NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD.
7e Jaargang.
Zaterdag 5 Juli 1890.
No. 2148.
ABONNEMENTSPRIJS:
ADVERTEKTIfiK:
SI A 0 S M E li \v s.
„Weldadigheid naar Vermsgan"
De Familie Causson.
HAARLEM'S DAGBLAD
Voor Haarlem per 3 maanden1.20.
franco door het geheele Rijk, per 3 maanden. -1.65.
Afzonderlijke nummers-0-05.
Dit blad verschuilt dagelijks, behalve op Zon- en Feestdagen.
Bnreau: Kleine Houtstraat No. 9, Haarlem. *eBcir«oaasaKwi®Kir
ran 15 regel* 50 Cent*; iedere regel meer 10 «ent*
Groote letter* naar pla&Uruimte.
Bij Abonnement aanzienlijk rabat.
Abonnementen en Advertentiën worden aangenomen door
onze agenten en door alle boekbandelaren, postkantoren en conrantierz.
Diraotearan-Uitgevar* 3. C. FEEBEBQOIK an J. B. AVTS.
Hoofdagenten voor het Buitenland; Compagnie Générale ie FnhUoiU Xirangirt G. L BA V BB 4 Co., J Oil h' F. 30NBB. SuccFarije 31bie Fauiour/ Montmartre.
Haarlem, 4 Juli 1890.
De heeren P. W. J. te Amsterdam
en J. T. C. te Scheveuingen hebben elk
een gift, groot 1000, geschonken voor
de verpleging in de inrichting van lijders
aan vallende ziekte alhier.
Naar aanleiding van het aan de lim-
hurger Koerier ontleende verhaal in ons
vorig nummer, betreffende het gebeurde
met den gepensionneerden majoor van het
O. I. leger S., alhier, in de onderaard-
sche gangen van den St. Pietersberg te
Maastricht, doet de heer S. ons het ver
zoek alsnog te willen mededeelen, dat
hij van plan was geweest na het onge
val persoonlijk de autoriteiten te Maas
tricht op dien gevaarlijken toestand voor
den argeloozen bezoeker van die streek,
te wijnen, indien zijn langdurige onge
steldheid het wa» den 29ea Mei dat
hem het ongeval overkwam en hy is nog
maar sedert kort geheel hersteld hem
daarin niet had verhinderd. Het doet
hem echter genoegen, dat het verhaal
aan 't einde eene ernstige waarschuwing
bevat.
Wat het verhaal zelve betreft, dit is,
naar hij ons verzekerde, volkomen naar
waarheid, behalve enkele kleine onjuist
heden, dia hij ons alsnog verzocht te
verbeteren.
De O. I. officier, dien hij ging bezoe
ken, was een zwager van hem, gepensi'
onneerdte Roermond woonachtig.
In zijne mededeeling uit Atjeh, waar
hy 's daags voor een «heeten dag" met
•en serg.-majoor, niet met zijn oppasser,
dezen een riem onder 't hart stak en
over zijn kinderen sprak, wien hij een
eervollen naam wenschte na te laten, in
dien hij mocht sneuvelen, heeft de heer
S. niet gesproken van zijne twee maar
van zyne drie zoons, «die wellicht alle
drie de militaire loopbaan zouden volgen."
Verder kon hij bij die gelegenheid geen
persooniyk afscheid nomen van zijne
vrouw, daar die in Batavia was. Het
is ook minder juist dat de heer S.
«eenigen tijd in de gangen bewusteloos
heelt gelegon, want hij wist de flauwte,
welke op 't punt stond hem te overval
len, te bedwingen en heeft daaraan waar
schijnlijk zijn redding te danken, daar
hy eenige oogenblikken later op den tast
voortstrompelende," in de verte de ope
ning ontwaardde. Te Maastricht heeft hy
vervolgens niet zyn vriend W. opgezocht,
maar dezen toevallig aan 't station ont
moet; de heer S. verkeerde natuurlijk
niet in eene stemming om bezoeke* te
gaan afleggen te Maastricht, daar hij
hartelijk weasohte bij zyne familie te
Roermond terug te zijn!
ÊgjTe Roermond aangekomen werd hij
daar door zyn neef B., niet door een
roermondschen vriend H., ontvangen.
Hiermede meenen wij ons van onzen
plicht tegenover den heer S. om het ge
beurde onverbloemd en naar waarheid
mede te deelen, volkomen te hebben ge
kweten.
Hij is thans gelukkig by na geheel her
steld en lydt alleen nog een wei
nig aan den linkervoet. Krachtig en flink
van houding en gang zou men niet zeg
gen, als men hem zag, welk een nood
lottig avontuur hy nog sinds kort achter
den rug heeft.
Onder het genot van prachtig weder
gaf het Gemeentelijk Muziekkorps Don
derdagavond weder een concert in de
«Vereeniging". Hoezeer ons muziekkorps
thans geliefd is bleek uit de groote
opkomst en wy verheugen ons ten zeerste
in die waardeering. Het korps gaf door
slaande blijken flink en degelijk georga
niseerd te zyn. De uitvoering der num
mers was op eene geringe uitzondering
na boven allen lof verheven. Vooral de
soli waren allerprachtigst te noemen.
Gedurende het jaar 1889 zijn door de
HaarlemZandvoort Spoorweg-Maatsch.
vervoerd 215.995 reizigers.
Opbrengst reizigers ƒ46783.20.
goederen 6775.71.
i, diversen y 2700.51^.
totaal /56259.42f.
Zynde per dag en per kilometer 18.13.
Gedurende de maand Januari 1890
zyn vervoerd 3665 reizigers.
Opbrengst reizigers f 717.88*
goederen 171.36.
g diversen 40.46.
totaal 929.70.
Zynde per dag en per kilometer ƒ3.53.
Gedurende de maand Februari 1890
zijn vervoerd 4240 reizigers.
Opbrengst reizigers 804.20.
goederen 176.64j£.
N diversen 31.60.
totaaT 1012.41$.
Zynde per dag en per kilometer 4«25£.
Rechtszaken.
De arrondissements-rechtbank veroor
deelde Donderdag F. Rosier (diefstal
van konynen) tot eene gevangenisstraf
van 1 jaar en 6 maanden. De eischwas
4 jaar.
Bij de Vereeniging
hebben zich de volgende personen voor
werk aangemeld
Een voor stalknecht. - Twee voor oppasser.
- Een voor ziekenoppasser. - Drie voor
kantoorlooper. - Een voor portier. - Een
voor schoenmaker. - Een voor metselaars-
kecht. - Een voor broodbakkersknecht.
- Twee voor tuinmansknecht. - Een voor op
zichter. - Vijf voor aard werkers of los
werkman. - Tien voor werkster of schoon
maakster. - Een voor burgerwaschvrouw.
- Een voor hulpkookster. - Drie voor
burgernaaister. - Drie voor breister. - Twee
voor mangel werk. - Een voor strijkster.
Particulieren en werkgevers, die van
deze aanbiedingen wenschen gebruik te
makenwordt beleefd verzocht zich
schriftelijk tot het Bestuur der Vereeni
ging te richten, (bus Stadhuis of Doelen).
Een onzer nederlandsche dagbladen,
melding makende van het zendingsfeest
op «Leyduin," maakt de koddige opmer
king //dat het eene eigenaardigheid der
zendingsfeesten is, dat ze steeds ordelijk
afloopen," alsof het ook wel eens sou
kunnen zijn dat men er heenging om
wanorde te stichten, of elkander af te
rossen
Aan het jaarverslag betreffende het
gesticht Meerenberg, uitgebracht door den
geneesheer-directeur dr. C. J. van Per-
syn, wordt het volgende ontleend
Reeds in het vorige verslag werd er
op gewezen, dat bij het groote aantal der
over te plaatsen personen en bij de steeds
klimmende opneming van patiënten het
twijfelachtig was, of de ruimte voldoende
zou zyn, om tot het einde van het ver
slagjaar in alle behoeften te voorzien.
Reeds spoediger dan verwacht werd, was
de beschikbare ruimte aan de vrouwen
zijde ingenomen. Op 17 Juni '89 waren
alle plaatsen voor de 5e klasse aan de
vrouwenzijde bezet, en op dat oogenblik
waren de patiënten voor rekening van
Amsterdam te Coudewater verpleegd, nog
niet overgeplaatst. Dit bedroeg toen nog
een zestigtal, bijna evenveel manDen als
vrouwen. De mannen zijn daar gebleven
en hierdoor komt het, dat aan de man-
nennenzijde geen plaatsgebrek is ontstaan.
Voor de vrouwen werd opname gevraagd
en deze werden bij kleine gedeelten suc
cessievelijk overgebracht, de laatste vier
in Januari '90, in het geheel 22, tot
welk getal het oorspronkelyke aantal door
ontslag en overlijden was ingekrompen.
Het gevolg hiervan is geweest, dat de
nieuwe gevallen uit Amsterdam van dien
datum af, weder naar elders werden ge
zonden. Te Meerenberg kreeg men de
afgeloopen gevallen uit Coudewater, tot
groote teleurstelling der behandelende ge-
neesheeren. Uit het andere deel der pro
vincie konden alle patiënten worden op
genomen.
Aan het eind des jaars waren echter
slechts weinige plaatsen beschikbaar,
waarom men naar middelen omzag, om
de beschikbare ruimte in orde te brengen
tot uitbreiding van het aantal verpleegden.
Plannen werden gemaakt voor een paar
ruime slaapzalen op de zolders van het
nieuw gebouwde gedeelte, waar een 40tal
vrouwen en even zooveel mannen kunnen
worden te slapen gelegd, doch men kwam,
om de dagverblijven niet te overvallen,
tot een getal van 40 mannen en vrouwen.
Behalve de verblijven voor ouden en
zieken, bestaat het nieuwe gesticht uit
10 dagverblijven aan iedere zijde, en wel
4 bij de rustigen, 3 bij de halfonrustigen
en 3 bij de onrustigen. Die kamers zijn
ingericht voor 16 personen, maar kunnen
gevoegelijk 20 bevatten. De hierop be
trekkelijke plannen werden aan de goed,
keuring dor hooge regeering onderworpen-
de onderhandelingen waren aan het
einde van het jaar zoo ver gevorderd,
dat er uitzicht bestaat op goedkeuring
van die plannen. Dan zal er weder tij
delijk gelegenheid zijn om alle patiënten
uit de provincie op te nemen. Die toe
stand zal ook dan echter eene tijdelijke
zyn, daar het te wachten staat, dat het
aantal verpleegden nog steeds zal ver
meerderen.
In het bestuur van het gesticht kwam
geen verandering. Evodzoo was het wat
de geneesheeren betreft. Ook van de an
dere ambtenaren verzocht noch kreeg
iemand ontslag. Wat de bedienden adn-
gaat, was dit anders. De mutatiën daar
onder waren vele, en van hen die by de
opening van het nieuwe gesticht aanwe
zig waren, zijn er nog maar enkelen over.
Niet minder dan 66 mannen en 65 vrou-
ven moesten worden vervangen. Dit cy-
fer is hoogst ongunstig; het was een
voortdurend gaan en komen, en dat het
personeel aan het einde van het jaar
by na voltallig was, is louter toeval. De
moeite en de zorg die het personeel
eisohen, zyn niet wel te beschrijven, en
had men het dan nog goed, dan had men
ten minste eenige voldoening, doch juist
dit laat zeer veel te wensehen over.
Wat het pensioenfonds aangaatte be
schikken was over 9351.46^; uitgege
ven werd 6164.52, zoodat een saldo
overbleef van 3186.94£. Op het groot
boek staat ten name van het pensioen
fonds eene som ingeschreven van 200,600.
die eene rente afwerpt van f 5015 's jaaïs,
Verpleegd werden op 31 Dec. '89 1172
patiënten. Op 1 Jan. was dat aantal 984.
Van de patiënten, in 1889 opgenomen,
herstelden 55, verbeterden 13, en over
leden 120.
De duur der krankzinnigheid vóór de
opneming was: minder dan 3 maanden
bij 39, van 3 tot 12 maanden bij 44,
langer dan 1 jaar bij 152, van de vroegste
jeugd af by 79 en onbekend bij 74.
Deze cyfers zijn buitengewoon ongun
stig. Dat ender het aantal 79 idioten
zouden voorkomen, hadden de genees
heeren niet verwacht. De prognose was
gunstig voor 19 mannen en 16 vrouwen,
twijfelachtig voor 19 mannen en 28 vrou
wen, en absoluut ongunstig voor 158
mannen en 148 vrouwen. Deze cijfers
spreken voor zichzelf en zijn voor de ge
neesheeren zeer ontmoedigend.
Onder de opgenomenen waren 227 on-
gehuwden, 126 gehuwden en 15 weduw
naars of weduwen. Hieronder waren er
35 krankzinnig geworden wegens mis
bruik maken van sterken drank, 3 door
overdreven godsdienstzin, 25 door ver
driet en 7 door gebrek.
De ongunstige gezondheidstoestand der
opgenomen patiënten was de oorzaak van
het groote sterftecijfer.
Epidemische of besmettelijke ziekten
kwamen niet voor.
Evenals steeds, werd den verpleegden
werk verschaft. In het verslagjaar was
dit mogelijk voor gemiddeld 560 mannen
en 500 vrouwen.
Dr. Persyn eindigt zijn belangrijk ver
slag als volgt:
Eene zaak rest mij nog, en wel deze,
u, de commissie van toezicht, in de eerste
plaats en vervolgens ook de collega's en
de andere ambtenaren dank te zeggen
voor de welwillendheid, de hulp en de
ondersteuning, ook dit jaar zoo menig
maal ondervonden. Do toeneming der be
volking eischt steeds grootere inspanning,
niet alleen van den directeur, maar van
allen. Samenwerking voor het goede doel
is meer dan ooit noodig. Ik twijfel dan
ook niet, of deze zal mij voor het ver
volg niet onthouden worden; ik beveel
my hiervoor opnieuw ten zeerste aan.
Uit Beverwijk wordt ons gemeld
Ten bewyze, dat de aardbeziënhandel op
deze plaats nog al iets beteekent, dient,
dat op 1 Juli werden verzonden 192
tonnen, elk met een inhoud van 170
K.G.; hetgeen te zamen uitmaakt
32,640 K.G. Zy golden dien dag 4
cent per pond.
De aanvoer blyft nog eteeds zeer
groot.
Letteren en Kunst.
De oude schouwburgen te Amster
dam zullen groote mededinging krijgen,
meldt het Hbly gevaarlijke mededinging
tevens, niet door den herbouw van den
stadsschouwburg, waardoor een vroeger
bestaande toestand, tijdelijk opgeheven,
slechts wordt bestendigd, maar door de
schouwburgzaal in het Volkspaleis en
door den nieuwen schouwburg op het
terrein der voormalige gasfabriek aan de
Weteringschans. Voor den Volkspaleis-
schouwburg is het kapitaal (2 ton hypo
thecaire geldleening) genomen ook voor
het lokaal aan de Nicolaas-Witsenatraat
JPE U iLLETOK
Naar het franschvan Adolphe Belot en Jules Dautin.
34)
EERSTE GEDEELTE.
HOOFDSTUK XIII.
e huis zo e Jein g.
Ziehier wat er in dien tusschentijd in de rue Vivienne voorviel.
Roché, wiens wantrouwen nog volstrekt niet was verminderd,
bevond zich reeds op het kantoor van de ,/Centrale Bank" lang
voor den tyd door Maheurtier genoemd.
De loopjongen verzocht hem binnen te treden, om daar te willen
wachten. Roché bleef wachten, vloekende op de directeuren van
bankiershuizen, die nog kunnen slapen met de gedachte bij zich,
dat men hen besteelt.
Eindelijk, tegen kwartier over achten, trad Maheurtier binnen.
,/Zijt gij alles reeds vergeten, mijnheer de directeurriep
Roché uit, toen hij hem bemerkte. //Hoe kunt gij zoo kalm zijn,
wanneer reeds met zekerheid kan worden gezegd, dat uw kassier
misbruik van vertrouwen heelt gemaakt?"
//Och kom
#Ik weet het zeker, zeg ik u. Ik heb naar dien Vidal, den on
derteekenaar van dien wissel, gezocht, en ik heb hem niet kun
nen vinden."
//Wat doet dat er toe wy hebben immers een flink onderpand."
//Weet gij dat wel zeker
//Evenals ik hebt gij het gisteren ook gehoord, dat die post in
orde was."
z/Hmhet is bovendien reeds laat; die kassier moest hier
reeds geruimen tijd zijn.... Gij hebt hem bevolen om hier acht
uur te zijn."
z/Ja, maar hij heeft het misschien vergeten. Hij zal, als naar
gewoonte, om negen uur komen, laat ons tot zoolaDg wachten."
Het werd negen uur, toen kwart over negen. Alle bedienden
waren reeds op hun post, maar van Causson was nog niets te
zien. Roché triomfeerde, Maheurtier begon reeds bange vermoe
dens te krijgen; hij moest bekennen, dat dit lange wegblijven hem
zeer zonderling voorkwam; hij zond een van de bedienden naar
de rue d'Enfer om inlichtingen te gaan inwinnen.
De bediende nam een rijtuig en een half uur later kwam hij
met het nieuws terug, dat de lezer reeds kent; Causson had des
morgens, véór het aanbreken van den dag, het huis verlaten en
zijn vrouw en kind waren hem weldra gevolgd.
Nu was alle onzekerheid verdwenen; er had werkelijk een dief
stal plaatsgevonden. Roché herinnerde het zich, dat hij een van
de grootste aandeelhouders van de bank was, zoodat hij allesbe
halve gerust was. Maheurtier daarentegen legde de grootste koel
bloedigheid aan den dag, nauwelijks had hij een blyk van ver
wondering of ontsteltenis gegeven; hij overzag den toestand en
beoordeelde dien met het helder doorzicht, hem eigen.
//Causson zal niets of bijna niets meegenomen hebben," zeide
hy, op kalmen toon. «Bovendien neem ik alles op mij...."
«Hoe! Gij stelt u verantwoordelijk?"
«Ja, dat is mijn plicht."
«O, ja uitstekend."
En het gelaat van den ex-kruidenier helderde op. Hij wenschte
Maheurtier geluk en drukte hem krachtig de hand.
De commissaris van politie, dien men in allerijl had laten ont
bieden, kwam weldra.
Men lichtte het slot van de deur, die toegang gaf tot het ver
trok, waar CaussoD werkte. Alles bevond zich daar in goede orde;
de boeken op hunne plaats, de brandkast gesloten.
«Waarom zou hy die gesloten hebben, wanneer hij het geld
heeft gestolen zeide Maheurtier half voor zich, daar hij nog
steeds aan de waarheid wilde twijfelen.
«Om zoolang mogelijk den diefstal voor ons verborgen te hou
den en zich daardoor meer tijd te geven om te vluchten," zeide
de commissaris.
Men moest er zich echter nog van overtuigen, dat dit alles geen
valsch alarm was. Niets was gemakkelijker met het oog op de
leening Vidal; het was voldoende om in de boeken na te zien of
de wissel, welke Roché in zijn bezit had, daarin vermeld stond.
Dit werd gedaan.
Met ontsteltenis bemerkte Maheurtier, dat hetgeen Causson den
vorigen avond uit zijn boek had voorgelezen, slechts eene denk-