NIEUWS- IN ADVERTENTIEBLAD.
jia rcransw
Vrijdag' 13 Februari 1891,
Nc. 2336,
A BOKNEMENTSPEIJS
ADYERTENTIËN:
S T A I) S M i K II W S.
VOORDRACHTEN IN TEYLER.
Paleis van Justitie.
FEUILLETON.
^af^ctrinct Ulegtna.
Voor Haarlem per 3 maandeag1,20.
Franco door liet geheele Kijk, per 3 maanden 1,65.
Afzonderlijke nummers. 0,05.
Dit blad verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en Feestdagen.
Bureau: Kleine Houtstraat No. 9, Haarlem. Telefoooiiamisier 122.
A- ,y Aiiiiii
y&n 15 regels 50 Cents; iedere regel moer 10Cents.
Groote letters naar plaatsruimte.
Bij Abonnement aanzienliik rabat.
Abocuomenten en Advertentiën worden aanganomen door
onae agenten en door alle boekhandelaren en courantiers.
Directeuren-Uitgevers J. C. PEËBS.FOOK m J. B. AVIS.
.Hoofdagenten voor het BuitenlandCompagnie Générale de Publirite i Irürgh O'. at i Cc.. JOJis fa-a J. a. Sua., Baryt 3 ill, u vrg Muuia.irlr:
Haarlem 12 Februari 1891. j
Door J. W. Verke3 is aan bet ge- j
meentebestuu? vergunning gevraagd om
eens ververij op te riohten in het perceel I
aan de Rozen prieelstraat had. sectie F.'
ne. 5788.
De aandacht van belanghebbenden
zij gevestigd op achterstaande adver-
tenti
geen van
betreffende het ter teekemng lig-
hei adres aan de Tweede
Kamer der S> G., inzake de Jachtwet.
De Haarlemeche Kookaeheel zal den I
eersten Mei e. k, worden geopend, Nieuwe
Gracht no. 68.
Aan het benoodigde kapitaal ontbreekt
nog 2000 gulden, die men echter hoopt,
dat door de voorgtauders van deze nut
tige inrichting alsnog zal worden bij
elkander gebraeht.
De familie Appy uit Amsterdam, gaf
Woensdagavond eene soiré© mueiealo in
de bovenzaal der „Vereenigisg". Deze
vier jongelieden zijn, zooala men weet,
do kinderen van den hier tor stede wel
bekenden müsiens Ercest Appy twee
dames, eene zangeres en eene pianiste
en twee heeren, violist en cellist.
Er wordt in dezen tijd veel geschre
ven en getwist over bet al of niet be-
beetaaa van hereditaire eigenseheppem,
zoowel phyeiseh als psychisch, 's Heeren
Appy's uauzikale talenten zijn zeer zeker
door zijne kinderen wel geërfd, al spreekt
het vanzelf, dat voor den een de portie der
erfenis grooter is uitgevallen, dan voor den
ander. Onze aandacht toch viel bizonder
op de pianiste ea op haren broeder, die
de violoncel tot instrament heeft geko-
zeD. Vooral deze beiden bezitten veel
technische vaardigheid, de pianiste een
mooien aanslag en de cellist een vollen
toon.
Het programma was welgekozen.
Een goed gevulde gehoorzaal in het
prachtige Museum van Teyler motht
Woensdagavond den heer dr. E. van der
Ven, conservator van het pbysisch ka
binet dezer stichting, zeker wel het be
wijs zijn, dat zijne voordrachten niet
mioder de belangstelling opwekken, dan
die welke op verschillend ander gebied
daar des winters worden gehouden.
De heer van der Ven bezit in hooge
mate de gave ona hetgeen hij behandelt
duidelijk aan zijne toehoorders uit te leg- i een temperatuur smelten, die geheel ver j Op da bergen vormen zich de gieiacbere,
j*en, en zonder dat men van zijn weten-schilt van den warmtegraad waarop I groote ijsvelden van ontzaglijke dikte,
schap een diepgaande stadie behoeft teieder dezer me'alen afzonde; lijk 'smelt. De drukking die deze massa op hare
hebben gemaakt, is een' oppervlakkigeSpreker deed een metaal'"'smelten in onderste lagen uitoefent, doet deze zich
natuurkennis voldoende om bet sehcoeekokend water en op het dekf.1 van een j ver vormen, zoodat wanneer in het war
en belangwekkende te begrijpen, dat hij papieren doosje bwen een spiritusvlam. mere jaargetijde een gedeelte ven dit ijs
aan ons oog en oor ontvouwt. Een der merkwaardigste versohguse- J smelt en de verschuiving begint, het r,s
Men zal het den spreker dan ookj en, die men hij dc smelting aantreft,zich voegt naar de oneffenheden der
zeker weder dank geweten hebben, toen j is de uitzetting van »ie 1 lichamen j hellingen waarover dit plaats vindt en
hij verklaarde er steeds naar te streven j enkele zetten bij den overgang geleide- j hst ijsveld zich een weg baant zelfs door
©m zijne voordrachten tot genoegen tej rijk, andere, sceals was, met e»n sprong auwere openingen tussehen de rots-
deen strekken ven zijn auditorium en j uit. Het ijzer maakt daarop eene uit-massa's, waardoor het afvloeien van het
niet minder erkentelijk zs.1 men er hem zondering, uit krimpt, ra aar bij den 1 water steeds geregeld kan plaats hebben,
voor zijn, toen hy mededeelde dat bij nïst j terugkeer tot den vasten toestand zet Ia korte woorden saamgevat blijkt-dus
had geschroomd, steeds die toestellen te het zich uit. Deze laaiste eigenschap is j dat de hoeveelheid water, die uit de zeeën
zijner dispositie te nemen, die voor eene van groot nut ia de nijverheid, want J verdampt in wolken opstijgt, als sneeuw
het is juiet daarom dat hei ijzer zich j op d© bergen nedervalt es zich tofcglet-
zoo getrouw voegt naar d© modellee- schers ververst, steeds gelijkeD tred
ring der gietvormen. j houdt met de hoeveelheid ijs, die daar
Meu heeft kunnen nagaan datjaarlijks smelt en door de rivieren haar
verklaring van het door hem te behan
delen onderwerp noodig zijn, hetzij deze
in het pbysisch kabinet van Teyler
aanv/ezig waren of wel dat hij ze daar
toe 6xpresselyk moest ontbieden. Dit
de hoeveelheid ijs ea sneeuw, die
laatete was ook nu het geval, sn ge-jaarlijks «p de bergen smelt, iets meer
lukkig was de stremming in 't spoor
wegverkeer geen beletsel geweest, om ze
hem tijdig te doen geworden.
Hat onderwerp waar hij dezen keer
over weDSchte te spreken was de
smelting van vaste, stoffen en de ver
schijnselen welke zich daarbij voordoen.
De toestanden waarin de lichamen
verkeeren, zijn de vaste, de vloeibare en
do gasvormige.
Vroeger beschouwde men die toestan
den als het gevolg van de wijze waarop
de deeltjes dier stoffen bijeen gevoegd
waren en gaf daaraan den naam van
aggregatie, (van het latyn aggregate:
zich tot een kudde verzamelen), maar
deze aanduiding is minder juist, aange
zien vele stoffen zich in verschillende
vormen kunnen voordoen, ea het wezen
van de stof dus niet meer van een en
kelvoudige» toestand afhankelijk is
water doet zich in den vorai van ya en
stoom voor en de metalen kunnen in
vloeistoffen worden omgezet.
Om de vraag te beantwoorden wat
die verschillende vormen onderscheidt,
moet men de verschijnselen nagaan,
welke zich bij den overgaDg van den
eenen in den anderen toestand voordoes.
Het ligt niet in onze macht om alle
lichamen te doen smeltenzuivere kool
ïa onsmeltbaar met de bestaande hulp
middelen en tooh is diamant niets an
ders dan zuivere kool, die door een on
bekend smeltingsproces door de natuur
in diamant is omgezet.
Bij de metalen treft men zeer ver
schillende smeltiDgspunten aan. Tin,
locd, zilver, goud, smeedijzer enz. hebben
een zeer uiteenloopenden warmtegraad
noodig om uit den vasten in den vloei
baren toestand te verkeeren.
Sommige andere metalen, als tin, lood,
bismuth, cadmium enz. hebben een betrek
kelijk zeer geringen warmtegraad noo
dig, terwijl eenige metaalmengsels op
bedraagt dan do hoeveelheid, ,qie er zich
j&arljks weder op verzamelt. Was. het
omgekeerde het geval, dan wouden bij
eene jaariijksehe tooname der anoeuw- on
ijsmassa mot slechts één meter, van de
geboorte van Christus af, de bergen
thans bedekt zijn met een laag van bijna
1900 meter cikte ten kosto van het
water der zeeën. De natuur heeft het
echter zóó ingericht, dat dit i immer het
geva). ban zijn, terwijl nog een andere
omstandigheid oorzaak is,dat do smeltende
massa zich geregeld in beweging kan
stellen, waardoor opstoppingen worden
voorkomen. Deze. .laatste - bs^stfeélaagr.
rijke eigenschap van het ijs is zijne
samendrukbaarheid.
Om deze aan te toonen perste spreker
door middel van een hydraulische pers
een willekeurige hoeveelheid ijs tot een
massieven bal te zamen en toonde hij
aan dat een Ijsblok door een draad onder
een zekere drukking kan doorgesneden
worden. Voor dit laatste had hij om een
dikke staaf ijs, waarvau de uiteindaa
ondersteund waren, een ijzerdraad gesla
gen waarvan de uiteinden benedenwaarts
aan eeo vrijhangeDd gewicht verbonden
waren. Na verloop van eenïgen tyd was
de draad onder de gelijkmatige drukking
van het gewicht door het ijsblok gegaan,
zonder dat dit eenig spoor vertoonde van
de plek, waar dit was geschied, daar de
beide gedeelten onmiddellijk weder boven
de draad aan elkander vastvroren, ten
gevolge van de lage temperatuur, die in
de ijsmassa heersehte.
Een tweede bewijs van de kneedbaar -
heid is dat een rechte staaf ijs door
houten kokers getrokken, die eene op
eenvolgenden graad van bromming be
zitten, gemakkelijk den vorm daarvan
aanneemt en aldus zelfs tot een halven
cirkel kan worden vervormd.
Hiermede kwam spreker aan het laatste
gedeelte van het bewijs zijnor stelling.
weg naar de zeeën terugvindt. Schooner
voorbeeld van den kringloop der natuur
kon spreker ons wel niet geven-
Dank zy den instrumenten en toestel
len waarover spreker te beschikken had,
toonde hij ons nog aan dat lichamen
om van den vasten in den vloeibaren
toestand over le gaan es daartoe warmte
noodig hebben, steeds dezelfde tempera
tuur benouden tot op het oogeablik dat
de overgang plaats heeft.
IJs behoudt zijn temperatuur van 0
graden tot op het oogenblik van den
overgang in den vloeibaren toestand, dus
by het terugkeeren tot water.
Hierbij doet zich de vraag voer, waar
de warmte blijft, die noodig is voor
deze verandering, aangezien de stof
zoolang zij in den vasten toestand is,
geen hoogere temperatuur aanneemt, van
daar den naam latente (latijia latere:
zich verschuilen) ve? scholen warmte.'
Ofschoon men op dit punt in de weten
schap nog Try wel in het duister tast, is
het echter duidelijk dat de warmte hier
in do mechanische werking wordt om
gezet, die noedig is voor de transfor
matie.
Omgekeerd toonde spreker aan dat
kristallen, zooala suiker, zout en salpeter,
bij kun overgang in den vleeibaren toe
stand warmte onttrekken aan de vlooï-
stof waarin zij worden opgelost en dat bij
het kristalliseeren die warmte weder
gedeeltelijk vrij wordt. Deze eigsnsohap
vindt hare toepassing bij het vrijhouden
van wegen enz. van sneeuw. Gewoonlijk
neemt men daartoe opgelost keukenzout,
dat by den terugkeer tot dent« vasten
toestand warmte uitstraalt, die de sneeuw
ontdoeit.
Onderzwaveligzure soda bezit die eigen
schap in kooge mate en vandaar hare
toepassing in de waterstoven der spoor-
wegrij tuigen.
Zoo vormden sneeuw en ijs dan den
hoefdsehotel der voordracht van den geach-
ten spreker en verschafte kij ons daarmede
na het vele onaangename, dat die ele
menten ons dezen winter hebben be
rokkend, neg eenige reeht aangename
en leerzame uren.
De volgend© voordracht zal zijn gewijd
aan den overgang der lichamen van den
vloeibaren in de» gasvormigen toestand
en staat dus den getrouwen bezoekers
van Teyler nog veoi belangwekkends ie
wachten.
Als een bizonderbeid voor den tijd
van 't jaar, toonde men ons hedon een
grooten levenden meikever (molenaar),
gevangen op een land onder Overveen aan
de Houtvaart. Gewoonlijk zitten de
larven van dit insect om dezen tijd nog
2 Meter diep ia den grond.
Vier tapperijen gelegen aan de Boter
markt, in de Gasthuisstraat en een
in do Spekstraat, waren heden gesloten,
hetgeen door middel van voor deramen
aangeplakte biljetten was kenbaar ge
maakt. De houders hadden dit gedaan
met het oog op de loteliDgen uit de
buitengemeenten.
Arr©H*«fiaisgem©raf,a-5t©©lkt!b&ask.
Er bestaat eene klasse van menschen,
die, zoodra zij ruzie of een klein vecht
partijtje hebben, uitroepen //Ik ga naar
het bureau Onthoud je dag en dan,
gevolg gevelde aan dat dreigement, met
groote stappen naai- den commissaris van
politie snellen, om daar to rapporteeren,
dat Jan, Piet of' Klaas, hen heeft ge
slagen of uitgescholden voor //dief" of
//afzetter", om de nóg minder welluidende
expressies maar te niet noemen. De com
missaris maakt proces-verbaal, de zaak
komt voor de rechtbank, sn.... de be-
klaa-ile wordt in de meeste gevallen
gestraft.
Nu deed zich echter het geval voor,
dat de eerste getuige (de zoogenaamd
mishandelde of beleedigde partij) dikwijls
niet minder schuld had aan de zaak, dan
de beklaagde en men kan aeggen, dat
het in zulke gevallen er slechts van af
hing, wie der eeheldendea of vechtenden
de langste beenen had en den Baasten
weg naar „hei bureau" kende. Deze was
dan aanklager, de ander beklaagde.
Het behoeft geen betoog, dat dit een
ongewenschte toestand was. In die vecht»
partytjes of schelderijen is het gewoon
lyk zeer moeilijk, den hoofdschuldige te
ontdekken, d. w. z. dengene, die het eerst
was begonnen. De subs. off. van justitie
aaa deze Rechtbank, mr. J. P. van
Outeren, heeft In zulke aaken een goed
middel aangewend, door ze te definieeren
met den Daam van onderlinge vechtpar
tijen en de beide personen te dagvaarden
Naar het engelsch
WALTER BESANT.
54)
HOOFDSTUK XVIII.
In de werkkamer.
„Wilt gij mij nog niet wat meer van u zelf vertellen vroeg
zij. „Niet meer echter, dan gij mij wilt toevertrouwen. Ik ben
werkelijk niet nieuwsgierig, maar als ik u kan helpen O
laat ik u helpen, omdat ik u ontmoette op denzelfden dag, dat
mij het telegram werd gebracht met het bericht, dat mijn ver
loofde niet dood was. Des avonds, toen ik naar huis ging
nadat ik u had verlaten werd het mij gebracht. O liefste
mijn zuster bracht het mij schreiende mijn vader kuste
mij en mijn moeder kuste mij en allen schreiden, en ik
wist niet waarom en dat op denzelfden dag, dat ik u ont
moette. Kan ik mij dien dag ooit herinneren, zonder aan u te
denken. God heeft u tot mij gezonden, opdat ik voor u zou zijn,
wat Hij voor mij is geweest. En ik zal u nooit meer van mij
laten gaan neen, nooit."
„O!" zeide Katharina, diep bewogen, „wat zal ik zeggen?"
«•Ik zal dien dag nooit vergeten. O, hoe haastig trok ik die
zwarte kleeren van mijn lijf, en liefste, gij hebt voor mij een
deel van dien dag uitgemaakt. Vertel mij nu eens verder. Gij
hebt gezegd, dat uw naam was Katharina Regina. Zoo heet ik
ook. Er is altijd een Katharina Regina in onze familie. En ik
heb er nog nooit van gehoord, dat in een andere familie deze
twee namen bij elka&r voorkwamen. En uw yader heette Wil-
loughby Capel. Het is zoo merkwaardig, dat ik er den ganschen
nacht over heb nagedacht. Vertel nu verder, liefste. Gij hebt
gezegd, dat gij geen bloedverwanten hadt."
„Neen, ik ken er geen. Mijn vader wilde nooit over zijn
familiebetrekkingen spreken. Ik heb wel eens gedacht of hij
wellicht op niet vriendschappelijken voet met hen stond. Ik
weet, dat hij in het leger is geweest met den rang van kapitein,
ea hij had een lijfrente, maar ik weet niet wie deze voor hem
betaalde; dat is alles wat ik van hem weet."
„Dat is een zonderling verhaal."
„De lijfrente was niet zeer groot, en ik gaf les. Ik was goe-
vernante bij een dame geen aanzienlijke dame wier echt
genoot kantoorbediende was. Ik ging daar iederen morgen om
negen uur heen en kwam om vijf uur weer thuis. Zij was een
goedhartige, vriendelijke vrouw. Ik was meer huisgenoot
dan goevernante."
„En verder, liefste?"
„Mijn vader stierf plotseling in het begin van dit jaar. Ik was
toen evenwel verloofd, en daar ik mijn Tom bezat, was ik ge
lukkig en vol hoop voor de toekomst. Ik woonde in Harley
House, een inrichting, waar goevernantes zeer goedkoop kun
nen leven."
„Ik ken die inrichting. Zuster, wat zeidet gij van haar gelaat
Gij hebt gelijk gehad. Ga voort, liefete, ik ken Harley House."
„Toen gebeurde er iets bizonders. De oom van Tom stierf
en liet hem al zijn geld na; een week lang waren wij rijk. Een
zaakwaarnemer echter Toms neef kwam tot de ontdekking,
dat het geld iemand anders toebehoorde. Wij waren dus weer
arm en Tom ging naar Egypte."
„Naar Egypte?"
„Ja. hij was krijgscorrespondent."
„O Katharina Katharina miss Willoughby greep haar
hand zeg mij zeg mij hoe hij heette?"
„Hij heette Addison."
De jonge dame gedroeg zich nu op een zeer bizondere wijze,
want in plaats van te zeggen „Oof „goede hemel 1" of „hoe
toevallig!" bedekte zij haar gelaat met beide handen, en Katharina
zag, dat zij schreide.
„Wat scheelt u? Waarom schreit gij?"
„Ik schrei, liefste ja, liefste, waarom schrei ik Omdat gij
beter wordt. Ga voort, liefste, ik zal mij bedwingen. Ga voort
Tom was zijn naam, nietwaar? Arme Tom! Tom Addison, en
hij verliet het land als krijgscorrespondent en werd vermoord
door de Arabieren te Soeakim, met een officier, kapitein Mc