rouim ovflttztutiT.
wandeling naar Schoonhoven begaven wij
ons om haUnegen op weg. Tusschen hier
en Wijngaarden viel er bij een frisch
koeltje uit het noordwesten een flinke
motregen, die tot aan Bleskensgraaf aan
hield en nu en dan in een kleinen plas
regen overging. Do zon brak door, eü
de regen hield nu op, doeh het scheen
als kwam er uit het noordwesten eene
schrikbarende onweerslucht opzetten. Het
bleef korten tijd doodstil, doch plotseling,
toen do dreigende wolken juist boven
ons heen waren getrokken, vernamen wij
een geluid als waren verscheidene wa
termolens in volle werking. Er was echter
niets bizonders te bespeuren, totdat wij
opeens, ongeveer tien meter achter ons,
een paar hooimijten in bliksemsnelle vaart
een paar honderd meter naar omhoog
zagen draaien, terwijl het water uit den
Graafstroom tot eene groote zuil opge
zogen werd. Na eenige oogenblikken in
eene nabijstaaade schuur geschuild te
hebbenzagen wij de hoos reeds op
grooten afstand steeds hooger trekken,
om zich ten slotte in hot donkere zwerk
op te lossen, als werden eenige licht
grijze wolken uit een grooten hoorn ge
blazen, terwijl een geduchte riet-, hooi
en stofregen langzaam naar beneden
daalde.
Brrrl In den nacht van Do n-
derdag op Vrijdag is de hofmeester van
de stoomboot Maasnymph 1, die in de
haven te Brielle lag, aan een groot ge
vaar ontsnapt. De boot lag in de Binnen
haven tijdens een vreeselyk ouweder. De
hofmeester lag, volgens zijn verklaring,
in vasten slaap in zijn hut. Door een
zwaren donderslag schrikte hij wakker
en verkeerde in de meening, dat de
boot zinkende was. Hij verliet ijlings
zijn bed en sprong zoo goed als onge
kleed door een luikje overboord in het
water. Door het koude water kwam hij
tot bezinning, en, een geoefend zwemmer
zijnde, zwom hij naar de boot terug en
kroop in een der raderkasten. Op zijn
hulpgeroep schoten een paar mannen toe
en door middel van een touw trok men
hem op het dek.
Hij heeft geen letsel bekomen ea des
morgens zijn werkzaamheden hervat.
Een mislukte jacht. Een
vermakelijk avontuur wordt uit de om
streken van Maastricht medegedeeld
Een arbeider had een paar strikken
in zijn tuin gezet, om een haas te van
gen. Het duurde wel 8 dagen, eer hij
de langoor kon te pakken krijgen. De
haas hield zich, of liij dood was. Onze
strooper duwrde het beestje, nadat hij
hem van zijn halsband ontdaan had, tus-
8chen zijn jas en liep als een hazewind
naar huis, doch, o wee, onder 'fc loopen
komt hij zelf met den linkervoet terecht
in den tweeden strik, dien hij voor de
vangst in gereedheid gebracht had, en
valt zoo lang hij is op den grond en
kon zijn voet niet meer uit den strik
krijgen.
De haas, die onder zijn jas zat en een
paar meter ver werd geworpen, was
weder tot zijn bewustzijn gekomen en
liep, ofschoon niet hard, in een stuk
haver, waar hij vau den schrik bekwam
en weinige oogenblikken later even wak
ker als vroeger het hazenpad koe
De strooper zat meer dan een half
uur te tobben, eer hij zijn voet uit den
strik had gekregen, zocht nog eenige
oogenblikken naar zijn prooi, doch keerde
zonder haas met een bebloed gezicht ou
verstruikten voet naar huis. De man
was geheel teneergeslagen en nam zich
stellig voor, om voortaan geen twee
maar slechts één strik te zetten.
Uit Horst wordt van 1 Sep
tember gemeld
Gisterenavond omstreeks 10 uren had
alhier eene hevige vechtpartij plaats
tusschen twee inwoners dezer gemeente.
De een bracht daarbij den ander niet
minder dan elf zware verwondingen aan
het hoofd toe. De gewonde is niet buiten
gevaar. De dader heeft aich heden vrij
willig aan de kazerne der maréchaussée
aangemeld en is in verzekerde bewari».
genomeD.
Te Helmond viel Maandag-
0chtend een twintigjarig schildersknecht,
aan het werk aan een kerk, boven van
een veertig8portsladder. Inwendig zwaar
te
werd hij naar het liefdehuis
overgebracht. Ofseuoon nog in leven, is
zijn toestand toch zeer zorgelijk.
Men meent het ongeluk to moeten
toeschrijven aan het afbreken van een
gemetselden rand aan het dak, waaraan
de man zich vast wilde houden.
Als verdacht van kinder-
moord werd Dinsdagavond eene onge
huwde moeder, zekere E. de S. te Hel
mond, door de maréchausséa gevangen
genomen en naar Roermond gevoerd. Er
loopen geruchten, dat zij met behulp van
den vermoedelijkeu vader hst kind zoud#
hebben verbrand.
Tengevolge van het sprin
gen van een kanon op de passagiersboot
Mercurius", bij het doen van saluut
schoten ter eere van het Prinsessenfeeat
Bommel, werden zekere v. d. Pijl
van Zuilichem gedood en twee personen
gekwetst.
Te Heliskerke is bij hot
lossen van vreugdeschoten op Prinsesse-
dag een meisje van 20 jaar bij ongeluk
doodgeschoten.
- Nader wordt hierover het volgen
de gemeld
De boerenknecht L. M. had de brood
dronkenheid gekscherend een pistool te
richten boven het hoofd van de boeren
dochter A., met het doel in do lucht
schietenhij trof haar echter in de
waardoor de prop (van papier)
haar in de horsenen doordrong
na een hevig lijden binnen korten tijd
bezweek. De dader, die onmiddellijk in
arrest werd genomen, is voorloopig weer
op vrije voeten gesteld.
De justitie uit Middelburg, vergezeld
van twee artsen, ia Dinsdag naar Me
liskerke vertrokken, ten einde een onder
zoek in te stellen.
Terwijl het 6-jarige zoontje
van zekeren A. te Tilburg op de kermis
zonder toezicht der ouders rondliep,
raakte het onder de raderen eeuer kar.
waarvan het paard Bchrikte voor een
draaimolen. Het kind werd terstond
gedood.
Te Middelburg is Maand»
avond te ongeveer 12 uur een kleerma
ker uit Vlissingen, die het feest ter eere
van de prinses had bijgewoond en huis
waarts wilde koeren, op de Potteumarkt
op de tram willende springen, voordat
deze stilstond, met beide boenen er on
der geraakt. Hij werd zoo zwaar ge
wond, dat hij binnen een uur over
leden was.
Vermoedelijk door zelfen
branding van bengaalech vuur, dat in
fle88chon geborgen was, ontstond Maan
dag avond te Harderwijk brand op den
zolder van den handelaar in vuurwerk
K. v. D., die spoedig het in de nabij
beid aanwezige buskruit borg, waarna
het aan eenige personen, die te hulp
waren gekomen, gelukte het vuur nog
tijdig te dooven.
Rechtszaken.
Het gerechtshof te Arnhom bevestigde
Dinsdag het vonnis der rechtbank, in
de zaak van gebroeders Spits te En
schede.
VISSSHEKIi.
Nieuw ediep, 2 September. Door
1 korders en beugers werden heden 3
tot 20 groote-, 10 tot 50 kleine tongen,
tot 12 roggen, 1 tot 4 mandjes kl.
schol en 1 tot 4 manden schar aange
voerd; gr. toog gold f la L. 10, kl. id.
30 cent, rog 1.30 per stuk, kl. schol
3 per mandje en schar ƒ6 per asand.
De kotter Zuster JVesseliusvan IJmuiden,
besornde aan tong, schol en schar ƒ210.
Teasel, 1 September. De Noordzee-
visschers v»u hier, dio in de afgeloopen
week by o a niet werkzaam konden zijn,
brachten elders ter markt: 300 tongen,
10 manden kleiue schol en 6 manden
scharren. De prijzen waren als volgt
groote tongen 40 a 70 c., kleine
middelsoort dito 5 a 30 c. per stak
kleine schol ƒ2.50 a 4 en scharren ƒ4
5.50 per mand.
Letteren en Kunst.
Eigen Haard bevat een portret van
het Prinsesje met het volgend gedicht
als bijschrift van Jo. de V. (Joronimo
de Vries):
Wie, later, aan uw jeugd zal denken.
Die zal U zien, niet in den glans
Der residentie, niet in 't gala
Van hofrecepti«s en parades,
Niet in de sterreschittering
Van staatsierok en uniformen,
Gelijk een kasbloem in een sfeer
Van rijk geparfumeerde grootheid,
Trotseh pralend in een kostbre vaas
Van Sèvres.
Neen, wie later aan
Uw jeugd zal denken, zal U zien
In 't donker, zwaar gewelfd geboomte.
Met al de geuren, al den tooi
Der stille bosschen om U heen
Die zal U zien, in breede lanen,
Op ruime heiden, met de zon
Op uwe wangen en den wind
Al spelend met uw blonde haren;
Die zal U zien, met kleine hand
Uw paarden sturend langs de wegen
Uw vogels voerend in den vijver,
Blijd, vroolijk buitenkind van 't Loo 1
Een bloem op eigen stengel wiegend
In d'eenvoud van het vrije veld,
D'eer en het sieraad van den lande,
De vreugd van 't huis en van den hof. I cistrateur,
onderneming Kaloendong, toebehoo- sche taal.
rende aan de Assahan tabakmaatschappy
gelegen te Laboean Batoe (Sumatra
Oostkust), wordt het volgende ten laste
KOLOM.
BATAVIA, I Aug.
(Uit de batavische bladen van 25 Jul
1 Aug. en de Beli Cttot 30 Juli).
Van het gewestelijk bestuur van Par
nate zyn, onder dagteekeening van
dezer, nadere berichten ontvangen be
treffende de uitbarsting van den vulkaan
Makian, op het eiland van dien naam
Van 20 Juni jl. af werkte de vulkaan
dagelijks met meer of minder kracht, en
het herigst in den nacht van den 27sten
op den 288ten, toen van verschillende
zijden de gloeiende lava, onder hevige
knallen, die als kanonschoten klonken,
den berg afstroomde en in zee vloeide. De
hitte daardoor verzaakt was zoo groot, dat
men deze kou waarnemen op het eiland
Motir, ongeveer twee uur roeiens van Ma-
kian verwijderd. Op 29 Juni had weder een
hevige uitbarsting plaats, welke te zeven
urea in den vooravond begon en onge
veer een uur daarna ophield, doch de,
nachts tusschen twaalf en ééu uur zich
herhaalde. Ook den daaropvolgeuden
hadden twee uitbarstingen plaats,
welke ongeveer uur aanhielden. Het
bovengedeelte van den vulkaan is ten
gevolge van de herhaalde werking i
drie deelen verdeeld, waarvan het noord
oostelijk aan de binnenzijde sterk
uitgehold. Op Ternate zoowel als op
Batjan heeft men slechts een enkelen
onbeduidendon aschregen waargenomen.
Van de bevolking van het eiland
Makian, volgons de hoofden pk m. 16000
zielen sterk, heeft niemand het leven
verloren, daar allen zich door de vlucht
hebben weten te redden, eensdeels naar het
noordelijk gelegen Iotir en naar Weat-
Halmaheira en voor het overige naar
het eiland Kajoa en de groep der Go-
raitjieilandon, gelegen ten zuiden van
Makian, waar in de dringendste behoef
ten der vluchtelingen, zooveel mogelijk,
door toezending van levensmiddelen
wordt voorzien. Het eiland Makian zelf
is geheel verlaten, terwijl van de 12
groote kampongs, welke zich daar be
vonden, alleen Ngofokiaha is gespaard
bleven. Alle tuinen zijn bedekt met lava
en asch.
Den 26en Juli vertrokken de ma
joor van den generalen staf Haver Droeze
en de heer Spencer naar Atjeh, om
aldaar de proeven met den kabelballon
voort te zetten.
Het vonnis door den raad van
justitie in de bekende zaak van den ge
pensioneerden majoor Boelen gewezen
is in revisie door het hooggerechtshof
bekrachtig.
Natfr wij vernemen, heeft de Raad
van justitie te Batavia rechtsingang met
bevel van gevangenneming verleend tegen
de personen van
lo. F. B., oud 36 jaren, geboren te
Muhri Aargau (Zwitserland); 2o- O.
J., oud 28 jaren, geboren de Orleans
(Frankrijk); en 3o. Tio A Oog, oud
naar gissing 35 jaren, geboren in China.
Aan verdachten, respectievelijk admi-
adsistent en hoofdtandil van
dat op Maandag 19 Mei, omstreeks
uur de3 namiddags, de eerste ver
dachte den Chinees Siu Ang Tsjoe, koe
lie op gemelde onderneming, die door
den derden verdachte bij hem werd ge
bracht, omdat die Chinees, dio bewerende
wegens ziekte ge®n werk te kunnen ver
richten, door den derden verdachte
in het kongsiehuis schuiyende werd ge
vonden en ter zake door dien verdachte
met een stok werd afgeranseld, door
den oppasser Todiroao de handboeien
heeft doen aandoen en onder zijne wo
ning heeft doen brengen;
dat, nadat dit geschied was, B. en
Tio A Ong, alsmede de tweede ver
dachte, dio onderweg den derden ver
dachte met genoemden koelie tegenko
mende, met hen zijn mede gegaan, ge
noemden koelie met stokken hebben af
geranseld en hem daarna schoppen heb
ben toegebracht;
dat Sin Ang Tsjoe voornoemd daarna
om half 5 ure des namiddags weder op
last van den eersten verdachte naar het
op genoemde onderneming staande huis
der Klingaleezen werd gebracht, op weg
waarheen hij, verzwakt, als hij was ten
gevolge van de hem toegebrachte slagen,
door boveagenoemderi oppasser Todirono
en den derden verdachte moest wordeD
ondersteund
dat, aldaar gekomen, aan Sin Ang
Tsjoe, op last van den eersten verelaccte,
weder de handboeien werden aangedaan,
waardoor heen een touw werd gehaald,
welk touw vervolgens over een horizon
tale balk in bedoeld gebouw werd ge
worden en aangetrokken, tengevolge
waarvan S:n Ang Tejoe een weiaig in
in hoogte werd gelicht
dat eindelijk ook op last van den
eersten verdachte, de beeuea van Sin
Ang Tejoe gebonden, naar achteren ge
trokken en sloor de oppa^Bors Tedirono
en Amafc vastgehouden werden.
Dat, toen dit alles geschied was, de
drie verdachten te zamen en gelijktijdig
Sin Aog Tsjoe alweder hevig hebben
afgeranseld, n.l. de eerste en tweede
verdachte door hem met stijgbeugelrie
men te slaan en de derde verdachte
door hem met een stok verscheiden»
slagen toe te brengen en te stooten, ter
wijl do tweede verdachte hem nu en
dan ook trapte
dat Sin Aag Tsjoe, die toen al geen
tee ken van leven fineer gaf, daarna op
last van den eersten verdachte naar het
naast het huis der Klingaleezoa gelegen
vertrekje (de zoogenaamde roema saki:"
is gebracht, kort daarop tengevolge van
de ondergane mishandelingen is over
leden, en op last van den eersten ver
dachte dienzelfdea dag, toen hst donker
begon te worden, in het geheim en op
een in de wildernis gelsgen plekje
begraven.
Ds Vereeniging voor Wetenschap.
Handel en Nijverheid te Padang schrijft
eene prijsvraag uit voor een geschrift;
waarin:
ten eerste: De kwestie der emi
gratie van europeesche gezinnen in de
hooger gelegen streken der tropische ge
westen, uit een historisch hygiënisch en
economisch oogpunt wordt behandeld, en
de oorzaken worden aangegeven, waar
aan het al of niet gelukken van derge
lijke emigraties moet worden toege
schreven
ten tweede: Op grond der mede
gedeelde feiten wordt aangetoond
a, Welke verwachtingen mogen wor
den gekoesterd van pogingen, om de
De schrijvers teekenen hun antwoord
met eene spreuk en zenden het mot een
verzegeld naam biljet, dat dezelfde spreuk
de buitenzijde tot opschrift heelt,
vrachtvrij aan den secretaris der Veree-
nigiDg tc PadaDg; daarbij geven de in
zenders een adres op, waaraan oven-
tueele mededeelingen kunnen worden ge
richt.
De inzendingen moeten voor of op 1
Juli 1891 bij den secretaris zya ingeko
men.
De beoordeeling zal geschieden door
eene jury, bestaande uit drie ledon, van
wie er twee zullen worden benoemd door
de Ned.-Ind. maatschappij vaa nijverheid
en landbouw te Batavia, het derde door
het bestuur der Vereeniging.
De uitspraak der jury zal plaats heb
ben voor of op den eersten Januari
1892.
Kot bekroonde autwoord wordt het
eigendom der Ned.-Ind. maatschappij
van nijverheid en landbouw, die het in
haar tijdschrift zal opnemen of afzonder
lijk het licht kan doen zien.
CIVIEL DEPARTEMENT
Verleend'. Een tweej. verl. naar Europa,
wegens ziekte, aan den chef der 4e af'd,
bij de exploitatie dor lijn Djokdjakarta—
Tjilatjap van de staatsspoorwegen K.
H. Schüasler.
MILITAIR DEPARTEMENT.
Verleend: een tweej. verl. naar Europa,
wegens ziekte, aan den le-luit. der inf.
P. A. Geluk.
MARINE DEPARTEMENT.
Vergund: om wegens langd. verblijf
in O. I. naar Nederland terug te keeren
aan deu luit. ter zee 2e kl. G. C. Quar-
le3 vaa Uflord van Zr. Ms. korvet Gédeh
en aan deu luit. ter zee 2e kl. M. van
Nassau van Zr. Ms. korvet Soerabaja.
Trouw-, Geboorte- en Doodberichten.
(Uit de ind. bladen van 25 Juli tot I Aug.)
GEBOORTEN D. A. Hooyor—Wer-
lemann z. Salemba. - Timmermans z.
Weltevreden. - J. J. v. d. Zweep-Kolff
Tegal. - J. WissmannRochemontd.
Soerabaja. - A. G. GrondijsBecking d.
Koedoes. - H. A. V. KuypOppermann
Baojoema8. - A. A. Marcksvan
Ooijen d. Semarang. - W. C. Klein d.
Soerabaja. - Th. F. BredowLosse z.
Soerabaja. - A. TrouerbaehBax z. Soe
rabaja. - E. E. KoycerFaulhaber d.
Semarang. - A. C. H. Brocx—Joosten
Pasoeroean. - Huijgen de Raat d.
Salatiga. - N. KwakoeAmbrocu z.
Batavia. - E. J. C. van Taalingen
Bello d. Mr. Cornelia. - L. PeeleaBerm
Gombong, - Willem3z d. Poerworedjo.
- J. C. MeijerSretz z. Suikerfabriek
Tawaogsarie. - M. BerkhoutO vink z.
Bandoeng. - L. E. JuliusMeijer Clu-
wen d. Soraarang.
GEHUWD: C. J. Bentzen en E.
d'Ablaing. Soerabaja. - H. J. Bergvelt
en A. de Bruijn. Soerabaja.
OVERLEDEN: E. C. Hofland 23 j.
Batavia. - A. J. Groeneveld 3^ j. Ma-
gelang. - Ch. J. Pascaud 6 m. Soera
baja. - J. F. Koch 44 j. Soerabaja. -
J. W. Anthonys a 36 j. Semarang. - S.
E. Gabor 43 j. Semarang. - J. H. de
Gruiter 3]£ m. Semarang. - F. J. Jansen
3 m. Semarang. - J. Steiner 36 j. Sema
rang. - M. A. JansenGentil, Batavia.
- L. Ph. R. Lantermans't Sas, Bata
via. - M. P. J. Selim 65 j. Pekolongan.
- Dochtertje van Willemsz 2 d. Poer
woredjo. - G. V. Junemann 56 j. Ba
bakan.
Hoe staat het nu eigenlijk met de
emigratie, voornamelijk van landbouwers gruwelen iu Armenië? Deze vraag moet
veehouders, uit Nederland te leiden
naar de bovenlanden van Sumatra
b. Welke voorwaarden daarbij moeten
worden gesteld, om de kans van welsla
gen zoo groot mogelijk te doen zijn.
Voor het best gekeurde en tevens op
zich zelf voldoende geachte antwoord
wordt uitgeloofd een prijs van vyfhon-
derd gulden.
De antwoorden moeten zyn geschre
ven op halfblad, en gesteld in de neder-
landschefranscheduitsche of engel
ons onwillekeurig van 'l hart, wanneer
wij de tegonstrijdige berichten lezen, die
daaromtrent de wereld worden ingezonden.
Volgens de engelsch8 bladen zag het er
allervreeseiijkst uit. Moord en doodslag
waren er aan do orde van den dag en
wanneer de Porte niet tusschenbeide
kwam om de arme christenen tegen de
wreede Turken te beschermen, dan zou
Engeland er zich eens mede gaan be
moeien. De Porte zwoer bij hoog en
bij laag dat het zoo erg niet was en dat
„Zou dat wel wenschelijk zijn
„Natuurlijkdat licht beteekent, dat daar öf een zieke is, by
wien gewaakt wordt, öf een spion, die de wacht houdt. Het is al
te dicht in onze nabijheid. De bewoner van de aangrenzende ver
trekken moet doof, stom en blind worden gemaakt. Anders kun
nen wij niets doen."
Zij liepen langs het balkon, zich aan den buitenkant van de
leuning vasthoudende, zoodat zij op die wijze geen last hadden
van het hek, dat het balkon in twee deelen scheidde.
Léonce was de voorste.
„Kijk, de vleugeldeuren staan open," zeide hij.
„Dat loopt drommels mee fluisterde Lentague, „ga verder."
Toen zij zich tegenover het venster bevonden, luisterden zij
scherp toe; alles bleef doodstil; zij trachtten in de kamer Ie zien,
maar de gordijnen van mousseline maakten het onmogelyk om iets
te kunnen onderscheiden.
Zij sloegen hunne beenen over de balustrade. Léonce legde zijn
oor tegen de reet van de deur.
Uitgeput van vermoeienis was Iriël in een fauteuil gaan liggen,
met de voeten dicht bij het vuur en een brandende kaars op den
schoorsteen man tel
„Er is slechts éen persoon in de kamer," zeide Léonce, die hem
zag, „een grijsaard in een fauteuil."
„Slaapt hij?" vroeg Lentague.
„Ik geloof van wel. Zie eens naar dat gelaat.... het schijnt mij
bekend toe."
„Laat mij ook eens zien."
Lentague wierp op zijn beurt een blik naar binnen. Plotseling
trok hij met een gebaar van ontsteltenis zijn hoofd terug.
„Causson zeide hij.
„Wat, is het waar
„Stilzeide Lentague.
Hij bukte zich en legde behoedzaam de werktuigen uit het pak
een voor een neer op het balkon; toen hij weer opstond, hield hy
nog slechts het omhulsel, dat wil zeggen, een groot stuk linnen
in zijn hand. Vervolgens naderde hij het venster en nadat hij er
zich eerst van overtuigd had, dat de deuren in het geheel niet
gesloten waren, duwde hij ze beiden plotseling open en snelde de
kamer binnen. Nog voor dat Causson zijne oogen kon openen,
was zyn hoofd in den doek gewikkeld. De hand van Léonce be
lette hem een kreet te slaken. Geen woord werd er tusschen
Léonce en Lentague gewisseld.
Hij werd aan handen en voeten gebonden, vervolgens wierp
men den ongelukkige op het bed en werden de kussens en dekens
over hem heea geworpen.
//De voorpost is onschadelijk gemaakt," zeide Lentague kalm.
Laten wij nu de geheele kamer doorzoeken. Onze vriend zal niet
voor niets hebben gewaakt. Hier zullen wij onze prooi wel
vinden."
m Met behulp van zijne werktuigen had hij weldra alle meubelen
geopend en doorzocht, eerst in dit vertrok en vervolgens in de
beide andere kamors van Causson.
„Er is niets te vinden," zeide hij teleurgesteld.
„Dan naar Syramin," zeide Léonce.
Zij verlieten de kamer, na eerst de kaars te hebben uitgebla
zen en keerden langs denzelfden weg terug. Toen zij voor een
der vensters van Richards atelier stonden, sneed Lentague met
een diamant een ruit uit het raam, welke hij er met een stuk
stopverf uitlichtte zonder eenig gedruisch te maken, vervolgens
draaide hij de deurknop los. Zij traden binnen en zetten hunne
nasporingen voort.
Wordt vervolgd.)