Leger en Yloot. POLITIEK OVERZICHT. GEMENGD NIEUWS. Wetgevende Macht* A dan deelneming aan goed georganiseerde wedstrijden, en miliciens-verlofgangers en oud - miliciens vinden hier een gunstige gelegenheid om hun bedreven heid in de schietkunst te toonen. Het aantal uitgeloofde prijzen in de verschillende persoonlijke wedstrijden bedraagt minstens 500, tot een geschatte waarde van ongeveer 4000. Ter tegemoetkoming in de reiskosten zullen door de Spoorweg Maatschap pijen speciale retourbiljetten worden afgegeven tegen betaling van den vrachtprijs enkele reis. Wedstrijd-commissarissen zijnde heeren L. A. J. De Bont, te Amster dam, P. Fentener van Vlissingen, te Helmond, G. H. van Hoolwerff, te Hoorn, mr. H. Sillem, te Amsterdam en H. Tollewens, te Hoorn. De jury-leden zullen nader worden bekend gemaakt. Te Leiden is Woensdag nacht door de politierecherche aange houden eene roeischuit, bestuurd door twee personen, en waarin bleek tarwe te zijn, alkomstig van de uitgebrande meelfabriek van den heer De Koster. Bij het daarop ingestelde onderzoek kwam aan het licht, dat bedoelde tarwe dien nacht was ontvreemd, terwijl nog een tweede schuit, mede met gestolen tarwe, het wist te ontkomen, waarvan de vervoerder dien morgen te 4 uur de tarwe voor 17 verkocht aan eenen opkooper, die te voren reeds van de zaak onderricht was. Verder bleek dat er nog meer per sonen in betrokken waren, en dat het niet onwaarschijnlijk is, dat de kooper de daders tot stelen heeft aangezet. Zoowel de aangehouden tarwe als de reeds verkochte tarwe werd in beslag genomen en de verschillende daders en de opkooper werden door de politie aangehouden, tegen welke personen proces-verbaal opgemaakt. Uit 's-Hage wordt gemeld: Naar het oordeel van B. en W. ligt het niet op den weg der gemeente, het eerlang hier te houden Landbouw-con- gres geldelijk te steunen. Vooreerst zou dit voor internationale congressen op ander sociaal gebied, allicht tot na volging moeten leiden, en anderdeels kan de landbouw niet gerekend worden van overwegend belang te zijn voor deze gemeente, terwijl de soort van uitgaven, die in dit geval door de pen ningen der belastingschuldigen zouden worden bestreden, eene gunstige be schikking op het betrekkelijk verzoek v an het congres comité niet wettigt. Bij B. en W. bestaat ook niet het voor nemen, het congres ambtshalve te ver welkomen. Zij hebben derhalve geen aanleiding om den Raad een voorstel te doen ten aanzien der kosten van zoo- danigen ontvangst. Dinsdag namiddag om streeks 4 uur ontlastte zich een vrij hevig onweder boven Delden. Aan de grens dezer gemeente in de buurtschap Benteloo trof de bliksem eene land bouwerswoning, genaamd „De Schutte," en eensklaps was alles in brand. De drie koeien konden slechts worden gered. Alles verbrandde overigens, waaronder een paard, dat door den bliksem werd getroffen. In het kantoor van den heer J. Theeuwissen te Venloo hebben dieven ingebroken en eene aanzienlijke som geld gestolen. De politie zoekt de daders. Dr. Ebstein, eigenlijk ge- naamd Adams, de groote magnetiseur zooals hij zich noemt, is na het geven eener mislukte voorstelling te Roermond, aldaar aangehouden en als vreemdeling zonder middel van bestaan over de grenzen gebracht, na eenige schulden te hebben achtergelaten, zelfs in het voornaamste hotel. Donderdagnacht zijn twe personen verdacht van den moord, te Nieuweschoot gepleegd, te Heerenveen binnengebracht, Zij werden te Lemmer hechtenis genomen. Hun doel was per nachtboot naar Amsterdam te ver trekke*. Zaterdag a, s. vertrekt van Amsterdam naar Oost Indie per stoomschip Burge meester den Tex een voor Padang bestem de afd. detachementsuppletietroepen sterk 4 onderofficieren en 40 minderen, onder bevel van den van verlof terugkee renden kapt. der inf.jvan het O.-I. leger F A. Le Grand en onder medegeleide van de voor het leger bestemde 2e luits. der inf. C. J. Asselbergs en B. J. F. Stakman. Met dezen bodem zullen van Genua vertrekken de tot commandant der zee macht in Ned. Indie benoemde schout bij-nacht jhr. J. A. Röell, de luit. ter zee ie klasse J. H. Beucker Andreae, onlangs afgetreden als inspecteur van den stoomvaartdienst, en de luit. ter zee 2e kl. G. C. D. baron van Har- denbroek, adjudant van den schout bij- nacht jhr. Röell. VISSCHERIJ. Nieuwediep, 20 Mei. Door 85 korders en beugers werden hier heden 10 tot 50 groote-, 20 tot 100 kl. ton gen, 5 tarbotten, 3 tot 20 roggen, 200 schelv., 1 tot 4 mandjes kl. schol en 1 tot 4 manden schar, en door trekkers 120 tal geep aangevoerd; gr. tong gold 55 a 60 c., kleine id. 20 c., tarbot 9 12, rog 65 a 70 c, per stuk, schelv. 19 per honderd, kl. schol ƒ3.50 per mandje, schar ƒ3.50 per mand en geep ƒ8.50 a 10 per tal. E n k h u i z e n, 20 Mei. Heden werden alhier aangevoerd 320,000 stuks ansjovis, prijs 10 per 1000. en 3 officieren door steenworpen ge-1 wond. Servië's minister van Financien Vuitsch, die uit Petersburg is terugge keerd, deelt mede, dat de Czaar het goedgevonden heeft, dat Koningin Nathalie gedwoDgen werd te vertrekken, mits men te voren langs vreedzamen weg beproefd had haar hiertoe te be wegen. De berichten uit Madrid, volgens welke de republikeinen in Portugal een staatsgreep zouden voorbereiden, worden te Lissabon stellig tegenge sproken. Berichten uit Chilj over Lissabon behelzen, dat president Balmaceda de bemoeiingen van Frankrijk. Brazilië en de Vereenigde Staten tot herstel van den vrede alleen heeft afgewezen, dewijl hi; hoopte eene leening in Duitschland te kunnen sluiten, en ook door tusschen- komst zijner parijsche legatie geschut gekocht had voor den in Frankrijk ge bouwden kruiser President Rinto, welk geschut de fransche fabrikanten voor eerst niet konden leveren. Hij rekende op dat Frankrijk of Engeland Eet vertrek der twee kruisers President Pinto en President Errazuriz niet ver hinderen zou. Daarom besloot hij den oorlog v©ort te zetten, ook nadat hij teleurgesteld was in zijne hoop op eene duitsche leening. Volgens de Times zijn vier honderd personen in eene karavaan naar het Tanganyika-meer vertrokken, tot uit voering van kardinaal Lavigerie's plan nen tegen den slavenhandel. op hem ^out portant, maar^doodde 1 Het jaarlijksch contingent (met inbe- AAa A grip der zeemacht) zal bedragen vol- De lijdelijke houding, welke Turkije tegenover Rusland al sinds jaren aan neemt, is thans weder oorzaak, dat er tusschea Rusland en Turkije eene overeenkomst tot stand is gekomen, volgens welke russisehe schepen ook met troepen en geschut de Dardanellen mogen doorstoomen zonder firman van den sultan. Daarentegen moet Rusland beloofd hebben het verleenen van hulp uit den Kaukasus aan de turksche Armeniërs te zullen beletten, zelfs zouden de overheden in den Kaukasus zoowel Russen als Armeniërs gedreigd hebben met verbanning naar Siberië, indien zij betrapt werden op heulen met de turksch-armenische omwente lingpartij. Wie bij dezen ruil van diensten aan het langste einde trekt is nogal duidelijk. De vrije vaart door de Dardanellen wordt al sinds lang door Rusland be geerd en is voor dat rijk van groote strategische en commereieele waarde. Totnogtoe had de Porte ten dien op zichte Engeland te veel naar de oogen gekeken, maar schijnt thans met meer vrijmoedigheid te durven handelen. Met de vervolging der joden ziet het er in Rusland nog tremrig uit. Uit Odessa wordt aan de Daily Neivs gemeld, dat de zuidelijk russisehe bladen bevel gekregen hebben, vooreerst geen anti-semitische betoogen te plaatsen. Achthonderd verdreven joodsche gezin nen vertoeven hulpeloos te Odessa zonder middelen om het land te verlaten. De russisehe regeering eischt dat de land verhuizers paspoorten zullen hebben, die vijftien roebels kosten. Zij weigert aan dienstplichtige jongelingen paspoor ten te geven. Driehonderd joodsche gezinnen zijn naar Palestina vertrokken. Luidens ministerieele mededeeling werden bij den opstoot te Belgrado, 11. Maandag twee burgers gedood, één zwaar en vijf licht gewond; verder werden 26 gendarmes, 11 cavaleristen Het 1 ij k dat in een zak te Liverpool in een der dokken is gevon den blijkt nu te zijn dat van den tien jarigen Henry Nicholas, wiens ouders te Liverpool wonen. Buren hadden gezien, hoe de kleine jongen de straat uitging met een spaan- sche matroos. Door de politie wordt deze man nu ijverig gezocht. Voor de rechtbank van Meurthe-et-Moselle (Frankrijk) stond dezer dagen terecht zekere Meunier. een douanier, op zijn debet staan drie moorden, een© poging' tot moord, tw ee opzettelijke braudstichfcing'eit en een diefstal. Meunier, die weduwnaar was met twee kinderen, raakte verliefd op een meisje te Amomont, Jactel geheeten, en vroeg haar ten huwelijk, maar de familie bracht hem onö&r het oog, dat er niets van kon komen), omdat hij geen geld had. „Dan z^i "ik rijk worden," zei Meunier, en hij vermoordde in den nacht van 29 op 30 Augustus den pas toor van Xivry Circourt, den abt Lalame en stal alles wat hij van waarde vond. Daarop vermoordde hij ook de oude dienstbode van den geestelijke en stak het huis in brand, zoodat men aan een ongeluk dacht. Nu kwam hij met het gestolen geld bij de familie Jactel terug om zijn aan zoek te herhalen, maar kreeg ten ant woord, dat het meisje nooit een weduw naar met twee kinderen zou trouwen. „Ik kom terug," antwoordde hij en smoorde zijn oudsten zoon onder een kussen, waarna hij de autoriteit wijs maakte, dat de jongen gevallen was. Men kreeg geen vermoeden op hem en nadat hij met veel vertoon van ge huichelde smart het kind had begraven, schreef hij een brief aan het meisje Jactel, waarin hij haar den dood van zijn kind mededeelde. Als eenig antwoord kreeg hij een verzoek om niet meer te schrijven. „De moeder verzet zich tegen het huwelijk," dacht Meuniei en stak het huis van de oude vrouw in brand, zoodat zij met moeite ontsnapte, en daar hij ook haren broeder, een kipitein, verdacht zijne plannen in den weg te staan, wachtte Meunier dezen op en schoot hem niet. Alleen de arm van den offi cier werd verbrijzeld. Ditmaal was hij gèns ontdekt en spoedig begon het verhoor, dat weldra aanleiding gaf tot de ont dekking van al de overige misdaden. Wel loochent Meunier nog den moord op den pastoor en zijne dienstbode, maar de prop van het geweer waarmee hij op den officier schoot, is een stuk van het blad C Espérance, dat alleen de pastoor las. Donderdag is bij zesde stem ming tot lid van de „Académie fran cais©" benoemd de schrijver Pierre Loti, om plaats te nemen op den zetel van wijlen Feuillet. Na hem verkreeg Henri de Bornier de meeste stemmen, Zola kwam pas in de vierde plaats in aanmerking. Een redacteur en een cor rector van een dagblad te Harburg zijn veroordeeld wegens het overnemen van een opstel uit eene andere courant, dat bcleedigend werd geacht. Het hooger beroep van den corrector werd door de Rijksreehtbank verworpen, om dat hij bij het corrigeeren den inhoud van het artikel had leeren kennen, toch dit had gecorrigeerd en dus tot de openbaarmaking daarvan had mede gewerkt. Dit voorbeeld heeft reeds navolging gevonden. Wegens overnemen van een artikel uit de Freic Glockedat geacht wordt beleedigend te zijn voor kerke lijke genootschappen, is eene vervol ging ingesteld niet alleen tegen den redacteur, maar ook tegen den drukker van de Triedlct?ider Bote. Straks worden nog de zetters ook medeplichtig geacht Den i4den October 1890 verliet de russisehe driemaster Veritas de haven van Duinkerken, om te New- York petroleum te gaan laden. Sedert dien dag heett men niets meer van dit schip vernomen, en daar de duur van de reis hoogstens vijftig dagen is, ver onderstelt men dat het schip geheel verloren is gegaan, en dat de kapitein zijne bemanning (15 koppen) den dood in de golven hebben gevonden. Merkwaardig is het, dat toen het schip uit Duinkerken zou vertrekken, drie der matrozen hardnekkig weigerden om mee te gaan, en door gendarmen ge dwongen moesten worden mee uit te zeilen. Zij hadden een voorgevoel van het naderend onheil. het TWEEDE KAMER. Zitting van Donderdag 21 Mei. Legerivet De beraadslagingen over de artt* 2223en 26 werden heden voort gezet. Het nieuwe Regeeringsartikel 23 luidt thans als volgt ,Het aantal jaarlijks bij het leger in te lijven dienstplichtigen bedraagt 10. ter volledige oefening ten hoog- 31.5 ten honderd van het aantal, in het vorig jaar tot 1 October ingeschrevene voor den dienstplicht; 20. voor korte oefening, bestemd voor de depottroepen van de infanterie en van de vestingartillerie, ten hoogste 5 ten honderd van het aantal ingeschre venen onder i°. vernield; met dien verstande, dat jaarlijks ter volledig oefening niet meer dan 13.200 dienstplichtigen en voor korle oefening niet meer dan 2500 dienstplichtigen mo gen worden ingelijfd". Uit de uitvoerige becijferingen, rn de schriftelijke toelichting van dit ge wijzigd artikel door den Minister ge geven, blijkt, Jat de gezamenlijke sterkte van leger en landweer, die volgens het oorspronkelijk artikel op 165,924 werd begroot, thans voorloopig 150.871 man zal bedragen, dus 15,053 man minder dan de Regeeriug noodig oordeelde. gewijzigd art. 14,550 man; volgens het araendement-Kolkman 14,300; volgens het amendement-Van der Kaay 13.800. Door toepassing van het gewijzigde artikel zullen aanvankelijk jaarlijks ruim 3 ton minder uitgaven noodig zijn voor onderhoud van personeel, verbruik van munitie enz., terwijl bovendien de uit gaven voor eens, voor aanschaffing van wapenen, munitie, ledergoed enz., vooi- loopig aanmerkelijk minder zullen zijn ook de kosten van uitbreiding der kazerneering voor een groot gedeelte in de eerste jaren achterwege zullen kunnen blijven. Op het amendement-Van der Kaay. strekkende om het aantal ingelijfden voor volledige oefening te bepalen op ten hoogste 29 ten honderd van het aantal dienstplichtigen en voor korte oefening op ten hoogste 4 ten hon derd, was door den heer A. van De- dem een sub-amendement voorgesteld, strekkende om aan het art. de volgende alinea toe te voegen „De sterkte wordt telkens bij de wet vastgesteld, indien het aantal dienst plichtigen, dat zal worden ingelijfd, meer bedraagt dan 11.600 man ter vol ledige oefening en 1600 man voor korte oefening De voorsteller lichtte zijn sub-amen dement toe, als betoogende om het irrationeele, dat z. i. in het voorstel van den heer Van der Kaay was gelegen weg te nemen. De heer Van Houten, voorzitter der Commissie van voorbereiding, betoogde dat de bezwaren tegen het contingent door het nieuwe Regeeringsartikel vol strekt niet waren weggenomen. De heer Rutgers van Rozenburg meende, dat door de amendementen Haffmans en Kolkman aan de Regee ring de noodige middelen worden ont houden om ta komen tot eene landsdefensie. Het amendement-Haff mans noemde spr. de belichaming van een ongaar denkbeeld. Wat het amendement Van der Kaay betreft, hij meende, dat het verschil tusschen diens art. en het gewijzigd Regeeringsart. zóó gering was, dat hij den voorsteller in overweging gaf zijn amendement in te trekken. Met het Regeeringsartikel kon spr. zich ten volle vereenigen, omdat het den druk dei natie verlicht, zonder dat het groote doel er door wordt geschaad. Ten alutic vermaande hij den ami militairisten in goeden zin, hen, die wel het doel willen, maar tegen de groote lasten van verschillenden aard opzien, om toch geen gemeene zaak te maken met de verstokte anti-mili- tairisten, met hen, die wegens een nooit opgehelderd, een onbegrijpelijk bezwaar van godsdienstigen aard voor elke ver mindering van last zijn, doch niet con sequent genoeg om een voorstel te doen tot opheffing va» de departe menten van Oorlog en Marine, waartegen hun strijd eigenlijk gericht is. De heer Veegens was niet beslist tegen elke vermeerdering van contin gent, doch achtte Me lasten, die het Regeeringsvoorstel op de natie legt, te zwaar. Hij was dus voor het amende ment-Kolkman of meer nog voor het amendement-Van der Kaay. Hij vreesde, dat het wetsontwerp groot gevaar liep te stranden op de klip van een te hoog opgevoerd contingent en gaf daarom den Minister in overweging, de totaalsterkte van het amendement- Kolkman toe te passen op het beginsel van het am en dement-Van der Kaay. De heer Heemskerk meende, dat, als de Regeering, die tot zijn genoegen het beginsel van het amendement- Van der Kaay had overgenomen, dui delijk zou willen verklaren, dat het cijfer, door den heer Kolkman genoemd, Zij beval, dat men haar rekening zou opmaken, en de goed hartige Eiddings ontstelde hevig bij dit vearzoek, want Claribel >ezat de macht om aller genegenheid in korten tijd te winnen. h"a*a r^hn k'kwam zij tot de ontdekking, dat, wanneer zij de^ekeniflg~van"hërffiö'tel had betaald, zij nog slechts een paar pond overhield. Zij bevond zich in groote verlegenheid. Zij be sloot om dit grootsche hotel een oogenblik vaarwel te zeggen en er haar adres achter te laten, om in een nederiger verblijf Dudley's terugkeer af te wachten. Het leven geeft grooter kwellingen dan die van geldgebrek, maar er zijn er weinige zoo langdurig en onverbiddellijk „de tijd, die andere kwellingen doet vergeten, maakt deze steeds grooter." Evenzeer als geld geld maakt, maakt armoede armoede. Er was niemand wiens hulp zij zou kunnen inroepen, al was het dat haar fierheid zich niet hiertegen had verzet. Tot haar groote verbazing had zij majoor Punter niet meer gezien sedert den dag dat Dudley was teruggekeerd, en een brief aan zijn adres ver zonden was teruggekomen met de vermelding: „Vertrokken, adres onbekend." Haar bleef dus niets anders over dan te wach ten en op den terugkeer van haar echtgenoot te hopen. Zij keek op haar horloge, want met koortsachtig ongeduld begon zij reeds de uren te tellen. Toen haar blik viel op dit met juweelen bezette kleinood, Dudley's bruidsgeschenk, glim lachte zij over de dwaasheid, dat zij dit en nog andea-e kost baarheden bezat, nu zij in geldverlegenheid verkeerde. Nu was een uitweg gevonden om uit de moeilijkheden te geraken „zij zou het benoodigde geld op haar kleinodiën borgen in een bank van leening." Zij zocht ze bij elkaar en verliet oogenblikkelijk het hotel. Claribel wist dat iederen dag nog betere mannen en vrouwen dan zij, genoodzaakt waren om deze havens voor menschen, die aan geldgebrek lijden, op te zoeken en in aanraking te kornen met degenen, die onder het oude wapen van Lombardije hun bedrijf uitoefende. Toch wierp zij een steelschen blik om zich heen, toen zij aarzelend in een zijstraat den nauwen, donkeren ingang binnentrad, na eerst zooals de meesten, die hier hun eerste bezoek afleggen, de schitterende uitstalling voor een der ramen te hebben gadegeslagen alsof zij van plan zijn iets te koopen. Het was in de gang zoo volslagen donker, dat zij al tastende haar weg moest zoeken. Haar hand, die zij voortdurend uitge strekt hield, kwam eindelijk in aanraking met een deurknopzij draaide dezen om en trad een klein kamertje binnen, vervuld met de reuk van oude kleeren. Tot haar schrik zag zij dat het niet leeg was, en zij zou teruggekeerd zijn, wanneer zij niet aan het geluid van verscheidene stemmen had bemerkt, dat de aan grenzende hokjes ook bezet waren. Op het oogenblik dat Claribel binnentrad, was de bediende, eea jonge man in hemdsmouwen, die blijkbaar zeer veelhaar- olie noodig had, een scheiding in het midden droeg, terwijl zijn haar op een laag breed voorhoofd was geplakt, met een neus, dien hij zoowel letterlijk als figuurlijk voor de bezoekers op haalde, bezig, op voorname, onverschillige wijze een pakje uit te pakken, dat mannekleeren bevatte, welke in een tafellaken waren gewikkeld. Hij ontrolde werktuigelijk de kleedingstukken en wendde zich tot een forsche vrouw, die met hare armen op de toonbank geleund lag. „De broek is op de knieën versleten, en het vest is onder de armsgaten uitgescheurd. Ik kan er u niet meer dan drie en een halven shilling voor geven, juffrouw Hawkins." „Ja maar dat komt niet van het dragen," zeide juffrouw Haw kins driftig. „Het komt door uw slordige manier van inpakken. Reeds twee jaar lang heb ik er iederen Maandagmorgen een kroon voor ontvangen, en iederen Zaterdag heb ik het? geregeld teruggehaald, en nu wilt gij mij vertellen, dat gij er niet meer dan drie en een halyen shilling op wilt borgen Wat moet dat nu beteekenen „Juffrouw Hawkins, vergeet niet dat het Maandagmorgen is, en ik dus geen tijd heb om naar uwe praatjes te luisteren. Wilt gij er drie en een half voor aannemen of niet „Ik kan het niet doenantwoordde juffrouw Hawkins driftig, waarna de deftige mijnheer op bitsen toon zeide „Neem den rommel dan maar weer mee „Maak er vier en een hal ven shilling van." Wordt vervolgd

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1891 | | pagina 2