te meer daar het een pu
bliek geheim is, dat de stuurlieden wa
ren opgestookt om verkeerd aan te
leggen.
Hoe nu echter den 22sten Januari
j.l. een advocaat is gevondendie in
eersten aanleg een pleidooi hield, ter
wijl eene volkomen gelijksoortige zaak
in appèl reeds was uitgewezen, baarde
algemeene verwondering.
Het is dan ook niet denkelijk, dat
Z.Ed Gcstr. daarvan op de hoogte is
geweest, zoodat hij de dupe zal zijn ge
worden van zijn onontwikkelden cliënt.
Tot hoofd der school te Zand
voort is benoemd, in plaats van den heer
Jb. Brink, die voor de benoeming be
dankt hadde heer J. F. Schumacher
te Haarlem.
Maandag had te Zandvoort oen droe
vig ongeluk plaats.
Toen omstr eks 2 uur de trein uit
Haarlem, nabij Zandvoort een overweg
passeerde, wilde juist een oude man van
78 jaren, Hendrik van Duin, dc lijn
oversteken.
Door den trein aangereden, werd hij
op eenigen afstand op den grond gewor
pen, en bekwam zware verwondingen.
Eenige uren daarna is hij aan dc gevol
gen overleden.
Men meldt uit Haarlemmermeer:
Een zoontje van v. d. H., bij Half
weg, die voor straf naar Amsterdam
moest loopen, heeft met een kameraad
een uitstapje gemaakt per tram naar
Leiden.
's-Nachts verkregen zij logies, doch
men waarschuwde do politie, die hen van
post tot post weder naar Haarlemmer
meer terugbracht.
Tot geagreëerd klerk ten kantore van
den Rijks-ontvanger te Haarlemmermeer
is benoemd de heer G. Eggink Jzn.
Door den geweldigen wind van Zon
dagnacht op Maandagmorgen, is van
een gedeelte der Chr. School t6 Hoofd
dorp een gevel ingestort. De schade is
vrij belangrijk.
Tot veldwachter te Houtrijk en Po-
lanen is benoemd J. de Vries te Bloe-
mendaal.
Te Sloterdijk heeft men zich Zater
dagavond, terwijl de bewoonster afwezig
was, toegang weten te verschaffen tot
de woning der wed. D. J. Na door
middel van op de tafel liggende sleutels,
in de achterkamer kasten en laden te
hebben geopend, heeft de dief daaruit
ontvreemd eenige gouden en zilveren
voorwerpen, benevens eenig geld, terwijl
bij den terugkeer der bewoonster, de ge
heele kamer vol lag met klcedingstuk-
ken, uit de kasten geworpen.
De politie doet onderzoek.
F
f T
U
Naar het engelscli
VAN
EDNA LYALL.
13)
HOOFDSTUK VIII.
Lemercier had hem eenigszins op de hoogte gesteld van zijne
communistische beginselen, en nu wenschte hij vurig om tegen
woordig te kunnen zijn bij de omwenteling, die op touw werd
gezet. Een ander schrikbeeld had zich langzamerhand duidelijk
voor zijn oogen vertoond; de armoede begon hem te kwellen. Hij
had zich den laatsten tijd te druk met andere dingen moeten be
zighouden om aan geldzaken te denkenmaar hij wist nu, dat
hun kapitaaltje zeer klein was geworden. Waarvan moest hij de
onkosten van den overtocht betalen? Hoe moesten zij in hun on
derhoud voorzien, wanneer zij eenmaal in Engeland waren
Stroomde dat land niet reed3 over van fransche uitgewekenen
Te midden van deze sombere beschouwingen, werd hij door
Lemercier aangesproken, die hem met vlugge schreden achterhaalde.
„De Mabillonjuist de man, dien ik zocht. Onze zaken gaan
zeer voorspoedig, morgen kunnen wij eene uitbarsting verwachten,
waarvan gansch Europa zal gewagen. Ga met mij mede, dan kunt
gij bij ons opgenomen worden." Hij stak zijn arm door dien van
Gaspard, en zij begaven zich met hun beiden naar de Faubourg
St. Antoine.
Ondanks alle stormachtige gebeurtenissen van dien avond, kon
Gaspard het bleeke, verwijtende gelaat van Espérance niet uit
zijn brein verdringen, en ofschoon hij met opgewonden geestdrift
naar de voorstellen van Lemercier luisterde, voelde hij wroeging
aan zijn hart knagen, omdat hij maar al te wel begreep, hoe diep
hij zijne zuster had gegriefd. Espérance sliep dien nacht weinig;
zij maakte zich zeer ongerust over Gaspard. Noch hij noch Le
mercier keerde den volgenden morgen terug, zoodat die dag haar
ontzettend lang viel. Bij wijze van afleiding had mevrouw Le
mercier haar voorgesteld de begraafplaats te gaan bezoeken; het
weerzien van haar vaders graf kon slechts haar smart verhoogen,
en vuriger dan ooit verlangde zij naar krachtigcn steun en raad.
Zij schreide zoo hartstochtelijk, dat hare moederlijke vrienden er
zich ongerust over maakten, en zij verweet het zichzelf bitter, dat zij
zoo onverstandig had gehandeld.
Toen zij huiswaarts keerden, hoorden zij de menschen van een
opstand der Communisten spreken, maar de belichten luidden zeer
verward. Mevrouw Lemercier brandde natuurlijk van nieuwsgie
righeid, daar zij wist, dat haar echtgenoot ook bij die omwenteling
betrokken was, en Espérance huiverde bij het denkbeeld, dat Gas
pard er zich waarschijnlijk ook bij zou hebben aangesloten.
Een ernstig stilzwijgen bewarende, keerden zij huiswaarts. Me
vrouw Lemercier was zeer nieuwsgierig om te hooren wat er ge
beurd was, en zij knoopte daarom een gesprek aan met den portier
van het huis, terwijl Espérance den sleutel te voorschijn haalde
en haar kamer ging opzoeken.
Zij was daar nog niet lang, of zij hoorde voetstappen. Weldra
werd de denr geopend en Gaspard trad binnen, met een bleek en
ontsteld gelaat.
Toen zij hem zag uitte Espérance een kreet van verwondering,
en haar hart klopte sneller bij de gedachte, dat zij nu spoedig zou
weten, of Gaspard ook deel had genomen aan den opstand. Haar
twijfel werd echter spoedig weggenomenhet volgende oogenblik
lagen zij in elk&ara armen, terwijl hij haar met hartstocht in zijne
stem bekende, welk berouw hij gevoelde over zijn gedrag van den
vorigen avond.
Een zware steen viel haar van het hart. Er verliepen eerst
eenige minuten, alvorens zij hot onderwerp aanroerde, waarmede hare
gedachten zich den ganschen dag hadden beziggehouden, en zij
hem durfde vragen, wat er dien dag gebeurd was.
Met een gebaar van afgrijzen, wendde hij zich van haar af.
„Vraag niet naar de bizonderheden; het ia te afschuwelijk. Le
mercier deelde mij gisteren mede, dat er waarschijnlijk eene groote
revolutie zou plaats vindenhij had mij reeds half voor zijne be
ginselen overgehaald; zij zijn in theorie wel mooi, en vooral gis
teravond toen ik alle bezinning had verloren, en mij door hun
geestdrift liet meeslepen, stond mijne overtuiging vast, dat ik hen
moest volgen. Toen het echter helder dag was, en ik bemerkte,
dat dio bende meer op een losgebroken troep duivels dan op men-