NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD,
8e Jaargang.
Zaterdag 29 INovember 1890.
No. 2274.
ABONNEMENTSPRIJS:,
ADYERTENTIËN:
„Weldadigheid naar VermopiT
BINNENLAND.
FEUILLETON.
Dl VROUW Vil D1I SPILEB.
IMIlf :x PM -15-0
Voor Haarlem per 3 maanden1,20.
Franco door het geheele Rijk, per 3 maanden 1,65.
Afzonderlijke nummers. 0,05.
Dit blad verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en Feestdagen.
Bareau Kleine Houtstraat No. 9, Haarlem. Telefoonnummer 122.
van 15 regels 50 Cents; iedere regel meer 10Cents.
Groote letters naar plaatsruimte.
Bij Abonnement aanzienlijk rabat.
Abonnementen en Advertentiën worden aangenomen door
onze agenten en door alle boekhandelaren en courantiers.
Directeuren-Uitgevers J. C. PEEREBOOM en J. B. AVIS.
Hoofdagenten voor het Buitenland'. Compagnie Générale de Pullicité Etrangère G. I. BAJJBE <J* Co., JOHN F. JONESSucc.,
31 bis Fauèourg Montmartre.
Het Slot der St. Nikolaas-
Wuitdeling zal worden opge
nomen in het volgende nummer.
DIRECTEUREN-UITGEVERS.
STADSNIEUWS.
Haarlem 28 November 1890.
De rouw waggon, waarin 'a Konings atof-
I lelijk overschot per spoortrein zal worden
1 pervoerd, is in de groote remise bij het
I oude spoorwegstation der Haarlem
JZaadvoortlijn aan het Bolwerk in be-
S working en moet Zaterdagavond tegen 6
uur gereed zyn. Wy waren heden in de
id om een blik op de werk
zaamheden te werpen. De bekende firma
Pander uit 's-Hage beyvert zich om aan
den waggon een karakter te verleenen
treffende overeenstemming met de
plechtigheid waarvoor hij is be
stemd. De waggon is aan de breede zyden
open, achter- en voorkant zyn gesloten.
Alles is gedekt en afgehangen met donker
zwart fluweel met zilveren belegsels. Op
den waggon is oen groote verzilverde
kroon geplaatst met gulden parelen. Reeds
het geheel een stemmigen in
druk, die nog verhoogd zal worden door
de fraai uitgevoerde wapenschilden en
verdere versieringen,die dezen vorstelijken
lijkwaggen zullen tooien.
Door het daraea-comitd tot oprichting
eener Kookschool alhier is uit verschil
lende sollicitanten tot directrice benoemd
mej. W. Ffcnmer, van Amsterdam, die
dezer dagen naar Hage vertrekt
om zich aan de Kookschool aldaar vor
der te bekwamen.
Doer de zorgdragende commissie voor
kraamvrouwen alhier, die reeds gedurende
70 jaar bestaat, wordt weder evenals
vorige jaren een beroep gedaan om haar
te steuaen door hydragen, maar ook door
r algemeeat deelneming. Om het uit
muntend geede doel, dat de commissie
ieoogt, hopen wy dat de ingezetenen
an deze roepstem gehoor zullen geven.
In het afgeloopen jaar (1889) werden
187 kraamvrouwen (waarvan 95 roomseh-
"a. en 92 prot.) bedeeld.
By de Vereeniging
iiabben zich de volgende personen voor
werk aangemeld
Ken voor stalknecht. - Twee voor oppasser,
leu voor ziekenoppasser. - Een voor
schrijver. - Drie voor kantoorlooper. - Een
voor portier. - Een voor behanger. - Een
voor schoenmaker. - Een voor metselaars
knecht. - Een voor broodbakkersknecht. -
Twee voor tuinmansknecht. - Een voor
opzichter. - Vijf voor aardwerkers of los
werkman. - Tien voor werkster of schoon
maakster. - Een voor burgerwaschvrouw.
- Een voor hulpkookster. - Drie voor
burgernaaister.- Drie voor breister. - Twee
voor mangel werk. - Een voor stry kater
Particulieren en werkgevers, die van
deze aanbiedingen wenschen gebruik te
makenwordt beleefd verzocht zich
schriftelijk tot het Bestuur der Vereeni
ging te richten, (bus Stadhuis of Doelen).
Men schrijft ons uit Haarlemmermeer:
Door den velen regen in de laatste
dagen heeft het water in de Haarlem
mermeer eene verbazende hoogte bereikt.
Op sommige plaatsen zijn de landerijen
geïnundeerd, hetgeengevoegd by de
thans invallende vorst, veel schade aan
het hier en daar te veld staande jonge
koren veroorzaakt.
Aanbesteding.
Haarlem. 27 November. Door het
provinciaal bestuur van Noord-Holland
is heden by enkele inschrijving aanbe
steed
lo. Het 'maken van een remming-
werk bewesten de groote sluis te ÏJmui-
deD, behoorende tot de werken van het
Noordzeekanaal.
(Raming ƒ15,100). Minste inschry ver
W. A. Verbrugge, te Waddingsveen,
voor f 15,379.
2o. Het 3jarig onderhoud van de wer
ken der spoorweghaven en van het Krab-
bersgrat te Enkhuizen.
Raming 5500 per jaar. Minste in
schry ver J. Mantel Azn., te Enkhuizen,
voor f 5233 per jaar.
Naar wy vernemen, zal H.
M. de Koningin Emma hoogstwaar
schijnlijk als regentes en voogdes over
de minderjarige Koningin beëedigd wor
den, niet in de vergaderzaal van de
Tweede Kamer, maar in tegenwoordig
heid van de leden der Staten-Generaal
in een kerkgebouw in Den Haag,
waarschijnlijk de Willemskerk aan de
Naesaulaan.
De leden van den Raad van Voogdij
zouden eerst later in eene vereenigde
vergadering der Staten-Generaal worden
beëedigd.
o.)
Het mahoniehouten omhul-
sel, hetwelk de lykkist van Z. M. zal
omsluiten, is Donderdag naar uHet Loo"
overgebracht.
De minister van Justitie, jhr. Ruya
van Beerenbroek, heeft zich Dinsdag naar
;,Het Loo* begeven, om tegenwoordig te
zyn bij het plaatsen van de lijkkist, die
het stoffelijk overschot des Konings be
vat, in het mahoniehouten omhulsel.
De verzegeling geschiedt in den graf
kelder te Delft.
Het stoffelyk overschot zal van wHot
Loo* at naar Den Haag begeleid wor
den door de 6 groot-officieren der
Kroon.
De Koninklijke rouwwagen, welke
voor de begrafenis in gebruik wordt ge
nomen, is van een anderen vorm als die
vroeger bij vorstelyke begrafenissen ge
diend heeft.
Het rouwvoertuig, dat Koning Wil
lem III grafwaarts zal voeren, is aan
de vier zijden geheel open, zoodat de
lykbaar niet enkel van twee kanten
zichtbaar is.
De lykkist namelijk staat in de rouw
koets onder een gebombeerden hemel,
waaromheen eene zilveren gebeeld
houwde lyst loopt, welk plafond gedra
gen wordt door vier stijlen. Uit het
baldekyn loopen langs d'e kolommen
gordijnen van zwart fluweel, afgezet met
zilveren draperieën, bezaaid met zilve
ren tranen en opgenomen met kwasten.
Op den hemel waaien zes witte en
zwarte struisveeren van merkwaardige
grootte.
Doordien nu ook de voor- en achter
zijde van den rouwwagen open zyn,
komt do baar geheel in het gezicht.
Over de kist wordt een fluweelen
lijkkleed gelegd, en daarop zullen de
sabel en equipementsstukken van den
ontslapen Monarch gerangschikt worden.
De ordeteekenen, staf en Koninklijke
kroon zullen achter den rouwwagen ge
dragen worden door een der heeren van
het Hof.
De rouwkoets wordt getrokken door
acht paarden geheel gedekt door zwart
zijden fluweel, waarover kleinere met
zilveren franje afgezette rugdekjes en
waarop de Koningskroon in zilver ge
borduurd is.
Donderdag is in Den Haag het
officieele bericht ontvangen, dat de graaf
van Vlaanderen Z. M. den Koning der
Belgen zal vertegenwoordigen bij de be
grafenisplechtigheid.
De prins van Wied wordt binnen
enkele dagen in Den Haag verwaeht.
De Staatscourant bevat het volgende
PROGRAMMA voor het vervoer
van het lijft van Zijne Majesteit
Willem III, Koning der Neder
landenPrim van Oranje-Naussau
Groot-hertog van Luxemburgene.,
ene., enz., van hit Kasteel Het
Loo naar s-Gravenhage
Op Maandag den 1 December 1890, des
voormiddags ten 11% vre, zal het Ko
ninklijk Lijk vervoerd worden van het
kasteel Het Loo op de volgende wijze
Een eskadron va» het le regiment
huzaren met den standaard, onder bevel
van een hoefd-efficier, tot opening van
den trein.
Eene compagnie van het 8e regiment
infanterie met het vaandel, en de regi-
ments-muziek, onder bevel van eenen
hoofd-officier.
Twee adjudanten onderofficieren-or
donnansen des Konings te roet.
Het Koninklyk Lijk in de kist, onder
een rouwkleedgedragen door twaalf
jachtopzieners des Konings en waalt
onderofficieren nit omliggende garni
zoenen.
De Koninklijke Kroon, gehecht op een
rood fluweelen kussen, de sjerp, de sabel,
de veldmaarsGhalks-staf, en de Neder-
landsche en Luxemburgsche ordeD, door
Zijne Majesteit gedragen, zullen op het
rouwkleed, dekkende de kist, bevestigd
zyn.
Ter rechterzijde van het Koninklijk
Lijk, gaat de opperkamerheer, groot
meester van het huis des Konings en
van Hare Majesteit de Koningin-Regen
tos, mr. R. J. graaf Schimmelpenninck
van Nyenhuis, en de opper-hofmaarschalk
generaal-majoor C. H. F. graaf Du
Monceau, en ter linkerzijde de adjudant-
generaal der marine, chef van het mili
taire huis des Konings, jonkheer J. H.
van Capelien.
Achter het Koninklijk Lijk volgen
De adjudanten, de kamerheer en de
ordonnans-officier van dienst op het
Loo.
De jagermeester des Konings in Gel
derland, V. W. R. baron Bentinck tot
Schoonbeten.
De intendant van het koninklijk paleis
en domein Het Loo J. A. van Steijn.
De geneesheer van 's Konings hofhou
ding op Bet Loo J. Vlaanderen Cz.
Eene compagnie van het 8ste regiment
infanterie.
Een eskadron van het 1ste regiment
huzaren.
Het geheele dienstpersoneel van het
paleis Het Loo zal zich op het oorplein
op eene rij opstellen, het personeel van
het domein en haie van af het hek van
het koninklyk paleis tot aan het perron
van den spoorweg, en blootshoofds, den
stoet laten voor by trekken.
Een koninklyk saluut van 101 kanon
schoten wordt gegeven, zoodra het Ko
ninklijk Lijk het paleis het Loo verlaat.
Bij het spoorwegstation van het
kasteel bet Loo plaatsen de infanterie
en de huzaren zich ter rechter- en lin
kerzijde in bataille.
Aan voormeld station wordt het Ko
ninklijk Lijk plechtig opgewacht door
den Commissaris des Konings in de
provincie Gelderland en Gedeputeerde
Staten der provincie, en door den ge
pensioneerden luitenant-generaal K. van
der Heijden, adjudant des Konings in
buitengewonen dienstdoor den gene
raal-majoor commandant der tweede
divisie door don burgemeester van Apel
doorn, met het dagelijkseh bestuur der
gemeente door den kolonel-commandant
van het 8ste regiment infanterie, met
den kapitein-adjudant van het regiment,
en door den kolonel-commandant van
het lste regiment huzaren, met den rit
meester-adjudant van het regiment.
Het Koninklyk Lijk wordt door de
vier en twintig dragers in den trein
geplaatst en begeven zich de opper
kamerheer, grootmeester van het huis
des Konings en van Hare Majesteit de
Koningin-Regentes, mr. R. J. graaf
Schimmelpenninck van Nyenhuisde
adjudant-generaal der marine, chef van
het militaire huis des Konings, jonkheer
J. H. van Capelien de opper-hofmaar
schalk, generaal-inajoor C. H. F. graaf
Du Monceau de adjudanten, de kamer-
heeren en de ordonnans-officier, begelei
ders van het Koninklyk Lijk in de
voor hen bestemde rijtuigen.
De orde en regeling der plechtigheid
op het koninklijk paleis en domein van
het Loo en de vorming van den stoet
aldaar, is opgedragen aan den kapitein
jonkheer S. M. S. de Ranitz, adjudant
en particulier secretaris des Konings.
De koninklijke treinhet station
Amersfoort naderende, begint zyne vaart
te temperen, en rydt dat station zeer
langzaam voorbij.
Aan het station bevinden zich de
burgemeester van Amerfoort, met het
dagelyksch bestuur der gemeeete. De
dienstdoende scbuttery en het garnizoen
zullen onder de wapenen zyn, ten einde
aldaar de militaire eerbewyzen aan het
Koninklijk Lijk te doen.
Zoodra de koninklijke trein in het
gezicht komt van het fort van Blauw-
Kapel, zal van daar nit een koninklijk
saluut van 101 kanonschoten worden
gegeven.
De trein, het station Utrecht nade
rende, begint zyne vaart te temperen,
en beweegt zich zeer langzaam binnen
het station.
Aldaar bevinden zich:
De Commissaris des Konings in de
provincie Utrecht en Gedeputeerde Staten
der provincie.
Nnar het engelsch
van
JAMES WYTTON.
65)
HOOFDSTUK XXXVIII.
//De volgende beschrijving mogen wij zeer vertrouwbaar noemen,
'laar wy de inlichtingen hebben ontvangen van den man, die
Bland heeft meegedeeld, waar de bende zich schuil hield en van
zekeren heer Brownson, die met geweld door de bende uit
zijo woning werd verdreven op den vooravond van deze gebeur-
tenis, en die tegen wil en dank toeschouwer van de schermutse-
iog was geweest.
//Gisteravond naderde een man te paard het politie-bureau te
Wangaratta en vroeg, aldaar aangekomeu, om den dienstdoenden
officier te spreken. Hy werd bij den inspecteur Bland gebracht
en deze had een zeer langdurig onderhoud met hem. Het is waar
schijnlijk, dat tengevolge van eenige zooeven ontvaDgen inlichtin
gen, Bland vergezeld van Flood, die bekend stond als een der
beste speurhonden van het district, om vier uur in den morgen
de stad uitreed. Ongeveer ten vijf ure bereikten zij het huis van
Brownson.
Met de uiterste behoedzaamheid reden zij door tot op een halven
myl afstands van het huis, stegen toen af, bonden hunne paarden
vast aan een heg en vervolgden kruipende hun weg in de rich
ting van de woning van Brownson. Zij wisten zich voor de
struikroovers te verbergen door een hooischelf tusschen zich en
het vuur der roovers te houden, dat in den schemering van den
aanbrekenden dag den omtrek helder verlichtte. Toen zij bij de
hooischelf waren aangekomen, bemerkten Bland en zyn metgezel,
dat de vier bandieten buiten de woniDg waren gekampeerd, en
dat twee hunner by het vuur lagen en de twee anderen op
schildwacht stonden.
Met den onverschrokken moed, dien hy, zooals wij vernomen
hebben, reeds tweemaal aan den dag heeft gelegd, besloot Bland,
om de twee schildwachten neer te schieten en een uitval te wagen
op de beide anderen, alvorens zij ontwaakt zouden zijn.
//Ik vertrouwde op mijne eigen krachten,* heeft Bland onzen
verslaggever verteld, „en wat de arme Flood betreft, hij was zoo
koelbloedig als een komkommer, en ik wist, dat hy prachtig kon
schieten.*
Achter de hooischelf legden beiden op de schildwachten aan,
en daar de afstand zeer klein was, slechts ongeveer veertig voet,
gelukte het hun de schildwachten Williams en Jepps neer te
schieten.
Aangevuurd door het welslagen hunner poping, riep inspecteur
Bland Flood toe hem te volgen en hij snelde vooruit. Foggarty
en Ellis waren evenwel niet slapende, zoodat zij oogenblikkelyk
op de been waren en hunne pistolen aanlegden op de twee poli-
tie-agenten, toen deze op hen kwamen toeanellen. Hunne kogels
troffen helaas doel, want Foggartys kogel deed den armen Flood
met verbrijzelden schedel dood neervallen en de kogel van Ellis
maakte een gat in de mouw van Bland.
Na te hebben gevuurd, snelden de beide struikroovers naar het
huis, achtervolgd door den onverschrokken inspecteur. Het gelukte
hun om ongedeerd in de hut te vluchten, hoewel Bland onder
het loopen alle kogels uit zijn revolver afschoot en zy sloten de
deur voor de neus van den inspecteur dicht, zooals Brownson ons
tenminste vertelde (deze was aan een boom vastgebonden en sloeg
dus geheel werkeloos het schouwspel gade). Met zulk een onstui
migheid wierp zich de inspecteur met zijn volle lichaam tegen de
deur, dat deze uit hare heDgsels sprong; oogenblikkelyk greep hij