TWEEDE BEAD
Hetr avontuur van den Buik
spreker.
B i E I. A
Dit Argentinië.
BEHOORENDE BIJ
HAABLJSM'8 DAGBLAD
VAN
Maandag 14 September 1891.
Op een avond, dat wy met een groot
gezelschap in een der koffihuizen van
Londen zaten, lachten we hartelijk om
het buikspreken van den uitstekenden
eDgelschen komiek Toole, die zoo even
een aardig stukje had ten beste gegeven.
Een journalist maakte eenigszins iro
ni8ch zijn compliment, over 't geen hy
minachtend ^kleine gezelschapkunstjes"
noemde.
Die //kleine kunstjes," zei Toole
op ernstigen toon, hebben soms groote
waarde in 't levenspreek daar maar
niet met zoo'n minachting over. Een
kleinigheid kan ons soms helpenge-
tBÏgt dit eenvoudig avontuur.
Enkele jaren geleden kwam ik op een
avond de //Drury-lane" afik ging naar
het /Gaiety Teater," waar ik dien avond
spelen moest.
Eensklaps werd mijn aandacht getrok
ken door een klagend geluid. Ik stond
even stil. Ik ontwaarde een bedelaar,
een misvormd wezen, neergehurkt onder
het gewelf van een der bochtige gangen,
zoo talrijk in deze volkryke buurt. De
grijze haren en baard, die bevende smee-
kende stem bewezen mij duidelijk, ge
noeg, dat de bedelaar een grijsaard was.
Als 't u blieft, enkele pence aan
een ongelukkigen grijsaard, mijnheer,
sprak hij met bevende stem. Ik heb kou
en honger, want ik heb sedert gisteren
niets gegeten.
Het aanzien van een jongeling of een
man in de kracht van zyn leven, hoe
ellendig hij ook geweest ware, zou my
niet getroffen hebben de oude //eokneys"
als ik, zijn ongevoelig voor de buitenge
wone armoede en ellende onzer hoofd
stad maar die hooge ouderdom en die
afgryselijke misvormdheid wekten mede
lijden in mij op.
Welk eene ellenderiep ik uit.
Hoe is 't mogelijk, dat men iemand op
zoo'n leeftijd laat bedelen Hebt gy dan
geen zoons of dochters?
Ja wel, mijnheer, antwoordde de
bedelaar roet een doffe stem, alsof hij
zich schaamde, maar zij hebben mij
verlaten.
Dat is een schandaalhernam ik.
En ik baalde een halve kroon uit
mijne beurs. Terwijl ik hem den grijs
aard toestak, kreeg ik eenige achterdocht.
Misschien was hy evenmin oud en ver
minkt als ik zelf.
Ik wil u helpen zooveel in mijn
macht is, sprak ik na een oogenblik.
Gij hebt toch zeker wel eene woning
Waar woont gy
Zoodoende moest ik meer van onzen
kameraad te weten komen eene weige
ring of een aarzelend antwoord zou mij
in mijn vermoeden gesterkt hebben.
Niet meer dan een kwartier uurs
van hierantwoordde de grijsaard.
Ik kan u wel naar mijne woning bren
gen.
Welaan! ga vooruit, ik volg u,
antwoordde ik.
De bedelaar bracht zijne krukken in
beweging, sleepte een paar stompen van
be8nen achter zich mede en, onder
duizend dankbetuigingen op een war
men en welmeenenden toon uitgespro
ken bewoog by zich vlug over de
slykerige, glibberige trottoirs der /,-Dru
ry-lane".
Het was een van die sombere winter
avonden van Londen. Een dikke, voch
tige mist hing boven de stratenbij het
matte licht der lantaarns hadden de voor
bijgangers het aanzien van spoken. In
de straatjes en gangen, die wy door
kwamen, stonden de lieden in de deur
hunrer bouwvallige woning de meeste
hadden boevengezichten.
Niettegenstaande ik gewoon was aan
de treurige dingen van Londen, kon ik
mij eene zekere ongerustheid niet ont
veinzen en ik vond het eenigszins ge-
vaarlyk by avond door deze buurt te
wandelen.
Toch moet 't gezegd worden, dat de
politie in onze hoofdstad uitstekend ge
organiseerd is Want by de overgroot©
ellende en armoede is het wonderlijk,
dat het aantal miedaden niet twintigmaal
grooter is. En ondanks die flinke
politie-macht blijven er nog eene menigte
misdaden verborgen. Onder deze weinig
geruststellende overpeinzing bekeek ik
mijn metgezelBepaald, het was
een arme drommel, ik kon er niet aan
iwyfelen.Ik stond dan ook op het
punt hem staande te houden, my te
verontschuldigen en hem enkele shillings
te geven. Ik gevoelde bijna eenige
schaamte over mijne achterdocht; met
eene vaardigheid zonder twijfel door de
gewoonte verkregen, sleepte de bedelaar
zich vlug voort, terwijl hy van tijd tot
tyd omkeek, om te zien of ik volgde.
Eindelijk staken wy de markt van
z/Govent Garden" en //Long Acre"
over. Wij kwamen in de u bekende
vuile buurt der //sevendialsHet avon
tuur begon my hoe langer hoe minder te
bevallen.
Zyn wy nog ver van uwe kamer?
vroeg ik aan den ongelukkige. Ik heb
niet al te veel tyd
Dit zeggende haalde ik mijn horloge
een kostbaar stuk uit den zak.
Op 't zelfde oogenblik zag ik zijne oogen
onder de dichte wenkbrauwen vlammen
van hebzucht.
Hé! dacht ik by me zeiven, welk
een jeugdigen gloed in de oogen van
zulk een oud man!
Ik kreeg op nieuw achterdocht; maar
de nieuwsgierigheid wint het niet zelden
van de voorzichtigheid. Daarenboven was
het in de buurt der //seven-dials" zeer
druk. Ik hoorde in de //public houses"
lachen eu tieren.
Hoe 't ook ging, ik wilde zien, hoe de
zaak zou afloopen, te meer nog daar op
't zelfde oogenblik de bedelaar met zyn
bevende stem tot my sprak
Hier zijn wij aan huis, mijnheer
Hij sloop door de half openstaande
deur van een vuil gebouw en begon met
de vaardigheid, die ik reeds had opge
merkt, een waggelende trap op te klim
men. Ik had moeite om iiem te volgen
in de dikke duisterniszijne krukken
rammelden langs de treden en ik volgde
dat geluid.
Op de derde verdieping stond de oude
bedelaar stilik hoorde hem rondtasten
en daarna eene deur openen.
Een oogenblik, myn goede gentleman,
sprak hij, ik zal een kaars aansteken.
Er verliepen een paar seconden en toen
verspreidde zich het bleeke licht van een
stuk kaarsvet in de kamer, die mij zeer
ruim voorkwam.
De bedelaar sloop achter my om, en ik
hoorde het knarsend geluid van een slot,
dat werd omgedraaid.
Ik had gedacht in een vunzig hok te
zullen worden gebracht, waar ik niets
anders dan een paar versleten stoelen en
in een hoek een soort van bed zou vin
den Het vertrek was integendeel
weelderig gemeubileerd en een sierlijk
tapyt bedekte den vloer.
Wat beteekent dat nu vroeg ik
stom van verbazing. Gy hebt me be
drogen.
Ik ging weer naar de deur. De grijsaard
was verdwenen een man in de kracht
van zijn leven stond voor mij en zag
mij glimlachend aan.
Gy staat verwonderd te kyken, zei
hij op spottenden toon. Er gebeuren in
onze dagen ook nog wel mirakelen zooals
ge zietmijn gezonde beenen zijn terug
gekomen en daar liggen inijne krukken
Hij wees op een hoek by de deur.
Maar wat wilt ge nu oigeialyk van
mij vroeg ik vastberaden.
Dat ge mij uw horloge leent, her
nam hij met onbeschaamdheid. Het mijne
is jaist bij den horlogemaker en het uwe
schijnt nog al eenige waarde te hebben.
Is dat werkelijk alles wat ge ver
langt hernam ik spottend.
Neenik wou ook uwe beurs
hebben ik kom op 't oogenblik geld te
kort en ik wil mijn bankier niet lastig
vallen.
Ellendeling riep ik uit en liep op
hem toe. Doe die deur open en laat
mij uit
Bij slot van rekening, 't was toch maar
één man en voor eene worsteling man
tegen man, deinsde ik niet terug.
Maar myn zoogenaamde grijsaard nam
een revolver uit zijn zak.
Neen, sprak hij, terwijl hy mij 't
wapen voor de borst hieldeerst uw
horloge en uw geld.
Ik deinsde terug. Ik ziedde van toorn,
maar wat kon ik tegen dien gewapenden
booswicht doen
Eensklaps kwam ik op een gelukkig
denkbeeld.
Verduivelde schurkik zal je
sprak onverwacht eene rauwe stem achter
dea bedelaar.
Deze keerde zich vlug omIk
maakte van dit oogenblik gebruik om
mij op hem te werpen en hem de re
volver uit de hand te rukken.
Nu is 't mijn beurt! sprak ik en
hield den revolver onder zijn neus. Doe
die deur open of ik 6chiet.
De schelm zag mij stom van verbazing
aan. Hy was niet zeer bangdat was
Z6ker. Maar de revolver en de onver
klaarbare stem achter hem waren niet
zonder iovloed. Brommende als een dog
hond opende hij de deur en smeet ze
weer achter my dicht.
Al rondtastende vond ik de trap en
kwam weer op straat. Ik kwam een half
uur te laat in myn schouwburg aan en
men was zeer onge-ast.
Ik heb de revolver nog altijd bewaard.
En gij ziet, besloot Toole, hoe myne
//gezelschaps-kuDStjes" my dien avond uit
een hachelijken toestand bevrijdden.
Bij de verkiezing: van een
lid der Tweede Kamer in het hoofd-
kiesdistrict Amsterdam zyn uitgebracht
6090 geldige stemmen. Gekozen is de
heer W. K. Vrolik (L) met 3322 stem
men. De heer P. StrSter khad er
1020, de heer mr. Th. Heemskerk
977, en de heer H. Tindal (r.) 745.
In het kiesdistrict Hoorn werden 2464
stemmen uitgebracht; geldige 2452. Daar
van verkregen de heeren P. B. J. Ferf
968, mr. $1. W. F. Treub (r.) 860,
mr. A. F. Vos de Wael 504, enz.
Er moet dus eene herstemming plaats
hebben tusschen de heeren Ferf en Treub.
In het kiesdistrict Emmen werden
1024 geldige stemmen uitgebracht. Ge
kozen de heer dr. Roessiugh (l.) met
599 stemmen. De heer Havelaar ahad
er 177, de heer Scholten (L) 186, de
heer Tijmes l107.
JJ it P ar am ar tb o. B 1 ij k e njs
de jongste berichten uit Paramaribo,
hebben de Koloniale Staten van Suri
name, op voorstel van den heer Barnett,
besloten met de allereerste gelegenheid
aan de beide Kamers der Staten-Generaal
ter kennisneming aan te bieden een af
schrift van de missive der Koloniale
Staten van den 25n Juni jl. aan den
(vorigen) minister van Koloniën, nopens
de gebeurtenissen, welke van 12 tot 14
Mei in de kolonie hebben plaats gehad.
Den 22n Augustus is te
Brussel eene vergadering gehouden van
de internationale commissie van het
spoorweg-congres, dat in het tweede
dagen-tiental van Juni 1892 te St. Pe
tersburg zal gehouden worden, ter ver
kiezing van een presidert, in verband
met het afsterven van den heer A Fas-
siaux.
De volledige lijst van de leden der
commissie is tevens bekend geworden en
laten wij hieronder volgen
Voorzitterde heer Belpaire, admini
strateur van den belgischen staatsspoor
weg.
Onder-voorzitters: de heeren A. Pi-
card, inspecteur-generaal der bruggen en
wegen in FrankrykDubois, admini
strateur van den Belgischen staatsspoor
weg.
Leden de heeren F. Almgrem (Zwe
den), F. Borgnini (Italië), De Bruyn
(België), Dieiler (Zwitserland), Dutreux
(Luxemburg), Fairbairn (Engeland), Guo-
lot (Frankrijk), Heurtau (Frankrijk),
R. Jeitteles (Oostenrijk), Lumal (België),
Ludvigk (Hongarije), M. Massa (Italië),
Noblemaire (Frankrijk), L. de Perl
(Rusland), Philippo (België), Frisse
(België), Ratti (Italië), de la Tournerie
(Frankrijk), J. Urban (België), Van
Kerkwijk (Nederland), Werchowski (Rus
land).
Secretaris-generaalA. de Lavaleye.
(JJ. D.)
Bij het toelatingsexamen
der rijkslandbouwsa'. ool te Wageningen.
zyn geslaagd voor de H. B. S. I Roes en
G. Vermeer, Wageningen Horsseling,
Doorwerth. Afgewezen 2.
Voor H. B. S. II Simmers te Am
sterdam. Afgewezen 3.
Voor H. B. S. Ill: J. S. Bowles van
Soebang, W. J. Doyer, uit Arnhem, T.
H. van Bosse, Nijmegen C. Zaal, Gin-
neken De Raaidt en Beekman, beiden
's-Hage, Afgewezen 2.
Voor B IA. Barnstijn, Groningen
Calkoen, Haarlem; Koert, UtrechtVan
der Post, Wageningen.
Voor B II: afgewezen 1.
Voor A I is toegelaten A. Bos, Rid
derkerk Dibbets, BredaHanterman,
AmsterdamMorren, IndiëPerelaar,
's-Hage.
Eindelij k\ De burgemees-
ter van 's Bosch heeft een conferentie
gehad met de ministers van Binnenland-
sche Zaken en Justitie, ter bespreking
van den onhoudbaren toestand in zyne
gemeente.
Het bericht dat de ryks-
werkinriahtingen (bedelaarsgestichten)
tegenwoordig zóo bevolkt zyn, dat in
den laatsten tijd van geen opzending
sprake kan wezen, is, wat Veenhuizen
betreft, onjuist. De nieuw veroordeelden
komen nog geregeld aano. a. in de
vorige week 53 man.
Ook is er daar volstrekt nog geen
gebrek aan plaatsruimte. Integendeel is
de sterkte op 1 Sept. jl. veel lager dan
op 1 Sept. 1890op laatstgemeld tijd
stip waren er 2705, nu slechts 2455
man.
Drie beurzen beschikbaar.
B. en W. van Amsterdam maken bekend,
dat zy voornemens zyn drie beurzen aan
de universiteit, elk vau ƒ400, toe te
kennen aan twee studenten in de god
geleerdheid en aan een student in de
rechtsgeleerdheid. De beurs voor de
faculteit der rechtsgeleerdheid is uitslui-
teud bestemd voor een jongeling, die dit
jaar met zyue studiën een aanvaDg
wenscht te maken. Zij noodigen belang
hebbenden uit, zich, bij verzoekschrift op
zegel, te richten aan B. en W., vóór of
op 19 Sept. 1891.
In het lokaal v D e Karse-
boom" te Amsterdam, is iloor eeDige der
voornaamste stenografen aldaar eene ver
gadering gehouden, waarby besloten is
tot oprichting eener Vereenigiog van
amaterdamsche stenografen, met het
tweeledige doeluitbreiding van het
onderwys en bevordering van het prac-
tische gebruik der stenographie. Zij be
staat daartoe uit twee afdeelingen, eene
tot het geven vaD het onderwijs en eene
tot het leveren van verslagen van ver
gaderingen. Voor het verrichten der
laatstgenoemde werkzaamheden heeft zich
by de Vereeniging aangesloten het reeds
ten vorigen jare opgerichte //Stenogra-
phisch bureau*. Vooral ter verkryging der
speciaal voor dit vak zoo noodzakelijke
eenheid in de methoden van onderwijs,
alsmede ter voorkoming van eene onge-
wenschte exploitatie van dit leervak,
verbinden de leden zich, geen afzonder
lijken cursus te openen, maar allen, die
daaraan wenschen deel te nemen, te
verwijzen naar de afdeeling onderwijs.
In de ma and Augustus zyn
uit Amsterdam aan de versohillende
haveninrichtingen aangekomen 165 sche
pen, met een bruto inhoud van 459,498
kub. meter, tegen 169 met 418,880 kub.
meter in 1890. Van 1 Jan. tot uit0.
Aug. kwamen aldaar aan 1067 schepen,
met 2,817,951 kub. meter inhoud, tegen
1132 met 2,802,782 kub. meter in 1890.
Dieven schenen het tus-
sehen 5 eB 6 Sept. 11. on de gemeente
Zaandam gemunt te hebben. In den mor
gen van 5 Sept. zijn nl. door den land
bouwer G. v. Bebbel uit een weide aan
het Kalf onder de gemeente Zaandam
vermist twee schapen zonder staart, één
heeft een knip in het linkeroor. In den
avond van den 6den is door een man
aan C. v. d. Koor, tijdelijk in voor
noemde gemeente verblijvende, ontrold
een klein zilveren remontoir, genum
merd 4025en een blauw gestreept
geldzakja met zeven rijksdaalders. Ten
slotte is in den nacht van den 6den en
7den, vermoedelijk door kermisreizigers,
een zyraam opengeschovsn en binnen
geklommen in de woning van den heer
C. Kamphuijs te Zaandam. Uit die wo
ning zijn ontvreemd een pleetzïlveren
bril en een gouden remontoir no. 30065,
met gouden wijzers en romeinsche cy-
fersop de gepolijste buitenkast is het
nederlandsche wapen, omringd door het
adres van W. Cammenga te Leeuwarden,
gegraveerd.
Een zevental horloges zijn sedert het
begin dezer maand te Amsterdam ont
vreemd, drie gouden en vier zilvereD,
benevens eon zilveren te Hoorn. Twee
der gouden horloges zijn gemerkt resp.
95682 en 115992drie zilveren no.
160185, 46750 en 9116.
In de vogelzalen van den
Dierentuin te 's-Hage bevindt zich eene
zuid-europeeache moerasschildpad, die
op den Waaldorpschen weg gevonden
werd. Hoe lang die schildpad reeds op
nederlandsehen bodem heeft rondgeloo-
pen, en hoe zij daar gekomen is, zijn
twee vragen, waarop geen antwoord kan
gegeven worden.
Op het dicht met passagiers
bezette achterbalkon van eene Donder
dagavond na afloop van de feestelijk
heden te Scheveningen naar Den Haag
vertrekkende stoomtram der staatsspoor
werd een jonkman net gekleed en die
fransch sprak, door een Duitscher, ten
aanhoore van al de medereizigers be
schuldigd, dat hy hem zyn horloge en
portemonnaie ontstolen had, tijdens het
gedrang der menigte bij het instappen
in de tram.
De verdachte beweerde van niets te
weten en ook de medepassagiers meen
den aanvankelijk, dat het kwijt raken
van aan het lijf gedragen voorwerpen
bij het opdringen niet onmogelijk was,
doch deze veronderstelling week weldra
voor andere gedachten, toen de heer, die
zijn horloge miste, het gedurende den
rit voor de voeten van den beschuldigde
opraapte en er later bij de Javastraat
nog twee horlogekettingen op het balkon
werden gevonden.
De Franschman had inmiddels de
tram verlaten en kwam terug met een
politie-agent, die verder den tocht mede-
maakte, waarna aan het politie-bureau
aan de haven, de noodige verklaringen
werden afgelegd, die aanleiding gaven,
den verdachte voorloopig in bewaring te
houden.
Hy gaf op te zyn een belgische paar
denkoopman, en legde een papier over,
waarnit dat bleek.
Bij dit voorloopig onderzoek werd bij
hem niets op zak gevonden dan eenig
vreemd geld.
De Duitscher hield vol, dat niemand
anders dan de aangehoudene hem horloge
en portemonnaie had ontrold.
De politie te Rotterdam
heeft proces-verbaal opgemaakt tegen
den drogist Snabilié, aldaar, ter zake
van het verkoopen van de zoogenaamde
Sequah-middelen. De rechterlyke macht
zal dienen uit te maken, of Snabilié
daartoe bevoegd is. Naar men verneemt,
geschiedde het opmaken van het proces
verbaal na overleg met den inspecteur
van het geneeskundig staatstoezicht iu
deze provincie.
De apotheker, door Sequah aangeno
men om hem op zyne reizen te verge
zellen, meet genaamd zyn Suntherheim
en is een 72 jarig man.
Sequah bevindt zich nog te Rotterdam.
Dagelyks melden zich nog verschillende
personen aan zyn hotel aan, die hem
veel geld bieden om behandeld te worden,
doch hy blyft weigeren; wel wil by hulp
verleenen, maar //dan moeten de patiën
ten op de tribune verschijnen bij zijne
openbare zittingen".
Naar men verneemt, heeft de kwak
zalver wel aangevraagd in het //Paleis
voor Volksvlyt" te Amsterdam zijn
séances te mogen geven, doch is hem dit
door de directie geweigerd. Hij zal dus
elders een onderkomen voor zich en zyn
gevolg moeten zoeken.
Een Duitscher vervoegdo
zich op een kantoor te Rotterdam, voor
gevende geld te willen wisselen in een
onbewaakt oogenblik nam hy het ge
wisselde en zyn eigen geld op, en Dam
daarmede ylings de vlucht. Hij wordt
beschreven als een man van ongeveer
30 jaren, gekleed in lichtblauw cheviot
pak, phantasie-hoed, en draagt een gou
den ketting. (IV. R. C
Tengevolge van den g e-
weldigen hagel- of ijsval in de vorige
week is in de Over-Betuwe de tabak
nagenoeg geheel verwoest, zoodat de
schade vele duizenden guldens bedraagt,
ofschoon die schade nog niet met juistheid
onder cyfers is te brengen. Ook in het
land van Maas en Waal heeft dit
product enorm veel geleden. Menig
tabak8boer, die, door mislukking van
zijne andere landbouwvoortbrengselen,
zijn hoop nog in den tabaksoogst had
gevestigd, ziet nu ook die hoop op eens
den bodem ingeslagen, en gaat daardoor
geen benijdenswaardige toekomst tege
moet, wyl velen den afgeloopen langdu-
rigen strengen winter nog niet te boven
zijn. Ook aan de ooftboomen is in die
streken voor schatten van geld schade
aangericht, om niet van de andere ge
wassen te spreken, die door den hagel
geteisterd zyn. Door den geweldigen
stortregen moesten enkele steenfabrieken
een paar dagen den arbeid staken.
In één woordde schade is allerwege
onberekenbaar groot.
Te Sneek is een diefstal op
groote schaal gepleegd door een paar
knechts van de firma R. Visser.
Sedert een jaar of vyf moet daar elke
week een 30 pond gebrande kotfieboonen
zijn gestolen, die voor eene som van
hoogstens ƒ2.50 aan den man werd ge
bracht. De persoon, die ze ontving, ver
kocht het gestoiene weer voor ƒ10 aan een
paar winkeliers. Het onderzoek, dat nog
wordt voorgezet, heeft tot volledige be
kentenis geleid.
Volgens mededeeling van de politie
moet er gedurende genoemde jaren voor
eene som van ƒ8000 ontvreemd zijn.
Te Winschoten is eene
vrouw door een piotselingen donderslag
zóó geschrokken, dat zij aan de gevolgen
is bezweken.
Onder de kinderen te Loon-
op-Zaud doet zich sedert eenigen tyd het
vreemde verschijnsel voor, dat hun het
hoofd aan de eene zyde opzwelt. Het
wordt daar tor plaatse het //dikoor" ge
noemd. Sommigen zijn er niet ziek van
en loopen rond met een doek om het
hoofd, anderen zyn er bedlegering van.
't Verschynsel, dat vermoedelyk een
gevolg is van de gesteldheid van den
bodem, is algemeenop 't oogenblik is
gelukkig groote beterschap merkbaar.
Hoe dc consul-generaal Van Riet
zijn taak opvat
Herhaaldelijk kwamen ons, en vooral
in den laatsten tijd, berichten ter oore
uit Argentinië, die een zeer zonderling
licht wierpen op de gedragingen van
den Nederlandsehen consul-generaal Van
Riet. Wij hoorden feiten, die, van boe
geloofwaardige zijde ook medegedeeld,
van zóó groote plichtsverzaking getuigden,
dat wy ze minstens voor sterk overdreven
hielden. Ten onrechte, naar ons blijkt
uit hetgeen de heer G. Stam (eenige
weken geleden uit Buenos-Ayres terug
gekeerd) in de Standaard mededeelt over
den vreeselyken toestand onzer landge-
nooten in Argentinië:
wToen wy voor twee jaren in Buenos-
Ayres aankwamen zoo achryft hy
mocht het ons tamelijk wel gelukken
aan werk te komen. Doch, nadat in
Jala 1890 de revolutie losbrak, was het
gedaau. Alle fabrieken en groote werken
stonden stil, zoodat men geen werk meer
kon bekomen. En waar nog eenig werk
was te vinden, was er toch voor een
Hollander geen aankomen aan. Zoo ver
vielen de meeste huisgezinnen tot armoede,
en waren zy genoodzaakt, wilden zy het
leven houden, naar de kloosters te gaan
om het overgeschoten eten te gaan halen,
dat bijna oneetbaar is. AlleB was daar
maar dooreengehutst, o. a. sinaasappelen,
vischgrateD, soep enz. En hierom moeten
zij nog vechten, zoodat zy er soms met
een bebloed gelaat van daan komen.
Vervoegen zy zich by den consul, den
heer Van Riet, en vragen zy hem om
hulp, dan krygen zy eenvoudig ten ant
woord daar kan ik niets aan doenof
wel hij stuurt hen over de rivier vier
vijfhonderd mijl ver, van waar men
zelden of nooit terugkomt. Komen zy in
de Kampen aan, dan moeten zy hard,
hard werken zonder dat zij eenig geld
ontvangen, (sic) Zij moeten maar tevreden