POLITIEK OVERZICHT.
INGEZONDEN.
GEMENGD NIEUWS.
bekende, vófif vkr jaren ingevoerde
stelsel.
Hoe verderfelijk en onzinnig dit stelsel
door den heer Tindal wordt geacht,
heeft hij vaak trachten aara te toonea,
en herhaalt hij in dit zijn jongste
adres.
Adr. neemt thans de vrijheid, de
Kamer eerbiedig te verzoeken, den
tegonwoordigen staat onzer verweermid
delen hot onderwerp te doen uitmaken van
eene parlementaire enquête.
Deze enquête zou alleen behoeven te
loopen over de hoofdzaak „Uit te makea
of het waar is wat adr. en duizenden
met hem in eo buiten het leger gelooven,
namelyk drt wij op het oogenblik zoo
goed als weerloos zijn".
Mocht het der Kamer behagen, zoodanige
parlementaire enquête te doen instellen,
dan weuscht adr. eerbiedig te verzoeken,
dat dit spoedig plaats grijpe.
Volgens mededeeling van
den inspecteur van het geneeskundig
staatstoezicht in Noord-Holland aan den
Geneeskundigen Raad is hem gebleken,
dat de vijf kinderen, in de maand Juni
naar Parijs gezonden om de inenting
van Pasteur te ondergaan, op 1 Oct.
jl. volkomen gezond waren.
Voor eenige dagen is te
Arnhem eene dames-gyijonastiekvereeni-
ging opgeriehfe, die den naam „Excelsior"
heeft gekregen.
De haagsehe correspondent
van de Middelb. Ct., over de mildheid
van wijlen den Koning sprekende, zegt
o. a.
Meermalen werd zelf* bij eene aan
zienlijke gift de verplichting opgelegd,
den naam van den koninklijken gever
niet publiek te maken. Nog niet lang
geleden werd op die wijze f 10,000
door Z. M. geschonken voor eene stich
ting te Amsterdam ten behoeve van
den werkliedenstand. Nu, na den dood
des Konings, is daaraan eenige rucht
baarheid gegeven, en het kan daarom
niet worden afgekeurd, dat nu ronduit
wordt medegedeeld, dat die vorstelijke
gift ten deel viel aan het Volkabadhuis
in de hoofdstad, dat zonder haar ver
moedelijk niet zou zijn totstandgekomen.
Die stichting draagt derhalve niet ten
onrechte den naam van „Koning Willems
badhuis."
De dezer dagen v e r k r y g-
baar gestelde verguld metalen gedenk
penningen. dragende aan de eene zijde
het borstbeeld van wijlen Z. M. koning
Willem III en daardoor veel gelijkenis
hebbende met een gouden tienguldenstuk,
hebben reeds aanleiding gegeven tot
bedrog, daar er een in eene tapperij
Amsterdam als een tientje werd uitge
geven. Men zij voorzichtig 1
Te Amsterdam is eene vrouw
van drie kinderen bevallen, terwijl de
man sedert een half jaar zonder ver
dienste is.
Te K a t w ij k a/R ij n is Zondag
ochtend een 17jarig meisje uit Noord -
wijk in de verkeerde richting van de in
gang zijnde train gesprongen. Zij geraakte
er onder en wondde zich aan de beide
beenen en een der armen.
In eene Zaterdag te Helder
gehouden vergadoring van ingezetenen
is, op initiatief van de heeren C. D.
Zurmiihien en C. Swaving, besloten tot
de oprichting eener vereeniging, die
werkzaam zal zyn in den geest van het
bekende genootschap „Liefdadigheid naar
vermogen" te Arasterdam en dergelijke
7ereenigingen, in het belang van be
hoeftige plaatsgenooten. Met de heeren
Zurmühlen ea Swaving werden de hee
ren A. Klik, T. Mooy en J. Brouwer
tot eene commissie benoemd, belast aiet
het samenstellen van de ontwerp-statuten
en het nemen van verdere voorbereidende
maatregelen.
Eenige dagen geleden werd
gemeld, dat te Tiel een kind was dood
gevroren. Dit bericht is, naar wij ver
nemen, onwaar.
Zaterdag is door den trein,
die ten 6 uur 's avonds to Tilburg aan
komt, bij wachtpost 11 een kind over
reden en onmiddellijk gedood.
Te Wouw (N.-B.) is tegen een
kind van negen jaren proces-verbaal op
gemaakt wegens zoutsmokkelarij.
De hardrijder K. Hanjo te
Akkrum heeft dezen winter reeds f 955
aan pryzen gewonnen.
Door de rechtbank te Assen
is een nieuw seheikundig onderzoek be
volen in de zaak van de weduwe H., te
Rodendieonder verdenking haar
dochter te hebben vergiftigd, nog steeds
te Assen preventief gevangen gehouden
wordt. De heeren Gosselaar, apotheker,
en vaa Hasselt, leeraar aan de H. B.
S., zijn met dat onderzoek belast. Bij het
eerste onderzoek werd de aanwezigheid
van arsenicum in de ingewanden van
het overleden meisje geconstateerd.
Men schrijft uit 's-H eeren-
hoek van 21 dezer:
Een ruim 8§jarig jongman alhier I
verschrikte zoo hevig op het vernemen
der doodstijding zijns vaders, dat hij de
spraak verloor. Den volgenden dag
sehrikte hy weder door het geroep van
brand, waardoor hij op eenmaal zijne
praak terugbekwam.
Te Tzum is eene alleen wo-
nende vrouw, ruim 80 jaar oud, dood
op haar bed gevoadeD.
Te midden der rustige rust in de
politiek komt opeens eene zeer opmer
kelijke mededeeling van hongaarsche
bladen levendigheid brengen. VolgeDs
deze heeft keizer Wilhelm reehtstreeks
den stoot gegeven tot de onderhandelin
gen tusachen Duitschland en Oostenrijk
©ver de tol-liniën. Zelfs zou de keizer
het denkbeeld geopperd hebben van eene
midden-europeesche tol-eenheid tusschen
Duitschland, Oostenrijk, Italië en Frank-
r;jk. Hiermede zou de bizondere onder
scheiding, waarmede Jules Simon tijdens
«ie iuternationale conferentie tot bescher
ming der arbeiders behandeld werd, in
verband gestaan hebben.
De uitvaardiging van het fransche
tol-tarief heeft dit plan verijdeld voor
zooveel Frankrijk en Italië betrett. Oos
tenrijk en Duitschland zijn dientenge
volge alleen overgebleven, doch het is
niet mogelyk de oostenrijksche tarieven
tot bescherming der nijverheid te verla
gen zonder dat dit rijk daarvoor eenige
vergoeding erlangt. Ten einde hiertoe
te geraken, is het oog op Rumenië ga-
vallen. Bij een gemakkelijker uitvoer
van hongaarsch vee en granen naar het
Westen, vervallen de tot dusver be
staande bezwaren tegen eene schikking
met Rumenië, welk land thans voor
Oostenryks uitvoer zoo goed als gesloten
is, doch dan voor de oostenrijksche
nijverheid geopend zoude worden.
Bijna op hetzelfde oogenblik verschij
nen de Hamburger Nachrichten met een
artikel, waarin men de hand van Bis
marck meent te herkenneD, hetwelk
beoogt dat de ingenomenheid met het
Duitseh-oostenrijksche Verbond eronder
lijden zou, indien Duitschland voor dat
bondgenootschap eene cijns moest beta
len, weshalve het noodzakelijk zou wezen
dat de duitsche regeeriug duidelijk hare
bedoelingen deed kennen.
De Reichsameiger bevestigt de ge
ruchten betreffende de botsiog tusschen
majoor Wissmaan en Emin Pacha. De
terugroeping van dezen laatste heeft to
Berlijn een diepen indruk gemaakt.
In de italiaansche Kamer werd de
beraadslaging gevoerd over eene motie
van Pantano betreffende de benoeming
eener commissie van onderzoek voor de
douanen-kwestie. Luzzatti bestreed de
motie. Crispi zeide stappen gedaan te
hebben om tot overeenstemming met
Oostenryk te geraken, ten ©inde het
handelstractaat gedurende een jaar te
verlengen. Deze overeenkomst zou heden
geteekend worden. Tengevolge dezer
mededeeling van den minister trok Pan
tano zijne motie in en stelde Bergatti
voor, akte te nemen van de verklaring
der regeering. Criopi vereenigde zioh
hiermede. Nadat het voorstel met groot©
meerderheid aangenomen was, werd de
Kamer verdaagd tot dan 20en Januari a. s.
Het plan voor de wereldtentaonstel-
ling te Chicago moet weder in een ba-
denkelijk stadium verkeeren, doordien de
President der Unie weigert de desbetref
fende proclamatie uit te vaardigen zoolang
niet het garantiefonds van tien miilioen]
volteekend zal zijn, hetgeen echter moeie-
gaat sedert het tentoonstellingscomitd in
beginsel besloot de tentoonstelling des
Zondags gesloten te houden, en zioh
daardoor vele vermogende Duitschers te
Chieago tegen maakte. Ook zou de
commissie eene oude verordening hebben
opgedolven, volgens welke de Illinois-
Ceiitral-maatsehappy het uitsluitend©
toegangsrecht heeft naar de mceroevers,
waar de tentoonstelling komen zou.
Dientengevolge zou er een ander terrein
noodig gewi rden zyn en zou de geheele
tentoonstelling twyfelachtig zijn gewor
den.
Volgens de Herald verwierp de Re-
geering der Unie Engelands voorstol om
de Behring-zee-kwestie te laten arbitra
geeren. De boodschap van den Staats
president zou dit eerstdaags aankondigen
en teveus voorstellen de amerikaansche
visscherijwetten gestreng toe te passen
tegen overtredende engelsche en duitsche
visschers, door uitzending van speciale
kruisers. Daarentegen zou Canada, ge
steund door Engeland, besloten zijn de
vis8cherij buiten de driemylsche grens
van hot zeestrand gewapend te hand
haven, waartoe eene sterke kruisersvloot
alle amerikaansche geweldpleging zoude
keeren, zoodat in het voorjaar eene bot
sing schier onvermijdelijk zou zijn.
(Voor den inhoud dezer rubriek stelt de Redactie
zich niet aansprakelijk.)
Eene ontmoeting; op 't ijs.
Mijnheer de Redacteur 1
Ik heb op 't ijs eene ontmoeting ge
had, die ik belaBgrijk genoeg acht om
ze in ruimen kring bekend te maken.
Ift reed van Haarlem langs de Leid-
schevaart tot bij Beusebroek; daarna
langs de Bennebroeksckevaart naar de
ringvaart van de Haarlemmermeer,
vervolgens langs die ringvaart en
't Spaarne naar Haarlem terug.
't Is een heerlijk ritje, dat ik allen
liefhebsters en liefhebbers van schaatsen
rijden kan aanbevelen.
En nu mijne ontmoeting.
Niet ver van de „Bennebroekerbrug"
over de ringvaart, dus dicht bij den hoek
waar men van B. afkomend links om
slaat, stond een klein, oud mannetje,
gewapend mot eenen bezem, pogingen'
aanwendend em de baaa te vegen. Zijne
berende handen hielden slechts met
rao8:te dea bezemstok vast en 't resultaat
van zyno inspanning was nog maar een
smal baantje.
Ik stond even stil en nam het oudje
eens op.
„Wel vadertje, wil 't werk nog al
vlotten?"
„Och, meneer, 't wordt me wel wat
zwaar. Ziet u, ik word in de andere
maand ook al zes en tachtig."
„Zoo, zoo, vader, al zes en tachtig?"
„Ja, meneer. En een jaar geleden is
mijne vrouw gestorven, die was vier en
tachtig."
't Is een heelo leeftijd, hoor!"
„Ja, ik ben ooft nog een ouwe
krijgsheld, van 'tjaar dertig, ziet u. We
hebben toch gestaan, meneer, met hon
derd vijftig man tegen 5000, maar dan
komt er wat kijken, dat beloof ik u!"
„Dat geloof ik, dat geloof ik."
Ik nam net den ouden stakkerd niet
kwalijk, dat hy zich zeiven eenen
„krijgsheld" noemde. Ook de overdrij
ving welke sprak uit die 150 en 5000,
kon ik hem best vergeven,
Oud-strijders van zijn soort trachten
hun verhaal gewoonlijk op deze wijze
belangwekkend te maken.
„En moet jij nu nog hier staan om
de baan fee vegen, vadertje?"
„Och, meneer, er is tegenwoordig
geen werk voor me, en 'k wil toch graag
wat verdienen. Ik moet toch te eten
hebben."
Deze woorden deden mij aan.
Een oude man van 86 jaar!
Een
Gisteren stond de oude er nog.
Ik kon niet voorbyrijden, zonder nog
eens een praatje te beginnen.
„Wel, vader, hoe gaat het?"
„'t Sohikt nog al meneermaar och,
'i brengt maar zoo weinig op, ziet u. I
'k Sta hier nu al den heelen middag en
'k geloof, dat ik nog geen vijftien cen
ten heb."
Do tranen schoten den goeden oude
in de oogen. Ik was ontroerd en besloot
te doen, wat ik thans bezig ben uit te
veeren.
't Is geen doen om de tallooze baan-
jers allen te „gedenken". Deze maakt
echter eene uitzondering.
Een oud man van zes en taehtig
jaar!
Een oud-stryder, die zijn leven ge
waagd heeft in den strijd voor 't vader
land en die thans de baan veegt uit
gebreid Neen, dies rijden wij niet voor
bij, nu we dit alles weten, zonder hesa
te //gedenken!"
De Kerstdagen zijn in aantocht; me
nigeen zal zich misschien opgewekt ge-
voelen om eens langs de ringvaart te
rijdenmenigeen zal misschien tot wel
doen gestemd zyn. Welnu, wy schaat
senrijders zullen niet ver van de Beane-
brookerbrug eens uitkijken, minder neg
naar de baan dan naar den zes en taeh-
tigjarigen Piet Oud, men zei mij ten
minste, dat de man zoo heet, naar den
Oud-strijder, (He zijnen naam zoo met eere
draagt.
En mocht soms iemand, die niet ot
niet meer Bchaatsenrijdt, behoefte gevoelen
om don traan van den eud-stryder te
doen verkeeren in eenen blymoedigen
glimlach, zoo iemand zal iu dea onder-
geteekeads eene bereidwilligen koerier
vinden, die zioh haasten zal «m de baan-
centoa van de niet-ryders aan den ouden
man ter hand te stellen.
Dankbaar voor de mij verleende plaats
ruimte ben ik met hoogachting, mijnheer
de redacteur:
Vtc dw. dienaar
F. J. A. PAESI.
Brouwersstraat lrood.
Hoarlem 22/12 '90.
M. de R.
Met genoegen las ik in uw veelgelezen
blad van gisteren, het ingezonden stuk
van „een lid" der ijsclub „Haarlem en
Omstreken."
Ik geloof hier de tolk van velen te
zijn, wanneer ik genoemd lid voor zijne
opmerkingen dank.
Myns inziens verliest het bestuur der
ijsclub „Haarlem en Omstreken" den
gulden regel wel wat uit het oog „dat
men het ijzer moet Bmeden, wanneer het
heet is".
Waarom niet een voorbeeld genomen
aan Amsterdam of Edam, en, al is het
niet op dezelfde wijze, tsnminst© de baan
een of tweemaal per w©ek geopend
Hoevelen zijn er niet, die door bezig
heden verhinderd zijn dos daags te rijden,
en waarom is men dan lid van een
ijsclub
UEd. dankzeggende M. de R. voor
de verleende plaatsruimte
Hoogachtend
W.
lid der ijsclub Haarlem en Omstreken".
kennen gegeven, eenige uren onafgebro
ken, zonder afwisseling van vragen des
voorzitters, aan het woord te blijven.
Wilde men dit nie6 toelaten, dan zou
het zwegen en zich terugtrekken. Aan
zyn verlangen werd voldaan. Zijne rede
neering kwam hierop neer, dat Gabrielle
onder hypnotischea invloed van Eyrand
kan geweest zijn en alzoo misschien een
willoos werktuig in zijne hand geweest
ia. Hij zeide niet dat hot zoo was
maar het kan zoo geweest zijn, en hy
vroeg het hof vergunning te beproeven,
of hy Gabrielle onder zoodanigen invloed
kon brengen, en eens in dien toestand
gebracht, haar te vragen of zy willoos
by den moord gehandeld heeft. De pro
cureur generaal en de voorzitter ver
wierpen dit verzoek, blijkbaar met zekere
verontwaardiging.
De procureur-generaal, de heor Quesnay
de Beaurepaire, gesteund onder anderen
door de verklaringen van dr. Brouardel,
die almede was gehoord, verwierp de
theorie van den heer Liégois, die op
geen enkel wetenschappelyk gegeven
rust. Met de leer der school van Nancy,
zoide hij, verdwijnt de zedelyke vrijheid
in de anarehic der straffeloeze misdaden.
Hy legde het verleden van Gabrielle
bloot om aan te tooneD, hoe laag zij
gezonken is, hoe laag zij heeft willen
zinkon. Zij behoefde niet onder invloed
van een boeswicht gebracht to wordeD.
De verdediger vaa Gabrielle deed ook
nog eeae poging om proeven van hypno
tisme op haar te doen nemen maar hij
slaagde evenmin als de hoogleeraar
te Nancy.
Gelijk de telegraaf heeft gemeld, heeft
de jury het hypnotisme buiten het geding
gelaten on ook over Gabrielle het
„schuldig" uitgesproken, doch met aan
neming van verzachtende omstandighe
den. Zij is veroordeeld tot 20 jaar
dwangarbeid Eyraud ter dood.
Beiden hoorden het arrest met onver
schilligheid aan. Eyraud mompelde: „Ik
verwachtte het," ©n Gabrielle sprak met
een zueht van verlichting „Het is dan
eiadelyk gedaan." Doch toen beiden
weggevoerd werden, vielen zy bijna
in zwijm.
Nader wordt uit
Gedaan is het met de span
ning, waarin het publiek gedurende het
proces van Eyrand en Gabrielle Bom-
pard gehouden is. De jury heeft uit
spraak gedaan in deze cause célebre bij
uitnemendheid, en men weet hoeveel
prikkelends dergelijke zaken voor het
publiek hebben. Een getuige d décharge
heeft den advocaat van Gabrielle het
middel aan de hand gedaan om een
nieuw element in de verdediging te
brengen: het hypnotisme. Het was de
heer Liégois, hoogleeraar aan de rechts
geleerde faculteit te Nancy, die, gelijk
uit zijne verklaringen bleok, zich veel
heeft bezig gehouden met hypnotisme
oud-strijder van 'tjaar dertigen daaraan eeDe groote toakomst voor-
moet de baan vegen, omdat hij geen werk spelde. Hij sprak lang en breed, en zich
heeft en toch ook eten moet! beroepende op een artikel in het wet-
Ik offerde mijn penningske ec reedin -boek van strafvordering, had hij, daar
gedachten verder. 1 hij veel te zeggen had, het verlangen te
Parijs gemeld, dat
Eyrand Zaterdagavond laat op het punt
scheen to bezwijmen hij herstelde zich
echter spoedig. Meermalen riep hij uit:
„Ik ben nu een verloren manOver
zijne vrouw en dochter sprak hij niet
Gabrielle schijnt er zeer verheugt
over te zyn, dat zy eon betrekkelijk
lichte straf heeft gekregen. Zij at met
veel eetlust.
Het vrouwelijk publiek acht ovor het
algemeen het vonnis van Gabrielle
te licht.
De couranten met de uitspraak van
het Hof van assises werdon bij duizen
den ©p de boulevard's verkocht.
Te Treport dreigt een deol
der krijtrotsen, door de krachtige in
werking van de vorst, naar beneden te
storten op een groot aantal visschers-
woniagen. Deze zijn door de bewoners
ontruimd. Daar de val aiet kan worden
verhoed wachten de inwoners van
Tréport vol angst het oogenblik der
catastrophe af.
Te Berlyn beklaagt men
zich over het toenemend aantal echt
scheidingen. Een afzonderlijke recht
bank houdt zich daarmee bezig en is
met werk overladen.
Het is eigenaardig daarbij op te mer
ken, dat die echtscheidingen meestal
plaats hebben in do middel- en hoogere
klassenzeer zelden in den werk
mansstand.
Professor Ivoch komt! Deze
tijding Jiep onlangs met bliksemsnelheid
door oen klein ruasisch stadje in de pro
vincie Petrokow. Aan het telegraafkan
toor was namelijk oen telegram uit Ber
lijn gekomen, geadresseerd aan den stads
geneesheer, dat het volgende bericht be
vatte „Koch komt den 20stea Decem
ber.
De stadsgeneesheer was toevallig voor
eenige dagen op reis en het telegram
werd voorloopig op het kantoor bewaard,
maar de inhoud ervan was, dank zij de
manier waarop de telegrafist het ambts
geheim bewaarde, in een oogweqk door j
„Harriet," zeide haar echtgenoot een paar dagen later, „Tom
is werkelijk dood. Er valt nu niet meer aan te twijfelen."
„Is dat werkelijk waar?"
„Iedereen heeft hem opgegeven."
„O, Jem en al dat geld! Is dat nu werkelijk alles
van ons O
Jera gaf niet oogenblikkelijk antwoord, maar sloot zijne beide
oogen. Daarna begaf hij zich naar het venster en keek naar
buiten op de binnenplaats van het huis. Vervolgens keerde hij
terug naar de haard en nam de snuisterijen van den schoor
steenmantel een voor een in zijne handen. Harriet sloeg hem in
angstige spanning gade.
„Harriet," zeide hij, „ik ben zijn neef en zijn zaakwaarnemer.
Ik ben dus van middag naar het huis gegaan, waar hij woonde,
heb de huur betaald en heb vervolgens zijn boeken, papieren
en kleeren meegenomen."
„Welnu?"
„Ik heb al zijne papieren ingezien hetgeen niet veel tijd
kostte, en.... ik heb geen testament kunnen vinden."
„Dus o, Jem," Harriet sprong van haar stoel op, „dan is
nu alles van ons
„Wees niet zoo haastig. Er kan nog wel een testament ziin.
De erfenis komt ons slechts toe, wanneer er geen testament is
want Tom zou ongetwijfeld alles aan zijn verloofde gemaakt
hebben."
Harriet viel op haar stoel neer.
„Toen hij wegging," vervolgde haar echtgenoot, „was ik van
meening, dat er niets te erven was."
„Niets te erven Hoe zoo En uw oom was zoo rijk
„Omdat er nog geld, dat bij beheerd had, moest worden uit
betaald en ik het eerste oogenblik meende, dat de geheele
erfenis niet grooter was dan die schuld. Waarom zou hij dus
een testament hebben, toen hij meende niets te bezitten Hij
was zelfs niet in een levensverzekering en bezat niets dan zijne
boeken, welnu, wat zijn die waard
„Gij zijt dus van meening, dat er geen testament is, Tom?
Dan...."
„Ik weet het zoo goed als zeker."
„Maar het is best mogelijk, dat hij niet dood is."
„Ik voor mij was er in den beginne reeds van overtuigd, dat
hij dood was. De troep werd omsingeld en aangevallen. Een
paar slechts ontsnapten. Toen men den volgenden dag het too-
neel van den strijd inspecteerde, vond men slechts de lijken.
Ik heb er geen oogenblik aan getwijfeld, dat hij dood is."
„O!" het was een langgerekte uitroep van verrukking. „Ge
looft gij het zeker, Jem OEn er is geen testamentNie
mand kan ons dus de erfenis ontnemen
I „Er is geen testament, Harriet. Alles is nu het mijne." jiHij j
sprak op gezaghebbenden toon, die vertrouwen eischte.
„Hoe groot is ze, Jem O, vertel mij toch, hoe groot de
erfenis is."
„Een huis in Russell Square, prachtig gemeubileerd; daar
woonde mijn oom."
„Oraaar er is toch wel meer dan een huis
„Verder nog verschillende eigendommen pachtwoningen,
landerijen, fondsen hetgeen ons alles tezamen wel vijftien
honderd pond per jaar oplevert. Wij zullen zoo spoedig moge
lijk in het huis in Russell Square gaan wonen, Harriet."
„Ja, Jem."
„En zullen deze ellendige woning verlaten."
Wordt vervolgd.)