NIEUWS- EN
km ÈJiTËN 'HKBLAJD.
Dinsdag 21 October
m
TAI DEI SPIL!!.
•"?i> i ps
A.-J1 xaü ~té: '<S
h. Z 0 5T Sf1M E £T s 2» E IJ S
Voor Haarlem pe? 3 maanden ƒ1.30.
Franc3 door het geheele Rijk, per 3 maanden. -1.65,
Afzonderlijke nummers 0.05,
Dit blad ve^chyat dagelijks, behalve op Zon- ezi Feestdagen.
Bureau: Kleine Houtstraat No. 9, Haarlem. !S,efi«f©aasai5aia2®ae5' S.2£sJ.
ASVESTSKTISS:
»ta ire,vclï 50 Cents; ieder, regel jare* »ft «enit
Gh*ocS® letters nr.aï plaatsruimte.
Bij Abosïiemeat Bsnzisnüjis r»b*t.
AbomemerteB e*, Adver£cï.üê.v wrfk-u KAt'pencRioir doet
onze agenten en door alle boolrbsiidelaren en eourav.
Directsnrsn-Uitgevers J. O, PKEHEBOOM w J. B. AVIS.
Roofdagenitn vnor het Buitenland: Compagnie Genèrals ds Pnhliciti Etrangére O. L DAUBB Go., O Rid f. JONB8, 8uccParyt 31 bit Jauhmrg fSmtmovtrt
STADSNIEUWS.
Haarlem 20 October 1890.
j Aan P. van Gasteren ia vergunning
iBrleend tot oprichting van eene slachterij
1 rookerij in het perceel aan de Maarten
gpksstraat get. no. 2.
De levering van haver voor do paar-
n van de Haarlemsehoi Tram way- Maatij.,
Gedurende 1890/91, is gegund geworden
3 de Hoeren Grïppeling Verkley
ihier, voor ƒ7.60 de 100 Kilo.
Een 22jarig bleekersknecht, die Zon-
Ib<t een nieuw pak kleeren wilde koopen,
liwam even te voren tot de ontdekking,
dat hij zijne portemonnaie, inhoudende 10
[(rijksdaalders, twee gulden en een munt-
jbiljet van ƒ10 had verloren.
Zondag zijn alhier aaar het huis van
jjewariag overgebracht J. H. Keasens,
17, J. Terel, oud 19, en A. R.
Jriesbers oud 16 jaren, die den vorigen
[nacht door een agent van politie op
jheetcrdaad waren betrapt by diefstal van
jroote stukken loed van een onbewoond
jjerceel aan de Baan. Bij onderzoek is
jjebleken, dat suGcessievelyk al het lood,
bedrage van honderden kilo's, van
r dat huis was gestolen, waaraan behalve
I de drie genoemde nog andere personen
schuldig zijn. De twee eeretgenëemde
knapen, Kessens en Terol, hebben reeds
vroeger wegens diefstal gevangenisstraf
ndorgaan.
de nagedachtenis van Mgr. dr*
forret wordea in de Spectator de na-
olgende woorden gewijd
1 Dr. Theoaoor Borret, oud-pastoor van
■ogelenzang, den 7n Augustus 1890 op
loogen leeftijd te Bergen bij Alkmaar
jfeileden, was voortgekomen uit een
Ihd, aanzienlijk geslacht, dat meerdere
staatslieden onder zijn leden telde. Voor
geestelijken stand bestemd, maakte
gij zijn studiën grootendeels te Rome,
hij ook tot doctor in de theologie be-
|orderd werd. In Nederland teruggeko-
bekleede hij gedurende eenige
iren een leerstoel aan het Seminarie te
Warmond, dien hij echter na verloop
lan tijd verwisselde met de pastorie van
jet bekoorlijke Vogelenzang. De Konink-
Kke Academie van Wetensehappen,
■aar hij ecu zetel in de letterkundige
■deeling bezette, dankte de keurige en
fcaakvolla adviezen over aangeboden
jjsverzen ter mededinging naar den
.«penning uit hst legaat Hoeufft, mede
n hem, die onafgebroken lid was der
pmissie, welke over de waardo der
geboden gedichten te oordeelen had.
4r. Borret was een man van hoffelijke
men en van weinig geëvenaarde min-
mheid. En als eea man van geleerd
heid en smaak in den ruimsten zin van
het woord, richtten zijn stadiën zich,
nevens de theologie, hoofdzakelijk op de
oude en nieuwere letteren, de christe
lijke kunst en de geschiedenis.
Het is al meer gezegd dat de beschil
dering van de door hem gestichte nieuwe
Katholieke kerk te Vogelenzang naar
teekeningen van zijn hand gesshiedde en
aan zeer velen is het bij ervaring be
kend, dat onder het gastvrije dak zijner
nederige pastorie, ieder altijd van harte
welkom was, die de kunst en de letteren
eerde.
Pastoor Borret had een bizondere
liefde voor de studie van het Heilig
Land en de litteratuur welke hij daar
over bijeenbracht (reeds bij zijn leven
in eigendom overgegaan aaa het semi
narie te Warmond), was ongemeen ea
wellicht eenig in Nederland. Den rijk
dom er van kan men leeren kennen uit
den door hem saaaigestelden Bibliotheca
Palaestinensis. Catalogus liboriuaa ali
quot selectorum de Terra Sancta. 1884, 8o.
In de lente van 1886 legde hy zijn
herderlijk ambt neder en begaf zich
metterwoon naar het Kennemerlaodsche
Bergen, waar hij, ia de nabijheid van
een trouwen vriend, de laatste jaren
zijns levens doorbracht, totdat in den
loop van dezen zomer, op 78-jarigea
leeftijd de dood hem de oogen sloot.
Men meldt ons uit Haarlemmermeer:
In eene langbestaande behoefte zal voer
de bevolking van een gedeelte des Ring-
dijks te Haarlemmermeer weldra voorzien
worden.
De bisschop van Haarlem heef6 zijne
toestemming verleend, tot het bouwen
van eene r. k. kerk met pastorie te Oude
Wetering, zeer ten gerieve dier bewoners,
die een grooten afstand moeten afleggen
om ter kerke te gaan.
De heer Bos, te Dordrecht, is de laag
ste inschrijver (ƒ91,000) voor de innun-
datiowerken te Haarlemmermeer.
Beroepen bij de Hervormde gemeente
te Aalsmeer, da heer Wagenaar, candi-
daat te Leiden.
Benoemd aan de bizondere school te
Hoofddorp tot onderwijzer, de heer H.
J. v. d. Linde, van Heerde.
Brief uit Londen, door B. T.
Binneftlandscho berichten. Concarten,
opera's enz.: Amsterdam (Nederlandsche
OperaConcertgebouwPaleis voor
Volksvlijt; Cantate-Zweers; G. A. Iiein-
ze); Deventer (Vijftigjarig jubileum van
den heer C. H. Brandts Buys); Rotter
dam (Koogduitscke Opera); Haarlem
(Dertiende eeuwfeest van Paus Grego-
rius). Buitenlandsch nieuws.
Letteren en Kunst.
Het tooneelstuk //Cleopatra," van den
heer D. M. Maaldrink te Twelloo, is,
naar ons gemeld wordt, ter opvoering
aangenomen door de Vereeniging //De
Rotterdamsche Tooaeelisten," directie Le
Gras en Haspels. NR. Ct,)
Inhoud ^Caecilia" 15 Oct.
ChopiniaDa VI, door dr. J. De Jong.
BIN N E N L A N \K
De commissie voor de a r-
beids-enquête begon Zaterdag in het
gebouw der Tweede Kamer het onder
zoek naar de toestanden der middelen
van verkeer en der spoorwegen.
BI ij kens bericht van den
consul-generaal te Christiania is de
invoer van vee uit Nederland in Noor-
wogen verboden.
De Heer G. V r u g t e, laatste-
lijk stationchef' van de voormalige Rijn
spoorwegmaatschappij te 'a-Hage, is thans
definitief' benoemd tot stationchef le kl.
der Staatsspoorweg-maatschappij aldaar.
Hy was, zooals men weet, vroeger chef
van het gemeenschappelijk station der
Rijnspoor- en Exploitatie-maatschappijen
te Arnhem.
Aan de rekening en verant-
woording over 1889 90 door het hoofd
bestuur der Maatschappij //tot Nut van
't Algemeen" aan de departementen toe
gezonden, ontleenen wij De ontvangsten
hebben bedragen 45.134,17%, waaron
der ƒ1638.51 batig saldo der vorige
rekeningaan rente is ontvangen
7746.27%, aan contributie 25,375.95,
van het kapitaal der Maatschappij 4000.
Daarentegen is het ionds vermeerderd
door aankoop van inschrijving op het
grootboek tot een bedrag van ƒ4838,
voortspruitende uit een legaat en uit het
aandeel van de Maatschappij in het
reservefonds van de opgeheven spaarbank
van het voormalig departementWest-
landsche dorpen. De kosten van alge
meen huishoudelijk bestuur hebben be
dragen 8687.36, die van de algemeene
vergadering ƒ5606.83, de almanak heeft
ƒ4969.45 gekost ten behoeve van het
onderwijs zijn de departementen gesub
sidieerd met 4950. In het geheel is
tot bereiking van het doel der Maat
schappij uitgegeven ƒ24,876.95. Het
saldo in kas was 24.98%.
Voor het jaar 1890/91 zijn de behoef
ten begroot op f 43,591.98%, da ont
vangsten op 35,291.98%, zoodat ƒ8300
uit het fonds der Maatschappij zal moe
ten gesuppleerd worden. De financieele
commissie sluit dan ook haar verslag
met de verklaring dat de versterking
der middelen dringend noodzakelijk, ja
broodnoodig iB.
Het kapitaal der Maatschappij bestaat
uit eene inschrijving op het Grootboek
tot een bedrag van ƒ203,025, terwijl in
prolongatie belegd is ƒ12.000.
Gedurende dit jaar is voorzitter der
Maatschappij mr. H. J. Kist.
De burgemeester van Am-
8terdam heeft als hoofd dor politie aan
twee bökonde socialisten, Bos en Kramer,
het venten van geschriften voor den tijd
van twee maanden verbodeH.
Uit Amsterdam wordt van
\7 October gemeldDe in de heden
middag gehouden vergadering gedane
mededeeliDgen betreffende de werkzaam
heden der Zuiderzee-vereeniging waren
de volgende
In 1886 aangevangen, is er tot heden
voortdurend en geleidelijk doorgewerkt,
en, ofschoon daarbij meermalen met
moeielijkheden vooral ook van fiuan-
cieelea aard te kampen hebbende,
mocht men zich echter verheugen die
telkens te overwinnen.
De eerste nota van Februari 1887,
door u ontvangen, gaf u eene voorstel
ling van het onderzoek in zyn geheel
van de richting der afsluiting, die zich
het meest scheen aan te bevelenvan
de klippen die men vooral zou moeten
vermijden, en van de werkzaamheden
uit den aard der zaak aan het,onder
zoek verbonden.
Da tweede nota, verschenen in Decem
ber van hetzelfde jaar, handelde over
den invloed der afsluiting op de water-
keering der provinciën langs de Zuider
zee, en gaf tevens den leiddraad aan,
waarnaar vervolgens zou wordea door
gewerkt.
In de derde nota van September 1888
werd vervolgens uiteengezet de invloed
der afsluiting op de Waterloo zing der pro
vinciën langs de Zuiderzee.
En de vierde nota van December
1889 gaf u, behalve eene voorstelling
van den invloed der afsluiting op de
waterverversehing der provinciën, tevens
een tegenwoordigen en toekomstigen blik
op de scheepvaartbewéging van de Zuiderzee.
Verder is op dit oogenblik de vijfde
nota bijna gereed, en deze zal handelen
over de constructie en de kosten van den
afsluitdijkde sluizen en bijkomende wer
kenen met eene beschouwing over de
voor- en nadeelen der afsluitingbe
schouwd buiten verband met de droogmaking
Inmiddels zijn de zomers van 1889 en
en 1890 door onze technici gebezigd tot
het doen van grondboringendieptepeilin
gen en stroovnopmetingen op het gebied
der Zuiderzee, en dat ook deze werk
zaamheden op breeds schaal en niet be
krompen zijn ten uitvoer gebracht, ge
tuigen het getal van 2120 grondborin-
hen, die in dat tijdvak zijn verricht.
Voor het doen van deze werkzaamhe
den had men het genoegen dat gedurende
beide jaren door Z. E. den minister van
Marine een loodschokker, en in dit jaar
door de Maatschappij der friesche Wad
den een daarvoor zeer geschikt vaartuig
welwillend aan de Vereeniging ten ge-
bruike werd afgestaan, terwijl bovendien
nog in huur werden genomeneene
stoomboot, een postschip en een zooge
naamde blazer.
De gevonden grondsoorten zijn alle
opgezonden naar 'srijk* proefstation te
Wageningen, waar ze door prof. Adolf
Mayer zyn en nog worden onderzocht.
Het rapport van den heer mr. P. P.
C. Hoek, wetenschappelijk adviseur in
vindingzaken, over den invloed der af
sluiting en droogmaking op de visscherij
in de Zuiderzee, is dezer dagen ontvangen.
In zooverre de stand der zaak op dit
oogenblik, en als men nu hierby een blik
werpt op de duidelijke en nauwgezette
behandeling der reeds verschenen nota's,
en op de menigvuldige daarbij gevoegde
schetskaarten en uitgebreide becijferingen,
dan mag hier zeker een woord van hulde
aan onze technici niet achterwege blij
ven, en zal ongetwijfeld op grond van
het reeds verrichte, algemeen worden
erkend, dat een grondig onderzoek van
het Zuiderzee-vraagstuk een zeer ruim
tijdvak iu beslag moet nemen.
Zooals ik reeds opmerkte, de terrein
werkzaamheden die nu zijn afgeloopen
namen twee zomers ia beslag en
hierin zetelt dan ook de reden, dat men
in 1889 meende u te weinig te kunnen
mededeslen om in dat jaar eene alge
meene vergadering uit te schrijven.
Wat nu nog moet worden verricht,
zal zich meer uitsluitend bepalen tot bu
reau-werkzaamheden, en d©ze zullen
hoofdzakelijk omvattende resultaten
der terreiüwerkzaamhedon zoomede
die der rapporten ov9r den grondaard en
de visscherij, verder een overzicht over
de voor- en nadeelen der afsluiting in
verband met de droogmaking dit ook
in vergelijking met andere desbetreffende
ontwerpen dan beschouwingen om
trent verschillende wijzen van droogma
king en eindelijk de slotconclusie van een
en ander.
Ook de st likken daaruit geboren
wordende, zullen u successievelijk wor
den toegezonden.
Alle werkzaamheden zullen wellicht zijn
afgeloopen in den loop van het volgende
gaar 1891, en do Vereeniging heeft dan
alzoo voldaan aan art. 2 harer statuten,
namelijk„hit doen stellen van een volledig
en grondig technisch en financieel) onder
zoekof en zoo janaar de wijze waarop
en de middelen waardoor eene afsluiting
{mede ter voorbereiding eentr latere gelei
delijke drooglegging) van de geheele Zuider-
Jf'küiLL E T
3)
Naar het engelsch
van
JAMES WYTTON.
HOOFDSTUK XX.
En zoudt gij denkeR, dat bij mijn dochter op een behoorlijke
[ze zou kunnen onderhouden?"
Wel neen met dat inkomen tenminste niet; maar hij is nog
g en zeer bekwaam en wat nog meer zegt in het oog van een
sje, hij is knap van uiterlijk. Het is verwonderlijk hoeveel een
/sje wil ontberen, wanneer zij slechts den man, dien zij lief-
ft, huwt. Voor eeB vrouw schijnt de liefde een soort toovenares
[zijn, die met één zwaai van haar tooverstaf haar huis met vier
ers verandert in een paleis, haar echtgenoot in een prins,
r kinderen in cherubijnen en seraphrjnen, en het brood en wa
ter in ambrozijn en den nectar der goden. Wanneer een jongeling
»rm en eerlijk is en hij huwt met de dochter van een rijk man,
dan is dat ia het voordeel van den schoonvader. Een jongeling
W er niets minder om, wanneer hij geen rijken vader bezit. In
negen van de tien gevallen is luj zells beter. Een arm jongeling,
die gewend is aan een geregelde levenswijze en hard moet werken
om zyn kost te verdienen, is meestal een boter echtgenoot dan een
rijke jongeling, die niet iederen dag behoeft to werken om te
knnnen leven en daarom alle genoegens Dajaagt, zoodat hij op
vijfentwintigjarigen leeftijd reeds //blasé* is: Armoede is gerrn nés-
daad en het mag voor iemand, die naar de hand van een meisje
dingt, geen hinderpaal zijn, dat zij geld heeft en hy niet. Hef is
ook werkelijk in het belang vau don schoonvader, dat zijn schoon
zoon geen geld heeft, dat verzeker ik u."
z/Ja, dat is wel waar, mijn jongen. Daar kan ik niets tegen
Hij scheen na le denken want bij bewaarde het stilzwijgen en
rustte met het hoofd op de hand.
Plotseling barstte hij los:
z/Hoor eens mijn jongen, ik zal openhartig tegen u zijnik zou
het nooit toestaan, dat Bland met mijn dochter huwde niet
otndat hij arm is want wanneer mijn Fanny een man genegen
is, dan zal ik niet neen zeggen omdat by arm is, maar de ecc.t>-
genoot van mijn doekter moet aan één vereischte voldoet."
z/Mag ik ook weten, welke die is?"
„Dat wil ik u wel vertellen. De man, dien Fanny Whitehead
met mijn toestemming huwt, moei. een heer zyn. Niet een heer
in den zin, dien men er hier in de kolonie aan hecht, maar een
heer van geboorte en opvoeding een maa van geboorte zooals
wij in het moederland zouden zeggen. Wat nu uw vriend Bland
betreft, moet ik bekennen, dat hij ondanks onze woordenwisseling
geen slechten indruk op mij had gemaakt, en daar Samuel
Whitehead geen domoor ia, heb ik inlichtingen omtrent zijn persoon
gevraagd, en op die wijze ben ik alles van hem te weten geko
men, ook dat hij, zooals gij wel zult weten, als gewoon politie
agent is begonnen. Hy is langzamerhand opgeklommen."
z/Ik beweer, dat dit alles in zijn voordeel pleit. De meesten,
die als gewoon politieagent beginEen, blyven politieagent. Hij
heeft zijn bevordering te danken aan zyn moed en bekwaamheid,
en daarom moet men hem bewonderenbovendien hebben vele
mannen van geboorte een betrekking bij de politie."
z/Ja, maar hy is geen man van geboorte. Ik doe nooit iets in
overijling, en ik heb mij veel moeite gegeven om alles omtrent
hem te weten te komen. Zijn vader hield esn klein winkeltje in
tabak te Emerald'ill. Gy zult net u wel kunnen voorstellen, dat ik
mijn dochter een flinke huwelijksgift zal meegeven, maar ik moet
voor haar kiezen. Ik zal dat met de meeste voorzichtigheid doen.
Ik heb die denkbeelden en begrippen uit het moederland meege
nomen, en ofschoon ik als zoon van een pachter ben geboren
en opgevoed, toch zijn al mijn voorvaderen van vader op zoon
twee eeuwen lang pachters geweest van de graven van Stargar-
tyr. Ik ben hier mijn fortuin komen zoeken en ben daarin geslaagd,
en daar mijn dochter nu evenals haar moeder van geboorte en
door haar opvoeding een dame is, daarom moet zij ook met iemand
van haar eigen soort huwen. Ik wil niet dat de zoon van een win
kelier, een politieagent, de oogen naar haar opslaat." Om aan zyn
woorden meer klem by te zetten, sloeg de oude man met zyn
vuist op de tafel.
Ik opende mijne lippen voor een langgerekt, maar bijna onhoor
baar gefluit. Toch schonk het mij eenige verademing. //Daar wring