NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD.
SfiÉiIiiiETöörÉii&oieeiteraal
9e Jaargang
Donderdag 6 Augustus 1891
No. *2480.
ABONNEMENTSPRIJS:
ADVERTEN TIÉN:
DE KERMIS.
STADSNIEUWS.
""binnenland.
FEUILLETON,
PSYCHE.
DAGBLAD
Voor >1 aarlem per 3 maandenT 1,20-
Franco door het geheele Rijk, per 3 maanden 1,65.
Afzonderlijke nummers.
Dit blad vorschpnt dagelijks, behalve op Zon- ea Feestdagen.
Korean Kleine Hontetraat No. 9, Haarlem. Telefoonnummer 122.
van 15 regel» 50 Centsiedere regel meer 10 Cents.
Groote letters naar plaatsruimte.
Bij Abonnement aanzienlijk rabat.
Abonnementen, e» Advertcntiën worden aangenomen door
onze agenten en door allo boekhandelaren e» conrantiers.
Directeuren-Uitgevers J. C. PESREBOOM en J. B. AVIS.
Hoofdagenten voor het BuitenlandCompagnie Générale de Fublicild Jéirangère Ga 2)AT)kV êr Co., JOtih 7. JONH8Succ., Purist 31 bit Faubourg Montmarire,
De leden van de Sociëteit Yereeni-
ging zullen zich welhaast geen haar-
lemsche kermis meer kunnen denken
zonder het café-concert van den heer
Wittkower Gerson, uit Amsterdam. Se
dert jaren toch komt deze geregeld in
de kermisweek aan de leden van de
Yereeniging zijn troep laten kijken, een
gezelschap, men moet het erkennen, ook
telken jare verfrischt en vernieuwd wordt.
Er blijven altijd wel oude kennissen,
zooals b. v. Solser en zijne zuster, maar
wat betreft de specialiteiten geeft het
seizoen, om zoo te zeggen, altijd nieuwe
vrucht Daar heeft men den heer Alexis
Caro die met een achttal kakatoes on
begrijpelijke staaltjes van dressuur ver
toont en er zelfs een August de Domme
op nahoudt, die voor clown fungeert.
Geen van de toeren heeft gemist en er
waren er moeilijke onder.
Voor liefhebbers van meer pikante
vertooningen zijn er de Harrisons, die,
als het werkelijk eene familie is, schijnt
te bestaan uit een moeder met hare
twee broers en hare twee kinderen. De
familie-relatie doet er ook niet toe: wat
vaststaat is, dat deze dame beschikt over
een herculische kracht.
Bij de pyramides, die er gevormd
werden, diende zij voor basis. Een ge
vaarlijke toer was een sprong van een
in de hoogte bevestigd plankje achter
over, op de schouders van een acrobaat,
die weer op een ander staat. Het
kereltje dat dezen toer-volbrengt, maakt
achterover den salto mortale en moet
dan terechtkomen op de schouders van
zijn medewerker. Eén misstap en hij
i smakt te pletter Droevig métier
Monsieur Sarina is er een levend
bewijs van, hoever de mensch (beter
gezegd misschien sommige menschen)
het in elasticiteit, buigzaamheid en
lenigheid kunnen brengen, 't Is of de
man nieV*bewerktuigd is als wij, maar
overal met goed gesmeerde scharnieren
aan elkaar is gezet. Den naam van
„diable élastique" verdient hij ten volle,
er is iets diabolisch in die slangachtige
kuüsten.
Ziehier een en ander over wat de
„Vereeniging" biedt. Die er meer van
weten wil, ga zelf kijken.
De voorstellingen iss de sociëteit
„(1e Kroon" door het Grand Spectacle
Varié van den heer Frits van Haarlem,
namen Dinsdag een aanvang. Het door
brengen van de kermisavonden in be
sloten lokalen bezit al het directe voor
deel, dat men gevrijwaard blijft voor
den regen, die gisterenavond bij plas
sen neerviel. Maar om een avondje bij
te wonen van genoemd gezelschap zou
men den zwaarsten regen trotseeren
't Was waarlijk verrassend, en wij wen-
schen het wakkere bestuur van „de
Kroon" bij voorbaat weder geluk met
het engagement van dit gezelschap.
Gaan kunsten en wetenschappen steeds
vooruitmen mag dit ook aannemen
van het genre van kunst, dat men thans
in de sociëteit „de Kroon" te genieten
krijgt. Het uitvoerige programma be
vatte de schoonste en afwisselendste num
mers. Daar had men b. v. in de eerste af-
deeling een drietal acrobaten, de „gebroe
ders Freire," die de „onmogelijkste", en
toch blijkbaar mogelijke, toeren verrich;
ten. O. a.de toer waar de een de beide
andere met zijne voeten in balans
houdt nadat beiden plaats genomen heb
ben aan de uiteinden van een balk en
hen vervolgens snel in de ronde doet
draaien. Men zou zeggen het toppunt
van acrobatiek, als er morgen weder
geene anderen kwamen, die misschien
weer veel sterker stukken verrichten.
Heerlijk zingt het allerliefste dames
kwartet in zijn bevallige toiletten en
niet minder fraai en vooral geestig is
hetgeen mevr. Van Beem-Kapper ten
gehoore brengt De clowns, nu, „dat was
ook niet om uit te vegen," maar het1!
verrassendst en schoonst vonden wij
„het geheim der luchtNooit zagen
wij fuik een mystieke verschijning:
Eene dame, die in de lucht wordt ge
worpen, blijft zweven, de bevalligste
houdingen aannemend enz. enz.
Het zou ons te ver voeren, indien wij
de leden van het gezelschap ééa voor
één behandelden, maar toch moet er
nog een woord van lof af voor den
uitstekenden karakter-komiek den heer
de Winter, die ons weder eenige lach
buien op het lijf joeg, waarvan wij
op 't oogenblik nog niet zijn bekomen.
Men ga naar „de Kroon" en men
zal er zich kostelijk amuseeren.
Wanneer men dagelijks de wereld
in het groot ziet, dan wil men haar op
de kermis ook wel eens iu 't klein
aanschouwen en daartoe kan men niet
beter doen, dan zich begeven naar de
Oude Gracht bij de Turfmarkt naast
het Museum. Daarbinnen treft men
een ongekende bedrijvigheid aan, zoo
alleraardigst en nieuw, dat men er gaarne
zijn geringe entrée voor offert en er een
kwartiertje verwijlt.
Haarlem, 5 Augustus 1891.
Door de vereeniging tot Verfraaiing
van Haarlem en omliggende Gemeenten
en tot bevordering van het Vreemde
lingenverkeer is aan den Gemeenteraad
verzocht, om door aanplanting van
groen aan den zoom van den aschbelt
aan de spoorzijde, dit onaesthetisch
schouwspel voor de reizigers in de vele
daar voorbijrijdende treinen te mas-
keeren.
De vereeniging is van meening, dat
die aanblik op dit zeer onschoone punt
der stad niet dienstig kan zijn aan de
bevordering van het vreemdelingenver
keer, en door bedoelde aanplanting van
groen met geringe kosten kan worden
verbeterd.
Gekozen is (wit stembriefje) de heer
dr H. D. Kruseman met 1271 van de
1652 geldige stemmen. De heer H. L.
Janssen van Raay had 373 stemmen.
Van het groene briefje zijn gekozen
de heeren J. J. F. Beijnes met 1017
van de 1678 geldige stemmendr. H.
D. Tjeenk Willink met 865, H. van den
Berg, arts, met 840, J. Klein met 832
en D. de Clercq met 790 stemmen.
Verder zijn uitgebracht op de heeren
A. van Huizen 767, D Emrik 719,0.
André de la Pofte 715, G. E. L.
Hijmans 596 en P. Heijting 577 st.
En verder op verschillende personen
enkele steramen.
Toen de Burgemeester dezer uitslag
had voorgelezen, trad de heer W. F.
Overhoff naar voren en deelde mede,
dat hij mede namens zeven andere
personen, tegen deze herstemming wilde
protesteeren. „Waartegen wil u protestee
ren?" zoo vroeg de Burgemeester. „Tegen
de wijze van stemopneming of tegen de
verkiezing? „Tegen de verkiezing,"
antwoordde de heer O. „Dan," zoo
hernam de Burgemeester, „behoort uw
protest hier niet. U moet hier komen
als de stemopneming niet is geschied
volgens de wet. Protesten over de ver
kiezing zelve moeten bij den Gemeente
raad worde ingediend."
De heer Overhoff geeft den wensch
ie kennen, dat zijn protest toch zal
worden opgenomen in het proces-ver-
baal der stemming. „Maar waartegen
protesteert U vraagt de Burgemeester.
„Ik heb het hier op schrift en wil het
u wel voorlezen," antwoordt de heer
Overhoff.
„Dat is een almachtig lang ding,"
herneemt de Burgemeester. „Maar als
de heeren stemopnemers er niet tegen
hebben, kunnen wij het wel voegen bij
het proces-verbaal."
De heeren 't Hooft en Macaré leden
van het stembureau, stemmen hiermede
in. De heer Overhoff reikt het stuk
aan den Burgemeester voor, die het
thans voorleest.
Het stnk luidt als volgt
„De ondergeteekenden W. C. Hennis,
winkelier W. L. Schram, koopman
H. H. van Bilderbeek Jr., behanger,
aanspreker en lijkbezorger; J. P No
bels Jr., courautierS. J. H Terstraaten,
winkelierW. F. Overhoff, candidaat-
notaiÏ9, J. II. L. van der Schaaff, let
terkundige en J. Vader, koopman allen
kiesgerechtigden en gisteren hun stem
uitgebracht hebbende, inwoners der ge
meente Haarlem, teekenen protest aan
tegen de onderwerpelijke herstemming,
als uitvloeisel van eene eerste vrije
stemming, gehouden den 21" Juli be
vorens, welke laatste naar hun oordeel,
tegen de letter der wet in, heeft
plaats gehad in twee verschillende
rubriekenop twee verschillend
gekleurde briefjes door welke splitsing
een anderen uitslag is verkregen, dan
het geval zou geweest zijn indien éen
biljet gebruikt ware, zooals duidelijk
blijkt uit de op de heeren dr. H. D.
Kruseman, G- C. C. Reeser Jr. en J.
van der Wijde uitgebrachte stemmen-
cijfers. De eerste verkreeg op het witte
briefje 726 stemmen, op het groene 119,
samen dus 845 stemmen en is niet ver
kozen; terwijl de heeren A. van der
Steur Jr. en C. G. Loomeijer Jr. respec
tievelijk met 798 en 797 stemmen wèl
dadelijk gekozen zijn.
De heer Reeser verkreeg alleen op
het witte briefje 462 stemmen en is niet
in herstemming, terwijl de heeren P.
Heijting en G. E. L. Hijmans, respec
tievelijk slechts 429 en 408 stemmen
op het groene briefje kregen en wel
in herstemming zijn. De heer Van der
Wijde eindelijk kreeg op beide briefjes
samen 562 stemmen en ook deze komt
niet in herstemming.
De mogelijke tegenwerping, dat de
stemmencijters van de heeren Kruseman
en van der Wijde niet tot maatstaf
kunnen dienen, wijl wellicht enkele kie
zers hun stem én op het groene én op het
witte briefje hebben uitgebracht, berust
op niet meer dan eene veronderstelling,
werd bovendien door het bureau der
stemopneming van de eerste vrije stem
ming dat alle op hen uitgebrachte stem
men als wettig uitgebracht beschouwde,
blijkbaar niet gedeeld en kan boven
dien in geen geval tegen het stemmen-
cijfer van den heer Reeser worden in
gebracht."
Volgde de onderteekening der
genoemde protesteerenden.)
Daarop beklaagt zich de heer Over
hoff nog over de onbeleefde wijze, waarop
hij aan stembureau No. 2 is ontvangen,
toen hij vroeg of hij zijn protest daar
kon indienen. Een der leden heeft hem
toen toegevoegd „kom je hier den boel
in de war sturen
De heer jhr. J. W. M. van de Poll
antwoordt dat hij, als voorzitter van dat
stembureau den heer Overhoff heeft ge
antwoord, dat hij zich op het eerste
bureau te vervoegen had, zonder meer.
De heer Overhoff antwoordt, dat het
de heer Stoel was, die de bedoelde
woorden heeft gezegd. „Ja," zegt de
heer Stoel, „ik heb de vrijheid genomen
u dat te vragen, omdat u al bezig was
den boel in de war te sturen Terwijl u
vroeg of u het protest kon indienen, was
u daarmede reeds bezig en stoorde
daardoor het lezen der stembriefjes
dat accuraat moet geschieden."
De Burgemeester verklaart de lezing
van het proces-verbaal voor geëindigd
en het talrijk publiek verwijdert zich.
Behalve het genoemde protest, zoude
een andere kiezer tegen deze stemming
hebben geprotesteerd,wanneer de heer D.
de Clercq niet gekozen ware geworden.
Nu de heer de Clercq wèl tot de
gekozenen behoort, is zijn protest
achterwege gebleven.
Wanneer de protesteerende heeren
nu hun protest aan den Raad indienen
en deze afwijzend beschikt, hebben de
reclamanten de gelegenheid om zich
tot Gedeputeerde Staten en daarna tot
H. M. de Koning-Regentes te wenden.
De tentoonstelling van Ambachts
scholen gehouden in den „Kraton," werd
heden door 12 personen bezocht.
Men meldt ons uit Zandvoort
Bij de op 4 Aug. gehouden herstem
ming voor 2 leden van den gemeente
raad te Zandvoort zijn 139 stemmen
uitgebracht.
Bij de opening der bus bleek, dat
waren uitgebracht opA. Green 68
stemmen, A. Zwemmer 58 stemmen, C.
Drayer 77 stemmen en J. v. d. Valk
Hzn. 68 stemmen, zoodat alzoo ver
kozen zijn de heeren C. Drayer Jr. en
J. v. d. Valk Hzn., als zijnde ouder
dan den heer A. Groen.
Uit 's-Hage wordt gemeld:
De Prins van Wied is Dinsdagochtend
te 9.25 ure met zijnen oudsten zoon
naar Neuwied vertrokken. De jonge
prins komt dezen zomer niet hier terug
zijn vader zal de kuur te Scheveningen
komen hervatten.
B ij gelegenheid van H. D.
verjaardag heeft H. M. de Regentes de
j weezen uit het weeshuis te Apeldoorn
een feestje bereid. Met de weesmoeder
waren zij eenigen tijd op het paleis,
en onderhield H. M. zich minzaam
met moeder en kinderen. Koningin Wel-
helmina liet allen hare poppenkamer
zien en onthaalde hen op versnape
ringen.
Is het Ran delsblad
gelicht, dan had in het eind der vorige
week de heer mr. G. van Tienhoven
de opdracht, hem door H. M. de Ko
ningin-Regentes verstrekt, tot het vormen
van een ministerie, nog niet nederge-
13)
L HOOFDSTUK IX.
Het was verwonderlijk, hoe snel onze krachten nu afnamen,
£n dus onze slagen steeds zwakker en flauwer werden. Wij had-
den nog geen uur gewerkt of ik stond op mijne beenen te tril-
f len, terwijl de zweetdroppels langs mijn gelaat gudsten, alsof ik
ïen Hercules, arbeid verrichtte, en wat de arme Psyche betreft,
P rij hief den bijl met beide handen in de hoogte, en na een paar
minuten was zij genoodzaakt om het op te geven, onder het
L daken van een zacht gekreun. Maar zoolang ik werkte, wilde
rij ook al hare krachten nog aanwenden, en toen wij nu nog
ien paar uur bijna vruchteloos den arbeid hadden voortgezet,
vierp ik, met wanhoop in het hart, den bijl neer en voerde haar
veg van deze plek.
„Het helpt niets, Psyche, het helpt niets," zeide ik, „wij zijn
iog] geen voet in dien vervloekten rotswand gevorderd. Het is
riet noodig om nutteloos onze krachten te verspillen. Het zal
roor u een pijnlijken arbeid zijn, arm kind die nog niet weet,
vaartoe deze arbeid dient. Gij denkt misschien, dat ik 11 graag
500^ hard zie werken of uw geduld op een zware proef wil
stellen. Och, arme kleine! uwe handen zijn vol blaren. Geen
wonder, dat gij achteruit wijkt, als ik ze aanraak, en nu glim
lacht gij, alsof gij graag voor mij lijden wilt. Toch kan ik het
begrijpen. Ik weet wat ik zou gevoelen voor eenig levend wezen
in eene menschelijke gedaante, dat in zulk eene eenzaamheid
tot mij kwam. Ik ben de eenige kameraad, dien gij ooit gekend
hebt in uw geheimzinnig leven, daarom hangt gij zoo aan mij.
Is 't niet zoo
Toen ik met spreken ophield, kwam ze dichter bij mij op de
rots, waar ik zat en mompelde eenige woorden, die mij schenen
te smeeken met praten voort te gaan.
„Wil je hebben, dat ik meer praat, Psyche?"
„Meer, meer," herhaalde zij. En zoo praatte ik maar door
over allerlei dingen, die mij in de gedachten kwamen, tot haar
handen mij los lieten en zij haar hoofd tegen mijne schouder
legde. Ik streek met mijne vingers voorzichtig over haar gezicht
en bemerkte, dat haar oogen gesloten waren. Er was een traan
op haar wang een traan van geluk misschien, waarmee zij in
slaap was gevallen.
Haar legerstee was binnen mijn bereik, en nadat ik haar stil
in mijne armen had gehouden, totdat ik zeker wist, dat zij vast
sliep, legde ik er haar voorzichtig en in eene gemakkelijke houding
op neder Toen opende zij haar oogen eens en mompelde weer
„meer, meer."
De inspanning van den vorigen dag had haar misschien den
geheelen nacht wel wakker gehouden; misschien had ze mij den
geheelen tijd, dat ik sliep, wel besp:ed en zich over het vreemde
ding, dat in haar wereld was gekomen, verwonderd.
Ik bleef eenigen tijd bij haar zitten, en toen stond ik op om
langs de muren van de twee holen te voelen naar eenig mos of
wat planten, die ons tot voedsel zouden kunnen dienen, want
een vreeselijke angst bekroop mij, dat Psyche misschien gauw
zou sterven en ik alleen met het arme, doode kind achter zou
blijven. Ik moest voedsel zien te krijgen, maar waar Ik vond
niets op de rotswanden, ik keek rond naar de kraai, maar de
verstandige vogel was den vorigen avond door de opening ge
vlogen en was nog niet teruggekeerd. Ik weet nauwelijks, hoe
ik het overige gedeelte van den dag doorkwam. Psyche sliep
rustig door, en toen het nog een weinig licht in het hol was,
sliep ik zelf ook van honger en wanhoop in. Mijne eerste ge
dachte, toen ik op den derden dag ontwaakte, was aan Psyche.
Leefde zij nog? vroeg ik mijzelf af. Terwijl ik naar haar kroop,
boog ik mij over haar heen, terwijl ik in vreeselijke afwachting
mijn adem inhield om haar ademhaling beter te kunnen hooren.
Zij hief haar armen op en slingerde ze om mijn hals. Met een
kreet van dankbaarheid en vreugde tilde ik haar op en zette
haar neer.
Opnieuw greep een dolle hoop, om te ontsnappen, mij aan,
en terwijl ik naar het kleine hol rende, greep ik de bijl en be
gon te hameren. Psyche stond er bij en wachtte haar beurt af,
maar ik hield vol, totdat ik geheel uitgeput was. Toen voelde
ik de terugwerking van mijn raoed van daareven, en terwijl ik
de bijl ver weg slingerde, zwoer ik, dat ik niet weer zoo dwaas
zou zijn om nog langer te hameren, en dat noch Psyche noch
ik een bijlslag meer zouden doen in deze onzinnige pogingen
Op datzelfde oogenblik greep Psyche mijne hand, en na een