bosch de feesten begonnen van de Ver- eeniging van officieren der schutterij in Nederland. De regelings-commissie, bestaande uit de officieren der dd. schutterij aldaar, was om 12% ure met hare muziek aan het station, om de leden van het hoofd bestuur en verdere leden der vereeniging te ontvangen. Met de muziek aan het hoofd trok de stoet naar het stadhuis, alwaar door B. en W. de eerewijn werd aangeboden. De burgemeester, jhr. van der Does de Willebois, heette de vereeni ging welkom binnen de grenzen zijner stad, en begroette haar, ais oud-offieier der schutterij, met de meeste sympathie, welke rede werd beantwoord door luit.- kol. baron De Constant Rebecque. Om half drie werd eene matinóe ge geven in het plantsoen, door het muziek korps der scnutterij. Jammer dat het weder niet gunstiger was, want de geest der bevolking was echt feestelijk ge stemd. Des avonds vereenigden zich allen in de liedertafel/Oefening en Uitspanning", om het concert bij te wonen, waarna dans. Laat bleven allen bijeen, en de goede geest verhoogde zeer de gezel ligheid. Maandag na afloop der vergadering, begaven de officieren zich per extra- stoomtram naar Hees wijk, alwaar door de vereeniging aan de leden, in de rid derzaal van het kasteel van jhr. Van den Bogaerde, een déjeuner werd aan geboden. Behalve fransche turners, zal ook de hamburgsehe Turnverein aan den grooten wedstrijd te Breda deelne men. Tot hiertoe hebban zich reeds over de 600 deelnemers uit alle oorden aan gemeld. Zooals aan velen bekend is, genieten de stations- en halte-chefs op de nederlandsche spoorwegen vooral op de kleine stations, waar over zeer weinig personeel kan worden be schikt slechts zeer weinig of in het geheel geen Zondagsrust. Hunne positie wordt daardoor zeer bezwaard. Vooral bij bovengenoemde betrekkingen is het zaak, dat de geest niet onophoudelijk in spanning blijve. De nadeelen daarvan behoeven eigenlijk geen toelichting. Dit heelt de directie der Exploitatie maatschappij geleid tot het ontwerpen van eene regeling, waardoor, voor een deel althans, het overigens zeer moei lijke vraagstuk betreflende d© Zondags rust op de spoorwegen opgelost wordt. Reeds zeer spoedig zal aan de chefs der kleine stations en die der halten des Zondags meermalen vrijaf worden gege ven. Men mag op goede gronden ver wachten, dat maatregelen als deze gun stig op het personeel zullen werken. {U. D.) Naar men ons meldt, hebben een aantal gemeente-veldwachters Zeeland zich dezer dagen per rekest tot den commissaris des Konings gt met dringend verzoek om zijne mede werking, ten einde, evenals in Friesland, bij ouderdom of ongeschiktheid met pen sioen begiltigd te worden. MO.) Door de heeren Ubaghs, geoloog, Eu8sen, ingenieur, en Hustinx- Roberti, grondeigenaar, allen te Maas tricht, is concessie aangevraagd voor de ontginning van kalkphosphaatvelden in 25 gemeenten van Zuid-Limburg. Maandag werden op de Hol- landscLe spoorlijn de nieuwe rijtuigen in doorloopend verkeer tusschen Rotterdam en Scheveningen, en terug, waarvan on langs melding is gemaakt, in gebruik genomen. Zij hebben het model van ge wone tramrijtuigen, doch met zwaarder onderwerk, en zijn, naar het Ameri- kaansch model, doorloopend, eerste en tweede klasse aaneengekoppeld. De wa gens, zoomede de balkons, zijn zeer ruim. De eerste klasse is bekleed met rood, de tweede met grijs trijp. Ieder rijtuig voorzien van flinke spiegel ruiten is verdeeld in een comparti ment rooken en niet rooken. Boven in de rijtuigen is een toestel voor gasver lichting aangebracht. Allen, die Maandag van de nieuwe wagens gebruik maakten, waren vol lof over de doelmatige inrichting en het ge makkelijke rijden. De rijtuigen worden aan het station den Haag uit den trein, die van Rot terdam komt, gelicht, op de tramlijn den Haag—Scheveningen overgebracht en bij terugkeer uit Scheveningen omgekeerd weer tusschen of achter den gewonen trein naar Rotterdam gevoegd. Gevaar lij he scheepsbouw. Naar aanleiding van het vergaan der Prins Prederik maakt de heer J. J. Den Herder, oud-commissaris der loodsen, de volgende opmerking: Aanvaringen zyn met den besten wil en het grootst mogelijke beleid niet altijd te voorkomen dat weet ieder zeevarende genoegzaam bij ondervinding. Maar waarom die schepen niet zoodanig ge bouwd, dat men, bij eventueel geval, daar afkome met het minst mogelijke gevaar en veel geringere schade? Waar om niet tot het meer doelmatige oude systeem teruggekeerd en steamers in de vaart gebracht, wier voorsteven een hoek van hoogstens 60° of 70° met de kiel maken. De onwetendste leek kan zich daar van eene duidelijke voorstelling maken, wanneer hij het verschil van aanraking nagaat bij twee voorwerpen in perpen diculairen stand en twee andere, die in schuins geplaatste richting met elkander in contact komen. Zooals nu, helaasbijna algemeen wordt gebouwd, zijn de voorstevens als rammen en de schepen zelve aldus als ramsehepen te beschouwen, die, bij aan varing, de een den ander ook ver be neden de waterlyn treffen en waarvan de afloop immer noodlottig zijn moet, terwijl zulks bij onderlinge aanvaring van schepen met schuinsche voorstevens wel zeer zeldzaam zal voorkomen. Ook voor sluisdeuren, enz. zijn die rammen gevaarlijk. Het verkeerde daar van zal wel niet licht worden erkend vóór en aleer eene internationale wet tot stand komt, die zulke gevaarlijke bodems van den oceaan weert, niet vóór aleer elke assurantie-maatschappij weigert ze te verzekeren, of het Rijk niet meer toestaat, dat zijne passagiers, soldaten en schatten met deze vervoerd worden. Mij dunkteens sohooDe aan leiding voor eene kleine natie als wy, maar die in zeevaartzaken toch nogal eenig gewicht in da schaal legt, om, al ware het alleen uit een beginsel van humaniteit, in deze h«t initiatie! te nemen. B. en W. van Amsterdam hebben belanghebbenden uitgenoodigd, om, zoo zij bereid zijn, eene concessie voor electrische geleidingen volgens be paalde voorwaarden te aanvaarden, vóór 1 September a.s. daarvan te doen blijken. Binnen acht dagen na uitnoodiging dien6 de adspir.-concess. eene waarde van 100.000 in handen van B. en W. to stellen, als zakelijk onderpand, dat eene concessie binnen zes maanden na het raadsbesluit van 25 Juni j.l. zal zijn overgedragen aan eene Naamlooze Ven nootschap. Te Par ij s zal op den hoek van de Rue Montmartre en den Boule vard Poissonnière een nedsrlandsch ge bouw verrijzen. De Koninklyke Neder landsche Bierbrouwerij te Amsterdam sticht daar met behulp van eenige ne derlandsche kapitalisten de //Splendide Taverne", een grooie biertempel met flinke hooge zalen. Ontwerper is de am- sterdamsche arenitect Schill; als admi nistrateur zal optreden de heer Coblijn, een sinds jaren te Parijs gevestigd Ne derlander. Alle dagen zal er versch bier uit Amsterdam wordoa aangevoerd. De Maatschappij tot Exploi tatie van Markthallen te Amsterdam is failliet verklaard. Te Amsterdam werd een woesteling uit zijn woning in de Spaarn- dammerstraat- gehaald, waartoe niet miner dan zes agenten noodig waren. Het was een 56jarige machinist, die ter zake van dronkenschap en verzet in be waring moest worden gebracht. Bij die gelegenheid is een agent door den woes teling met een dolkmes in de heup ge stoken, een 14jarige jongen aan den rug en een 47jarige vrouw aan het. hoofd gewond, terwijl hijzelf door een der agenten met de sabel, waarvan gebruik moest worden gemaakt, licht aan kot hoofd is gekwetst. Allen zijn in het Binnen-Gasthuis verbonden. De opening van het Zoölo gisch station der Nederl. Dierkunde Vereeniging te Nieuwediep had Zondag te Nieuwediep feestelijk plaats. Als gasten waren genoodigd: schout-bij-nacht Bogaert, Beukenkamp, burgemeester van den Helder, dr. Her bert, directeur van Artis te Amsterdam en anderen. In de ruime, met bloemen versierde vestibule stond te 12 uur een ontbijt voor de deelnemers gereed. Te 1 uur hield prof'. Hnbrecht eene opgewekte rede, waarin hij de geschiedenis van de nieuwe stichting uiteenzette en op hare groote büteekenis voor de wetensdbap zoowel als voor de visscherij-industrie opmerkzaam maakte. Zondagmidddag is een artil- lerist te Leiden, die een weinig aange schoten was, bij zijn ouders op het Le- i vendaal een bezoek gaan brengen, bij welke gelegenheid twist ontstond, die zóó hoog liep dat men 't veiliger achtte de patrouille te ontbieden. De patient, die daarvan de lucht had gekregen, klom intusschen op het dak. Doch de patrouille liet niet met zich. spotten, haalde hem naar beneden en nam hem naar veiliger oorden mee. LC.) Ongeveer vijfjaren geleden verklaarden zich twee personen, J. H. W. en H. H. W., zijnde neven, te Weert, bereid om als plaatsvervanger in dienst te gaan, en teekenden als zooda- bij eene maatschappij te Utrecht. De eerste kreeg eohter berouw en bedankte, de tweede nam dienst. Het blijkt echter dat de tweede gedurende vijf jaren heeft gediend ten name en met papieren van den eerste, zoodat, toen deze zich j8 ten hutvelyk aanmeldde, hij als militieplichtige was geboekt. De justitie te Roermond hoorde in deze zaak reeds verscheiden getuigen. Twee korporaals van de 3e cotnp. van het te Grave in garnizoen liggend bataljon inf., worden sedert on geveer 3 weken vermist. Vermoedelijk hebben zij de wijk ge nomen naar België. Een arbeider in het Wee r- dingerveen gevoelde zich ongesteld. Na een dag of vier ontbood hij eene vrouw, die de kunst van //bezetten" heette te verstaan. Deze oefende door handopleg ging hare kunst uit, en de man waande zich terstond genezen, zoodat hij den arbeid hervatten kon. Het huis v a n d e n a r b e i d e r T. KnappeDga, te Smilde, werd Zater dag door den bliksem getroffen, die door den schoorsteen zich een weg baande naar de woonkamer, waar zich het ge heele gezin bevond. Allen bleven onge deord. Z o n d a g-a Vond is te Goes de heer Leon Mary, luchtreiziger te 's-Hago, in den tuin der sociëteitVan ongenuch- ten vrij" met zijn ballon Prinses WilJiel- mina opgestegen. Zijn voornemen, om aset een parachute van eene hoogte van 1000 a 1200 M. neer te dalen, kon niet tot uitvoering komen wegens den oa- gunstigen wind. Hij dreef' in oostelijke richting af, en is neergekomen bij bet gehucht Abbekinderen onder Kloetinge. In den nacht van Zaterdag op Zondag heeft te Leeuwarden een vreeselyk ongeluk plaats gehad. De sehipper van een bij de Sneekerkade liggend, diep met klei geladen, praam- schip, werd, terwijl hij met zijne vrouw en zes kinderen in het vooronder te sla- den lag, omstreeks 1 uur in den nacht, door zijne ten gevolge van het stormwe der wakker geworden vrouw daar zij meende, dat er gevaar voor het scheepje was. De man begaf zich naar boven, met het doel de praam naar de overzijde te duwen, waar men meer be veiligd tegen den wind zou zijn. Terwyl hij hiermede bezig was en zijne vrouw met twee kinderen mede boven was ge komen, zonk het vaartuig in de diepte weg. Op het angstgeschrei waren inmid dels twee in de buurt liggende schippers te hulp gekomen, doch zij mochten er slechts in slagen den vader, een jongen en eeu meisje te redden, en moesten de moeder met twee der kinderen, waaron der een zuigeling van 10 maanden, op eens zien verdwijnen. Alle verdere mid delen tot redding bleven door het storm weder vruchteloos. Twee andere kinde ren, die in het schip waren gebleven, verdronken mede, waarschijnlijk nog sla pende. In den loop van den dag werd het achip bovengebracht. Een der ver dronken kinderen kwam namiddags by het nabij gelegen dorp Huizum aan drijven. VISSCHERIJ. Enk huizen, 6 Juli. Gisteren werd alhier door 96 vaartuigen van 1000 tot 16,000 stuks netjes-ansjovis aangevoerd, prijs f 3,50 per 1000. Ge durende de afgeloopen week werd ge middeld 60 per vaartuig besomd. Teasel, 6 Juli. Het palingvisschen in de binnenwateren, leverde in de af geloopen week over het geheel maar een middelmatige vangst op. De paliög gold van 20 tot 50 ct. per K. G. Door de Noordzeevisschers werd van 20 tot 55 besoa-d per schuit. Eenige manden scharren, poonen en pieterman nen werden er voor de rookerijen aan gevoerd. Seharren golden ƒ3 a 4,50, poonen en pietermannen ƒ2.50 per mand. Het rogvisschen binnengaats leverde ook al niet veel op. De rog werd tegen 60 ct. per stuk verkocht. Naar Brussel Antwerpen werden 18 manden rog afgezonden. Niewediep, 6 Juli. Door 5 korders werden gisterenavond nog 115 tongen, 1 tarbot, 9 mandjes kl. schol en 5 manden schar aangevoerdtong gold 70 cent der stuk, de tarbot ƒ9, kl. schol ƒ3.50 per mandje en schar 6 per mand. 7 Juli. Door beugers werden heden 40 roggen aangevoerd, die tegen 70 ct. per stuk werden afgeslagen. De kotter H. 1). 63, schipper Smit, besomde aan tong, rog, schol en schar ƒ30. KOLOME#. (Uit de bataviasehe bladen van 47 Juni. De vorige mail liep tot 29 Mei. De tusachenliggenda bladen ontbreken.) BATAVIA, 7 Juni. Aan het mail-overzicht van den Java- bode dd. 7 Juni ontleenen wij het vol gende Terwijl men eerst dacht het te Edi wel af te knanen met do troepen van Kota-radja daarheen gezonden, heeft toch al spoedig de commandant aldaar, overste Helderman, gemeend versterking te moe ten vragen, en dientengevolge zijn het 6e bataljon infanterie met eenige genie, cavalerie en artillerie naar Edi vertrok ken. Dat bataljon lag te Magelang in garnizoen en was reeds sedert geruimen tijd zóó m&rsehvaardig gemaakt en zóó compleet gehouden, dat het op het eerste bevel terstond kon gaan. Onverwacht kwam trouwens dit bevel in zooverre niet, dat reeds sedert een klein jaar op Edi de toestand niet zuiver was, lang gesproken werd van de noodzake lijkheid om daarheen eene expeditie te zenden. Thans, r.n do radja, onze met de orde ran den Nederlandschen Leeuw versierde vazal, binnen onze benting ia gevlucht on zijne onderdanen zich bij de in grooten getale het land bmnenstroo- mende vijandelijke Pedireezen hebben gevoegd, was zulk eene expeditie niet langer te ontwijken. Of men met een loos overleg van de Atjehers te doen heeft, die den krijg willen verplaatsen en van Groot-Atjeh afleiden, dan enkel met lieden die ontevreden zijn over de han delwijze van den radja van Edi, gelijk men tot nog toe volhield, zal nader blij ken, doch waarschijnlijk is het niet dat do expeditie met een enkelen slag haar doel zal kunnen bereiken, en veeleer laat het zich aanzien dat eerst op den duur de Atjehers tot aftrekken zullen worden gedwongen, zoodat de gezonden troepen iangeren tijd op Edi zullen moeten blij ven. Uit de wijze waarop men het 6de bataljon uit Magalang uitgeleide heeft gedaan en op de doorreis naar en te Se- marang met toespraken en zelfs met een lauwerkrans heeft ontvangen, spreekt de opvatting van de vertrekkenden en van de achterbly venden, dat men met eene stellige expeditie tegen den vijand te doen heeft en niet enkel met eene versterking van onze troepenmacht in Atjeh. Ook op Flores gaan de zaken niet naar wensch. De Rokaneezen, die de vo rige expeditie van den heer Van Schelle hebben aangevallen en beroofd, hebben op het bericht van de landing onzer sol daten het hoofd wel in den schoot ge legd, maar op eene wijze, die door den resident van Timor niet als eene onder werping is aangenomen ea ook niet de minste waarborgen aanbood voor een verder ongestoord onderzoek naar den tinrykdom van het eiland. Zij hebben namelijk geweigerd de geroofde voorwer pen en de roovers uit te leveren, omdat dit met hunne zeden in strijd was, maar als schadevergoeding en boete een kar bouw aangeboden. Zelfs al wilde men ziGh hiermee tevreden stellen, dan nog zou de expeditie niet als geëindigd kun nen worden beschouwd, daar het hoofd doel, het tinonderzoek, dan nog even weinig bereikt zou zijn als vroeger. Men moet dus verder, en daarbij worden zoo vele terreinhindernissen ontmoet, dat de commandant, kapitein van Baarda, die 150 man onder zich heeft, behalve nog honderd dwangarbeiders, de geheele te Makasser gelegerde reserve van 50 man op eens heeft aangevraagd. Deze ver sterking werd wegens de drukke patrouil lediensten noodig geacht, niet wegens de overmacht des vijands, die na een aanval op eene patrouille dadelijk vluchtte, toen hij de uitwerking der geweren had on dervonden. Uit Medan werd den 6en Juni aan de Javabode geseind Generaal Van Teijn is naar Edi ver trokken volgens hier ontvangen bericht zijn onze troepen daar met den vijand slaags geweest en hebben zij drie ben- tings genomen. Overste Helderman is Daar Kota-radja teruggegaan, en de ge neraal is op Edi gebleven. Dat de goevernewr van Atjeh naar Edi is gegaan, gelijk in ons telegram uit Medan wordt gemeld, was bij het leger bestuur bekend. Het ligt voor de hand dat generaal Van Teijn, die het zonden van het 6e bataljon niet noodig vond, doch het aanvragen daarvan aan de be slissing van overste Helderman overliet, toen hij zelf op Edi kwam, daar met de aanwezige troepenmacht tegen den vijand is opgetrokken. De drie genomen ben- tings behooren tot een achttal, dat door den radja van Edi aan de landzijde om onze benting werd aangelegd, en waar van er stellig zeven (van een is het niet zeker) door de vijanden zyn in bezit ge nomen. Trouwens ook nu hebben de Edireezen zeker wel evenals in 1888 met den vijand gemeene zaak gemaakt. Te Penang maakt men zich zeer ongerust over de gevolgen van de blok kade van Edi. Chineesche handelaren van genoemde plaats hebben namelijk onge veer een millioen dollars voorschot ge geven op peper, en thans mag deze niet worden uitgevoerd, terwijl er gevaar is dat de geheele voorraad, grootendeels reeds in prauwen geladen, door den vij and wordt vernield. Ten vervolge van zijn opgenomen telegrafisch bericht omtrent de expeditie naar Flores, is door de regeering van den resident van Timor en onderhoorig- hed«n een nader telegram ontvangen, ge- dagteekend Wai Moke 26 Mei jl., waar aan in de Jav. Ct. de volgende mede- deelingen worden ontleend: Zekere Angga Molo, die genoemd wordt als de invloedrijkste persoon onder de bewoners van Eko-feto, Wolo-wio en vele andere kampongs in Roka, deed door fcusschenkomst van eenige personen uit Teno (Manggarai) aan den resident om eene samenkomst verzoeken. Dit werd hem toegestaan, doch hij vertoonde zich niet persoonlijk en deed slechts het aan bod tot levering van óón karbouw, als schadevergoeding, tevens boete, voor den in het vorige jaar op de tin-commissie gepleegden aanval. De gebezigde tusschen- personen zagen op hunnen tocht vele randjoe's, en waarschuwden de troepen tegen een voorgenomen aanval van een groot aantal vijanden in den nacht van z/Het is goed, houd dat voor mij besproken." Een half uur later zat hij in het rijtuig en door het stooten en schokken dommelde hij half in. Wat gebeurde er op het oogen- blik in Parijs? Ongetwijfeld had men zijn kas reeds geopend. Wat zou Maheurtier zeggen O, welk een verfoeielijke misdaad hem op die wijze te hebben bedrogen I De justitie zou natuurlijk in de rile d'Enfer huiszoeking gaan doen. Zou Clómence tijd genoeg ge had hebben, om Richard naar Montreuil te brengen, zooals hij haar verzocht had Wat zou er van hen worden, van deze hem zoo dierbare schepsels over wie hij schande en ellende had gebracht Bij deze gedachte verduisterden zich zijne trekken en de tranen schoten hem in de oogen. Toen vroeg hy zich plotseling af, of zijn signalement niet reeds naar Joigny zou zijn overgeseind en hij geen gevaar zou loopen, daar te worden aangehouden bij zijn aankomst; misschien wachtte men hem reeds I Deze vrees groeide zoozeer aan, dat hij besloot, zich niet aan het gevaar bloot to stellen. Bij de wisselplaats Yilleneuve aan de Yonne, stapte hij uit, sloeg een zijweg in en liep door totdat hij zich op het vrije veld bevond. Hij begon weer ruimer adem te halen. Het was een heldere avond, do hemel vol sterren; het vroor dan ook. Hij luisterde scherp toe. Men hoorde geen ander geluid dan het geraas der wielen van de diligence, die zijn weg vervolgde. Hij werd dus niet achtervolgd, maar wat nu te doen. Het was nu omstreeks elf uur. Zou hij naar Villeneuve terugkeeren en er nachtverblijf gaan zoeken? Hij durfde dit niet. Van den anderen kant: kon hij in deze koude den ganschen nacht in het ©peB veld doorbrengen? Terwijl hij er over nadacht, wat hem te doen stond, deed een scherpe, koude wind hem huiveren. z/Wat doet dat er toe?" zeide hij eensklaps. //Laat ik maar ver der gaan." Hij kende deze landstreek niet. Hij wist slechts, dat hij op zes mijlen aistanas van zijn dorp was en dat hij in eene zuidelijke richting moest loopen. Maar hoe moest hij in dezen naeht den weg vinden Langzaam trok er een nevel van den grond op en verspreidde zich overal heen, zoodat daardoor de heldere hemel aan zijn oog onttrokken werd, een sombere nacht omhulde hem. Hy moest evenwel steeds voortgaan totdat hij een schuilplaats zou hebben gevonden, een plekje, waar zijne vervolgers hem niet zouden kun nen vinden. Op goed geluk af liep hij langs wegen, waarvan de grond vol keisteenen en wagensporen was en hij ging rechts of link3 af, wanneer hij meende een verkeerden weg te zijn inge slagen, struikelende over wijngaardranken en in diepe voren van het bouwland; eens zelfs bleef hij bij geluk nog staan voor een moeras; voortdurend waren zyne oogen en ooren ingespannen, om te midden van de stilte van den zwarten nacht naar het kleinste licht uit te kijken en het minste geluid van blaffende honden of anderszins op te vangen. Dit duurde zoo ongeveer een uur, toen hij plotseling op tien schreden afstands voor zich een zwarte massa ontdekte, waarvan de top een halfronde vorm had. Hij naderde met de uiterste om zichtigheid; het was ©en hooimijt, hij besloot daar te gaan liggen? om wat te rusten, want hij was doodaf. Aan een van de kanten der hooimijt trok hij met handen vol het hooi er uit en op die wijze maakte hij een holte, waarin hij zich neervleide, na al het hooi, dat hij had uitgetrokken, over zijn lichaam te hebben verspreid; nauwelijks had hij zich in dit geïm proviseerde bed uitgestrekt, of hij viel iu slaap. Wordt vervolgd

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1890 | | pagina 2