NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD.
8e Jaargang.
Woensdag 24 Juni 1891
No. 2443.
ABONNEMENTSPRIJS:
ADVERTENTIES:
STADSNIEUWS.
Tosneelwedsirijd „S1E1EI".
Ï$LK£BEL4
BINNENLAND.
FEUILLETON.
Voor Haarlem per 3 maanden1,20.
Franco door het geheeïe Rijk, per 3 maanden 1,66.
Afzonderlijke nummers. 0,06.
Dit blad verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en Feestdagen.
BureauKleine Hontstraot No. 9, Haarlem. TeiefoonnamKSï' 122.
van 15 regels 50 Cents; iedere regel meer lOCeais.
Groote letters naar plaatsruimte.
Bij Abonnement aanzienlijk rabat.
Abonnementen en Advertentie» worde» ^ngéjèooieB door
onze agenten en door alle boekhandelaren ess conrantiore.
Directeuren-Uitgevers J. C. PEEREBOOM en J. B. AVIS.
Hoofdagenten voor het Buitenland'. Compagnie Générale de PvMiciiè Mrmghtt G0 2)AIIBBff Co.JOHN T, JONES*Succ»3 Parijs 31 die Tmhonrg Montt&arére,
Haarlem, 23 Juni 1891.
I Tot leden van het bestuur der kies-
lereenigïng Vooruitgang zijn benoemd
Jde heeren P. Heyting en J. G. Tuytel,
|n de plaats van de heeren jhr. mr. A.
|j. Rethaan Macaré en J. H. Krelage,
[die als zoodanig hadden bedankt.
Door eenige personen is voor het lid
maatschap der kiesvereeniging bedankt.
Voor het praktisch apothekersexamen
[te Utrecht zijn heden, Dinsdag, geslaagd
heeren J. W. van Eek, van hier
[benevens de heeren Van Itallie en Raven.
In het hotel van den heer Scholten
lin den Hout, ligt een lijst ter teekening
[van den navolgenden inhoud
De ondergeteekenden betuigen bij
hunne erkentelijkheid aan den heer
Burgemeester van Heemstede en zijne
■ondergeschikte politiebeambten voor de
■zoo verdienstelijke aanhouding onder
die gemeente van een gevaarlijk per-
fsoon, in den nacht van 15 op 16 Juni jl.
Zij stelleu ter dispositie van dien
■Burgemeester of iemand zijnentwege,
lom als gratificatie aan die politiebeamb
I ten te worden aangeboden, de sommen
I hieronder achter hunne namen vermeld
Bereids prijkt de lijst met eenige
I handteekeningen en zullen zeker nog
I velen zich geroepen gevoelen, om den
I wakkeren veldwachters een stoffelijk
[blijk van waardeering te geven.
Den een April 1892 hoopt de Letter -
lieven de Vereeniging „J. J. Cremer"
I haar tienjarig bestaan te gedenken, naar
I aanleiding waarvan zij in den aanstaan
den winter een tooneelwedstrijd wenscht
uit te schrijven.
Voor dezen wedstrijd zijn beschik-
I baar gesteld de volgende prijzen
Drama.
Eerste prijsEen massief gouden
I medaille (aangeboden door den be
schermheer, J. T. Cremer) en f 200
(fi's. 400)
Tweede prijs-. Een verguld zilveren
medaille en f 100 (frs. 200).
Derde prijsEen zilveren medaille
en 50 (frs. 100). Twee zilveren per
soonlijke medailles voor den besten
liefhebber en de beste liefhebster,
B 1 ij s p e 1.
Eerste prijsEen massief gouden
medaille (aangeboden door mevrouw de
wed, J. J. Cremer en hare dochters).
Tweede prijsEen verguld zilveren
medaille.
Derde prijsEen zilveren medaille.
Twee zilveren persoonlijke medailles
voor den besten liefhebber en de beste
liefhebster.
Volgens de algemeene voorwaarden
en bepalingen, mogen aan dezen wed
strijd niet meer dan zês vereenigingen
deelnemen, welke door het bestuur (van
„Cremer") zullen worden aangewezen
uit die welke zich aanmelden.
Bovenstaande is ontleend aan de door
de Vereeniging verzonden circulaire
welke is uitgevoerd door den heer J.
H. Warnier,, drukker, Spaarne 3. De
heer Warnier verdient allen lof voor
de waarlijk artistieke wijze waarop hij
dit werk heeft bezorgd. Het mag in
derdaad beschouwd worden als êen ju
weeltje van typografie.
Maandagavond werd door deze ver
eeniging eene druk bezochte huishou
delijke vergadering gehouden. Het eerste
punt der agenda had het Bestuur aan
leiding gegeven, de introductie open te
stellen voor bakkers, bakkersknechts en
broodverlcoopers, en in grooten getale
hadden dezen van het aanbod gebruik
gemaakt. Geen wonder, het gold eene
bespreking omtrent zondagsrust in het
bakkersbedrijf.en ieder die er over
nadenkt wat het zeggen wil, 365 dagen
van het jaar te arbeiden, zonder één
enkelen rustdag er tusschen, jaar in jaar
uit, die zal het zeer begrijpelijk vinden,
dat naar middelen wordt omgezien, om
de uitoefening van het bakkersbedrijf
anders te regelen, dan thans het geval is.
De Voorzitter opende de discussie
door in :t kort op de toestanden te
wijzen. Zelfs bij goede regeling zal het
bakkersbedrijf steeds ongezond zijn.
Zware arbeid in overhitte, dikwijl? be
dompte vertrekken moet het krachtigste
gestel ondermijnen, tenzij bizondere
voorzorgsmaatregelen worden genomen.
En zulks geschiedt weinig. Integendeel,
een overmatig lange arbeidsduur vermeer
dert het kwaad, en waar, zooals in Haar
lem het geval is, de geheele week nacht
op nacht wordt doorgewerkt, zonder
dat de gezellen tijd hebben om eens
tot zichzelf te komen door een behoor
lijken rusttijd, daar bestaat alle gevaar
dat de bakkerijen kweekplaatsen worden
van ziekte-verspreidende kiemen, tering-
bacillen en dergelijke, de bakkers zouden
gaarne één dag per week rusten, en
slechts de omstandigheid dat vele burgers
eiken dag versch brood eischen, nood
zaakt hen den rustdag te offeren aan
de klandizie.
Uit de discussie die thans volgde, en
waaraan vele heeren bakkers en depot
houders deelnamen, bleek dat de Voor
zitter niets had overdréven. Zoowel op
de fabrieken als in particuliere bak-,
kerijen is de toestand der knechts
schreiend. Alleen op de fabriek van den
heer Cohen en in eenige andere bak-
j kerijen hebben de knechts ééns per
j week 24 rusturen achter elkaar, regel
I is het om eiken Zondag te werken. Alle
sprekers, zoowel bakkers als dépöthou-
i ders, zonden gaarne in dien toestand
verandering brengen, doch worden door
de burgerij en de co ncurrenten ge-
dwongen, op hun weggetje voort te gaan
Vooral de directeur der „Volharding"
dringt er op aan, de burgerij op te
wekken door de plaatsing van hand-
i tee ken in gen op een adres aan de brood-
fabrieken hier ter stede, dezen te ver-
zoeken den Zondagsdienst te beperkeD.
Een eigenaardig bezwaar om bepaald
j tot Zondagsrust te geraken leveren de
israëlietische bakkers. Trouwens, vele
1 sprekers doen uitkomen dat reeds veel
j gewonnen zou worden als elke knecht
J minstens één vrijen dag per week had,
onverschillig of die op Zondag of op
•Zaterdag viel. En de bron van alle
kwaad ligt in het nachtwerk.
De vergadering besluit dat een comité,
bestaande uit bakkers, bakkersknechts
en depothouders, met het bestuur van
„Volksbelang" nader zal overwegen,
welken weg behoort te worden inge
slagen 0111 tot verbetering te geraken.
Hierna werden nog eenige andere
voorstellen behandeld, o. a. om aan het
gemeentebestuur een lokaal te vragen
tot het geven van cursussen en het hou
den van bijeenkomsten in den trant
van „Leeskunst", te AmLerdam, Ook
zal een onderzoek naar slechte wonin
gen worden ingesteld.
Wij vernemen nader, dat de uitspraak
van het vonnis in de zaak van Gebrs.
Gerber, door de Rechtbank is bepaald
op 2 Juli a. s. en niet, zooals wij gemeld
hebben, over S of 14 dagen.
Deze verandering is door de Recht
bank zelve gemaakt.
Rechtszaken.
De Arr-Rechtbank alhier, heeft bij
haar vonnis van 23 Juni 1891 in staat
van faillissement verklaard C. Moot,
kleedermaker en koopman, wonende te
IJmuiden, met ingang van 11 Juni 1891,
en benoeming van den rechter mr. J.
de Clercq van Weel tot rechter-com-
missaris en van mr. W. van Hulst
advocaat en procureur te Haarlem, tot
curator.
steen gelegd van de onder leiding van
den architect, den heer Rutger van dei-
Ploeg, te Haarlem, opnieuw in aanbouw
zijnde kleerenwasscherij, strijkerij enz.,
door stoom gedreven. Deze inrichting,
thans gedreven door den heer W. van
Dieren Bijvoet, onder de firma Bijvoet
Zoon, en reeds meer dan 200 jaar
bestaande, belooft door deze vernieu
wing eene der eerste van die soort in
ons land te worden.
In den nacht van 30 Juni op 1 Juli
zal de vaart door de sluizen te IJmui
den en in een gedeelte der aangrenzende
wateren gesloten zijn voor alle schepen,
welker tegenwoordigheid niet vereischt
wordt bij de ontvangt van het duitsche
eskader.
De keizer en de keizerin zullen t
IJmuiden niet zooals aanvankelijk
was bepaald overgaan op een ne-
derlandsch oorlogschip, maar op een
tot het keizerlijk eskader behoorend
adviesjacht.
Wij vernemen nog dat de keizer bij
het overgaan van de Hohenzollern op
het duitsche adviesjacht, dat hem naar
Amsterdam zal brengen, den steiger zal
moeten passeeren en dus aan land
gaan. Door Waterstaat is reeds aan den
minister gevraagd om den steiger etc.
te overkappen om HH. MM. en gevolg
aldus behoorlijk den korten weg over
land te kunnen laten afleggen.
Hedenmiddag werd te Bloemendaal,
in tegenwoordigheid van eenige ge-
noodigden, door mevrouw B. M. van
Dieren Bijvoet, geb. Houwink, de eerste
De ministers van Binnen-
landsche Zaken en van Waterstaat zijn
Maandag op het Loo ter audiëntie bij
H. M. de Koningin-Regentes geweest.
De echtgenoote van denaan
ons hof geaccrediteerden gezant van
Duitschland, gravin von Rantzau, doch
ter van prins Bismarck, is Zondag met
hare kinderen uit Munchen te 's Hage
aangekomen, ten einde zich voortaan in
de resident te vestigen.
Graaf von Rantzau ontving zijne fa
milieleden aan het staatsspoorstation.
Behalve de reeds aangewe
zen en vermelde leden van Hr. Ms.
civiele en militaire huis, zullen tijdens
het bezoek van den Keizer en de
Keizerin van Duitschland nog zes adju
danten in buitengewonen dienst aan
HH. MM. worden toegevoegd.
Op 20 Juni 11. is te Londen
tusschen Nederland en het Yereenigd
Koninkrijk van Groot-Britannië en Ier
land eene overeenkomst gesloten tot
vaststelling der grenzen tusschen de
nederlandsche bezittingen op het eiland
Borneo en de onder britsch protecto
raat staande staten op dat eiland.
Sict
De spoorwegramp b ij B a -
zei. Een officieele opgave vermeldt
thans 70 dooden, terwijl nog 48 per
sonen vermist worden. Men is er thans
in geslaagd den goederenwagen uit de
rivier te lichten, waardoor men de twee
personenwagens, die daaronder lagen,
kan bereiken.
De parijsche ingenieur Eiffel, die het
ijzerwerk voor de spoorbrug leverde,
heeft verklaard, dat hij wel in 1875 de
brug bouwde, doch niet naar zijn eigen
plannen, maar naar die der spoorweg
directie, dat bovendien de brug in het
vorige jaar zonder zijn medewerking
een verbouwing onderging, zoodat hij
geenerlei verantwoordelijkheid voor het
ongeluk draagt.
Naar men verneemt, is de spoorweg
ingenieur A. C. Broekman door den
minister van Waterstaat naarMönchen-
stein gezonden om de oorzaken van de
brugbreuk te onderzoeken en daarover
rapport uit te brengen.
Het B er l. T gb l. maakt zich
bizonder druk met ons land, naar aan
leiding van het bezoek des duitschen
keizers. Het blad geeft een hoofdartikel
over de Utrechtsche waterlinie en be
weert daarin, dat geen enkele sterkte in
deze linie van defensie het na d'e uit
vinding van 't brisante geschut langer
dan 24 uur kan uithouden.
't Is eene zonderlinge introductie voor
's keizers bezoek, zegt de ZwCt.
Uit Amsterdam wordt ge
meld Aan het monsterconcert op den
Dam, ter eere van het keizerlijke paar
zullen met inbegrip van de tamboers
en hoornblazers Soo êi 900 personen
medewerken.
De repetitiën zullen vermoedelijk op
het Museumterrein plaats hebben, welk
terrein daartoe Zaterdag bezocht werd
door kapitein Apol van de grenadiers,
met de regeling dezer uitvoering belast,
bij welke gelegenheid hij door eenige
amsterdamsche autoriteiten begeleid
werd, ter bespreking van de opstelling
der korpsen.
Ook de maatregelen van orde bij de
uitvoering zelve maken een onderwerp
van overleg uit, daar eene groote be
langstelling in het militaire feest ver
wacht wordt. Het is niet onmogelijk,
dat men om eenige afleiding aan den
toeloop te geven, het défilé, waarmede
het feest op den Dam eindigt, tot ver
in de stad zal uitstrekken, en aldus den
dag met eene retraite militaire en
taptoe besluiten.
Omtrent den tweeden dag meldt de
officieele mededeeling, dat HH. MM.
in den voormiddag een bezoek zullen
brengen aan het Stadhuis. Daarna wordt
de rijtoer tot bezichtiging der stad
voortgezet, waarbij wellicht nog enkele
andere inrichtingen met een bezoek ver
eerd zullen worden.
16.
HOOFDSTUK V.
„Praat mij niet van de zee. BahEn met dezen uitroep van
den diepsten afschuw, voleindigde Tom zijn zin.
„Ja, maar ik zou de zee ook zoo gaarne willen zienriep
de kleine George uit, op wien de eenigszins bevooroordeelde
beschrijving van Tom betreffende de zee, volstrekt geen indruk
gemaakt scheen te hebben. „Wanneer gaan wij naar Scar
borough, mama?"
„Misschien in den herfst, wanneer uw pa dan weer thuis is,"
gaf Grace ten antwoord.
„O, wat zullen wij verbazend veel te doen hebben, wanneer
pa thuis is, nietwaar mama? O, wat zou ik gaarne willen, dat
pa maar weer thuis wasriep de kleine George vol vuur uit.
„Ik ook, lievelinggaf zijn moeder ten antwoord.
„En ik zou het ook gaarne willen zeide de oude Tom.
„Het is hier zoo stil wanneer de squire niet thuis is. Gij en
jongeheer George zijt beiden wel goed," vervolgde hij met on
schuldige openhartigheid, „en ik zou wel alles voor u willen
(pen, maar de squire is toch maar de squire
„Maar wanneer gij het leven hier zonder den squire zoo een
tonig vindt, Tom, dan begrijp ik niet, dat gij hem niet op zijne
tochten vergezelt," merkte zijn meesteres op met een kalmen
glimlach.
„Neen, neen, ik heb het één keer gedaan, maar ik had er
reeds dadelijk genoeg van. Ja, op dien zwerftocht heb ik wel
eens gedacht, dat ik Studley Manor nooit zou weerzien. Neen,
neen, niemand krijgt Tom Peckfield ooit weer op zee," riep hij
met nadruk uit.
„Het is hier veel prettiger, nietwaar, Tom," riep de kleine
knaap uit, „met mama en met mij, Honeysuckle, den kleinen
Rocket en den ouden Nero?. Mama, gaat gij met mij mee buiten
spelen, dan zult gij eens zien, hoe hard ik kan galoppeeren.
Hallozeide hij en sprong op een stoel, „waar is mijn
oude knol
'Deze vraag deed *Tom opnieuw in lachen uitbarsten, én toen
hij eenigszins tot bedaren was gekomen zeide hij
„Dat ben ik. Ik ben zijn oude knol. Hebt gij ooit zooiets
gehoord? Hier ben ik, mijn jongen, en hij boog voorover.
George sprong op zijn rug en met uitgelaten vreugde reed hij
met den ouden Tom de tuindeur door naar het park.
Grace wilde hen volgen, toen Willie Percy de kamer binnen
trad, zoodat zij staan bleef om van hem te hooren, wat hem
hierheen dreef
„Neem mij niet kwalijk, mevrouw Studley," aldus begon de
jonge man, „de vicaris vertelde mij, dat gij een zeer langdurig
gesprek met Lottie ik bedoel met miss Preston hebt ge
houden. Hebt gij haar verteld weet zij het dat ik een
reis rondom de wereld heb gemaakt en nog slechter ben terug
gekomen, dan toen ik er heenging met betrekking tot haar
„O ja," zeide Grace. „Ik heb haar op treffende wijze uw toe
stand geschilderd, mijnheer Percy."
„En hoe nam zij het op vroeg Willie.
„Inderdaad vrij goed," gaf zij ten antwoord.
„Wilt gij daarmee zeggen, dat het haar genoegen deed? Of
was dit niet het geval? Of ook, was het haar wellicht geheel
onverschillig vroeg hij.
„Ik wil er alleen maar mee zeggen, dat ik in uw plaats goede
hoop op de toekomst zou koesteren," gaf Grace ten antwoord.
„Maar wist zij, dat Beverley hier was vroeg Willie in
spanning.
„Zij heeft hem slechts een oogenblik gezien, maar als gij een
raad van mij wilt aannemen, mijnheer Percy, dan moet gij in
kapitein Beverley geen gevaarlijken tegenstander zien," was het
geruststellend antwoord van Grace.
„Wat zegt gij daar riep de jonge man geheel verrukt uit.
„Dat is een zeer verblijdende tijding. Dan heb ik dus nu veel
kans om haar te winnen. Dunkt u ook niet
„Dat wil ik nog niet zoo dadelijk zeggen," antwoordde zij,
„want er zijn nog wel andere mannen in de wereld dan kapitein
Beverley en William Percy, maar ik ben niet de meening toe
gedaan, welke gij de laatste jaren hebt gekoesterd, dat namelijk
uw kans hopeloos is. Dat was eigenlijk hetgeen ik wilde zeggen."
„Mevrouw Studley, ik ben u ten zeerste dankbaar voor uw
vriendelijkheid. Gij hebt mij weer allen levenslust teruggeschon
ken. Ik zal mijn uiterste best doen om haar te winnen," zeide