Vereen, tot bescherming van dieren,
welke zioh ongeveer een kwart eeuw in
het beschermheerschap van Zijne Majesteit
den Koning mocht verheugen, heeft het
voornemen, door eeae deputatie een
bloemkrans in de rouwkamer tea
alhier te doen nederleggen.
Van //Het Loo" wordt dd. 1 Dec.
gemeld HH. de Koninginnen zijn heden
ochtend te 9 uren 20 van hier naar
Den Haag vertrokken. Bij het vertrek
heerschfce alle stilte. Het publiek had
'Hen ontvangen wenk opgevolgd, eu bleef
afwezig.
De trein stond onder directie van den
heer Mathijsen, chef van tractie, en
stelde zich op het voorplein van het
paleis in beweging.
II11. MM. waren in diepen rouw.
Koningin Emma was zwaar gesluierd.
Op het Loo komen in menigte kran
sen aan.
Hertog Eduard van Saksen-
Weimar, die koningin Victoria bij de
begrafenis zal vertegenwoordigen, is de
zoon vau den nederlandsehen generaal
Bernard van Saksen-Weimar, die ia den
slag van Waterloo naast den Prins van
Oranje streed, later aan den tiendaag-
schen veldtocht deelnam en vervolgens
leger-coaamandant in Indië was. Hertog
Eduard is de broeder van de eerste ge
malin van Prins Hendrik der Neder
landen, en is ook zelf uit de dagen zijner
jeugd niet vreemd aan ons land.
Onder do vreemde vorsten,
die de begrafenisplechtigheid zullen bij
wonen, moet nog genoemd worden prins
Waldemar van Denemarken, als verte
genwoordiger van den koning van
Denemarken.
Aan de vreemde vorsten
worden nog toegevoegd: aan den groot
hertog van Luxemburg, hertog Adelt' van
Nassau, de kolonel F. Ypey, van het 2e
reg. huza.en te VeMoo; aan den erf
prins van Nassau, de majoor jhr. A. W,
van der Wijck, van het 3de reg. huza
ren te Leiden aan aartshertog Frederik
van Oostenrijk, de kolonel jhr. W. F
G. A. van Pestel, van het 2de rog
veld-art. te 's Hage; aan den groothertog
van Saksen Weimar, de majoor J. F.
D. Bruinsma vau de koloniale reserve
te Zutfeo; aars grootvorst Alexis van
Rusland, de kapt. ter zee C. A. Ie Bron
de Vexela; aan de deputatie vau het
Westfaalsche huzaren-regiment uit Dus-
seldorf, de ritmeester jhr. A. S. E. van
Tets, van het 3de regiment huzaren te
's Hage.
Op den dag dar begrafeni
van Z. M. den Koning zullen op ver
zoek van hooger hand de op straat uit
komende ramen der postkantoren worden
gesloten met blinden of waar die niet
aanwezig zijn door het neerlaten der
gordijnen. Waar eene vlag aanwezig is
zal dis op dien dag van zonsopgang tot
zonsondergang halfstok, zonder wimpel,
moeten worden uitgestoken.
Ook van alle andere rijksgebouwen
zal op dien dag de vlag halfstok uit
gestoken worden.
PROGRAMMA voor de plechtige
begrafenis van wjglen Zijne Majesteit
"Willem III, Koning der Neder
landenPrins van O ranje - Naussan
Groot-hertog van Luxemburgenz.,
enzenz., op Donderdag den A.den
December 1890, des voormiddags
ten elf ure.
EERSTE A DEELING.
Betreffende beschikkingen
binnenshuis.
Op den dag, bestemd voor de begrafenis, zal
het Koninklijk Lijk, behoorlijk gekist, staan op
eene ejtrade, in do daartoe bestemde zaal.
Op dien dag zal de dienst bij het Koninklijk
Lijk verricht worden door:
A. Den opper-ceremoniemeester.
B. De navolgende heeien, bestemd tot het
dragen der slippen van het lijkkleed:
Mr. It. J. graaf Schiininelpenninek van Nijen-
huis, grootmees;er van het Hui3 van wijlen
Zijne Majesteit den Koning en van Hare Maje
steit de Koningiu-ltegentes, ópper-kamerheer^
Jonkheer J. 11. van Capeilen, vice-admiraal,
adjudant-generaal der marine, chef van het Mi
litaire Huis des Konings;
Jonkheer G. M. Verspeyck, gep. luitenant-
generaal, adjudant-generaal des Konings;
De opper-hofmaarschalk, generaal-nujoor C
H. E. graaf du Monceau;
De luitenant-generaal A. E. Mansfeldt, adju
dant des Konings in buitenge wonen dienst;
De gep. viee-admiraal jonkheer F. de Casem-
brootj adjudant des Konings in buitengewonen
die ast.
C. Het dienstdoende militaire huis van wijlen
Zijne Majesteit den Koning.
D. Vier en twintig kamerhoereu, bestemd tot
het dragen van het Koninklijk Lijk, waartoe ia
de eerste plaats in aanmerking komen de dienst
doende kaïnerneeren van wijion Zijne Majesteit:
G. L- M. baron Taets van Amerongen van
Natewisch;
H. W. J. E. baron Taets van Amerongen;
J. W. F. ridder Huyssen van Kattendijke;
G. Ch. Baron Snouckaert van Schanburg.
De heeren, dienstdoende bij het Koninklijk
Lijk, zullen zich in de volgende orde plaatsen:
De heeren, belast met het dragen der slippen
van het rouwkleed;
De vier en twintig kamerheeren in twee
rijen, twaalf aan elke zijde van het Koninklijk
Lijk;
i)e hofmaarschalk cn kamerheer-ceremonie
meester;
De opper-ceromouiemeester, en het dienst
doende militaire huis vau wijlen Zijne Majes
teit;
terwijl vier en twiutig onderofficieren der
schutters, zee- eu landmacht de kamerheeren
zullen behulpzaam zijn hij het dragen van het
Koninklijk Lijk.
TWEEDE AFDEELING.
Betreffende den Trein.
Eén uur voor den tijd, bestemd tot den op
tocht der begrafenis, zullen alle personen, tot
denzelven bchoorende, zich bevinden aan het
koninklijk paleis in het Noordeinde, in de daar
toe beitemdo lokalen, met uitzondering vau
degenen, die aangewezen zijn voor den dienst bij
het Koninklijk Lijk.
De groot-oülcieren en kamerheeren zullen al
daar voorzien worden van de noodige mantels
en handschoenen.
Aan de hofbe .inbten en ollicianten zal worden
bekend gemaakt, waar zij zich van bovenge
noemde zullen voorzien.
Dc optocht zal ziju als volgt:
A. Een commando cavalerie tot opening van
den trein.
B. de geueraal-majoor J. N. A. baron Taets
van Amerongen, bevelhebber der 1ste divisie
infanterie, waarnemend goeverueur der konink
lijke reiidentie, met de olhcicrcn vau den staf
der divisie, allen te paard.
C. Een bataljon van de dienstdoende schuttel ij 1
der residentie met den staf, het vaandel en de
muziek van het regiment, gevolgd door eene
afdeeling der koninklijke zoomacht van officieren
en voorafgegaan door de muziek der marine;
eene afdeeling mariniers onder bevel van
eenen hoofdofficier;
het lsto en ode bataljon van het regiment
grenadiers eu jagers, met den staf, het vaandel
en de muziek van het regiment;
een bataljon vau liet 4e regiment infanterie,
te Leiden in garnizoen, met dan staf, het vaandel
en de muziek van het regiment.
D. Drie escadrons van het 3e regiment hu
zaren met den staf', den standaard en de muziek
vaa het regiment.
De Ilaagsche schutterij zal een deel uitmaken
vau den optocht bij de barrière op den llijs-
wijkschen weg; hij de stad Uelft zal een gelijk
korps delftsche schutterij z.ch op diezelfde plaats
in den stoet aansluiten.
E. Een hoffourier eu twee rijknechts te paard.
F. De stalmeester des Konings in buiteuge-
wonen dienst C. J. van der Oudermeulen, te
paard.
G. Vier hereden officieren, lste luitenants der
koninklijke marechaussee, vau de cavalerie, veld
artillerie cn rijdende artillerie, om als aide cere-
moniemeesters te fungccren, ingevolge de nadere
hun daartoe te geven bevelen,
H. De kamerheer-ceremoniemeester in een
ho.frijtuig met twee paarden hespannen, gaande
een lakei naast elk portier.
I. De hofbeambten en officianten, allen in
diepen rouw, met lamfers aan de hoeden, gaande
twee aan twee, de jongsten iu rang vooruit.
J. Een heraut van wapenen (Nederland) te
paard (mr. W. E. van Weldcren baron Reugers),
voorafgegaan door een wapendrager.
K. Ue geneesheer dl'. Roessiugh, arts te De
venter;
de geneesheer der hofhouding te's-Gra euhage,
dr. J. Ooert.
de geueesneer der hofhouding op) het Loo, J.
Vlaanderen Cz,;
de hoo-jleeraar dr S. S. Rosenstein;
de lijfarts van wijlen Zijne Majesteit, dr. C.
W. Viukhuyzen.
L. De rentmeester van het koninklijk particu
lier domein Oranje-Nassau'soord J. N. F. van
E verdingen;
De intendant eu capitaine des cha?scs der
particuliere koninklijke groot-hcitogeiijke do
meinen in het groothertogdom Luxemburg, L.
B. Stein;
De intendant van het koninklijk particulier
paleis en domein Soestdijk, L. W. Groenevoidt;
De intendant van hot koninklijk paleis en
domein Het Loo, J. A. van Steyn.
M. De directeur der zaken van weldadigheid
E. M. A. Bijloveld.
N. De intendant van het koninklijk paleis te
jhr. H. F. M. E. Sandherg tot Essenburg;
De jager meester des Konings voor Gelderland
luitenant-kolonel V. W. R. baron Bentinck tot
Schoon heten;
De kamerheer en stalmeester des Konings A.
C. baron Snouckaert van Schauburg.
Q. De secretaris van wijlen Zijne Majesteit
voor de zaken van hot groot-hertogdom Luxem
burg H. E. V. graaf do Villers, kamerheer des
Konings in buitenge wonen dienst;
De directeur van het Kabinet des Konings,
jonkheer mr. J. F. Alewijn.
R. De veldinaar8chalksstaf, gedragen door den
gep. luitenant-generaal N. Mac Leod, adjudant
des Konings in buiteugewonen dienst.
S. De buitenlandsche ordeteekenen, gedragen
door de adjudanten van wijlen Zijne Majesteit
den Koning in buitengewonen dienst:
gep. geueraal-majoor Van Bel;
g«p. generaal majoor jonkheer W. J. A. Storm
de Grave;
gep. vice-admiraal J. W. Binkes;
gep. luitenant-generaal 14. G. Bouraeester;
gep. luitenant-gene aal K. van der Heyden;
De Militaire Willemsorde, de Orde van den
Nederlandschen Leeuw, het Dieustteeken voor
55 jaren effectieven diensttijd als officier, de
Luxemburgsche Orde van de Eikenkroon, en die
van den Gouden Leeuw van het Huis van Nas
sau, gedragen door den kanselier der Nedorland-
sche ridderorden, den gep. vice-admiraal F. A. A.
Gregory.
Deze decoratiën, benovens de na te melden
rijkssieraden, liggen op rood linweelen kussens.
T. Esn heraut van wapenen (Luxemburg) te
paaid, E. L. baron van Hanlenbroek, rentmees
ter van het kroon-domein, voorafgegaan door den
wapendrager.
U. De- standaard van hot Koninkrijk, gedragen
door den luitenant-generaal ridder F. M. B. Ale
wijn, adjudant van Zijne Majesteit in buitenge-
wonen dienst.
V. Het rijkszwaard, ontbloot, gedragen door
den gep. luitenant-generaal A. R. J. baron
Klerck, adjudant-generaal des Konings.
W. De rijksappel, gedragen door den opper-
stalmees;er mr. J. E. H. baron van Nagel van
Anipsea.
X, de koninklijke scheptcr, gedragen door den
grootmeester van 's Konings huis J. C. E. graaf
van Lyuden.
Y, De koninklijke kroon, gedragen door den
opper-jagermce&ter J. W. Won van Pallandt
/vau üud-Beijeriaud.
Z. Den opper-ceremoniemeester, mr. M. W.
baron du Tour van Belliuchave, gezeten in eene
rijtuig met vier paarden bespannen, gaande één
lakei naast elk portier.
AA. Vier adjudanten-onderofficier ordonnansen
des Konings te voet.
BB. De Rouwwagen, bespannen met acht
paarden, behangen met rouwkleeden, elk paard
geleid wordende door eenen koetsier.
De slippen vau het rouwkleed gedragen
door de heeren zooals hierboven is aange*
deputation aansluiten.
Twee bataljons van het regiment grenadiers
en jagers;
een bataljon Tan het 4de regiment infanterie;
eau eskadron van het 8e regiment huzaren, en
twee batterijen van het 2e regiment veldar
tillerie tot sluising van den trein. {Slot volgt}.
De vier eu twintig kamerheeren, dragers vaa
het iioninklijk Lijk, mede als boven, gaande aan
beide zijden van den rouwwagen.
De adjudanten vuu Wijleu Zijue Majesteit den
Koning in gewonen dienst, te paard:
Schout-bij-naeht jonkheer J. A. Roëll
Kapitein ter zee W, baron van tiogendorp
Kapitein J. E. N. baron Sirtema van Gro-
vestins
Kolonel jonkheer W. L. van Spengler
Kapitein jonkheer S. Al. S. de Ranitz
Ritmeester joukneer W. F. H. van de Poll;
Kolonel J. E. Siinon
Kapitein jonkheer VV. J. P. van den Bosch.
De ordonnans-officieren van Zijne Majesteit te
paard
Ritmeester E. T. C. H. J. baron van Tuyll
van Serooskerkeu;
Eerste-luitenant jonkheer M. W. Boreel;
Eerste-luitenant R. J. graaf Schiinmelpcn-
ninek
Ritmeester J. G. baron van Sytzama
Eerste-luitenant jonkheer C. L. van Sueïitelen
van de ïlaere;
Eerste-luitenant J. H. F. graaf du Monceau
waarachter zich aansluiten de adjudanten des
Konings in buiteugewonen dienst.
CC. Zijne Doorluchtige Hoogheid de Vorst
van Waldbck eu Pyrmont en de vorstelijke
personen, die de plechtigheid zullen bijwonen,
in rijtuigen bespannen met zes paarden, gaande
drie lakkeien naast elk portier, en gevolgd door
hoogstderzelver adjudanten te paard.
DD. Hofnjtuigeu voor gezanten van buiten
landsche mogendheden, vertegenwoordigende
hunne soevereinen bij de plechtigheid; de rij
tuigen bespannen met vier paarden, gaande één
lakei naast elk portier.
EE, Deputation van het keizerlijk koninklijk
Oostenrijkse li infanterie-regiment no. 63, van hef
keizerlijk 5do regiment Russische grenadiers van
Kiew, en vau hot koninklijk Pruissische 2de
Westphaalsche huzaren-regiment no. 11. Deze
deputatiën in hof-rijtuigeu met twee paarden
bespannen, gaande één lakei naast elk portier.
FF. Eene deputatie van officieren van het
regiment grenadiers en jagers.
GG. De deputatiëu van schutterij, marine,
mariniers, velschillende korpsen der landmacht
eu van het Indische leger, de deputatie van het
Metalen Kruis (afdeeling 's-Graveuhage); deze
Door het hoofdbestuur vau
den Noderl. Sehutterijkaderboad is veor
de ledeu vau dien Bond weder ean
prysvraag uitgeschreven, luidende „Geef
een overzicht van de verplichtingen der
infanterie-oaderofiicieren by den veld-
diesst". Het antwoord moet zoodanig
worden ingericht dat het geschikt kan
ikt worden tot opname in het
bondsorgaan, en meet tevens kunnen
strekken toï eeno soort handleiding voor
het schutterykador dat «iet gediend hooft.
De ingekomen antwoorden (vóór 1
April 1891) zullen onderzocht worden
door eene commissie, bestaande uit den
eerevoorzitter, en het dagelijkech be
stuur.
Eene verguld zilveren en eeae bron
zen draagmedaille met diploma zullen
worden beschikbaar gesteld.
In ens vorig nummer i,B g o-
meld, dat het in aanbouw zynde pantser-
dektorenschip Prinses Wilhêlmina der
Nederlanden bestemd is voor de verde
diging van het zuiderfrostier, terwyl
bet mede in aanbouw zijnde ramschip
Reinier Claeszen bestemd is voor het
ncorderl'rowtier (nmrinedireetie Wille:
oord.) Dit bericht is oajuist de Reinier
Claeszen is bestemd voor de verdediging
van de Goereesche zeegaten en de
Prinses Wilhêlmina is voor Indië bestemd,
ter versterking van het auxiliair eskader
aldaar.
Uit Tilburg wordt gemeld
Donderdag avond laat heeft eene bru
tale inbraak plaats gehad bij eene be
jaarde vrouw, die met hare kleindochter
nabij Gilze aan den rijksweg Breda-
Tilburg woont. Eene ruit was reeds
ingedrukt en toen het meisje ontwaakte
en buiten hulp wildo gaan halen, be
merkte zy das voor- en aekterdeur van
buiten waren vastgemaakt. Drie uren
brachten beiden in grooten angst door,
eer zich de dief met eenig geld, dat hij
wist machtig to worden, verwijderde. In
den vroegen morgen redde een voorbij
ganger hen uit de netelige positie door
de touwen waarmede do deuren warsn
vastgebonden, los te snydeD.
gen zitting van het Congres, behelst te?
aaaziun dor betrekkingen van de Amen-
kanen met de buitenlandsche mogend
heden de volgende zinseede De bannej,
van welwillendheid en van gemeenschap
pelijke belang»», door welke de V.-
eeaigd® Staten verbonden zijn met de
overige staten vaa Amerika, zijn aan
zien lyk hechter geworden door bet Pan.
Amerikaansch Congres, te Washingiui
gehouden.
j De president betuigt zijue sympathie
met de anti-slaverny conferentie, en zegt
dat de aldaar aangenomen maatieg*J»n
aan den Senaat der goedkeuring zulle»
worden onderworpen, zoodra ook ISkrier-
land zal zyn toegetreden.
De aanzienlijke goudvoorraad der
V. St. zal strekken tot hevorderirg
eener toekomstige internationale co»,
ventie voor het onbeperkte gebruik van
zilver. Ten opzichte der Mac Kinley.
wet zeide de president, dat hot onbillijk
zou zyn er wijzigingen in voor te stel
len alvorens men ruime en algemeene
ervaring zal hebben opgedaan van haru
wsrkir?g. Tefc dusver ia volstrekt
gebleken dat de werking van het tarief
schadelyk is voor do handels- en nijver
heidsbelangen der Y.-St.veeleer bet
tegendeel.
Uit Peneridge is te Now-York bericht
ontvangen, dat daar een Indiaan is
aangekomen, Ploetybear genaamd,
verteld dat er thans tweeduizend Rood
huiden zich 25 ayien ten Noord» n van
Wountete-Kueg bevinden. Zy zyn weder
met hatnne oorlogsdansen begonnen e
voornemens de vijandelijkheden te ope
nen, terwijl zij reeds eenige settlers-
woningen in braid gestoken i ouden
hebbes.
Ook nit Rosebud wordt gemeld
daar een troep Sioux-Indianea in 1
veld verschenen is, die zich met het
plunderen van boerderijen bezig houdt.
Amsterdam, belast met liet beheer van het ko-1 laatste deputatie verlaat den stoet bij de Rijs-
ainklijk paleis te 's Gra-'enhage cn met dat vau j wijksche barrière.
het Huis ten Bosch, jhr. li. A. L. van Vessem. HH. De deputatiëu, die gevraagd hebben deel
O. Do jagermeeeter d*s Konings te voet. te nemen aan de begrafenis, zullen, bijaankouat
P. De administrateur van het kroon-domein, van den stoet te Delft, zich achter de militaire
POLITIEK ÜVEKZICHT.
Uit Brussel wordt gemeldIn hot
voorstel van Nederland, verlangende
een nieuw uitstel zijner beslissing met
betrekking tot de invoerrechten in Ü9ö
CoBgo-aiaat, kan niet worden getreden,
aangezien er eene nieuwe conferentie
zou moeten belegd worden om over dit
voorstel uitspraak te do©a, hetgeen tus-
schen nu en den 2den Januari den
dag waarop het uitstel ten einde loopt
ondoenlijk is.
Tengevolge vaw nieuwe cöbcessies dor
Porte aan het Grieksche Patriarchaat,
is deze kwestie eene gunstiger phase
ingetreden, en hoopt de Porte zelfs dat
de kerken heropend zullen worde».
Dillon, Obrien en andere ierscha af
gevaardigden werden te Chicago met
zeer veel geestdrift ontvaagen. Des
avonds werd er eene vergadering gehou
den, die door wel 10.000 persosen werd
bezocht en in welke bijdragen werden
gestort voor do zaak van Ierland. Dil
lon, Obrien er» andereu vooiden het
woord. De vergadering begroette Paraell'e
naam met luide toejuichingen, en er
werden resoluties aangenomen, betui
gende sympathie met en belovende steun
aaa homerule, en dankbaarheid voor do
door Parnell daaraan bewezen schitte
rende diensten. Dillon en Obrien droe
gen toen reeds keDnis van Gladstone's
brief', doch weigerden daarover ia dis
cussie te treden.
Ia een manifest verklaren de thans
iu Amerika vertoevende ierseho afge
vaardigden, Dillon en Obrien inbegrepen,
dat Parnell onmogelijk het hoofd der
partij kan blijven.
De Boodschap van president Harrison,
tot opening van de Maandag aangevan-
GEMENGD MELtt'S.
Ongeveer zes weken gelode»
werii een zevenjarig meisje te St. Paul
de Dax (Frankrijk) gobeteu door ha^r
hondje. Daar het dier, bij onderzoek,
g-eeiie sporen van dolheid verioocdy,
maakte mon zich niet ongerust. Niet--
min werd Zondag plotseling het meifjo
door een aanval van doilaoid aange
grepen es viel op haren vader aar, dien
zij lievig* in de hand keel. Men moAst
het arme kind binden en zoo al»
wild aier onschadelijk gemaakt, stier!
hes na een onbeschrijfelijk lijden, in
den volgenden nacht.
De vader is naar Pasteur gegaan, om
zich te laten genazen.
Wanneer zal man toch do honden ver
goding, die de oorzaak is van al zulke
vreosalijke ongelukken, daar men te teer
hartig is, om ze deor een flinker» muil
band onschadelyk te maken wanneer
zal men dio vergoding toch eeiis al-
zweren
Pc wraak van een.... paai
Een boer te Brossac (Charenle) wan be
zig een zijner paarden te kammen en te
borstelen, een dier, dat een kwade nattiur
had en daarom reeds dikwijls door zf
meester bestraft was geworden.
De man zorgde dan ook wi-1, dut hij
naast het paard bleef en niet daaracliiei'
kwam. Plotseling draaide het dier zich
een halven slag om en gaf zijn meester
zulk een geweldigen schop in de buret,
dat de ongelukki^o neerstortte. Daarop
sprong het woedende beest op
lichaam en stampte daarop uit allo macht.
Toen men toeschoot en het paard
wegjoeg, bloedde de arme man hevig
mond, neus en ooren en eenige Sbcoadca
later gaf' hy den geest.
Veryolg Meuwstij dingen.
Stadsnieuws.
De heden door Diakenen dor Ned.
Herv. Gemeente gehouden turfflollectu
heeft opgebracht de som van ƒ1219.8
Telegrammen.
BERLIJN, 2 Dec. (Reuhr.) De Nori-
deutsche Allge'meine Zeititng verneemt,
dat het vestigen van diploraatieko verte
genwoordigers voor het groothertogdom
Luxemburg bij de aangrenzende staten
spoedig tot uitvoering zal komen.
den vorigeu avond in. een speelclub een aanzienlijke som gelds
met dobbelen aan Andrews had verloren; laatstgenoemde was ech
ter een oplichter en een valsche speler en op dienzelf»4en avond
werd hij do club uitgejaagd, daar men hem had betrapt. Nog geen
half uur geleden werd mij dit door een mijner ondergeschikten
„Drommels," zeide ik en keek Bruce aan; „dan zullen wij allen
als getuigen worden opgeroepen."
„Dat denk ik," antwoordde Bruce op kalmer, toon; „wij kunnen
niets beters doen dan gaan."
„Dat is alles goed en wel voor u, mijn waarde vriend," ant
woordde ik, „maar gij begrijpt toch, dat mijn naam zal vermeld
worden in de couranten, als een van de personen, die zich in de
speelclub bevonden, en dat juist nu, nu mijne patroons mij een
blijk willen geven van het vertrouwen, dat zij in mij stelleD; het zou
mijn goeden naam zeer schaden."
„Waarachtig, gij hebt gelijk, Fowler," zeide inspecteur Goodsir.
„Dat zou drommels lastig voor u kunnen worden. Vertel mij de
geheele geschiedenis van die dobbelpartij, dan zal ik eens zien, of
wij het niet zonder uw getuigenis kunnen klaarspelen. Er waren
ongetwyfeld genoeg toeschouwers in dat speelhol."
Ik vertelde hem nu de geheele geschiedenis op welke wijze
Andrews betrapt werd, en tot mijn groote vreugde zeide de in
specteur, naüat hij een oogenbliR hail nagedacht
„Ik zal het zonder bezwaar wel buiten u kunnen stellen. Gij
hebt er toch niets tegen, mynheer Bruce, om als getuige in deze
zaak op te treden."
„Iu het minst niet," antwoordde de koelbloedige jongeling.
„Dan is het in orde, Fowler, en houden wij dat voor afgespro
ken," zeide Geodsir. „Zonder u, heb ik nog getuigen genoeg,"
hij baalde zijn zakboekje te voorschijn en schreef er iets in op»
„Ik dank u, Goodsir," antwoordde ik, „en als het niet te veel
van u gevergd ia, zoudfc gij nog iets voor mij kunnen doen. Ik
zou gaarne willen, dat men de familie van die twee mannen bij
het verhoor niet wilde raadplegen en wel om deze reden ik ben
zeer goed bekend met de familie van den armen Walters en twaalf
maanden geleden waren de omstandigheden zijner familieleden zoo
geheel anders, zoodat ik, terwille van hen, zeer gaarne zou zien,
dat bij het verhoor over zijn familieomstandigheden werd stilgezwe-
gen, dan zou ik u hoogst dankbaar zijn."
„Ik zal er den officier van justitie over spreken, als gij dat juist
wilt, Fowler, hoewel het bijna onnoodig is. De officier van justi
tie zal in deze zaak alle familieomstandigheden buiten rekening
laten. Zooals ik u gezegd hebt, is deze zaak duidelijk en klaar,
en de officier van justitie, noch de politie, noch de rechters, laten
er zich iets aan gelegen liggen, of een van beiden één of vijftig
vrouwen, of één of honderd kinderen heeft gehad, natuurlijk allee1
dan, wanneer niemand der familieleden van medeplichtigheid v
verdacht."
„Maar toch kon een der rechters er wel eens op aandricge0»
om iets van Walters' familieomstandigheden op te sporen."
„En als hij dat deed," viel Goodsir mij in de rede, „dan zou
de officier van justitie er zich tegen verzetten. Gij kunt er uvan
verzekerd houden, dat geen namen van familieleden zullen worden
genoemd. Zelfs aangaande Andrews Andrews was een f
vuiten ongetwyfeld leefde hij met een vrouw of een maitreflee-
want toen wij dat armoedige huis doorzochten, kwamen wij t
de ontdekking, dat daar niet lang geleden nog een vrouw had
gewoond niemand weet evenwel, waarheen zij isgegaaD.Hi
getuigenis zou natuurlijk van veel waarde zijn, daar zij oog|
tuige van het gevecht zal zijn geweest. De politie heeft echter
geen spoor van haar kunnen vinden."
Wordt vervolgt)