NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD
Winterg&ve.
Jiaffarina ^tegtna.
Se Jaargang.
Donderdag 25 December 1890.
No. 2296
ABONNEMENTSPRIJS:
ADVERT ENTIRE:
NIEUWJAARSWENS*,
BINNENLAND.
FEUILLETON.
HAARLEM'S DAGBLAD
Voor Haarlem per 3 maanden1,20.
Franco door het geheele Rijk, per 3 maanden 1,65.
Afzonderlijke nummers. 0,05.
Dit blad verschynt dagelijks, behalve op Zon- en Feestdagen.
Bureau Kleine Houtstraat No. 9, Haarlem. Telefoonnummer 122.
van 15 regels 50 Cents; iedere regel meer 10 Cents.
Groote letters naar plaatsruimte.
Bij Abonnement aanzienlijk rabat.
Abonnementen en Advertentiën worden aangenomen door
onze agenten en door alle boekbandelaren en courantiers.
Directeuren-Uitgevers J. C. PEEREBOOM en 3. B. AVIS.
Hoofdagenten voor het Buitenland: Compagnie Générale de Publiciti Etrangère G. L. DA IJ BE f Co., JOHN F. JONES, SuccParijs 31 his Faubourg Montmartre.
Uithoofde van liet Kerst
feest aal het eerstvolgend num
mer dezer Courant Zaterdag
avond verschijnen.
Evenals vorige jaren zal in
ons op Oudejaarsavond ver
schijnend nummer de gelegenheid
opengesteld worden tot plaatsing van
naar gelang van ieders maatschap,
pelijke betrekking, ad 50 Cents per
advertentie, mits men ze ons doe toe.
komen uiterlijk op Woensdag 31 Dee,
a. s., te halfdric des namiddags.
Directeuren- U itgevers.
Van alle zijden komen in deze koude
dagen, nu de armen zooveel te lijden
hebben, in de verschillende plaatsen des
lands giften in, om in den dringenden
nood te voorzien.
Hier ter stede is de vereeniging //Wel
dadigheid naar Vermogen" daarvoor on
vermoeid werkzaam, maar zij heeft daarbij
den steun der ingezetenen voortdurend
noodig; de opbrengst der inteekeniDgen
op de circulaires heeft dit jaar twee
duizend gulden minder dar. verleden jaar
bedragen.
Zeer werd zij daarom dezer dagen
verrast door vier giften van onbekenden,
resp. van ƒ100, 35, ƒ25 en 4,35,
on dit zoo onverwachte goede voorbeeld
doet haar thans navolging inroepen, daar
er nog zooveel noodig is.
Dat de giften hun doel zullen berei
ken, behoeft wel niet gezegd, als men
slechts bedenkt op hoe uitstekende wijze
het huisbezoek van de vereeniging werkt,
waardoor zy volkomen op de hoogte
is der toestanden. De kleinste giften zijn
welkom en ieder gever vindt zijn be
looning vertienvoudigd terug in de hart
verheffende gedachte, een goede, een edele
daad te hebben verricht.
Ieder, die warm gekleed, wel gevoed
en gehuisvest is, denke aan de armeD,
die slecht gekleed en slecht gevoed, de
koude en ellende bet hoofd moeten bieden.
Weüdt u dus met uwe gaven, klein of
groot, in navolging van de edele gevers
hierboven vermeld, tot het bestuur van
/Weldadigheid naar Vermogen".
Ingevolge een by de redactie van Haarl.
Dagblad ingekomen verzoek van „eene ge
trouwe lezeres, die gaarne met nog an
dere een gave wil afzonderen maar on
bekend is met de namen der bestuursleden
van W. n. V.", deelen wij hierbij mede,
dat bijdragen kunnen worden gericht aan
jhr. F. Teding van Berkhout, penning
meester der vereem'ging, adres Baan hoek
Kleine Houtweg of Haarlemsche Bank,
Achtereenvolgens is ontvangenvan
N. N. door mej. F. K. ƒ25, van N. N.
in de bus ƒ10, en van een onbekende
onder lett. A. Z. 500.
STADSNIEUWS.
Haarlem 24 December 1890.
Door Burg. en Weth. is heden aan
besteed in den perceel a. de verdieping
van het Spaarne van de noord- tot de
zuidgrens en b. van een gedeelte vaa den
Kinderhuissingel, den Zijlsingel, gedeelte
van de Leidschevaart tot voorbij de
Nieuwe vaart, de Nieuwe vaart en de
Raam-, Gasthuis- en Kampersingels.
Inschrijvers 5. De hoogste H. T. Wie-
gerink voor ƒ80,000; de laagste A. Vis
ser voor ƒ41,680, doch met vrije grond-
berging ƒ39,900.
Examen middelbaar onderwijs, 's-Hage,
23 December. Fransch, geslaagd mej. J.
J. S. Faber alhier.
Voor de hardryderij voor hoofden
van behoeftige huisgezinnen, Vrijdag e.k.
op //de Phoenix" te houden, zijn reeds
vele goede zaken ingekomen, dietotpry-
zen zullen dienen, zooals kleedingstuk-
ken, ham, worst enz.
De directie van de Phoenix" is
hiervoor zeer dankbaar, maar blijft zich
aanbevolen houden voor verdere goede
gaven. Hoe meer er inkomt, des te meer
armen kunnen er gelukkig mee gemaakt
worden
't Was maar een Loods.
De tooneelstukken van Ruijsch zijn,
al is het papier waarop ze geschreven
werden reeds lang vergeeld, de inkt reeds
lang verdroogd en de hand die ze schreef,
reeds lang verstijfd de stukken van
Ruijsch genieten bij een groot deel van
het publiek nog eene goede reputatie.
En terecht want al is de taal die
men erin spreekt, ietwat verouderd, er
ligt over die stukken een waas van
eenvoud en van trouwhartige levensbe
schouwing, die een aangenamen indruk
maakt op den toeschouwer. Men moge
dan zeggen, dat gravendochters niet met
loodsen plegen te trouwen en dat er
helaas, Teunis Haaien en Barbara van
der Likken te over zijn, die nooit met
de justitie in aanraking komen ons
rechtsgevoel wordt bevredigd, wanneer
ij de deugd beloond en de ondeugd
gestraft zien en wij vragen ons niet af,
of het wel eens niet zou kunnen gebeu-
dat de jonge loodsvrouw-gravin
te verlangen naar feesten, partijen,
bals en komedies, dingen die voor eene
gravin zeer zeker, maar voor een loods
zeer zeker niet bereikbaar zijn.
I t Was maar een Loods" zal door de
i vereeniging /,Cremer" in Februari e. k.
te Bolsward worden opgevoerd, by ge
legenheid van den tooneelwedstrijd die
aldaar wordt gehouden.
Het is zeker moeilijk om te profetee-
ren hoe het haar daar zal gaan, omdat
men de mededingers niet kent, maar wij
voor ons hebben alle hoop, dat zeo „Cre-
mer" haar stuk te Bolsward evenzoo
speelt als gisterenavond in den Schouw
burg, zij minstens een goed figuur zal
maken en, wellicht, een nieuw sieraad
aan haar vaandel zal kunnen hechten.
Gebrek aan ruit»te noopt ons, in de
bespreking van het spel, zeer kort te
zijn.
Willem Liesveld werd door een nieuw
lid der vereeniging verdienstelyk ge
speeld wij achten hem een goeden aan
winst. Ook de jonge Herman voldeed
goed: eene zorgvuldige repetitie van zijn
zang is wellicht niet overbodig. Zal die
goed wezen, dan moet hy vast zijn. De
overige medespelenden waren goede be
kenden, van wie //Stijntje Kokinje"
terecht het meeste succes behaalde.
Een paar kleine aanmerkingen houde
men ons ten goede met het oog op derf
wedstrijd. De bediende van een Graaf
leunt niet op zijns meesters stoel, terwijl
hij met hem spreekt en in het woord
z/Hollanda'.s" wordt de s niet uitgespro
ken. Als Bram het zolderkamertje in
Haai's huis verlaat, terwijl de jonge
Herman achter het gordyn verborgen
is, zou het effect verhoogd 'worden zoo
hij (Bram) eens angstig naar dat
gordijn keek.
Dat zijn kleinigheden, gemakkelyk te
verbeteren of in te voegen. Het geheel
was goed en daarom wenschen wij de
vereeniging /,Cremer" een oprecht ge
meend //véél succès!" toe.
Het strijkorkest onder directie van den
heer Kriens gaf' een vijftal nummers,
die zeer weiden toegejuicht. Dat gere
geld dit orkest aan de uitvoeringen me
dewerkt, is eene opluistering, waarvoor
„Cremer"'s leden hun Bestuur erkente
lijk mogen zijn.
De commissie die zich te Velsen ge
vormd heeft, met bet doel aan behoefti-
gen van die gemeente brood en koffie
te verschaffen, is daartoe door particu
liere bijdragen in staat gesteld. De com
missie verschaft thans iederen avond in een
verwarmd lokaal op de Heide aan ruim
200 armen zooveel brood en koffie als
zij nuttigen willen.
Tevens heeft een ingezetene aan vele
armen aldaar steenkolen en turf ge
geven.
Het Noordzeekaoaal is bevaarbaar ge
bleven do haven te IJmuiden zit echter
vol ijs, hetgeen bij het schutten der
schepen groote moeilijkheden oplevert.
Ingevolge machtiging van
Hare Majesteit de Koningin-Weduwe,
Regentes, heeft de minister van Buiten-
landsche Zaken, onder dagteekening van
den 228ten December 1890, een schrijven
tot den minister van BuiteDlaDdsche
Zaken in Brazilië gericht, houdende er
kenning der Republiek der Yereenigde
Staten van Brazilië door de Nederlandsche
regeering.
De consul-generaal der Nederlanden
te Rio de Janeiro is belast met de over
handiging van dit schrijven aan Zyne
Excellentie generaal R. Bocayuva, mi
nister van Buitenlandsche Zaken van de
Braziliaansche Republiek.
Naar wij vernemen, heeft
de Hooge Raad der Nederlanden be
slist, dat de ambtenaren voortaan trouw
moeten blijven zweren aan den Ko
ning, en Diet aan de Koningin.
(N. JR. Ct
Yan wege het ministerie
van waterstaat, handel en nyverheid,
wordt in de Staatscourant van 24 dezer
het volgende bekend gemaakt
Bij den buitengewonen toevoer van
brieven en andere stukken voor den
Nieuwjaarsdag is vertraging in de be
stelling onvermijdelijk.
Door vroegtijdige ter postbezorging
kan daaraan echter worden te geaioet
gekomen.
Bij wyze van proef zullen dit jaar de
brieven welke men op den Nieuwjaars-1
dag wenscht besteld te zien, reeds van
den 27en December af ter post kunnen
worden bezorgd.
Opdat die brieven in het oog vallen,
moet daarvoor op de adreszijde op in
het oog vallende wyze met inkt, een
kruis zyn getrokken.
De bedoelde wyze van verzending, te
rekenen van 27 December e.k. ook wat
het aangewezen merk op de adreszijde
betreft, gelieve het publiek mede toe te
passen op de gedrukte nieuwjaarswen-
soben en kaartjes.
Op de bestelling dier stukken op 1
Januari, althans voor zooveel zij bestemd
zijn voor de groote plaatsen, mag echter
Diet worden gerekend.
De griffier der Tweede Ka
mer, belast met het stellen van het
voorloopig verslag over de militaire
wetten, is met zijn arbeid gereed en heeft
zijn concept-verslag gezonden aan de
commissie van voorbereiding, die tegen
5 Januari is bijeengeroepen ter defini
tieve vaststelling van het voorloopig
verslag.
Van den coiisul-goiicraal
te Buenos-Ayres is bij het departement
van Buitenlandsche Zaken de volgende
mededeeling ontvangen betreffende emi
gratie Daar de Argentijnsche republiek.
z/Bij de dezerzijdscne berichten, opge
nomen in de Nederlandsche Staatscouran
ten van 28 Maart en 2 April 11., werd
aan belanghebbenden met het oog op de
alhier heerschendo economische crisis de
raad gegeven, van emigratie naar deze
republiek voorloopig af te zien.
z/In den toestand van Argentinië is
sedert geen verbetering gekomen. De
crisis doet zich integendeel steeds die
per gevoelen en drukt op alle bedrijven
en vooral op den werkenden stand. Ook
van de nieuw opgerichte landbouwko
loniën, waar vaak het noodige bedrijfs
kapitaal ontbreekt, luiden de berichten
in het algemeen ongunstig.
//Onder deze omstandigheden moet
verhuizing naar deze republiek opnieuw
aan alle belanghebbenden ernstig worden
ontraden, ook aan hen, aan wie men de
reiskosten mocht willen voorschieten."
(SM.)
De h e e r e n jhr. L. A. P. S i x,
kapitein der artillerie te Naarden en S.
Yas Dias, fce 's-Hage, zijn benoemd tot
ridder 4e klasse (officier) der orde van
den Leeuw en de Zon van Perzië.
Waaraan zouden zij die hooge onder
scheiding te danken hebben?
De d i r i g. off. van g ez. J.
Binnendijk en de off. van gez. Ie kl.
M. Straub zijn bestemd om te Berlijn
Koch's geneeswijze van tuberculose te
bestudeeren.
De commissaris des Ko-
nings in de provincie Gelderland heeft
aan de burgemeesters in dat gewest het
volgende schrijven gericht:
Naar mij is medegedeeld wordt hier
en daar op het ijs sterke drank in het
klein verkocht. Aangezien zulks volkomen
in strijd is met de drankwet, volgens
welke zelfs geen vergunning tot dien
verkoop op het ijs kan worden verleend,
heb ik de eer, voor zooveel noodig, uwe
aandacht hierop te vestigen en u uit te
noodigen, ten strengste tegen voormelde
wetsovertreding te doen waken.
Door dr. Eijckman, arts te
Zaandyk, wordt sedert eenigen tijd een
cursus gehouden in anatomie en physio
logic, voor de onderwyzers van Zaandijk
en Koog aan de Zaan, die zich willen
bekwamen voor het verlichte examen in
de gymnastiek. Dit voorbeeld zal na 1
Januari worden gevolgd door dr. Donath,
voor de onderwijzers van Wormerveer.
By het korps genietroepen
zyn reeds nu twee detachementen, één
ter sterkte van 1 sergeant-majoor, 4
sergeanten, 4 korporaals en 16 genie
soldaten, onder bevel van den 1.
luit. ing. J. E. Verbrugb, aangewezen
Naar het eng els ch
van
WALTER BESANT.
14)
HOOFDSTUK IY.
Een eerlijke zaakwaarnemer
«Ja, ja. dat zullen wij, en Jem - beste Jem beloof mij,
dat gij niet zoo Onverstandig met dit geld zult omspringen, als
gij reeds met uw eigen geld hebt gedaan."
,/Dat zal ik zeker niet, lieveling. Ik zal niet meer wedden,
daarvoor behoeft ge niet bang te zijn. Dat alles is nu voorbij,
Harriet. Ja, wij zijn wel eens in geldverlegenheid geweest en een
paar maal, ik moet het eerlijk bekennen, waren wij er slecht
aan toe."
./Slechts een paar maal? Volgens mijn meening, waren wij
altijd in geldnood sedert wij getrouwd waren. Er ging bijna
geen dag voorbij, of ik wenschte mijzelf weer terug naar mijne
uitstalling in de Soho-bazar. Een paar maalGij trachtte nog
wel mij te doen gelooven, dat gij nogal wat geld hadt."
z/Ja, Harriet, gij weet het, ik was verliefd. Dat alles is nu
echter voorbij en wat ik u wilde zeggen is, dat wij dat alles
moeten vergeten, en dat gij mij niet meer herinnert aan uwe
vroegere betrekking, wanneer wij onze rechtmatige positie zullen
hebben ingenomen."
«Arme Tom Addison," zuchtte zij. „Ik zal zes maandenlang
rouw dragen geen krip natuurlijk, want dat vindt ik afschu
welijk maar halven rouw. Halve rouw staat altijd beter.
Arme Tom Addison! Het zal mij altijd nog spijten, dat ik hem
nooit gezien heb. Mijne deelneming in zijn dood zou oprechter
zijn, wanneer ik hem maar had gekend."
//O, dat doet er niet toe," zeide haar echtgenoot op ruwen
toon. «Ga maar eens flink over zijn dood zitten schreien, juist
alsof gij hem gekend hadt. Gij zoudt misschien gaarne willen,
dat hij hier weer terugkwam, nietwaar Dat zou ons beiden
veel genoegen doen."
/,Dat niet, Jem. Het zou voor ons natuurlijk een groote ver
andering zijn. Ieder mensch heeft echter gevoel en men kan op
zeer verschillende wijze van de dingen spreken."
//Spreek maar niet van gevoel," grinnikte Jem; „en zeg alles
wat gij wilt, als hij maar niet terugkomt."
//Maar dan dat arme meisje, dat met hem verloofd was. Wat
zal er van haar worden? Ik wenschte wel, dat ik haar ook ge
kend had. Ik zou haar opgezocht hebben in een zwart zijden
japon om haar te troosten."
//Ik geloof, dat zij goevernante is. Het is wel ongelukkig voor
haar, vindt gij niet? Ik hoop, dat zij echter spoedig een ande
ren verloofde zal kunnen krijgen."
//Dat heeft zij maar niet voor het vragen, Jem. Er zijn maar
weinig meisjes, die meer dan eens worden gevraagd, tenzij na
tuurlijk, dat zij buitengewoon aantrekkelijk zijn."
Zij glimlachte, daar zij zich voor een van die uitzonderingen
hield.
Uit dit gesprek zult gij het u kunnen verklaren, dat mijnheer
en mevrouw James Rolfe in Russell Square woonden. Daaruit
wordt ons ook verklaard, waarom James Rolfe iederen dag op
het kantoor van zijn oom in New-Square Lincoln's Inn zat,
terwijl hij diens naam voor den zijne had doen plaats maken,
en daar nu de zaak voortdreef.
Toen James Rolfe nog bediende bij zijn oom was, kwam er
ieder kwartaal een heer, kapitein Willoughby genaamd, om een
som van vijf en zeventig pond in banknoten van vijf pond in
ontvangst te nemen. Hij was een man van reeds eenigszins ge
vorderden leeftijd, onberispelijk gekleed en zeer welgemanierd.
De jongste klerk stond hem dan te woord en overhandigde hem
het geld tegen ontvangst van eene kwitantie. Dat duurde
nooit lang.
Op den 31 en Maart, wanneer kapitein Willoughby anders steeds
verscheen, bleef hij weg.
Jsmes haastte zich volstrekt niet met te gaan opsporen wat
er van dezen man was geworden en wie zijne erfgenamen wa
ren. Hij was druk bezig met een zeer ingewikkelde erfenis te
regelen, hetgeen door hem niet al te vlug kon worden gedaan.
Toen nu de toestand hem een weinig duidelijker begon te wor
den, en hij zijne onderzoekingen voortzette, deed hij eenige zeer