„Weldadigheid Raar Vsrfflopp"
De Macht der Duisternis.
mjmA ovsBZKsrr.
Koninklijken beseher mer, voor het Ko
ninklijk huis en voor het geheele Vader
land, verklaar ik deze zestiende tentoon
stelling der Algemeene Vereeniging voor
Bloembollencultuur geopend.
De geheele ruimte die de Sociëteit de
Vereeniging kon afstaan, is door de ten
toonstelling van Flora's schoone kinderen
ingenomen. De beide bovenzalen, zoowel
als de groote concertzaal zijn als 't ware
een bloemenzee, die het gansche gebouw
vervult met een schittering van liefelijke
kleuren en zich reeds aan den binnen-
tredenden bezoeker aankondigt door een
lenteverkondigenden geur.
De groote zaal vooral biedt een heer
lijk schouwspel aan. Langs de beide wan
den zijn de hyacinten gerangschikt, aan
de eene zijde reflecteerende in de groote
8piegels,en een rijkdom van kleuren teBtoon
spreidende, waarop het oog blijft rusten
met innig welgevallen. Vooraan in de
zaal bij de deur- een sierlijk bloemperk
van tulpen, in het midden waarvan
prachtige heestergewassen eene hun pas
sende plaats hebben gevonden. Als pièce
de milieu een perk van graszoden,
waarop in sierlijke rangschikking een
rijkdom van bloemen in allerlei variëtei
ten het oog bekoort. Voor de tribune
verrijst een sierlijk halfrond, waarop de
bevallige Amaryllis in eene rijke collec
tie zich vertoont. Op de tribune zelf
vindt men een keur van hyacinten, ge
flankeerd aan alle zijden door groen.
Rechts verrijst uit het groen de mar
merbuste van Z. M. den Koning, be
schermheer van de Algemeene Vereeni
ging voor Bloembollen-Cultuur.
Op de voorzaal is niet minder stof tot
genieten voor den liefhebber van deze
schoone kinderen der natuur. Maar daar
vindt men ze door kunstvaardige handen
gevoegd en geschikt tot keurige kransen,
bruidsbouquetten, bloemkussens en mid
denstukken. Op de achterzaal boeit eene
fraaie verzameling van tulpen, hyacinten,
crocussen en narcissen het oog. En van
uit die zaal heeft men door de groote
openslaande ramen een gezicht op de
groote zaal, dat indrukwekkend schoon
mag heeten.
Neen voorwaar niet enkel de man
van het vak zal in deze kostelijke ten
toonstelling behagen vinden. Ieder die
gevoel heeft voor de heerlijke voort
brengselen onzer schoone natuur, zal
met verrukking eene pooze gaan ver
wijlen en tevens zich een wijle gaanverpoo-
zen te midden van wat zij, geleid door de
kunstvaardige hand des kweekers, in
het aanzijn heeft geroepen. Zoo zal dan
ieder die gevoel heeft voor de jeugdige,
altijd frissche schoonheid der natuur,
niet in gebreke blijven om deze welge
slaagde expositie te gaan zien.
En waar hij dit doet zal zeker bij
hemevenals bij onsde overtui
ging post vatten dat zoolang eene
vereeniging dit kan tot stand brengen,
zij op een krachtig leven mag roemen,
onder de leiding van haren steeds zoo
wakkeren president den heer J. H. Kre-
lage, een man die zijn vak liefheeft en
hoog houdt, met al de kracht die in hem is.
Aan de regelings-commissie eert woord
van hulde te brengen voor de smaak
volle en doeltreffende inrichting van het
geheel achten wij hier niet ongepast.
Wij eindigen met den wensch, dat ook
deze Zestiende Tentoonstelling iets moge
bijdragen tot den bloei der Vereeniging
voor Bioembollen-Cultuur en vooral tot
den bloei van het vak zelf.
de stoutste fantasie uit den naam van
het stuk zou kunnen opmaken. Ziehier
de feiten in volgorde: Verleiding
valsche eed moord diefstal
echtbreuk verleiding moord.
Het ia of de schrijver eene poging
heeft willen doen om den toeschouwer
voortaan van het tooneel te doen wal
gen! De taal is zoo plat als een dra
gonder of een vischwijf maar durft
denkeu.
Is dit dan de toekomst van het too
neel? Zullen dit de stukken zyn, waarin
wij behagen zullen moeten leeren schep-
het O. M. nog mede, dat de moeder van
een pas uit de gevangenis ontslagen jon
gen, zich tot hein, officier, heeft gewend
met de vraag of Z.Ea. niet zorgen kon
dat R. niet meer met haar zoon in aan
raking kwam, omdat die omgang hoogst
verderfelijk voor hem was.
gezien van eene staatscommissie, bestaande markt in 1890 te houden op Woensda
uit opper- en hoofdofficieren van zee- en 23 April a. s.
landmacht, om de Regeering voor tej De gemeenteraad van 'g-Gra*
lichten en van raad te dienen in ge-venhage heeft Donderdag tot directeur
wichtige defensie-aangelegen heden, voor- der gemeen te werk ea, aanvankelijk op
namelijk betrokking hebbende op Neêr-eene jaarwedde van ƒ5000, gekozen den
pen? Waut Tolstöi wordt door de aan
hangers van de nieuwere richting in de
literatuur als een dor baanbrekers aan
gewezen. Neen, duizendmaal neen. Niet
voordat goede smaak en fijn gevoel den
mensch vreemd zullen zyn geworden,
zullen walgelijkheden al3 dit tooneelpro
duet den toeschouwer kunnen boeien.
Die tijd zij nog verre!
Het is wel mogelijk, dat het met de
ontwikkeling en de moraliteit van den
russischeu boer zoo treurig geschapen
staat, als Tolstöi ons in dit stuk wil laten
zien. Maar wij willen zulke walgelijke
diDgen, uitgedrukt in zulke platte taal,
op ons tooneel niet zien. Zoo wij dit
stuk toejuichten zou de consequentie ons
noodzaken, morgen te applaudisseeren
voor de natuurgetrouwe vertolking van
een scheldpartij tusschen vischvrouwen
of van een drinkgelag in het minste der
minne kroegjes in de achterbuurt. En
daarvoor zijn zelfs de toppen onzer hand
schoenen te goed!
Volledigheidshalve vermelden wij, dat
er in het spel veel verdienstelijks was.
De heeren K. Vos en Charles de la Mar,
benevens de dames de la Mar, Van
Ollefen en Kley toonden talent. Maar
zelfs met het tienvoud van dat talent
zouden zij ons niet kunuen terugbrengen
van onze opinie, dat „de Macht der Duis
ternis" hun gezelschap, ten opzichte van
de recette van volgende voorstellingen, in
een slechte conditie heeft geplaatst.
Bij de Vereeniging
hebben zich de volgende personen voor
werk aangemeld
Een voor stalknecht. - Twee voor oppasser.
- Een voor ziekenoppasser. - Vier voor
kantoorlooper. - Twee voor portier. - Een
voor schrijfwerk. - Een voor boekbin
der. - Een voor schoenmaker. - Twee
voor schildersknecht. - Twee voor met-
selaarskecht. - Een voor timmermans
knecht. - Een voor brood bakkersknecht. -
Een voor koper- en metaalgieter. - T wee
voor tuinmansknecht. - Een voor opzich
ter. - Een voor loodgietersknecht. - Zes
voor aardwerken of los werkman. - Tien
voor werkster of schoonmaakster. - Een
voor burgerwaschvrouw. - Een voor
hulpkookster. - Drie voor burgernaai
ster. - Drie voor breister. - Een voor
mangelwerk. - Een voor strijkster.
Particulieren en werkgevers, die van
deze aanbiedingen wenschen gebruik te
makenwordt beleefd verzocht zich
schriftelijk tot het Bestuur der Vereeni
ging te richten, (bus Stadhuis of Doelen),
Het gezelschap Nederlandsche Toonee-
listen uit het theater //Tivoli" te Am
sterdam, directie Charles de la Mar, gaf
Donderdag eene voorstelling in onzen
schouwbnrg.
Op het programma stond die voor
stelling aangeduid als buitengewone
voorstelling". Nu, buitengewoon was zij
inderdaadHet drama van Graaf Tolstöi
dat //de Macht der Duisternis" heet,
geeft den toeschouwer vele ontzettende
dingen te zien, meer nog dan hij met
B* (SlssCKfi t 2*
TE HAAK.LEM
Zitting van Donderdag 20 Maart 1890.
Na de pauze wordt verder behandeld
de zaak van N. de B. in ons nummer
van 28Febr. j.l. vermeld.Die zaak was toen
itgesteld wegens het ontbreken van eene
getuige, M. de W. Deze, sierlijk gekleed,
woonachtig in de Nes te Amsterdam, is
thans verschenen.
Dat de B. een messteek heeft toege
bracht aan R. heeft zij niet gezien,even
min het mes dat hij in zijn handen had.
De broer van deze getuige verklaart,
dat hij op haar geroep om zijn hulp, V.
en B. heeft aangepakt, terwijl de B., de
beklaagde, R. aanviel. Dit sluit volko
men met de verwonding van R. door
de B.
De subs. off. van just, requireert thans
de B.'s veroordeeling, wegens de aan R.
toegebrachte verwonding, tot een gevan
genisstraf van 3 maanden.
Thans wordt tegen Marie de W. ge-
requireerd betaling van de kosten, ver
oorzaakt door haar niet-verschynen op
de dagvaarding van den rechter-commis-
saris en de eerste dagvaarding der recht
bank.
J. P. R., werkman, 20 jaar, Haarlem,
ia beschuldigd zes kippen en een haan
van den landbouwer Feye bij de Schout-
jeslaan te hebben gestolen, of althans weten
de dat de dieren door misdrijf waren ver
kregen, ze uit winstbejag aan de Hout
markt te hebben verborgen. De bekl. is een
neef van den bestolene en staat bij de
politie zeer ongunstig bekend.
Twee dagen later bood bekl. aan een
der getuigeD, Nanninga, kippen te koop
aan.
Dat is waar, zegt bekl., ik had ze go-
kocht van iemand dien ik goed van aan
zien ken. Ik betaalde er 35 ets. per stuk
voor.
De werkelijke waarde is 1.25 k 1.50
per stuk.
Do ambt. van het O. M. requireert
bekl.'s veroordeeling tot een gevange
nisstraf voor den tijd van 1 jaar.
In het requisitoir deelt de ambt. van
Men meldt uit IJmuiden:
Het engel8ene stoomschip Rydalholme
met graan geladen, werd toen het op-
stoomde naar Amsterdam door het
gelsche stoomschip Redruthkapitein
Hodge, aangevaren, waardoor het eerst
genoemde sehip belangrijke schade aan
den boeg bekwam.
Het stoomschip Redrutli werd binnen
gehouden op last van den officier van
justitie, daar de reeder ij dier boot eerst
eene cautie van 40 mille moet stellen,
waaruit men kan opmaken dat de schade
zeer groot moet zijn.
Dit onheil geschiedde op dezelfde
plaats waar het zeilschip Tkorbeclce VII
in den grond is geloopen, namelijk in de
bocht van het kanaal bij Buitenhuizen.
Aan wien de schuld ligt is nog niet
uitgemaakt, maar er wordt beweerd dat
de stoomboot Redruth somtyda slecht
naar het roer luistert.
it i H N SS 1. i>.
De minister van Binnenl.
Zaken brengt voorloopig ter kennis van
belanghebbenden, dat in 1890 de examens
ter verkrijging van akten van bekwaam
heid voor het lager en middelbaar ouder
wijs, zullen worden afgenomen.
in de fransche taal: voor het lager
onderwijs in de maand Augustus, des
noodig ook in het laatst van Juli; voor
het middelbaar onderwijs in de maand
December, des noodig aanvangende in
het laatst van November;
in de engelsche en hoogduitsehe taal
zoowel voor het lager als het middel
baar onderwijs in de maand Augustus,
des noodig aanvangende in het laatst
van Juli;
in de gymnastiek, de landbouwkunde,
den tuinbouw en de houtteelt: zoowel
voor het lager als voor het middelbaar
onderwijs ia de maand Augustus.
Het tijdstip waarop zij, die zich aan
deze examens wenschen te onderwerpen,
zich daartoe zullen behooren aan te
melden, zal nader worden bekend ge
maakt.
Door den minister van Ju
stitie is tot de procureurs-generaal, fun-
geerende directeuren van rijkspolitie, een
schrijven gericht, waarbij voorschriften
worden gegeven ten behoeve der amb
tenaren van politie, voor de richtige
lands kust, havens en stroomen, en de
toegangen uit zee. (N. R. O.)
Het adres van den Neder 1.
Vrouwenbond tot verhooging van het
zedelijk bewustzijn is by de Tweede
Kamer ingediend met 38,432 handtee-
keningen, 18.208 van mannen en 20,224
van vrouwen, uit ongeveer 160 gemeen
ten in oas vaderland.
Behalve de afdeolingen van den Vrou
wenbond en van de Ned. vereeniging
tegen de prostitutie, die het verzoek on-
dersteuadea nauien ook andere corpo-
ratiën aan het peiionnement deel.
Ook het hoofdbestuur van den Nederl.
Militairenbond verleende als zoodanig
zijn Bteun aan de adresbeweging, ter
wijl de beide afdeelingen der Nederl.
W erklieden-vereeniging //Patrimonium"
te 's-Hage en Middelburg hare instem
ming deden blijken.
Volgens den S p or t-A lm anale
zyn er thans in Nederland ruim 350
vereenigingen of clubs, die de onderschei
dene takken van sport beoefenen. Vooral
het wielrijden en onderscheidene engel
sche balspelen vinden meer en meer
voorstanders en worden reeds door meer
dan 100 clubs vertegenwoordigd; doch
ook de oud-vaderlandsehe sport, schaat
senrijden, roeien, kaatsen en kolven,
blijft in eer en worden door ongeveer
140 vereenigingen beoefend.
De commissie, die zich te
Amsterdam gevormd heeft, heeft zich
met een adres tot burgemeester en wet
houders gewend, waarbij wordt medege
deeld, dat zij don onlangs afgebranden I
stadsschouwburg weder op te bouwen
wenscht en dat zij zal trachten de daar
voor benoodigde golden, geraamd op
ƒ900.000, door middel eener geldleening
tegen lage rente bijeen te brengen, ter'
wijl verzocht wordt dat door de gemeente
de rente en aflossing der leening tot een
bedrag van ƒ22.500 'sjaara zal worden
gewaarborgd. Een on ander onder be
paling dat de gemeente aanstonds eige
nares zal worden van het te stichten
gebouw en de commissie dit gedurende
100 jaren van de gemeente zou in ge
bruik nemen, alles op eene wijze, waar
door de stadsschouwburg zou worden
herbouwd, zonder dat daarvoor nieuwe
lasten op de burgerij worden
Men meldt uit Amsterdam,
dat de geneeskundige dienst der land
macht op het terrein der aldaar te hou
den veiligheidstentoonstelliug een opper
vlakte gronds van 460 vierk. meter be
sproken heeft.
Naar het schijnt tengevolge
van het verkeerd plaatsen van een wissol
is Donderdagmiddag trein 112 van Uit
geest dicht bij Amsterdam van het spoor
geloopen, ten gevolge waarvan trein
no. 117 uit Amsterdam ongeveer een uur
te laat te Haarlem is aangekomen en
ook verdere vertraging in den dienst
plaats had. Ongelukken zijn niet te be
treuren.
Uit Amsterdam wordt ge-
gemeld: Naar wij vernemen heeft zich
ook hier ter stede een comité gevormd
om, in aansluiting aan de in het buiten
land bestaande comités, eeue enquête in
te stelleg naar den oorsprong, de uit
breiding en het karakter der laatste
inflaenza-epidemie hier te lande, en naar
de daarbij gevolgde methode van behan
deling.
Een onbekende schonkten
voordeele vaa Geertruida Blommers, die
te Amsterdam bij een brand een kind red
de, nog een gift van 200.
Een 18-jarig jongnaensch
viel bij ongeluk in het ruim van het
stoomschip Spaarndam der N. A. S. M.
en brak de hersenpan. In hoogst beden-
kelijken toestand is hij naar het zieken
huis vervoerd.
De Raad der gemeente Mon-
heer J. A. Lindo, thans directeur der
gemeentewerken te Arnhem, met 23 der
36 geldige stemmen. Op den tweeden
candidaat, den heer J. H. Neiszen, te
Rotterdam, werden 13 stemmen uitge
bracht.
Uit Enschedé wordt ge
meld
Met uitsluiting van vier onruststokers
is het werk aan de Ensehedesche Ka
toenspinnerij hervat.
Bij de in het district Goes
gehouden verkiezing van een lid der
Tweede Kamer (vacature-De Savornin
Lohman) zijn uitgebraeht 2772 stemmen
blanco 39; van onwaard© 31; volstrekte
meerderheid 1357.
Gekozen met 1548 stemmen de heer
mr. L. W. C. Keuehenius. De heer J.
H. C. Heyse had 1153 stemmen.
Omtrent den vermisten No
taris K. te Warga, verneemt men nader
het volgende. Woensdag voor acht dagen
verliet hy 's avonds omstreeks acht uren
zijne woning. Zijne echtgenoote was dien
dag naar Groningen vertrokken, om al
daar een paar dagen bij familie door te
brengen. Toen hij diep in den nacht
nog Diet teruggekeerd was, begonnen de
dienstboden ongerust te worden. Terstond
werden nasporingen in het werk gesteld,
en weidra werd zijn hoed drijvende ge
vonden, wat natuurlijk deed vermoeden,
dat hij in het water zijn dood had ge
vonden. Alle pogingen om het lijk te
vinden zijn tot dusverre tevergeefs ge
weest. Daar hij belangrijke geldsommen
I onder zijn berusting had, verkeeren vele
ingezetenen in eene zeer verklaarbare
spanning.
Eene teJour o wonende we
duwe had een zoon, die als korporaal
bij het indisehe leger diende op Atjeh.
Geregeld werd er briefwisseling govoerd,
doch deze werd plotseling afgebroken,
doordien een brief in de maand Septem
ber van het vorige jaar van hier naar
Atjeh (Segli) afgezonden, ongeopend bij
de familie terug omvangen werd, voor
zien van den stempel //déeédé", en boven
dien van het geschreven woord overle
den. Die tijding was natuurlijk voor de
betrekkingen van don overledene smar
telijk. Men twijfelde niet aan de waar
heid van het doodsbericht, en daarom
werd het overlijden bij advertentie in
sommige nieuwsbladen bekend gemaakt
en ook de gebruikelijke aanzegging ge
daan.
Maar even plotseling als de doodstij
ding, werd thans het levensbericht bij
de familie vernomen. Van den betrok
ken militair zelf kwam een brief, waar
uit bleek, dat hij in blakenden welstand
verkeerde.
handhaving van de wet van 23 Juni
1889 Stblno. 82), houdende bepalin- nikendam heeft, uit aanmerking dat de
ran nonrnrr in rl^n n *«n „IJj:. i.
gen tot voorkoming van bedrog in den
boterhandel.
Naar wij vernemen, kan
voorjaars-koemarkt aldaar dit jaar invalt
op denzelfden dag (30 April) waarop de
hoornsche veemarkt zal worden gehou-
spoedig de benoeming worden te gemoet i den, besloten, de groote voorjaars-koe-
Uit Berlijn wordt vaa 20 Maart ge
meld dat de volgende twee keizerlijke
brieven zijn openbaar gemaakt:
z/Mijn beminde vorst! Met diepe ver
slagenheid heb ik uit uw verzoek van
den 18den dezer maand gezien, dat gij
het besluit genomen hebt, uit de betrek
kingen te scheiden, waarin gy sedert
lange jaren met onovertroffen succes zijt
werkzaam geweest. Ik had gehoopt dat
he t denkbeeld, van u te moeten scheiden,
bij ons leven geen pnnt van overweging
zou moeten hebben uitmaken. Wanneer
ik desniettemin, in het volle bewustzijn
der ernstige beteekenis van uw aftreden,
nu toch genoodzaakt ben my met dat
denkbeeld vertrouwd te maken, doe ik
dit met eeijige droefheid, maar tevens
in het stellige vertrouwen, dat de inwil
liging van uw verzoek er toe bijdragen
zal, uw voor het vaderland onbetaalbaar
leven en uwe krachten zoo lang als
slechts mogelijk is te ontzien en te be
waren. De redenen, door u voor uw
besluit aangevoerd, ©vertuigen mij dat
verdere pogingen, om n tot het terug
nemen van uw verzoek over te halen,
geenerlei kans van slagen hebben. Daar
om voldoe ik aan uwen wensch, terwijl
{Slechts Cornelia merk e het op, hoe bleek en afgemat zij er
uitzag en toen dan ook mevrouw Mortlake het plan opperde om
dien morgen uit te gaan en de noedige inkoopon te doen, waarbij
Espérance haar zou vergezellen, bracht Cornelia hiertegen be
zwaren in.
z/Neen, neen, Christabel, ik weet wat zulke expedities betee-
kenen. Espérance ziet er vandaag niet naar uit om daarvoor de
geschiktste persoon te zijn; waarom neemt gij Bella niet mee?"
//Werkelijk, Cornelia, ondanks uw boekenwijsheid, schijnt gij
Biet veel gezond verstand te bezitten. Die arme kleine tengere
Bella zou mij dus bij zulk een moeielijken tocht moeten verge
zellen en dan nog wel, nadat zij zoo korten tijd geleden van hare
ziekte is hersteld! Ik kan mij niet voorstellen, wat er van een
kind zou worden, dat aan uw hoede zou zijn toevertrouwd. Het
is maar een geluk, dat gij niet gehuwd zijt."
z/Dank u, ik ben het volkomen met uwe laatste opmerking
eens," zeide Cornelia droogjes. //Wanneer Bella er dan niet ge
schikt voor is, zou ik dunkt mij maar alleen gaan."
z/Dat zal ik niet doen. Gij maakt u noodeloos bezorgd over
Espérance. Zij is gezond genoeg en pruilt dan alleen, wanneer er
niemand is, met wie zij kan praten. Maak mij maar niet wijs
dat iemand bij een diner den geheelen avond doorbabbelt en dan
den volgenden dag ziek is."
Arme Espérance! Dat //babbelen" had haar zooveel moeite ge
kost. Zij slaakte een zucht toen zij deze hatelijke opmerking
hoorde, maar daar zij aan het twistgesprek tusechen de beide
zusters gaarne een einde wilde maken, zeide zij zoo luid als het
haar mogelijk was„ik denk wel, dat ik mee zal kunnen gaan
ik dank u zeer, Cornelia, maak u maar niet ongerust."
„O zeker, gij kunt wel, wanneer gij zoo dwaas wilt zijn, zeide
Cornelia, wie het ergerde, dat mevrouw Mortlake het nu toch zou
winnen. „Gij weet zeer goed dat het beter voor u zou zijn om
thuis te blijven. Wanneer gij echter uw morgen wilt doorbrengen
met over den prijs van japonnen en hoeden te hooren onderhan
delen, dan zal ik het u niet beletten." En zij verliet de kamer,
Espérance in treurig gepeins achterlatende: deze begreep dat zij
Cornelia belecdigd had en juist met haar wilde zij vriendschap
sluiten; tevens had zij met hare woorden van zooeven te kennen
gegeven, dat zij het niet onaangenaam vond, Christabel te verge
zellen, alhoewel zij er in dezen toestand vreeselijk tegen opzag.
Deze dag was echter voor haar niet geheel en al een dag van
droevige ervaringen. De laatste post bracht haar een brief van
Gaspard, behelzende het goede nieuws van den vorigen dag hij
deelde haar tevens mede, dat hij de volgende week naar Rilchester
zou komendit was voor Espérance zulk een verblijdend nieuws,
dat zij hare grieven vergat en zoo opgewonden vroolijk werd, dat
Cornelia er half toe geneigd was om van meening omtrent Espé
rance te veranderen en het er evenals mevrouw Mortlake voor
te houden, dat Espérance's ziekte slechts denkbeeldig was.
HOOFDSTUK XXIII.
De deken werd zeer onaangenaam verrast door de medodeeling
van Espérance, dat Gaspard te Rilchester zou komen. Hij was
aan het uiterlijk van Espérance gewend geraakt en in zekeren
zin hield hij zeer veel van haar; maar Gaspard had hem pynlijk
herinnerd aan mijnheer de Mabillon en hij was er zeer afkeerig
van hem weer te zien. Cornelia's voorstel om hem op de pastorie
uit te noodigen inplaats dat hy in een logement zijn intrek zou
nemen, vond bij niemand bijval.
Wordt ver