bosch de feesten begonnen van de Ver-
eeniging van officieren der schutterij in
Nederland.
De regelings-commissie, bestaande uit
de officieren der dd. schutterij aldaar,
was om 12% ure met hare muziek aan
het station, om de leden van het hoofd
bestuur en verdere leden der vereeniging
te ontvangen. Met de muziek aan het
hoofd trok de stoet naar het stadhuis,
alwaar door B. en W. de eerewijn werd
aangeboden. De burgemeester, jhr. van
der Does de Willebois, heette de vereeni
ging welkom binnen de grenzen zijner
stad, en begroette haar, ais oud-offieier
der schutterij, met de meeste sympathie,
welke rede werd beantwoord door luit.-
kol. baron De Constant Rebecque.
Om half drie werd eene matinóe ge
geven in het plantsoen, door het muziek
korps der scnutterij. Jammer dat het
weder niet gunstiger was, want de geest
der bevolking was echt feestelijk ge
stemd.
Des avonds vereenigden zich allen in
de liedertafel/Oefening en Uitspanning",
om het concert bij te wonen, waarna
dans. Laat bleven allen bijeen, en de
goede geest verhoogde zeer de gezel
ligheid.
Maandag na afloop der vergadering,
begaven de officieren zich per extra-
stoomtram naar Hees wijk, alwaar door
de vereeniging aan de leden, in de rid
derzaal van het kasteel van jhr. Van
den Bogaerde, een déjeuner werd aan
geboden.
Behalve fransche turners,
zal ook de hamburgsehe Turnverein aan
den grooten wedstrijd te Breda deelne
men. Tot hiertoe hebban zich reeds over
de 600 deelnemers uit alle oorden aan
gemeld.
Zooals aan velen bekend
is, genieten de stations- en halte-chefs
op de nederlandsche spoorwegen
vooral op de kleine stations, waar over
zeer weinig personeel kan worden be
schikt slechts zeer weinig of in het
geheel geen Zondagsrust. Hunne positie
wordt daardoor zeer bezwaard. Vooral
bij bovengenoemde betrekkingen is het
zaak, dat de geest niet onophoudelijk in
spanning blijve. De nadeelen daarvan
behoeven eigenlijk geen toelichting.
Dit heelt de directie der Exploitatie
maatschappij geleid tot het ontwerpen
van eene regeling, waardoor, voor een
deel althans, het overigens zeer moei
lijke vraagstuk betreflende d© Zondags
rust op de spoorwegen opgelost wordt.
Reeds zeer spoedig zal aan de chefs
der kleine stations en die der halten des
Zondags meermalen vrijaf worden gege
ven. Men mag op goede gronden ver
wachten, dat maatregelen als deze gun
stig op het personeel zullen werken.
{U. D.)
Naar men ons meldt, hebben
een aantal gemeente-veldwachters
Zeeland zich dezer dagen per rekest tot
den commissaris des Konings gt
met dringend verzoek om zijne mede
werking, ten einde, evenals in Friesland,
bij ouderdom of ongeschiktheid met pen
sioen begiltigd te worden. MO.)
Door de heeren Ubaghs,
geoloog, Eu8sen, ingenieur, en Hustinx-
Roberti, grondeigenaar, allen te Maas
tricht, is concessie aangevraagd voor de
ontginning van kalkphosphaatvelden in
25 gemeenten van Zuid-Limburg.
Maandag werden op de Hol-
landscLe spoorlijn de nieuwe rijtuigen in
doorloopend verkeer tusschen Rotterdam
en Scheveningen, en terug, waarvan on
langs melding is gemaakt, in gebruik
genomen. Zij hebben het model van ge
wone tramrijtuigen, doch met zwaarder
onderwerk, en zijn, naar het Ameri-
kaansch model, doorloopend, eerste en
tweede klasse aaneengekoppeld. De wa
gens, zoomede de balkons, zijn zeer
ruim. De eerste klasse is bekleed met
rood, de tweede met grijs trijp. Ieder
rijtuig voorzien van flinke spiegel
ruiten is verdeeld in een comparti
ment rooken en niet rooken. Boven in
de rijtuigen is een toestel voor gasver
lichting aangebracht.
Allen, die Maandag van de nieuwe
wagens gebruik maakten, waren vol lof
over de doelmatige inrichting en het ge
makkelijke rijden.
De rijtuigen worden aan het station
den Haag uit den trein, die van Rot
terdam komt, gelicht, op de tramlijn den
Haag—Scheveningen overgebracht en bij
terugkeer uit Scheveningen omgekeerd
weer tusschen of achter den gewonen
trein naar Rotterdam gevoegd.
Gevaar lij he scheepsbouw.
Naar aanleiding van het vergaan der
Prins Prederik maakt de heer J. J. Den
Herder, oud-commissaris der loodsen, de
volgende opmerking:
Aanvaringen zyn met den besten wil
en het grootst mogelijke beleid niet altijd
te voorkomen dat weet ieder zeevarende
genoegzaam bij ondervinding. Maar
waarom die schepen niet zoodanig ge
bouwd, dat men, bij eventueel geval,
daar afkome met het minst mogelijke
gevaar en veel geringere schade? Waar
om niet tot het meer doelmatige oude
systeem teruggekeerd en steamers in de
vaart gebracht, wier voorsteven een hoek
van hoogstens 60° of 70° met de kiel
maken.
De onwetendste leek kan zich daar
van eene duidelijke voorstelling maken,
wanneer hij het verschil van aanraking
nagaat bij twee voorwerpen in perpen
diculairen stand en twee andere, die in
schuins geplaatste richting met elkander
in contact komen.
Zooals nu, helaasbijna algemeen
wordt gebouwd, zijn de voorstevens als
rammen en de schepen zelve aldus als
ramsehepen te beschouwen, die, bij aan
varing, de een den ander ook ver be
neden de waterlyn treffen en waarvan
de afloop immer noodlottig zijn moet,
terwijl zulks bij onderlinge aanvaring
van schepen met schuinsche voorstevens
wel zeer zeldzaam zal voorkomen.
Ook voor sluisdeuren, enz. zijn die
rammen gevaarlijk. Het verkeerde daar
van zal wel niet licht worden erkend
vóór en aleer eene internationale wet
tot stand komt, die zulke gevaarlijke
bodems van den oceaan weert, niet vóór
aleer elke assurantie-maatschappij
weigert ze te verzekeren, of het Rijk
niet meer toestaat, dat zijne passagiers,
soldaten en schatten met deze vervoerd
worden. Mij dunkteens sohooDe aan
leiding voor eene kleine natie als wy,
maar die in zeevaartzaken toch nogal
eenig gewicht in da schaal legt, om, al
ware het alleen uit een beginsel van
humaniteit, in deze h«t initiatie! te nemen.
B. en W. van Amsterdam
hebben belanghebbenden uitgenoodigd,
om, zoo zij bereid zijn, eene concessie
voor electrische geleidingen volgens be
paalde voorwaarden te aanvaarden, vóór
1 September a.s. daarvan te doen blijken.
Binnen acht dagen na uitnoodiging dien6
de adspir.-concess. eene waarde van
100.000 in handen van B. en W. to
stellen, als zakelijk onderpand, dat eene
concessie binnen zes maanden na het
raadsbesluit van 25 Juni j.l. zal zijn
overgedragen aan eene Naamlooze Ven
nootschap.
Te Par ij s zal op den hoek
van de Rue Montmartre en den Boule
vard Poissonnière een nedsrlandsch ge
bouw verrijzen. De Koninklyke Neder
landsche Bierbrouwerij te Amsterdam
sticht daar met behulp van eenige ne
derlandsche kapitalisten de //Splendide
Taverne", een grooie biertempel met
flinke hooge zalen. Ontwerper is de am-
sterdamsche arenitect Schill; als admi
nistrateur zal optreden de heer Coblijn,
een sinds jaren te Parijs gevestigd Ne
derlander. Alle dagen zal er versch bier
uit Amsterdam wordoa aangevoerd.
De Maatschappij tot Exploi
tatie van Markthallen te Amsterdam is
failliet verklaard.
Te Amsterdam werd een
woesteling uit zijn woning in de Spaarn-
dammerstraat- gehaald, waartoe niet
miner dan zes agenten noodig waren.
Het was een 56jarige machinist, die ter
zake van dronkenschap en verzet in be
waring moest worden gebracht. Bij die
gelegenheid is een agent door den woes
teling met een dolkmes in de heup ge
stoken, een 14jarige jongen aan den rug
en een 47jarige vrouw aan het. hoofd
gewond, terwijl hijzelf door een der
agenten met de sabel, waarvan gebruik
moest worden gemaakt, licht aan kot
hoofd is gekwetst. Allen zijn in het
Binnen-Gasthuis verbonden.
De opening van het Zoölo
gisch station der Nederl. Dierkunde
Vereeniging te Nieuwediep had Zondag
te Nieuwediep feestelijk plaats.
Als gasten waren genoodigd:
schout-bij-nacht Bogaert, Beukenkamp,
burgemeester van den Helder, dr. Her
bert, directeur van Artis te Amsterdam
en anderen.
In de ruime, met bloemen versierde
vestibule stond te 12 uur een ontbijt voor
de deelnemers gereed. Te 1 uur hield
prof'. Hnbrecht eene opgewekte rede,
waarin hij de geschiedenis van de nieuwe
stichting uiteenzette en op hare groote
büteekenis voor de wetensdbap zoowel als
voor de visscherij-industrie opmerkzaam
maakte.
Zondagmidddag is een artil-
lerist te Leiden, die een weinig aange
schoten was, bij zijn ouders op het Le-
i vendaal een bezoek gaan brengen, bij
welke gelegenheid twist ontstond, die
zóó hoog liep dat men 't veiliger achtte
de patrouille te ontbieden. De patient,
die daarvan de lucht had gekregen, klom
intusschen op het dak. Doch de patrouille
liet niet met zich. spotten, haalde hem
naar beneden en nam hem naar veiliger
oorden mee. LC.)
Ongeveer vijfjaren geleden
verklaarden zich twee personen, J. H.
W. en H. H. W., zijnde neven, te
Weert, bereid om als plaatsvervanger in
dienst te gaan, en teekenden als zooda-
bij eene maatschappij te Utrecht. De
eerste kreeg eohter berouw en bedankte,
de tweede nam dienst. Het blijkt echter
dat de tweede gedurende vijf jaren
heeft gediend ten name en met papieren
van den eerste, zoodat, toen deze zich
j8 ten hutvelyk aanmeldde, hij als
militieplichtige was geboekt. De justitie te
Roermond hoorde in deze zaak reeds
verscheiden getuigen.
Twee korporaals van de 3e
cotnp. van het te Grave in garnizoen
liggend bataljon inf., worden sedert on
geveer 3 weken vermist.
Vermoedelijk hebben zij de wijk ge
nomen naar België.
Een arbeider in het Wee r-
dingerveen gevoelde zich ongesteld. Na
een dag of vier ontbood hij eene vrouw,
die de kunst van //bezetten" heette te
verstaan. Deze oefende door handopleg
ging hare kunst uit, en de man waande
zich terstond genezen, zoodat hij den
arbeid hervatten kon.
Het huis v a n d e n a r b e i d e r
T. KnappeDga, te Smilde, werd Zater
dag door den bliksem getroffen, die door
den schoorsteen zich een weg baande
naar de woonkamer, waar zich het ge
heele gezin bevond. Allen bleven onge
deord.
Z o n d a g-a Vond is te Goes de
heer Leon Mary, luchtreiziger te 's-Hago,
in den tuin der sociëteitVan ongenuch-
ten vrij" met zijn ballon Prinses WilJiel-
mina opgestegen. Zijn voornemen, om
aset een parachute van eene hoogte van
1000 a 1200 M. neer te dalen, kon niet
tot uitvoering komen wegens den oa-
gunstigen wind. Hij dreef' in oostelijke
richting af, en is neergekomen bij bet
gehucht Abbekinderen onder Kloetinge.
In den nacht van Zaterdag
op Zondag heeft te Leeuwarden een
vreeselyk ongeluk plaats gehad. De
sehipper van een bij de Sneekerkade
liggend, diep met klei geladen, praam-
schip, werd, terwijl hij met zijne vrouw
en zes kinderen in het vooronder te sla-
den lag, omstreeks 1 uur in den nacht,
door zijne ten gevolge van het stormwe
der wakker geworden vrouw
daar zij meende, dat er gevaar voor het
scheepje was. De man begaf zich naar
boven, met het doel de praam naar de
overzijde te duwen, waar men meer be
veiligd tegen den wind zou zijn. Terwyl
hij hiermede bezig was en zijne vrouw
met twee kinderen mede boven was ge
komen, zonk het vaartuig in de diepte
weg. Op het angstgeschrei waren inmid
dels twee in de buurt liggende schippers
te hulp gekomen, doch zij mochten er
slechts in slagen den vader, een jongen
en eeu meisje te redden, en moesten de
moeder met twee der kinderen, waaron
der een zuigeling van 10 maanden, op
eens zien verdwijnen. Alle verdere mid
delen tot redding bleven door het storm
weder vruchteloos. Twee andere kinde
ren, die in het schip waren gebleven,
verdronken mede, waarschijnlijk nog sla
pende. In den loop van den dag werd
het achip bovengebracht. Een der ver
dronken kinderen kwam namiddags
by het nabij gelegen dorp Huizum aan
drijven.
VISSCHERIJ.
Enk huizen, 6 Juli. Gisteren
werd alhier door 96 vaartuigen van
1000 tot 16,000 stuks netjes-ansjovis
aangevoerd, prijs f 3,50 per 1000. Ge
durende de afgeloopen week werd ge
middeld 60 per vaartuig besomd.
Teasel, 6 Juli. Het palingvisschen
in de binnenwateren, leverde in de af
geloopen week over het geheel maar
een middelmatige vangst op. De paliög
gold van 20 tot 50 ct. per K. G.
Door de Noordzeevisschers werd van
20 tot 55 besoa-d per schuit. Eenige
manden scharren, poonen en pieterman
nen werden er voor de rookerijen aan
gevoerd. Seharren golden ƒ3 a 4,50,
poonen en pietermannen ƒ2.50 per
mand.
Het rogvisschen binnengaats leverde
ook al niet veel op. De rog werd tegen
60 ct. per stuk verkocht. Naar Brussel
Antwerpen werden 18 manden rog
afgezonden.
Niewediep, 6 Juli. Door 5
korders werden gisterenavond nog 115
tongen, 1 tarbot, 9 mandjes kl. schol en
5 manden schar aangevoerdtong gold
70 cent der stuk, de tarbot ƒ9, kl.
schol ƒ3.50 per mandje en schar 6
per mand.
7 Juli. Door beugers werden heden
40 roggen aangevoerd, die tegen 70 ct.
per stuk werden afgeslagen. De kotter
H. 1). 63, schipper Smit, besomde aan
tong, rog, schol en schar ƒ30.
KOLOME#.
(Uit de bataviasehe bladen van 47
Juni. De vorige mail liep tot 29 Mei.
De tusachenliggenda bladen ontbreken.)
BATAVIA, 7 Juni.
Aan het mail-overzicht van den Java-
bode dd. 7 Juni ontleenen wij het vol
gende
Terwijl men eerst dacht het te Edi
wel af te knanen met do troepen van
Kota-radja daarheen gezonden, heeft toch
al spoedig de commandant aldaar, overste
Helderman, gemeend versterking te moe
ten vragen, en dientengevolge zijn het
6e bataljon infanterie met eenige genie,
cavalerie en artillerie naar Edi vertrok
ken. Dat bataljon lag te Magelang in
garnizoen en was reeds sedert geruimen
tijd zóó m&rsehvaardig gemaakt en zóó
compleet gehouden, dat het op het eerste
bevel terstond kon gaan. Onverwacht
kwam trouwens dit bevel in zooverre
niet, dat reeds sedert een klein jaar op
Edi de toestand niet zuiver was,
lang gesproken werd van de noodzake
lijkheid om daarheen eene expeditie te
zenden. Thans, r.n do radja, onze met
de orde ran den Nederlandschen Leeuw
versierde vazal, binnen onze benting ia
gevlucht on zijne onderdanen zich bij de
in grooten getale het land bmnenstroo-
mende vijandelijke Pedireezen hebben
gevoegd, was zulk eene expeditie niet
langer te ontwijken. Of men met een
loos overleg van de Atjehers te doen
heeft, die den krijg willen verplaatsen en
van Groot-Atjeh afleiden, dan enkel met
lieden die ontevreden zijn over de han
delwijze van den radja van Edi, gelijk
men tot nog toe volhield, zal nader blij
ken, doch waarschijnlijk is het niet dat
do expeditie met een enkelen slag haar
doel zal kunnen bereiken, en veeleer laat
het zich aanzien dat eerst op den duur
de Atjehers tot aftrekken zullen worden
gedwongen, zoodat de gezonden troepen
iangeren tijd op Edi zullen moeten blij
ven. Uit de wijze waarop men het 6de
bataljon uit Magalang uitgeleide heeft
gedaan en op de doorreis naar en te Se-
marang met toespraken en zelfs met een
lauwerkrans heeft ontvangen, spreekt de
opvatting van de vertrekkenden en van
de achterbly venden, dat men met eene
stellige expeditie tegen den vijand te doen
heeft en niet enkel met eene versterking
van onze troepenmacht in Atjeh.
Ook op Flores gaan de zaken niet
naar wensch. De Rokaneezen, die de vo
rige expeditie van den heer Van Schelle
hebben aangevallen en beroofd, hebben
op het bericht van de landing onzer sol
daten het hoofd wel in den schoot ge
legd, maar op eene wijze, die door den
resident van Timor niet als eene onder
werping is aangenomen ea ook niet de
minste waarborgen aanbood voor een
verder ongestoord onderzoek naar den
tinrykdom van het eiland. Zij hebben
namelijk geweigerd de geroofde voorwer
pen en de roovers uit te leveren, omdat
dit met hunne zeden in strijd was, maar
als schadevergoeding en boete een kar
bouw aangeboden. Zelfs al wilde men
ziGh hiermee tevreden stellen, dan nog
zou de expeditie niet als geëindigd kun
nen worden beschouwd, daar het hoofd
doel, het tinonderzoek, dan nog even
weinig bereikt zou zijn als vroeger. Men
moet dus verder, en daarbij worden zoo
vele terreinhindernissen ontmoet, dat de
commandant, kapitein van Baarda, die
150 man onder zich heeft, behalve nog
honderd dwangarbeiders, de geheele te
Makasser gelegerde reserve van 50 man
op eens heeft aangevraagd. Deze ver
sterking werd wegens de drukke patrouil
lediensten noodig geacht, niet wegens de
overmacht des vijands, die na een aanval
op eene patrouille dadelijk vluchtte, toen
hij de uitwerking der geweren had on
dervonden.
Uit Medan werd den 6en Juni aan
de Javabode geseind
Generaal Van Teijn is naar Edi ver
trokken volgens hier ontvangen bericht
zijn onze troepen daar met den vijand
slaags geweest en hebben zij drie ben-
tings genomen. Overste Helderman is
Daar Kota-radja teruggegaan, en de ge
neraal is op Edi gebleven.
Dat de goevernewr van Atjeh naar
Edi is gegaan, gelijk in ons telegram uit
Medan wordt gemeld, was bij het leger
bestuur bekend. Het ligt voor de hand
dat generaal Van Teijn, die het zonden
van het 6e bataljon niet noodig vond,
doch het aanvragen daarvan aan de be
slissing van overste Helderman overliet,
toen hij zelf op Edi kwam, daar met de
aanwezige troepenmacht tegen den vijand
is opgetrokken. De drie genomen ben-
tings behooren tot een achttal, dat door
den radja van Edi aan de landzijde om
onze benting werd aangelegd, en waar
van er stellig zeven (van een is het niet
zeker) door de vijanden zyn in bezit ge
nomen. Trouwens ook nu hebben de
Edireezen zeker wel evenals in 1888 met
den vijand gemeene zaak gemaakt.
Te Penang maakt men zich zeer
ongerust over de gevolgen van de blok
kade van Edi. Chineesche handelaren van
genoemde plaats hebben namelijk onge
veer een millioen dollars voorschot ge
geven op peper, en thans mag deze niet
worden uitgevoerd, terwijl er gevaar is
dat de geheele voorraad, grootendeels
reeds in prauwen geladen, door den vij
and wordt vernield.
Ten vervolge van zijn opgenomen
telegrafisch bericht omtrent de expeditie
naar Flores, is door de regeering van
den resident van Timor en onderhoorig-
hed«n een nader telegram ontvangen, ge-
dagteekend Wai Moke 26 Mei jl., waar
aan in de Jav. Ct. de volgende mede-
deelingen worden ontleend:
Zekere Angga Molo, die genoemd wordt
als de invloedrijkste persoon onder de
bewoners van Eko-feto, Wolo-wio en vele
andere kampongs in Roka, deed door
fcusschenkomst van eenige personen uit
Teno (Manggarai) aan den resident om
eene samenkomst verzoeken. Dit werd
hem toegestaan, doch hij vertoonde zich
niet persoonlijk en deed slechts het aan
bod tot levering van óón karbouw, als
schadevergoeding, tevens boete, voor den
in het vorige jaar op de tin-commissie
gepleegden aanval. De gebezigde tusschen-
personen zagen op hunnen tocht vele
randjoe's, en waarschuwden de troepen
tegen een voorgenomen aanval van een
groot aantal vijanden in den nacht van
z/Het is goed, houd dat voor mij besproken."
Een half uur later zat hij in het rijtuig en door het stooten
en schokken dommelde hij half in. Wat gebeurde er op het oogen-
blik in Parijs? Ongetwijfeld had men zijn kas reeds geopend. Wat
zou Maheurtier zeggen O, welk een verfoeielijke misdaad hem
op die wijze te hebben bedrogen I De justitie zou natuurlijk in de
rile d'Enfer huiszoeking gaan doen. Zou Clómence tijd genoeg ge
had hebben, om Richard naar Montreuil te brengen, zooals hij
haar verzocht had Wat zou er van hen worden, van deze hem zoo
dierbare schepsels over wie hij schande en ellende had gebracht
Bij deze gedachte verduisterden zich zijne trekken en de tranen
schoten hem in de oogen.
Toen vroeg hy zich plotseling af, of zijn signalement niet reeds
naar Joigny zou zijn overgeseind en hij geen gevaar zou loopen,
daar te worden aangehouden bij zijn aankomst; misschien wachtte
men hem reeds I
Deze vrees groeide zoozeer aan, dat hij besloot, zich niet aan
het gevaar bloot to stellen.
Bij de wisselplaats Yilleneuve aan de Yonne, stapte hij uit,
sloeg een zijweg in en liep door totdat hij zich op het vrije veld
bevond.
Hij begon weer ruimer adem te halen. Het was een heldere
avond, do hemel vol sterren; het vroor dan ook. Hij luisterde
scherp toe. Men hoorde geen ander geluid dan het geraas der
wielen van de diligence, die zijn weg vervolgde. Hij werd dus niet
achtervolgd, maar wat nu te doen. Het was nu omstreeks elf uur.
Zou hij naar Villeneuve terugkeeren en er nachtverblijf gaan
zoeken? Hij durfde dit niet. Van den anderen kant: kon hij in
deze koude den ganschen nacht in het ©peB veld doorbrengen?
Terwijl hij er over nadacht, wat hem te doen stond, deed een
scherpe, koude wind hem huiveren.
z/Wat doet dat er toe?" zeide hij eensklaps. //Laat ik maar ver
der gaan."
Hij kende deze landstreek niet. Hij wist slechts, dat hij op zes
mijlen aistanas van zijn dorp was en dat hij in eene zuidelijke
richting moest loopen.
Maar hoe moest hij in dezen naeht den weg vinden
Langzaam trok er een nevel van den grond op en verspreidde
zich overal heen, zoodat daardoor de heldere hemel aan zijn oog
onttrokken werd, een sombere nacht omhulde hem. Hy moest
evenwel steeds voortgaan totdat hij een schuilplaats zou hebben
gevonden, een plekje, waar zijne vervolgers hem niet zouden kun
nen vinden. Op goed geluk af liep hij langs wegen, waarvan de
grond vol keisteenen en wagensporen was en hij ging rechts of
link3 af, wanneer hij meende een verkeerden weg te zijn inge
slagen, struikelende over wijngaardranken en in diepe voren van
het bouwland; eens zelfs bleef hij bij geluk nog staan voor een
moeras; voortdurend waren zyne oogen en ooren ingespannen, om
te midden van de stilte van den zwarten nacht naar het kleinste
licht uit te kijken en het minste geluid van blaffende honden of
anderszins op te vangen.
Dit duurde zoo ongeveer een uur, toen hij plotseling op tien
schreden afstands voor zich een zwarte massa ontdekte, waarvan
de top een halfronde vorm had. Hij naderde met de uiterste om
zichtigheid; het was ©en hooimijt, hij besloot daar te gaan liggen?
om wat te rusten, want hij was doodaf.
Aan een van de kanten der hooimijt trok hij met handen vol
het hooi er uit en op die wijze maakte hij een holte, waarin hij
zich neervleide, na al het hooi, dat hij had uitgetrokken, over zijn
lichaam te hebben verspreid; nauwelijks had hij zich in dit geïm
proviseerde bed uitgestrekt, of hij viel iu slaap.
Wordt vervolgd