NIEUWS EN ADVERTENTIEBLAD.
8e Jaargang.
Maandag 8 Juni 1891.
No. -2431.
A BON NEMEN TSPPJJ S
ADVERTENTIËN:
Dit nummer bestaat uit
twee bladen.
STADSNIEUWS.
BINNENLAND.
FEUILLETON
HAARLEM'S DAGBLAD
Voor Haarlem per 3 maanden1,20.
Franco door het geheele Rijkper 3 maanden 1,65.
Afzonderlijke nummers. 0,05.
Dit blad verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en Feestdagen,
Bureau Kleine Houtstraat No. 9, Haarlem. Telefoonnummer 122.
Tan 15 regel» 50 Cent»; iedere regel meer 10Cents.
Groote letters naar plaatsruimte.
Bij Abonnement aanzienlijk rabat.
Abonnementen en Advertentien worden aangenomen door
onze agenten en door alle boekhandelaren en convantiera.
Directeuren-Uitgevers J. C. PEEREBOOM en J. B. AVIS.
Hoofdagenten voor het BuitenlandCompagnie Générale de Jr'vlliciüf Etrangerc C, L. DAUBS Co., JOHN F. d ONES, SuccF ar {is 31èw Faubourg Montmartre.
Ks.»ss5si-5iss!n?aa!isaa;
KICSSÈSESJcSiSÏS
EEKSTE BLAD.
Haarlem 6 Juni 1891.
De tentoonstelling van antieke doozen,
kistjes, étuis enz., blijft nog steeds ge
opend.
De decoratieve schilderwerken uit de
muziekzaal van den heer J. T. Cremer,
alsook die van de leerlingen der school
voor Kunstnijverheid, zullen aanstaanden
Zondag nog tentoongesteld blijven.
Zondags is de toegang vrij.
Burg. en We-th. van Haarlem doen te
weten, dat het primitief kohier voor de
plaatselijke directe belasting dezer ge
meente, dienst 1891, door Ged. Staten
is goedgekeurd bij besluit van 28 Mei jl.
no. 44, alsmede dat afschrift van dat
kohier, van af heden gedurendè vijf maan
den voor een ieder ter plaatselijke secre
tarie ter lezing is nedergelegd.
Gelezen hebbende een bericht, voor
komende in het Handelsblad dato 3
Juni (avondblad, 2e blad) gericht tegen
de exploitatie der zeebaden te Zand-
voort
Overwegende, dat daarin vele onwaar
heden voorkomen, zooals het aanstellen
van eenen inspecteur tegen eene jaar
wedde van f 800, het opheffen dei-
afzonderlijke badinrichtingen als ander
zins
Overwegende, dat de schrijver óf te
kwader trouw is, óf incapabel is in deze
de publieke opinie te leiden
Overwegende, dat een veel gelezen
courant als het Handelsbladdoor zulke
onwaarheden zeer groote schade aan
de gemeente toe zou kunnen brengen
Besluit
Op krachtige wijze hiertegen te pro
testeeren, en betuigt bij deze sympathie
met de wijze waarop het dagelijksch
bestuur in het algemeen en de voor
zitter van den Raad in het bizonder, de
belangen der gemeente in zaken de
exploitatie der zeebaden, als anderzins
behartigt en gaat over tot de orde van
den dag.
Als lid van het bestuur van den
Waardevpolder onder Haarlemmerliede
is met algemeene stemmen gekozen de
heer F. M. Baron van Lijnden te
Haarlem als hoofdingeland van den
Sloter Binnen en Middelveldsche ge
combineerde polders is gekozen de
heer J. van Bodegraven te Sloten.
Men meldt ons
Behalve den heer W. Bos, burgemees
ter te Oudorp, candidaat der centrale
R. IC. kiesvéreeniging in het district
Beverwijk, wordt door tal van katho
lieken nog aanbevolen de heer J. J. H.
ICerlen te Haarlem. De anti-revolu
tionairen in het district hebben geen
eigen candidaat, doch steunen de can-
didatuur van den heer Bos of van den
heer mr. P. N. Engelberts, burgemeester
van Zandvoort.
Door de gemeente politie van Half
weg zijn vijf jongens uit Amsterdam
afkomstig, wegens diefstal in eerstge
noemde plaats, aangehouden en gevan
kelijk naar Haarlem overgebracht.
Door den Raad der gemeente Zand
voort is in de openbare vergadering van
4 Juni 1891 met algemeene stemmen
de volgende motie aangenomen
De Raad der gemeente Zandvoort;
Door B. en W. van Amster
dam is eene voordracht ingediend, hou
dende de voorwaarden waarop, voor
zoover deze gemeente betreft, vergun
ning kan worden verleend aan mr. C.
Vreede, te Hilversum, tot het aanleggen,
hebben en exploiteeren van een stoom
tramweg van Amsterdam naar IJmuiden.
De ontworpen tram vangt aan op het
zuidelijk einde der Spaarndammerstraat
bij de Houtmankade, volgt die straat
en verder het Spaarndammerplein, den
Spaarndammerdijk, den grintweg tus
schen dien dijk en de kade van den
Amsterdammer-polderen eindelijk
den Hemweg, om het gebied onzer
gemeente te verlaten bij het snijpunt
van laatstgenoemden weg met den
molentocht van den Amsterdammer-
polder. Voorbij de grens der gemeente
volgt de tram den Hemweg en den
zuidelijken dijk van het Noordzee
kanaal tot IJmuiden.
De premie-obligatielee-
ning groot f 500,000, tot instandhouding
van het Concert-gebouw te Amsterdam,
is lang niet volteekend, zoodat besloten
is den termijn te verlengen tot 14 dezer.
Het comité central der
Alliance Israel. Univ. houdt zich
ernstig bezig met het beramen van de
middelen, die strekken kunnen het lot
der russische joden, zoowel van dege
nen die het land hebben verlaten, als
van hen, die korter of langer nog in
hun vaderland zich blijven ophouden,
te verzachten. Vanwege dit comité
zullen zich in de aanstaande week een
of meer vertegenwoordigers begeven,
naar een conferentie, die te Berlijn ge
houden wordt en waar de russische
joden-kwestie zal worden besproken.
Ook het nederlandsch comité der
A. I. U. is ernstig bezig met de voor
bereiding van maatregelendie er toe
zullen leiden, dat ook hier naar den
geest en in de richting van de planuen
van het comité centrahgehandeld worde.
De heer Franz Hagen zendt
uit Hannover nog het volgende aan
gaande den toestand der gewonden bij
de ramp van 'c Circus-Carré aan de
'j B. Cl.
Geachte Redactie
Dewijl ik reeds goede tijding omtrent
den toestand der gewonden vernomen
had. zoo gebruikte ik den vrijen Zondag
om een laatst bezoek te brengen aan
het hospitaal en ben ik zoo gelukkig,
UEd. reeds dadelijk te kunnen mede-
deelen, dat bij enkelen beterschap was
waar te nemen. Van de heeren wordt
alleen nog de heer Pohlmann verpleegd;
zijn onoogelijk verband is hem afge
nomen en zijn gelaat is nagenoeg van
de brandwonden genezen.
Wijl hij overigens geen enkele lede
maat gebroken of gekneusd heeft, zoo
mag hij reeds morgen het Hospitaal
verlaten, en is hij van de slachotffers
de eenige, die in zoo korten tijd ge
nezen is
Bij de openings-vr vstelling, die waar
schijnlijk Zater dag'Tjlaitts heeft, hoopt
hij mede te werken.
Omtrent den heer Schuitenvoerder
(August), die in een hotel wordt ver
pleegd, waardoor ik verzuimde, hem in
mijn vorig verslag te vermelden, ver
neem ik, dat hij van zijne borstwonde
langzaam herstellende is.
Ook m de dameszaal zag ik niet meer
die vertwijfelende gezichten, ofschoon
daar het lijden nog zeer lang zal duren.
Fr&ulein Mary Grothe was ditmaal
niet zoo goed, zij klaagde over pijn en
was in zenuwachtige spanning omtrent
hetgeen de doktoren haar zouden mede-
deelen, zoodra het eerste verband van
haar been afgenomen wordt, hetgeen
dezer dagen zou geschieden.
Mevrouw Rabe was reeds op en
hoopte binnen 14 dagen het gasthuis te
verlaten, ook Frau Pohlmann hoopt in
dien tijd hersteld te zijn.
Mme Carpini en dochter beteren
goed, slechts langzaam gaan vooruit
Mmes Achille en Ciotti, zoomede de
solodanseres.
Ditmaal waagde ik het met miss Elise
Adams een gesprek te voeren, doch bij
deze martelares kan men nauwelijks
zijne aandoening bedwingen.
Haar hoofd ligt geheel in een ver
band, het wit der oogen is bloedrood,
evenzoo de oogleden de onderkaak en
de beide beenen zijn gebroken, zoodat
men zich slechts een klein begrip van
haar lijden kan vormen, wanneer men
haar zoo op haar legerstêe ziet ter neer
liggen.
En toch bij al haar lijden, is zij zeer
gelaten en verliest geen oogenblik haar
bewustzijn, zelfs niet gedurende de ver
schrikkelijke catastrophe.
Zij en Fr&ulein Grothe zullen welde
laatste zijn, die het hospitaal verlaten,
en wanneer
Omtrent de dames Persina, Wolff en
Kruger vernam ik, dat dezen in den
zelfden zorgwekkenden toestand ver-
keeren.
Toch bestaat er gegronde hoop, dat
de slachtoffers het leven zullen behou
den; ééne moest echter bij de ramp
het leven laten en juist zij, die het
meest bemind was.
Wijlen mevrouw Carré, die, indien
zij nog in leven was, juist heden 39
jaar zou worden, zal echter nog lang
in aller herinnering voortleven."
Uit 'sHage wordt gemeld:
Dinsdag en Woensdag werd in het
gebouw der haagsche Kookschool het
examen afgenomen voor kookschool-1
leeraressen. Na Dinsdag zoowel mon
deling als schriftelijk geëxamineerd te
zijn in de theorie der kookkunst, als
mede in de aanverwante vakken, gaven
de adspiranten Woensdag proeven van
hare practische bedrevenheid.
Eenige leden en oud leden van het
bestuur de school haddén zich namelijk
met de directie vereenigd op een
déjeunerwaarvan de verschillende
schotels waren toebereid door de dames-
adspiranten. Zoowel de hoedanigheid:
der gerechten, als de smaakvolle schik-
king van eiken afzonderlijken schotel
gaven stof tot algemeene tevredenheid.
Na afloop van dit déjeuner werd het
diploma uitgereikt aan
Mevrouw Wildrink, geb. Jansen en1
aan mejuffrouwen M. de Ligt, L. van
Bueren, S. Canne en W. R. van Wins-
heim, alle van hier.
Ten slotte sprak de heer Van Houten,
die de diploma's had uitgereikt, een
woord van welverdienden lof tot de
ijverige en bekwame directrice, mej. A.
C. Manden, wier nauwgezette plichts-
betrekking, gepaard aan de gave om
hare meer dan gewone kundigheden aan
anderen mede te deelen, bij deze
gelegenheid weder zoo duidelijk was
gebleken.
Wij vernemen, dat in de maand
September e. k. een nieuwe diploma
cursus wordt geopend, en dat er bij
tijdige aanmelding uitzichte bestaat
op huisvesting in het gebouw der
kookschool. Een tweetal der pas gedi-
meerde damesmevrouw Wildrink en
mej. Van Winsheim hebben reeds eenen
werkkring gevonden aan de school
zelve. Ook van elders komen nu en
dan aanvragen om beschaafde jonge
dames, welke na voldoende opleiding
aan de kookschool, zich beschikbaar
willen stellen voor de een of andere
betrekking op dit gebied. De vooron
derstelling is dus zeker niet gewaagd,
dat ook op dezen weg eene toekomst
ligt voor ODze nederlandsche jonge
meisjes.
Onder vele blijken van be-
langstelling - van n i e t-katholieke,
zoowel als van katholieke zijde
herdacht de heer C. J. Sprengers te
Lith, Vrijdag den dag, waarop hij vóór
50 jaren tot R. K. priester wérd ge
wijd.
Men meldt uit Ridderkerk:
In den nacht van Woensdag op
Donderdag werden vele ingezetenen uit
hunnen slaap gewektdoor het blazen
van het brandsïgnaal.
Het bleek echter dat er geheel iets
anders te doen was.
Onze ijverige nachtwaker G. van
Halem was aan het worstelen met twee
ooiersvaarsdieven, welke hij bij de land
bouwerswoning van den heer Joh. v.
d. Hoek Az. reeds in het vizier had
gekregen.
In de kom der gemeente blies hij
alarm zoodat er spoedig hulp kwam
opdagen.
Eenige oogenblikken later zaten de
dieven achter slot en grendel.
Een dezer „heeren" bekende, dat hij
20 jaren geleden reeds in dezelfde ge
meente was tegenwoordig geweest bij
de arrestatie van een zijner collega's.
Door den goederentrein
van Enschede naar Hengeloo is Vrijdag
ochtend omstreeks 9.15 de seinwachter
Post bij N°. 43 te Twekkelo, overreden.
Het lijk is geheel in stukken. De over
ledene is 30 jaar en laat eene weduwe
en twee kinderen achter.
RECHTSZAKEN.
Het gerechtshof te 's-Bosch deed
heden uitspraak in zake W. J. S., pro
visor in eene apotheek, beschuldigd van
vergiftiging zijner echtgenoote.
Het Hof overwoog
1. dat de omstandige bekentenis van
den beklaagde om te mogen dienen
tot wettig en overtuigend bewijs, vol
doende wordt gesteund door verklarin
gen van verschillende getuigen, zooals
het herhaaldelijk voorkomen van on-
eenigheid tusschen beklaagde en zijn
HOOFDSTUK I.
De muziekavonden van de oude mevrouw Studley, die dooi
de afwezigheid van haar zoon den laatsten tijd zeer zeldzaam I
waren geworden, werden nu plotseling weer opgerakeld, want
de dames uit de nabuurschap waren van oordeel, dat het reeds
de moeite waard was om naar den Manor te rijden, alleen 0111
George Studley een lied te hooren zingen. De vicaris was een
goed musicus en ook hij was op Studley Manor een welkom
gast, hij kwam daar dikwijls wanneer de squire thuis was, en er
was maar weinig aandrang toe noodig, om hem er toe te be
wegen zijne muzikale talenten ten toon te spreiden door het
zingen van „Friar of Orders Gray" en „In a Cellar Cool", niet
zonder eenige zalving in zijn stem. De vicaris werd steeds ver
gezeld door zijn viouw, zijn rijke pupil Lottie Preston, en tevens
door de goevernante van zijne kinderen, Grace Dalton. De squire
zong somtijds duetten met de goevernante "an den vicaris en
wanneer dit geschiedde, dan waren die duetten het glanspunt
van den avond. Hunne stemmen pasten zoo goed bij elkaar en
smolten zoo prachtig ineen zoo zeiden tenminste de heeren, I
en ook sommige dames natuurlijk echter niet de getrouw- j
den, die huwbare dochters hadden. Geen wonder, dat zij met i
deze duetten zulk een bijval iuoogsten, want altijd werden zij
op de pastorie ingestudeerd. Somtijds wanneer George en Grace
in de zitkamer bij dr. Selby voor de piano zaten, verliet Lottie
Preston de pupil van den vicaris het vertrek, daar zij dan
plotseling tot de ontdekking kwam, dat zij nog eenige gewich
tige brieven had te schrijven, en zij begaf zich dan naar de
bibliotheek. De vicaris stond dan ook weldra van zijn stoel op
en zachtjes een lied neuriënde, dat wel een psalm scheen te zijn,
begaf hij zich door een der tuindeuren naar den tuin, na zijn
vrouw en passant een beteekenisvollen blik te hebben toe
geworpen. Mevrouw Selby volgde dan weldra haar man naar
den tuin, na nog eerst het tweetal een oogenblik te hebben
gadegeslagen, dat bezig was de „Brinsmead" in te studeeren.
Langzamerhand "wanneer de bariton tot de ontdekking kwam,
dat hij geheel alleen was met de sopraan, zonk zijn hoofd al
lager en lager, totdat zijn kastanjebruin haar bijna in aanraking
kwam met de donkere lokken, die het fraai gevormd hoofd van
zijne metgezellin versierden.
Geen wonder dat hunne duetten op den Manor zulk een
bijval inoogsten, want zij hielden er van om zich zooveel mo
gelijk te oefenen.
HOOFDSTUK II.
De lach van den kapitein
„Wat een heerlijke dag!"
„Ja, maar vreeselijk warmt"
„Op mijn woord, er heerscht een tropische hitte!"
„Meer dan negentig graden in de schaduw."
Dat waren de verschillende opmerkingen, die van alle kanten
werden gehoord, op dien gedenkwaardigen middag in Juli, toen
door de vereende krachten van een cornet, een trombone en
twee andere koperen muziekinstrumenten, met de daarbij pas
sende plechtigheid het „God Save the Queen" werd weergege
ven en na een openingsrede van dr. Alfred Selby, de Eerste
Jaarlijksche Bloemententoonstelling te Barton-on-the-Brook met
plechtigheid voor het publiek werd geopend.
De witte linnen tenten, met vlaggen, banieren en opschriften
versierd, verhieven zich op de fluweelzachte grastapijten en zagen
er zoo vroolijk, schitterend en hagelwit uit, alsof het bruids
koeken waren voor een huwelijksfeest van reuzen, en in de verte
vertoonde zich de roode gevel van het Manor House, terwijl
het gelaat van den eigenaar daarvan nog blozender scheen toen hij
daar aan den ingang van de bestuurstent stond, en zich telkens
het zweet van zijn voorhoofd wischte, dat letterlijk in droppels
langs zijn vriendelijk, goedhartig gelaat rolde.
Hij stond op den uitkijk naar de bewoners van de pastorie.
„Waar is mevrouw Studley, George?" vroeg de vicaris, terwijl
hij op den squire toetrad.
„Zij zal wel spoedig komen," gaf de squire ten antwoord;
„mijn neef Charley kwam zooeven juist aan, toen ik het huis
verliet, en mijne moeder is gebleven om hem aan den lunch
gezelschap te houden."
Wordt vervolgd.)