POLITIEK OVERZICHT. GEMENGD MEIJUS. In een adres aan de Tweede Kamer der Staten Generaal komt de heer Henry Tindal opnieuw op de reeds vroeger door hem verkondigde denk beelden betreffende 'slauda defensie terug, en dat wel naar aanleiding van de aan genomen wet tot verlenging van den diensttijd van twee lichtingen der nati onale militie. Naar wij van betrouwbare zijde vernemen is de commissie, benoemd door de Maatschappij tot Nut van't Al gemeen, tot het instellen van een onder zoek naar den toestand en de werking van de Zieken- en Begrafenisfondsen in Nederland, thans zoover met haren arbeid gevorderd, dat zij weldra haar onderzoek inzake de Begrafenisfondsen, waaromtrent zij het eerst een rapport hoopt uit te brengen, denkt te sluiten. Van een groot aantal fondsen en maatschappijen wer den haar inlichtingen verstrekt, terwijl zij met verscheidene personen uit ver schillende deelen des lands op hare ver gaderingen een mondeling onderhoud had. Wij vestigen er de aandacht op, dat de commissie bereid is alle inlich tingen in ontvangst te nemen, zoowel van besturen als van leden van Begra fenisfondsen, alsook van al die personen die vermeenen op dit gebied voldoende bekendheid te bezitten om de commis sie van voorlichting te dienen. Deze inlichtingen, mondeling of schriftelijk ver strekt, worden tot uiterlijk 1 Juli a.s. gaarne ingewacht door den secretaris der commissie, den heer J. L. Huijsinga, civiel ingenieur, Hemonystraat 39, Am sterdam. Omtrent de aanhoudingte Keulen van twee Duitschers, verdacht als handlangers te ziju opgetreden van mevr. Bulkley, wordt gemeld dat de beide aangehoudenen uit Keulen afkom stig zijn en beiden handelaars zijn, wier financiën in slechten toestand verkeeren een hunner moet reeds failliet zijn ver klaard. Zij ontkennen niet, van mevr. Bulkley de opdracht te hebben ontvan gen, haren schoonzoon te vermoorden, maar beweren die opdracht slechts te hebben aanvaard ten einde, met behulp van de hun geboden som, zich uit iinan- cieele moeilijkheden te redden, zonder plan te hebben gehad den moord werke lijk te plegen. Met hoeveel overleg mevr. Bulkley te werk ging, wordt hieruit af geleid, dat aan diezelfde twee Duitschers werd gelast aan haar adres te Scheve- ningen telegrammen af te zenden, die den indruk moesten vestigen, alsof haar schoonzoon, tegen wien zij het moordplan ondernam, zijnerzijds zulk eene misdaad tegen haar beoogde. Mevr. Bulkley moet gedurende een groot deel van den afgeloopen winter te Freiburg hebben doorgebracht en daar een geschrift hebben verspreid om haren schoonzoon bij diens bekenden in een slecht daglicht te stellen, en ook met behulp van een advocaat pogingen heb ben gedaan om den heer Hoek uit zijne voogdij, uitsluitend over zijn oudsten zoon, te ontzetten, welke pogingen vol komen faalden. De duitsche bladen, die natuurlijk bij deze gelegenheid de geheelo geschiedenis der zaak ophalen, melden als curiosum, dat door een rechtscollege in het kanton Tessin (men herinnert zich dat ook te Lugano een tafereel is afgespeeld) inder tijd een vonnis is geveld, dat twee da gen vóór de uitspraak in een hollandsch blad te lezen stond. Meermalen reeds is er ovei geklaagd, dat duitsche uitgevers driest- weg hollandsche novellen zonder den naam van de schrijvers, vertaald, afzon derlijk of in tijdschriften uitgaven. Dat zij er den nederlandschen auteurs geen honorarium voor gaven, of zelfs dieng goedkeuring niet vroegen, dat was zoo erg niet; het honorarium zou toch niet veel te beteekenen gehad hebben en wie zou zijne goedkeuring weigeren, als het eene onderscheiding geldtMaar de naam kon er ten minste bij. Thans echter zagen wij met de groot ste verbazing, hoe eene duitsche letter kundige, die ook in ons land met lof bekend is, haar eigen naam plaatst boven eene novelle, die woordelijk voorkomtin het tijdschrift //Nederland7', dat, blijkens den titel, slechts //oorspronkelijke bij dragen van nederland8che letterkundi gen" bevat. In //Onkel Lqos Verlobungs- ring" geeft zin voor zin en woord voor woord mej. W. Heimburg den inhoud weer van //Uit de nalatenschap van oom Frederik" door J. Kunst, hetwelk //Nederland" te lezen staat. Alleen de namen der personen zijn veranderd. Leo heet Frederik, Helena von Roland heet Mina Visser enz. Wat echter de kroon op dit ongehoord plagiaat zet, is wel, dat, terwijl de heer J. Kunst zijne novelle plaatste in dc Mei-aflevering van 1890 van //Neder land", mej. Heimburg de onbeschaamd heid had, haar plagiaat te doen opnemen in de „Gartonlaube Kalender" van 1889, die in den nazomer van 1888 het licht ziet. Men zou haast vragen: hoe kan dat? ArnhCt.) De rus8i8che gezant, graaf Kapni8t, heeft het Czaar Peterhuisje te Zaandam bezocht. Blijkens een bericht in de Zaanl. Cl. was het een inspectie het huisje behoort aan den russisehen keizer en zal het gebouwtje wegens noodzakelijke reparaties voorloopig voor het publiek gesloten zijn. In een bescar ij ving van Schiedam, door het amerikaansch blad The Morning Journal openbaar gemaakt, wordt medegedeeld, dat de werklieden in de jeneverstokerijen recht hebben op 40 borrels daag6, die elk zoo groot zijn als de inhoud van een champagneglas. Al die jenever is zuivere alcohol. Wan neer het werk afgeloopen is, gaat de werkman voort met drinken en daaraan neemt zijn geheele gezin deel. Toen eens de branders het dagelijksche rantsoen wilden verminderen, brak er een opstand uit, die slechts eindigde toen depatroou3 toegaven. Deze Amerikaan redeneert: wanneer ik overdrijf, doe ik het goed. In de te Amsterdam gehou den alg. verg. der Nederl. Zuid-Afri- kaansche Vereeniging werden tot leden van het bestuur herkozen de heeren W. Dull en mr. H. A. L. Hamelberg. In de plaats der heeren mr. N. A. Calisch en D. Cordes, die zich niet herkiesbaar stelden, mr. D. Wicherlink, die bedankte, en prof. Buys Ballot (overleden), werden gekozen prot.J. W. Gunning, A. Dekiog Dura, beiden te Amsterdamprof. H. de Koek, te Kampen en A. S. vaa Reeaema, te Rotterdam. Te Amsterdam zijn van Manchester aaugekomon 12 locomotieven voor de lijn AmsterdamOberhausen, die bestemd zijn voor de zoogenaamde bliksemtreinen. De conducteurs zullen gelijk men weet, voortaan, in plaats van tot Emmerik, tot Oberhausen doorrijden. Met bovengenoemde machines kan men van Amsterdam naar Keulen in 4 u. 40 min. stoomen. Het bestuur der Vereeni ging voor den Effectenhandel te Amster dam heer IS. S. Calisch, die den 70jarigen leeftijd heeft bereikt, op de meest- eervolle wijze ontslag verleend uit zijne betrek king van secretaris, na 25jarigen dienst. Tot opvolger van den heer Calisch in die betrekking is benoemd mr. J. L. Gunning. Naar het bezit van den be- ker-Laming zullen de cricketters mede- dingen van Amsterdam, Utrecht, Haar lem en den Haag. Door loting is be paald, dat tegen elkaar zullen strijden; Haarlem en Amsterdam, beneven Utrecht en den Haag, terwij door het bestuar van den boud tevens is vastgesteld, dat de wedstrijden als volgt zullen plaats hebben: 27 Juni Haarlem tegen Am sterdam (te Amsterdam,) 6 Juli Utrecht tegen den Haag (te 's-Hage). De eind wedstrijd tusschen de twee gemeenten, die van de overige twee ge wonnen hebben, zal dan op 7 September worden gespeeld. Er heeft zich een vereeni- ging te Amsterdam gevormd, met het doel jongelieden van 16 tot 21 jaren kosteloos in de gelegenheid te stellen I zich onder de leiding van deskundigen te oefenen in nuttige iehaamsbewegingen en gymnastische vaardigheid voor het dagelij ksche leven te verkrygen. Het terrein, waarop de gymnastiek beoefend zal worden, is gelegenheid achter het Ryks-Museum. Alle spelen hebben plaats in de open lucht en zul len gedurende drie zomermaanden, van 15 Juni tot 14 September, des Zondags van 1 tot 4 uur gehouden worden. Voorts heeft de commissie besloten den laatsten oefeningsdag tot een feest dag te maken, door de deelnemers in een ouderlingen wedstrijd om prijzen de gelegenheid te stellen proeven hunner vorderingen af te leggen en eikaars krachten te meten. Door muziek zal dit feest worden opgeluisterd. De hoofdleiding van de oefening en spelen opgedragen aan de heeren P- C. Adrian, R. M. Roemer en J. De Boer Jr., gymnastiek-Ieeraren te Amsterdam. Het bestuur der vereeniging //Tot bevordering der lichamelijke ontwikke ling bij de arbeidende klasse" bestaat uit de heeren: H. Wertheim, voorzitter G. H. Cool, secretaris; R. Lehmann Jr., penningmeester; H. Driessen jr., C. A. Elias, W. A. Marselis Hartsinck en A. Van der Werk, commissarissen. Bovendien heeft zich een commissie van bijstand gevormd, bestaande uit de heeren: T. W. Boellaard tot Her wijnen, C. A. A. Dudok de Wit, Gerard A. Heineken, W. H. Landsdorp, Karei Muller, Joan H. Schmitz en Henry Tindal. In den nacht van Donderdag op Vrijdag hebben er op de Zuiderzee verschillende ongelukken plaats Vau eene urker schuit is een jongen overboord geslagen en verdronken. Het enkhuizer visachersvaartuig E. H. 110 is met verlies van alle zeilen binnen aan een zijner werklieden, ter zake vaa den in die fabriek verrichten arbeid, overkomen ongeluk, zooals bij de arbeids wet ia voorgeschreven. (U. D.) Door de politie te Gronin gen is aangehouden een 16-jarige jon gen, genaamd A. R. K., die tennadeele van zijne moeder een bankbiljet van f100 had ontvreemd. Toen de knaap werd gearresteerd, eenige uren na hot plegen van het misdrijf, had hij reeds ongeveer ƒ80 verteerd. Hij is, als moe tende nog eene maand gevangenisstraf voor een dergelijk feit ondergaan, tot beschikking van de justitie gesteld. Letteren en Kunst. Het jongst verschenen nummer van de Nederlandsche Illustratiegeïllustreerd nieuws van den dag, bevat op het titel blad eene afbeelding van het schuitje van den luchtballon Le Figaro en eene beschrijving van de reis op 18 Mei jl. Verder vindt er eene plaats de geïllu streerde novelle //Licht en duister" door Archibald; no. 2 der haagsche typen; z/Dwars door Siberië", enz. enz. Het nummer bevat ten slotte tal van illu- stratiën en verscheidenheden. De andijker vlet A. D. 5 is door een rukwind omgeslagen de opvarenden zyn door een wieriager visscher gered. Zondagochtend heeft eene dame, elders woonachtig en in een rij tuig, met twee paarden bespannen, ge zeten, aan een looper een 'hts* ter be zorging gegeven aan de won- J£°van een te Leiden alleen wonend heer. Het pakje be vatte een zeer jong kind, dat de onge huwde moeder blijkbaar niet wilde be houden, meenende dat 't meer bizonder bij bovenbedoelden heer thuis behoorde. De heer was 't met haar niet eens en gaf daarvan kennis aan de politie, die 't wicht in voorloopig arrest bracht. Te Leiderdorp werden dezer dagen eenige inwoners bezocht door twee personen, die voorgaven, te colporteeren ten voordeele van het Blinden-Instituut te Amsterdam. Het is evenwel gebleken, dat die personen brutale oplichters zijn en vermoedelijk valsche namen hebben opgegeven. Een ieder zij intusschen ge waarschuwd, want zij zullen hun prak- tyk ook wel elders trachten uit te oefenen. Onder leiding van den di recteur, den heer I. L. Wery, werd Zondag te Rotterdam de eerste alj_ meene vergadering gehouden der Neder landsche Stenografen-vereeniging Wil lem Stolze". Tot leden van het hoofd bestuur voor Nederland en Koloniën werden gekozen de heeren W. I. Oppen- oorth te 's Hage, als president, L. Zan gers Rolterd., als vice-president, F. Boek hout te 's-Hage, als secretaris, en H. Bouwman Rotterd., als penninmeester. De zetel van het hoofdbestuur is voorloopig gevestigd te 's-Hage. Te Rotterdam werd eene afdeeling gevormd onder presidium van den heer L. Zangers, terwijl tot correspondenten benoemd werden de heeren A. T. van 't Hoen te Delftshaven en C. I. Blom dal te Schiedam. De vereeniging mocht zich bij deze eerste vergadering in eene talrijke op komst verheugen. Ook traden twee dames tot het lidmaatschap toe. Tegen het hoofd van een der fabrieken te Utrecht is door den adj.-hoofdinspecteur van politie, den heer Wesselink, eene vervolging inge steld, omdat door hem niet binnen tweemaal 24 uren aan den burgemeester schriftelijk kennis wa3 gegeven van een VISSCHERU. Enkhuizen, 1 Juni. De ansjovis vangst was gisteren minder ruim. Door 132 vaartuigen werd hoogstens 6000 stuks netjes-ansjovis per vaartuig aan gevoerd, prijs f 4 per 1000. Met den kuil werd door 36 span van 9000 tot 30.000 stuks ansjovis per spas (2 schui ten) gevangen, prijs ƒ3.50 per 1000. Gedurende de afgeloopen week werd ge middeld ƒ240 per vaartuig besomd. T e s s e 1, 1 Juni. Met de geeptrek- kerij werd in de afgeloopen week wei nig voordeel behaald. De vangst was gering. De geep gold ƒ17 a 20 per tal, De rogvangst binnongaats was ook niet voordeelig. Naar Brussel en Antwerpen werden 74 manden rog afgeleverd. De prijs van rog was 45 60 c. per stuk. De Noordzeevisschers besomden van ƒ50 tot 65 per schuit. De palingvangst in de binnenwateren was nog niet zeer voordeelig. De paling gold van 20 c. tot 50 c. per KG. Enkele garnalenvis- sehers waren nog bezig en leverden 28 manden garnalen aan de kokeryen. De vissohers ontvingen f 4 per mand. De garnalen werden verzonden naar Londen Huil en Parijs. Rechtszaken. Omtrent het arrest, door het gerechts hof te Amsterdam jl. Woensdag gewezen in de zaak van den bekl. v. d. Weijer te Utrecht, deelt het Paleis van Justitie nog het volgende mede: Het hof was, hoezeer op andere gron den dan de rechtbank, van oordeel, dat de verspreiding van het strooibiljet door den bekl. was geschied met de bedrie- gelijke bedoeling om de kiezers te mis leiden. Daarentegen vereenigde het hof zich niet met het door de rechtbank te Utrecht gewezen ontslag van rechtsver volging. Aannemende dat er twee ver kiezingen hadden plaats gehad, meende het hof, dat de kiezers, die door het strooibiljet misleid waren, tengevolge dier misleiding een ander persoon hebben ge stemd, dan door hen bedoeld werd. Het bewezen verklaarde feit viel dus in de bepaling van art. 127 Wetb. v. Strafr. Het hof verklaarde dus den bekl. schul dig aan bij gelegenheid eener krachtens wettelijk voorschrift uitgeschreven ver kiezing plegen eener bedriegelijke han deling, waardoor kiezers een ander per soon gestemd hebben dan door hen be doeld was, en veroordeelde hem tot weken gevangenisstraf. Naar bericht wordt is door den ver oordeelde tegen dat vonnis bij den Hoo- gen Raad cassatie aangeteekend. Blijkens de beriehten van Newfound land, neemt de opgewondenheid der be volking van dit eiland hand over hand toe. Zij* is er gebelgd over dat de depu tatie uit haar midden in Engeland zeer koel ontvangen is «n heeft thans op andere wijze uiting willen geven aan de grieven, welke zij tegen de Franschen meent te moeten hebben, niettegenstaande deze van hunne visscherij-rechten op Newfoundland volstrekt geen onbillijk gebruik maken. Zoo zijn door haar meetings gehouden, waar de eDgelsch© regeering van zwakheid tegenover Frank rijk beschuldigd werd, en schynt zij ge volg te hebben gegeven aan hare bedrei ging om geen balasting meer op te brengen. Wat echter het meest door slaand bewijs levert dat de Newfound landers hun toevlucht tot eigenmachtige daden willen nemen, is, dat zij op hun eiland de amerikaausche vlag geplant hebben. Daarmede hebben zij blijkbaar te kennen willen geven, dat zij gereed zijn tot den opstand tegen het moeder land en de annexatie van het eiland door do amerikaansche republiek ver langen, van wie zij eene spoediger be slissing ten opzichte van hunne belangen verwachten. Men ziet dus, dat de toestand hoogst ernstig geworden is. De britsche regee ring schijnt echter door de dreigende houding der bevolking van Newfound land niet uit het veld geslagen te zijn. Zij heeft namelijk vier oorlogsschepen naar het eiland gezonden, alsmede het tweede bataljon van het regiment van den hertog van Wellington en twee batterijen van het 13de regiment artil lerie. Met de zending van deze vloot legermacht wordt in de eerste plaats beoogd het onderdrukken van een eventueel oproer en in de tweede plaats het voorkomen van bloedige botsingen tusschen de Newfoundlandsche on de fransche visschere. De politieke beteekenis van het geval ligt hierin, dat Frankrijk thans in de gelegenheid komt, aan Engeland een grooten dienst te bewijzen, door r melijk, tegen de noodige vergoeding afstand te doen van zijne visacherij- rechten op de kust van Newfoundland. Doet Frankrijk dat niet, dan berokkent het zeker, ook in de toekomst, door de uitoefening van zijne rechten groote moeielijkheden aan de britsche regeering. Wij zijn benieuwd om te weten, hoe de diplomatie deze zaak zal aanpakken en wat de resultaten van hare bemoeiingen zullen zijn. Uit Zanzibar wordt aan de Times gemeld, dat de fransche zendelingen al daar uit Oeganda berichten hebben ontvangeD, loopende tot 6 Maart, waarin o.a. het volgende werd gemeldMwanga heeft een volledige zegepraal op Kalema en de Arabierenpartij behaald. Tijdens de tusschen hen bestaande crisis moet Peters de voornaamste raadsman van Mwanga zijn geweest, nadat deze te vergeefs de hulp van den Engelschman Jackson had ingeroepen. Kalema heeft de vlucht genomen naar Oenyoro. De Ara bieren hebben in het gevecht zware verliezen geleden. Voorts moet volgens de berichten Mwanga bloedbroederschap met Peters hebben gesloten en hem be langrijke monopoliën en andere voordee- len voor de Duitschers hebben toegestaan. Uit Durban wordt aan de Times ge meld, dat de Volksraad van den Oranje- Vrijstaat een besluit heeft genomen om de Bloemfonteinsche spoorweglijn naar de Vaalrivier te verlengen, in verband met de transvaalsche lijn Johannesburg Pretoria. Voorts dat de Staatspresident der transvaalsche republiek aan den transvaalschen Volksraad dank heeft be tuigd voor het votum aangaande het spoorwegvoorsteltevens heeft hij toe zegging gegeven op spoedige indiening van een plan met voorloopige over eenkomst. Een bijenhouder te Hatch, Engeland, werd door eenige bijen aan- det over een geschil tusschen?...." Hij wierp een onrustigen blik op mij. «Waarom vraagt gij mij dat?" //Gij weet toch wel, dat ik niet de man ben om uwe geheimen te verklappen, of er misbruik van te maken." z/Neen, gij hebt gelijk. Welnu!" vervolgde hij, tot een gefluis ter overgaande, terwijl hij haastig mijn arm nam en aldus met my meewandelde, //ja het is beslist, onvoorwaardelijk- beslist: de twist is uitgebroken, wij krijgen oorlog! En bij gevolg eene daling, een van die plotselinge, groote dalingen. Gij begrypt, dat ik nu nog juist den tijd heb om mijne maatregelen te nemen." z/Hebt gij dan die dertigduizend francs gekregen?" //Ik weet waar ik ze kan krijgen, en binnen eenige oogenblik- ken zijn zij in mijn bezit." «Maar luister eens! Waarom toch hebt gij dertigduizend francs noodig?" „Wat zijt gij nog dom, begrypt gij dan niet in welke specula- tiën ik mij aal wagen?" „Ja, gij zult verkoopen...." „Ontzettend veel, en gij zult het u toch wel kunnen begrijpen, dat een commissionnair in effecten niet voor mijne rekening zal werken, zonder waarborg te hebben?" „Dat is waar." „Maar een ding ergert mij. De man, die mij die dertigduizend francs zal leenen, is een sluwe snaak; ik moet voorzichtig met hem zijn. Eerstens kan hij, in plaats van de helft, het drie-vijfde, ja, zelfs het twee-derde deel van den winst van my verlangenik zal dan evenwel moeten toegeven. Bovendien, wanneer mijn ge heim hem eenmaal bekend is, wie zegt mij dan, of hij niet zal voorgeven van de speculatie af te zien en haar gevaarlijk noe men, om dan, wanneer ik weg ben, naar zijn effectenmakelaar te loopen en de speculatie voor eigen rekening te drijven?" „Maar dat zou verfoeielijk zijn!" „Ja, mijn vriend, men moet in zekere omstandigheden wel wan trouwend zijn. Niet alle menschen zijn zoo eerlijk en rechtschapen als gij. Waarom kunt gij my ook niet helpen I" „Ik? gij weet wel, dat het onmogelyk is." „Natuurlyk, weet ik het, maar...." Eensklaps bleef hij steken, alsof een plotselinge gedachte bij hem opkwam. „Hoe? wat zeg ik?" vervolgde hy, „maar neen! Maar waarom toch is het onmogelijk?" „Omdat ik geen dertigduizend francs bezit, die ik u zou kunnen toevertrouwen." „En gij hebt tien-, ja, vijftigmaal die som in uw bezit!" „Ik? waar dan?" vroeg ik, alsof ik hem niet begreep? „In uw kas, natuurlijk!" „O, wat dat betreft...." zeide ik, met een krachtig, afwijzend gebaar. Hij scheen hiervan niets te bemerken» „Inderdaad, het verwondert mij zeer, dat deze gedachte niet eerder bij mij is opgekomen; op mijn woord van eer, het isvree- selijk dom van mij. Hoe! ik zou mij overgeven aan de genade van een man, wiens eerlijkheid mij zeer verdacht toeschijnt en ik zou hem het leeuwenaandeel an den winst moeten afstaan, terwijl gij mij kunt helpen, gy, een eerlijke kerel, tot geen schelmerij in staat, terwijl gij den winst, die u zal ten deel valleD, zeer goed kunt gebruiken. Eene waarschuwing heb ik evenwel nog tot u te richten, mijn goede vriend." „Gij waarschuwt mij?" „Ja, wij zullen gelijkelyk deelen, ieder de helft. Gij moet geeK buitengewone eischen stellen." „Daarvan is volstrekt geen sprake. Ik wil geen geld uit mijn kas nemen." Wordt vervolgd.)

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1890 | | pagina 2