aan het lokaal van het provinciaal be-'
stuur voornoemd en aan het bureau voor
buitenlandsche paspoorten op den Oude-
zijds Achterburgwal tegenover het Wale-
pleintje te Amsterdam.
Aanwijzing op het terrein te Oud-
Naarden den 17den Mei 1890, des voor
middags te 11 ure.
Nadere inlichtingen kunnen worden
verkregen bij den Hoofdingenieur van
den Provincialen Waterstaat te Haarlem.
zet, hoe zuivere lucht voor de genezing
van borstziekten een hoofdvereischte is.
Krachtig wordt de staat opgeroepen om
mede te werken tot het bestrijden der
ziekte, waaraan zoovele duizenden jaar
lijks te gronde gaan, enz. enz. Al deze
maatregelen zullen meer uitwerken, dan
het vrij doelloos zenden van borstlijders
naar verschillende plaatsen, hoog aange
prezen in alle mogelijke streken.
BINNENLAND.
denkbeeld van den be-
toe, en hoop dat er
De Koning heeft den gepen
sioneerden generaal-majoor jhr. Klerck,
behalve tot opper-intendant der konink
lijke paleizen, benoemd tot Zr. Ms. adj.-
generaal bij 's Konings Militaire Huis.
Tevens verneemt men, dat Z. M. aan
jhr. Klerck den titel van baron heeft
verleend.
De Eerste Kamer der Sta-
ten-Generaal zal eerst in de helft van
Juli terugkomen, o. a. tot afdoening van
het voorstel tot verlenging van den mi
litiediensttijd.
Volgens het blad Colon ie a
atcd India onderhandelen de Regeeringen
van Nederland en Duitschland over een
verkoop van Nederlandsch Nieuw-G-uinea
aan Duitschland. NR. Ct.)
Het bericht in ons vorig
nummer, ontleend aaD de N. R. C. betref-
feude den generaal M. D. van Limburg
Stirum, zegt gen. blad niet juist geweest
te zij o. De generaal is, ofschoon hij se
dert geruimen tijd niet meer kan loopen,
overigens vrij wel, en zijn toestand is
in den laatsten tijd geenszins verergerd.
Het bestuur der „Nederland-
sche maatschappij tot bevordering van
Nijverheid'' heeft zich tot de Tweede
Kamer der Staten-Generaal gewend met
een adres, waarin het verzoekt niet aan
te nemen het wetsontwerp, houdende be
palingen omtrent de heffing van invoer
rechten naar de waarde en de statistiek
van in-, uit- en doorvoer. Hoewel het
bestuur de pogingen der Regeering, om
tot een betere regeling van de heffing
der invoerrechten te geraken, op prijs
stelt, moet het zich ten krachtigste ver
zetten tegen een zoo gevaarlijke proef
neming als de instelling eener oflicieele
prijscourant.
Op de tentoonstelling van
toepassing van wetenschap en kunst op
industrie, welke dezen zomer te Parijs
zal worden gehouden, heeft Nederland
de beschikking aangevraagd over 244
vierkante meters plaatsruimte.
De heeren mr. S. C. H. Nod
burgh, oud-lid in den Raad van Ned.-
Indië te 's-Gravenhage, en J. Spanjaard,
hoogleeraar, directeur der Instelling voor
onderwijs in de taal-, land- en volken
kunde van Ned-Indië te Delft, zijn be
noemd respectievelijk tot lid en voorzitter
en tot lid en secretaris vau de commis
sie, die zal worden belast met het af
nemen van het groot-ambtenaars-examen
voor den indischen dienst.
In de jaarl. alg. vergadering
van de ridderschap van Utrecht, op 1 o
Mei jl. gehouden, is admissie verleend
aanjhr. Gustaaf Willem Joan Hooft,
te Utrecht; jhr. mr. Maarten Jman Pauw,
te 'sHage; en Willem Carel Adrien van
Vredenburch te Utrecht.
Door den heer J. Nord, arts
officier van gezondheid, is eene populaire
voordracht in het licht gegeven. „De
longtering en hare behandeling," met
een plan tot het stichten van een speci
aal in te richten herstellingsoord voor
borstlijders in Nederland. Het best
wordt Ge strekking van des heeren
Nords betoog duidelijk gemaakt door
aanhaling van een gedeelte der voorrede
door den dirig. officier van gezondheid
lste kl. H. J. Wilson, arts, aan de bro
chure toegevoegd. De heer Wilsou
schrijft o.a.:
Duidelijk en voor ieder verstaanbaar
wordt door den heer Nord het gevaar
aangetoond, dat er bij verpleging van
teringlijders, in het huisgezin, voor hun
ne omgeving ontstaat. Ernstig wordt op
het gevaar van met tuberkelbacillen be-
smetto kleederen, beddegoed en voedsel
gewezen. Nauwkeurig wordt uiteenge-
Ik juich het
kwamen schrijver
een tal van menschenvrienden mogen
gevonden worden, die hem hunne instem
ming doen blijken en hunne krachten
willen vereenigen om eene inrichting te
doen verrijzen, waardoor lichamelijk en
moreel lijden zal weggenomen en vele
mensekealevens gered of ten minste ver
lengd zullen worden.
Weder zijn op verschillende
plaatsen in ons land door ingezetenen
brieven ontvangen uit Spanje, alle van
hetzelfde model en onderteekend door een
sennor, zich noemende Anselmo Ruiz
Perez, en waarin deze, thans naar hij
schrijft gevangene te Barcelona, ver
klaart, vroeger in Nederland te zijn ge
weest en in de nabijheid van Dordrecht
een som van 500.000 te hebben be
graven. De ,/gelukkige" adressanten wor
den beleefd verzocht een kleine som over
te sturen, om de onkosten voor het op
graven en van allerlei daarvoor te ver
vullen formaliteiten te dekken, zullende
zij dan een deel van de //schat" tot be
looning ontvangen. In vroegere brieven
heetten die sommen en schatten door
voorouders van de schrijvers in den ne-
derlandschen bodem verstopt. Men be
grijpt natuurlijk waarom het te doen is.
De vermeende schatten zijn echte Cha
teaux en Espagne" en na het herhaal
delijk waarschuwen der nederlandsche
bladen zal de grootste domoor er niet
licht invliegen. Toch is herhaalde ernstige
waarschuwing tegen die zoetfluitende
spaansche vogelaars niet overbodigmen
mocht de vroegere waarschuwingen eens
vergeten zijn, adres aan de tallooze tegen
de beruchte hollandsche kwartjes-vinders.
Naar het Centrum verneemt
heeft de bevoegde autoriteit den conduc
teurs verboden bij aankomst aan het
station Beest te roepen //Beestuit
stappen doch in plaats daarvan dui
delijk verstaanbaar //Station Beest" daar
voor in de plaats te stellen. Ook zal do
uitroep //Dieren uitstappen" om dezelfde
reden worden gewijzigd,
De commissie, die zich ver
leden jaar vormde met het doel een fonds
bijeen te brengen tot verschaffing van
een orgel aan het //Concertgebouw" te
Amsterdam, heeft thans eene verloting
eorganiseerd, waarin alle verkrijgbaar
^estelde 1200 loten 10 per lot zoo
goed als genomen zijn. Indien men echter
bedenkt, dat een orgel, gelijk bijv. in
het //Paleis voor Volks vlyt" geplaatst
werd, f 50.000 heeft gekost, zal er nog
heel wat werkkracht ontwikkeld moeten
worden. Niet minder dan 140 kunste
naars en belangstellenden hebben kunst
werken afgestaan. Daaronder behooren
Josef Israëls, Mesdag, Isaac Israels,
Breitner, Bastert, Apol, Poggenbach,
Tholen, mej. Rooseboom, Nachtweh,
Moulijn, Schipperu8, Hendrik Veder, Ch.
Rockus8en, Van Looy, De Josselin de
Jong, Klinkenberg, Van de Sande Bak
huizen, Therèse en Georgine Schwartze,
Theoph. de Bock, Valkenberg Van Essen,
Oyens, Teixeira de Mattos, enz. enz.
In de Vrij dagmiddag gehou
den vergadering der Hollandsehe Da
mes- zwemclub te Amsterdam werd door
de secretaresse mej. Wijthof verslag uit
gebracht van den toestand der club,
waaruit blijkt dat deze steeds in leden
tal toeneemt. Tot eerelid werd benoemd
mej. E. Kerlen, uithoofde van de vele
diensten door haar aan de Hollandsche
Dames-zwemclub bewezen.
Omtrent de dezen zomer te houden
oefeningen werd bepaald, dat niet alleen
de leden der club, doch alle dames, die
genegen zijn aan de oefeningen deel te
nemen, zich daartoe kunnen aanmelden.
Te Wijk-aan-Zee is op ze
ventigjarigen leeftijd overleden de lieer
C. Sepp, die als doopsgezind predikant
te Westzaan en te Zaandam, later te den gezet, zoodat men Woensdagochtend
Leiden, het evangelie predikte. De uni- het vee uit het water moest halen om
versiteit van Leiden benoemde hem in
1875 tot doctor //honoris causa"in
1882 verkreeg hij zijn emeritaat en
vestigde zich te Amsterdam.
In d e n v o or m i d d a g v a n d e n
Mei 11. vervoegde zich een man, naar
het uiterlijk te oordeelen een weikman,
ten huize van den rijksontvanger te Vrij
enban, voorgevende gezonden te zijn om
het dak op te nemen.
De dienstbode, geen kwaad vermoe
dende, liet den man binnen.
Op het dak zijnde, ging hy ook de
daken der aangrenzende huizen ia oogea-
schouw nemen en op een daarvan het
venster van eene zolderkamer ziende
openstaan, begaf hij zich naar binnen en
maakte zich meester van den inhoud van
eene portemonnaie, bestaande uit ééu
rijksdaalder, één gulden en twee tien
centstukken, welk geld toebehoorde aan
de dienstbode van den heer H. Langs
denzelfden weg keerde de brutale dief
daarop weder terug.
Te Nijmegen doet zich
dert Vrydag bij een löjarig meisje, dat
in den afgeloopen winter in lichten
graad aan influenza heeft geleden, een
geval van //nona" of slaapziekte voor,
Zondag mocht het een geneesheer ge
lukken haar te doen ontwaken, doch na
dien tijd sluimert zij weer.
De gevangenis te 's-B osch is
zóó overvuld, dat er Maandag 10 der
bewoners naar de gevangenis te Roer
mond moesten worden overgebracht.
Tusschen Wageningen en
Oranje Nassau-oord werd Maandagavond
de schipper J. B. uit Opheusden over
reden door de Ooster-stoomtram. De voe
ten en eene der handen werden den on
gelukkige bijna geheel afgesneden.
De vier personen uit Kerk-
Driel, die als belhamels bij de aldaar
onlangs plaats gehad hebbende ongere
geldheden gevangen werden genomen,
zijn thans weder op vrije voeten gesteld.
Men meldt uit Beester-
dat, nu het werk in de veende
rijen onder Beek en Terwispeï is hervat
en de ordo thans ongestoord blijft, de
huzaren uit Zutphen en een der beide
detachementen infanterie uit Leeuwar
den heden naar hunne garnizoenen zul
len teragkeeren.
naar hoog gelegen weiland te brengen
of op stal te zetten. Ook te Maasbom
mel, Wamel en Leeuwen werden de la
gere weilanden overstroomd, doch de
schade door hagel en stortregen geledon
is er betrekkelijk gering tegenover die
van Alien, Dreumel en Heere waarden.
V ersckeidene boomen, telegraafpalen enz.
werden getroffen en enkele stukken vee
gedood.
Te 's-Bosch is bij de heeren gebr.
Van Mackelenberg, magazijn van ijzer
waren, Hinthamerstrrat, het hemelvuur
ingeslagen. Op eene der slaapkamers
de bewoners waren, zooals zeker in vele
huishoudens, opgestaan baande zieh
de bliksem een weg door den schoorsteen,
kwam door het open gat van de kachel
pijp m de kamer en sloeg over op den
Graad van eene electrische schel, dien
hij volgde naar beneden in eene andere
slaapkamer, waarin zich de huisgenoo-
ten bevonden. Daar sloeg hij vaa den
draad op de gaspijp en sehijnt zoo zijn
weg naar den winkel en in den grond
gevonden te hebben. Gelukkig zonder
iemand te deren of iets van beteekenis te
beschadigen. Hij liet een solferdamp ach
ter, zóó sterk, dat men meende, dat er
brand was ontstaan, hetgeen echter wel
dra bleek, niet het geval te zijn.
Dinsdagnacht zijn te Kerkwijk een
man, en te Zuilichem eene, vrouw
door den bliksem gedood.
Het te veld staande gewas heeft be
langrijke schade goleden door den ha
gel. De meeste velden staan onder. Ook
zijn verscheidene kersenboomgaarden
vernietigd en van verscheidene huizen zijn
de ruiten verbrijzeld.
Uit Rossum wordt gemeld, dat aldaar
dien nacht omstreeks 3 uren eene wolk
breuk met zwaar on weder heeft plaats
gehad. Alles staat er onder water.
middelen uitgezien om wat meer geld in
kas te krijgen en zelfs een lucifers-mo
nopolie zou kunnen dienen.
Mag men de schoonschijnende plan
nen van den minister vertrouwen dan
hoopt hij in het tekort door een aantal
wijzigingen op de begrooting 1890,91 te
kunnen voorzien en zooveel te bezuinigen
dat een bedrag van 28 millioen minder
zal benoodigd zyn.
(iEUËNfiS) NflSÏJlïS.
Uit Brussel wordt bericht,
dat nog 60,000,000, frs. noodig zijn om
de vestingwerken van Antwerpen in
voldoenden staat van verdediging te bren-
gen.
De duitsehe keizer zegt
het Berl. Tgbl. is gewoon opgzijne reizen
steeds een kofier met ridderorden mede
te nemen, waarvan de inhoud een waar
de van meer dan 80,000 mark vertegen
woordigt en die door een geheimen hof
raad bewaakt wordt. De keizer stolt er
prijs op om dergelijke onderscheidingen
steeds persoonlijk uit te kunnen reiken
wil de orderteekenen dus steeds on
der zijn bereik hebben. In deze kostbare
verzameling zijn alle klassen der duiteche
orden vertegenwoordigd en de daarbij
behoorende diploma's ontbreken even
min.
PDUim OVhHZICGf.
liet ^nweder.
cosO195-
Dinsdag in den vroegen morgenstond
woedde in verschillend plaatsen des lands,
maar vooral boven het land van Kuyk oen
hevig onweer. De bliksem sloeg te Lin
den in het woonhuis van De Wildt, dat
met de schuar eene prooi der vlammen
werd. Nagenoeg alles werd gered. Huis
en inboedel waren tegen brandschade
verzekerd, de inboedel echter laag. Te
Gassel werd het huis van den burge
meester Poos getroffen, doch het begin
van brand werd spoedig geblascht. De
hagel, die hier en daar viel, heeft geluk
kig geen noemenswaardige schade aan
gericht.
Ook te Heumen werd eene boederij
eene prooi der vlammen, door het in
slaan van den bliksem.
Ten gevolge van het inslaan van den
bliksem brandde Diusdagmorgen te half
zeven uren onder Leerbroek een der
watermolens van den polder Middel
koop af.
De bliksem sloeg te Lithoijen in de
boerenwoning van Willem van Leuken,
landbouwer, nam zijnen weg door de
openstaande voordeur, gang en door het
achterhuis naar buitön, zonder brand of
Bchade te berokkenen. De verschrikte be
woners namen eene sterke zwavellucht
waar. Te Alem sloeg de bliksem in het
huis van den brigadier der rijksveld-
wacht, onder gelijke omstandigheden als
te Lithoijen.
Nader schrijft men uit Maas en Waal
Te Dreumel en Alfen richtte de hagel
groote verwoestingen aanglasruiten
werden er verbrijzeld, terwijl aan boom-
en veldvruchten veel schade werd ver
oorzaakt. Het regenwater stroomde over
de wegen en akkers naar de lager ge
legen velden, die totaal onder water wer-
De bespreking van de koloniale aan
gelegenheden in den duitschen rijksdag
zijn nogal vlot van stapel geloopen en
het blijkt meer dan ooit dat de regee
ring vast besloten is hare plannen tot
kolonisatie van landstreken in Afrika
met kracht door te zetten. Dinsdag
kwam het slot der beraadslagingen.
De rijkscommissaris Liebert meendo,
dat het bezit en de exploitatie van
Afrika's Oostkust buitengewoon succes
beloven. Hij wees op Wissmanns ver
diensten als schepper van een model
korps, aanlegger van stations, welke
naar wensch zich ontwikkelen, van goede
wegen en goede woningen. Emins aan
stelling heeft zeer groote waarde, daar
hij een man van practische ervaring is.
De missies zijn een factor van hooge
beteekenis voor de ontwikkeling der
kolonie. De militaire heerschappij op de
kust van Duitsch Oost-Afrika is vast
gegrondvest. Het kapitaal, daar belegd,
zal zeer nuttig zijn.
Ook Bennigsen verdedigde de koloniale
politiek der regeering met warmte.
Het koloniaal wetavoorstel werd naar
de commissie voor de begrooting ge
zonden.
Inmiddels is de rijkscommissaris ma
joor Wissmann druk bezig veroveringen
te maken. Thans komt de tijding dat
hij op 10 dezer Lindo heeft ingenomen,
nadat de plaats door de duitsehe oor
logsschepen was gebombardeerd.
Overigens schynt het met de duitsehe
ambtenaren in het afrikaansche nog niet
volkomen in het reine te zijn. De New
York-Herald bevat eenen brief van Emin-
pacha aan doctor Zuchinetti, van Baga-
mayo 31 Maart. Daarin schrijft Emin
dat hij aan de egyptische regeering zijn
ontslag ingezonden, maar geen antwoord
gekregen heeft. Hij en Casati eisclien
hun salaris sedert 1882 en pensioen als
ambtenaar. Stanley beschuldigt hij van
kwaadstokerij.
Nu de balansen der staatsbegrootingen
in de verschillende landen zijn opge
maakt, blijkt het o.a. in Italië dat de
uitgaven en de middelen elkander op
verrena niet dekken. Zooiets is bij den
gedrukten toestand des lands niet te ver
wonderen. Er wordt nu naar allerlei
Telegrammen.
NEW-YORK, 14 Mei. ReuterUit
Rio de Janeiro wordt gemeld, dat aan
een congres de keuze van een president
der republiek zal worden opgedragen,
De grondwet zal voor Augustus worden
afgekondigd.
ROME, 14 Mei. {Reuter.) In de Ka
mer is de bogrooting voor buitenlandsche
zaken behandeld.
De heer Crispi betoogde, dat de buiten-
landsehe politiek der regeering niet strekt
om oorlog te verwekkea, maar om vrede
te handhaven. De tractateD, door Duitsch
land met zijn bondgenooten gesloten,
zijn niet offensief, maar defensief. Tevens
ontkende de minister, dat het verbond
Italië noodzaakt tot krijgstoerustingen.
Bij alle aanhangige kwesties is* Italië
met de meeste gematigdheid opgetreden.
Ten slotte wees Crispi er op, dat de
landverhuizing uit Italië aanmerkelijk is
verminderd, hetgeen hij als een bewijs
beschouwde, dat de welvaart is vermeer
derd.
WE ENEN, 14 Mei. {Renter.) In het
Huis van Afgevaardigden zijn de be
raadslagingen over de begrooting geslo
ten. De inkomsten bedragen 548,820,006
en de uitgaven 548,303,035 florijnen.
Vervolg Nieuwstijdingen.
Stadsnieuws.
Door het Raadslid Mr. R. H. J»
Gallandat Huet is uitgegeven eene bro
chure, getiteld „A.an mijne Raadsbroe-
ders", eene dankbetuiging.
Deze brochure, die een antwoord is op
het bekende adres der 22 Raadsleden
aan den Koning, eindigt aldus:
z/Hanc Tueor, hac nïtor."
//(Dat verweer ik. daarop steun ik.)"
„Z. M. de Koning weet nu dat Huet
//alleen staat.... als Johannes den Dooper
z/in de woestijn.
z/Dit is alweer een groote dienst
z/Raadsbroeders, dien Gij mij bewijst bij
//Willem den Goede.
z/lk eindig met de hartgrondige dank-
z/betuiging voor uwe onwillekeurige me-
z/dewerking."
GEMEENTERAAD
Zitting ?iii Men Woensdag 14 Mei.
Afwezig de leden Waller, Huet en de
Kanter.
Ingekomen zyn o. a. een brief van het
raadslid mr. R. H. J. Gallandat Huet,
begeleidende een afschrift van een adres
door hem gezonden aan Z. M. den Ko
ning en een brief van 22 leden van
dezen Gemeenteraad, vergezeld van kopij
van een tegen-adres aan Z. M. den
Koning.
Worden voor kennisg. aangenomen.
Voor hoofd van de kostelooze school
lett. C, staan op de voordracht de hee
ren E. L. Brouwer, J. D. Franse, W.
geling van de huishouding. Claude's palet en penseelen lagen nog
steeds op de kast, waar hij ze had neergelegd op den namiddag
van dien bewusten dag; zyn schildersezel en een onafgewerkte
schilderij stonden tegen den wand. Zou hij die schilderij ooit weer
onderhanden nemen? Lady Worthington moest er hare blikken
van afwenden, en zij keek een anderen kant heen; wat zij toen
zag trof haar echter nog meer een kluwen zachte, witte wol,
eenige breinaalden, en een klein mutsje, blijkbaar niet lang gele
den vervaardigd. De tranen stonden haar in de oogen, toen Es-
pérance binnentrad met die stille bedaardheid, welke men steeds
van een ziekbed meebrengt; zij was zeer bleek, maar haar glim
lach was nog altijd even vriendelijk, toen zij lady Worthington
tegemoet ging en haar een kus gaf.
z/Het is zeer vriendelijk van u, mij eens te komen opzoeken
ik verlangde er zoo naar, u weer eens te zien!"
z/Arm kind! Ik heb mij zoo ongerust over u gemaakt! Wij
hebben het eerst Zaterdag gehoord, en konden niet voor vanmor
gen terugkomen. Ik vrees, dat gy geen gunstiger berichten
kan geven?"
z/Neen," zeide Espérance op matten toon. „Zaterdag is er ver
ergering gekomen, en heeft hij hersenontsteking gekregeD. Nu is
hij weer in een toestand van ongevoeligheid vervallen, en er schijnt
zeer weinig aan te doen te zijn. De deken heeft vanmorgen aan
een geneesheer in Londen getelegrafeerd hij is voortdurend even
vriendelijk."
„Is hem iets overkomen? Ik heb er niets van gehoord, of hij
ongedeerd is gebleven of niet."
z/Neen, hij is ongedeerd." En Espérance vertelde lady Worth
ington alle bizonderkeden van het ongeluk. Terwijl zij hiermede
bezig was, trad er een bediende binnen met eenige brieven
twee daarvan geadresseerd aan „Claude Magnay Esquire," welke
Espérance met een zucht neerlegde, en een aan haar zelf, van
Gaspard. De tranen kwamen haar in de oogen het was de
eerste brief, dien zij van hem ontving sedert Claude's ziekte, en
hij wist natuurlijk niet, welk leed haar had getrofienzij
was niet in staat den brief te openen.
„Ik ben vandaag weer erg vermoeid en lusteloos," zeide zy
droevig. „Sedert dien verschrikkelijken nacht heb ik steeds een
vurig verlangen naar Gaspard; dat komt waarschijnlijk, omdat ik
mij zoo eenzaam en verlaten gevoel. Ziet gy, ik ben den laatsten
tijd zoo vermoeid, en nu valt het mij zoo moeielijk voor alles
te zorgen."
„Lief kind, dat past u ook niet, gij zijt reeds geheel uitgeput.*
„Ik ben slechts vermoeid," zeide Espérance, met matte stem.
„On va bien loin depuis qu'on est las," „er ligt veel waarheid in
dit spreekwoord."
„Gij moet evenwel hoogst voorziektig zijn, mijn kind, en u
niet overwerken Raadt Cornelia u ook geen voorzichtigheid aan
„Ja, o ja! Cornelia doet alles voor mij zij past op Noël en
doet alles, om mij zooveel mogelijk te sparen; het was zeer ver
keerd van mij om te klagen. Ik moet mij goed houden ter wille
van Claude. Daarover heb ik nu reeds genoeg gesprokenVertel
my eens iets van Frances het is zeer goed voor mij, ook eens
aan andere dingen te kunnen denken!"
Lady Worthington kon niet genoeg haar geestkracht en vast
beradenheid roemen, waarmee zij verder over haar leed het stil
zwijgen wilde bewaren.
„Frances is vanmorgen met mij teruggekeerd," zeide zij. „Ik
beu wel nieuwsgierig of gij ook reeds iets van het nieuws zijt te
weten gekomen?"
„Wat!" rinp Espérance uit; „is het dan werkelijk waar? Ik heb
gehoord, dat zij in het huwelyk ging treden."
„In Rilchesier is de babbelzucht wel het sterkst,* zeide lady
Worthington en glimlachte. „Dat is evenwel de zuivere waarheid.
Kunt gij raden met wien zij huwt?"
Espérance dacht een minuut na.
{Wordt vervolgd)*