TWEEDE BEAD Hetr avontuur van den Buik spreker. B i E I. A Dit Argentinië. BEHOORENDE BIJ HAABLJSM'8 DAGBLAD VAN Maandag 14 September 1891. Op een avond, dat wy met een groot gezelschap in een der koffihuizen van Londen zaten, lachten we hartelijk om het buikspreken van den uitstekenden eDgelschen komiek Toole, die zoo even een aardig stukje had ten beste gegeven. Een journalist maakte eenigszins iro ni8ch zijn compliment, over 't geen hy minachtend ^kleine gezelschapkunstjes" noemde. Die //kleine kunstjes," zei Toole op ernstigen toon, hebben soms groote waarde in 't levenspreek daar maar niet met zoo'n minachting over. Een kleinigheid kan ons soms helpenge- tBÏgt dit eenvoudig avontuur. Enkele jaren geleden kwam ik op een avond de //Drury-lane" afik ging naar het /Gaiety Teater," waar ik dien avond spelen moest. Eensklaps werd mijn aandacht getrok ken door een klagend geluid. Ik stond even stil. Ik ontwaarde een bedelaar, een misvormd wezen, neergehurkt onder het gewelf van een der bochtige gangen, zoo talrijk in deze volkryke buurt. De grijze haren en baard, die bevende smee- kende stem bewezen mij duidelijk, ge noeg, dat de bedelaar een grijsaard was. Als 't u blieft, enkele pence aan een ongelukkigen grijsaard, mijnheer, sprak hij met bevende stem. Ik heb kou en honger, want ik heb sedert gisteren niets gegeten. Het aanzien van een jongeling of een man in de kracht van zyn leven, hoe ellendig hij ook geweest ware, zou my niet getroffen hebben de oude //eokneys" als ik, zijn ongevoelig voor de buitenge wone armoede en ellende onzer hoofd stad maar die hooge ouderdom en die afgryselijke misvormdheid wekten mede lijden in mij op. Welk eene ellenderiep ik uit. Hoe is 't mogelijk, dat men iemand op zoo'n leeftijd laat bedelen Hebt gy dan geen zoons of dochters? Ja wel, mijnheer, antwoordde de bedelaar roet een doffe stem, alsof hij zich schaamde, maar zij hebben mij verlaten. Dat is een schandaalhernam ik. En ik baalde een halve kroon uit mijne beurs. Terwijl ik hem den grijs aard toestak, kreeg ik eenige achterdocht. Misschien was hy evenmin oud en ver minkt als ik zelf. Ik wil u helpen zooveel in mijn macht is, sprak ik na een oogenblik. Gij hebt toch zeker wel eene woning Waar woont gy Zoodoende moest ik meer van onzen kameraad te weten komen eene weige ring of een aarzelend antwoord zou mij in mijn vermoeden gesterkt hebben. Niet meer dan een kwartier uurs van hierantwoordde de grijsaard. Ik kan u wel naar mijne woning bren gen. Welaan! ga vooruit, ik volg u, antwoordde ik. De bedelaar bracht zijne krukken in beweging, sleepte een paar stompen van be8nen achter zich mede en, onder duizend dankbetuigingen op een war men en welmeenenden toon uitgespro ken bewoog by zich vlug over de slykerige, glibberige trottoirs der /,-Dru ry-lane". Het was een van die sombere winter avonden van Londen. Een dikke, voch tige mist hing boven de stratenbij het matte licht der lantaarns hadden de voor bijgangers het aanzien van spoken. In de straatjes en gangen, die wy door kwamen, stonden de lieden in de deur hunrer bouwvallige woning de meeste hadden boevengezichten. Niettegenstaande ik gewoon was aan de treurige dingen van Londen, kon ik mij eene zekere ongerustheid niet ont veinzen en ik vond het eenigszins ge- vaarlyk by avond door deze buurt te wandelen. Toch moet 't gezegd worden, dat de politie in onze hoofdstad uitstekend ge organiseerd is Want by de overgroot© ellende en armoede is het wonderlijk, dat het aantal miedaden niet twintigmaal grooter is. En ondanks die flinke politie-macht blijven er nog eene menigte misdaden verborgen. Onder deze weinig geruststellende overpeinzing bekeek ik mijn metgezelBepaald, het was een arme drommel, ik kon er niet aan iwyfelen.Ik stond dan ook op het punt hem staande te houden, my te verontschuldigen en hem enkele shillings te geven. Ik gevoelde bijna eenige schaamte over mijne achterdocht; met eene vaardigheid zonder twijfel door de gewoonte verkregen, sleepte de bedelaar zich vlug voort, terwijl hy van tijd tot tyd omkeek, om te zien of ik volgde. Eindelijk staken wy de markt van z/Govent Garden" en //Long Acre" over. Wij kwamen in de u bekende vuile buurt der //sevendialsHet avon tuur begon my hoe langer hoe minder te bevallen. Zyn wy nog ver van uwe kamer? vroeg ik aan den ongelukkige. Ik heb niet al te veel tyd Dit zeggende haalde ik mijn horloge een kostbaar stuk uit den zak. Op 't zelfde oogenblik zag ik zijne oogen onder de dichte wenkbrauwen vlammen van hebzucht. Hé! dacht ik by me zeiven, welk een jeugdigen gloed in de oogen van zulk een oud man! Ik kreeg op nieuw achterdocht; maar de nieuwsgierigheid wint het niet zelden van de voorzichtigheid. Daarenboven was het in de buurt der //seven-dials" zeer druk. Ik hoorde in de //public houses" lachen eu tieren. Hoe 't ook ging, ik wilde zien, hoe de zaak zou afloopen, te meer nog daar op 't zelfde oogenblik de bedelaar met zyn bevende stem tot my sprak Hier zijn wij aan huis, mijnheer Hij sloop door de half openstaande deur van een vuil gebouw en begon met de vaardigheid, die ik reeds had opge merkt, een waggelende trap op te klim men. Ik had moeite om iiem te volgen in de dikke duisterniszijne krukken rammelden langs de treden en ik volgde dat geluid. Op de derde verdieping stond de oude bedelaar stilik hoorde hem rondtasten en daarna eene deur openen. Een oogenblik, myn goede gentleman, sprak hij, ik zal een kaars aansteken. Er verliepen een paar seconden en toen verspreidde zich het bleeke licht van een stuk kaarsvet in de kamer, die mij zeer ruim voorkwam. De bedelaar sloop achter my om, en ik hoorde het knarsend geluid van een slot, dat werd omgedraaid. Ik had gedacht in een vunzig hok te zullen worden gebracht, waar ik niets anders dan een paar versleten stoelen en in een hoek een soort van bed zou vin den Het vertrek was integendeel weelderig gemeubileerd en een sierlijk tapyt bedekte den vloer. Wat beteekent dat nu vroeg ik stom van verbazing. Gy hebt me be drogen. Ik ging weer naar de deur. De grijsaard was verdwenen een man in de kracht van zijn leven stond voor mij en zag mij glimlachend aan. Gy staat verwonderd te kyken, zei hij op spottenden toon. Er gebeuren in onze dagen ook nog wel mirakelen zooals ge zietmijn gezonde beenen zijn terug gekomen en daar liggen inijne krukken Hij wees op een hoek by de deur. Maar wat wilt ge nu oigeialyk van mij vroeg ik vastberaden. Dat ge mij uw horloge leent, her nam hij met onbeschaamdheid. Het mijne is jaist bij den horlogemaker en het uwe schijnt nog al eenige waarde te hebben. Is dat werkelijk alles wat ge ver langt hernam ik spottend. Neenik wou ook uwe beurs hebben ik kom op 't oogenblik geld te kort en ik wil mijn bankier niet lastig vallen. Ellendeling riep ik uit en liep op hem toe. Doe die deur open en laat mij uit Bij slot van rekening, 't was toch maar één man en voor eene worsteling man tegen man, deinsde ik niet terug. Maar myn zoogenaamde grijsaard nam een revolver uit zijn zak. Neen, sprak hij, terwijl hy mij 't wapen voor de borst hieldeerst uw horloge en uw geld. Ik deinsde terug. Ik ziedde van toorn, maar wat kon ik tegen dien gewapenden booswicht doen Eensklaps kwam ik op een gelukkig denkbeeld. Verduivelde schurkik zal je sprak onverwacht eene rauwe stem achter dea bedelaar. Deze keerde zich vlug omIk maakte van dit oogenblik gebruik om mij op hem te werpen en hem de re volver uit de hand te rukken. Nu is 't mijn beurt! sprak ik en hield den revolver onder zijn neus. Doe die deur open of ik 6chiet. De schelm zag mij stom van verbazing aan. Hy was niet zeer bangdat was Z6ker. Maar de revolver en de onver klaarbare stem achter hem waren niet zonder iovloed. Brommende als een dog hond opende hij de deur en smeet ze weer achter my dicht. Al rondtastende vond ik de trap en kwam weer op straat. Ik kwam een half uur te laat in myn schouwburg aan en men was zeer onge-ast. Ik heb de revolver nog altijd bewaard. En gij ziet, besloot Toole, hoe myne //gezelschaps-kuDStjes" my dien avond uit een hachelijken toestand bevrijdden. Bij de verkiezing: van een lid der Tweede Kamer in het hoofd- kiesdistrict Amsterdam zyn uitgebracht 6090 geldige stemmen. Gekozen is de heer W. K. Vrolik (L) met 3322 stem men. De heer P. StrSter khad er 1020, de heer mr. Th. Heemskerk 977, en de heer H. Tindal (r.) 745. In het kiesdistrict Hoorn werden 2464 stemmen uitgebracht; geldige 2452. Daar van verkregen de heeren P. B. J. Ferf 968, mr. $1. W. F. Treub (r.) 860, mr. A. F. Vos de Wael 504, enz. Er moet dus eene herstemming plaats hebben tusschen de heeren Ferf en Treub. In het kiesdistrict Emmen werden 1024 geldige stemmen uitgebracht. Ge kozen de heer dr. Roessiugh (l.) met 599 stemmen. De heer Havelaar ahad er 177, de heer Scholten (L) 186, de heer Tijmes l107. JJ it P ar am ar tb o. B 1 ij k e njs de jongste berichten uit Paramaribo, hebben de Koloniale Staten van Suri name, op voorstel van den heer Barnett, besloten met de allereerste gelegenheid aan de beide Kamers der Staten-Generaal ter kennisneming aan te bieden een af schrift van de missive der Koloniale Staten van den 25n Juni jl. aan den (vorigen) minister van Koloniën, nopens de gebeurtenissen, welke van 12 tot 14 Mei in de kolonie hebben plaats gehad. Den 22n Augustus is te Brussel eene vergadering gehouden van de internationale commissie van het spoorweg-congres, dat in het tweede dagen-tiental van Juni 1892 te St. Pe tersburg zal gehouden worden, ter ver kiezing van een presidert, in verband met het afsterven van den heer A Fas- siaux. De volledige lijst van de leden der commissie is tevens bekend geworden en laten wij hieronder volgen Voorzitterde heer Belpaire, admini strateur van den belgischen staatsspoor weg. Onder-voorzitters: de heeren A. Pi- card, inspecteur-generaal der bruggen en wegen in FrankrykDubois, admini strateur van den Belgischen staatsspoor weg. Leden de heeren F. Almgrem (Zwe den), F. Borgnini (Italië), De Bruyn (België), Dieiler (Zwitserland), Dutreux (Luxemburg), Fairbairn (Engeland), Guo- lot (Frankrijk), Heurtau (Frankrijk), R. Jeitteles (Oostenrijk), Lumal (België), Ludvigk (Hongarije), M. Massa (Italië), Noblemaire (Frankrijk), L. de Perl (Rusland), Philippo (België), Frisse (België), Ratti (Italië), de la Tournerie (Frankrijk), J. Urban (België), Van Kerkwijk (Nederland), Werchowski (Rus land). Secretaris-generaalA. de Lavaleye. (JJ. D.) Bij het toelatingsexamen der rijkslandbouwsa'. ool te Wageningen. zyn geslaagd voor de H. B. S. I Roes en G. Vermeer, Wageningen Horsseling, Doorwerth. Afgewezen 2. Voor H. B. S. II Simmers te Am sterdam. Afgewezen 3. Voor H. B. S. Ill: J. S. Bowles van Soebang, W. J. Doyer, uit Arnhem, T. H. van Bosse, Nijmegen C. Zaal, Gin- neken De Raaidt en Beekman, beiden 's-Hage, Afgewezen 2. Voor B IA. Barnstijn, Groningen Calkoen, Haarlem; Koert, UtrechtVan der Post, Wageningen. Voor B II: afgewezen 1. Voor A I is toegelaten A. Bos, Rid derkerk Dibbets, BredaHanterman, AmsterdamMorren, IndiëPerelaar, 's-Hage. Eindelij k\ De burgemees- ter van 's Bosch heeft een conferentie gehad met de ministers van Binnenland- sche Zaken en Justitie, ter bespreking van den onhoudbaren toestand in zyne gemeente. Het bericht dat de ryks- werkinriahtingen (bedelaarsgestichten) tegenwoordig zóo bevolkt zyn, dat in den laatsten tijd van geen opzending sprake kan wezen, is, wat Veenhuizen betreft, onjuist. De nieuw veroordeelden komen nog geregeld aano. a. in de vorige week 53 man. Ook is er daar volstrekt nog geen gebrek aan plaatsruimte. Integendeel is de sterkte op 1 Sept. jl. veel lager dan op 1 Sept. 1890op laatstgemeld tijd stip waren er 2705, nu slechts 2455 man. Drie beurzen beschikbaar. B. en W. van Amsterdam maken bekend, dat zy voornemens zyn drie beurzen aan de universiteit, elk vau ƒ400, toe te kennen aan twee studenten in de god geleerdheid en aan een student in de rechtsgeleerdheid. De beurs voor de faculteit der rechtsgeleerdheid is uitslui- teud bestemd voor een jongeling, die dit jaar met zyue studiën een aanvaDg wenscht te maken. Zij noodigen belang hebbenden uit, zich, bij verzoekschrift op zegel, te richten aan B. en W., vóór of op 19 Sept. 1891. In het lokaal v D e Karse- boom" te Amsterdam, is iloor eeDige der voornaamste stenografen aldaar eene ver gadering gehouden, waarby besloten is tot oprichting eener Vereenigiog van amaterdamsche stenografen, met het tweeledige doeluitbreiding van het onderwys en bevordering van het prac- tische gebruik der stenographie. Zij be staat daartoe uit twee afdeelingen, eene tot het geven vaD het onderwijs en eene tot het leveren van verslagen van ver gaderingen. Voor het verrichten der laatstgenoemde werkzaamheden heeft zich by de Vereeniging aangesloten het reeds ten vorigen jare opgerichte //Stenogra- phisch bureau*. Vooral ter verkryging der speciaal voor dit vak zoo noodzakelijke eenheid in de methoden van onderwijs, alsmede ter voorkoming van eene onge- wenschte exploitatie van dit leervak, verbinden de leden zich, geen afzonder lijken cursus te openen, maar allen, die daaraan wenschen deel te nemen, te verwijzen naar de afdeeling onderwijs. In de ma and Augustus zyn uit Amsterdam aan de versohillende haveninrichtingen aangekomen 165 sche pen, met een bruto inhoud van 459,498 kub. meter, tegen 169 met 418,880 kub. meter in 1890. Van 1 Jan. tot uit0. Aug. kwamen aldaar aan 1067 schepen, met 2,817,951 kub. meter inhoud, tegen 1132 met 2,802,782 kub. meter in 1890. Dieven schenen het tus- sehen 5 eB 6 Sept. 11. on de gemeente Zaandam gemunt te hebben. In den mor gen van 5 Sept. zijn nl. door den land bouwer G. v. Bebbel uit een weide aan het Kalf onder de gemeente Zaandam vermist twee schapen zonder staart, één heeft een knip in het linkeroor. In den avond van den 6den is door een man aan C. v. d. Koor, tijdelijk in voor noemde gemeente verblijvende, ontrold een klein zilveren remontoir, genum merd 4025en een blauw gestreept geldzakja met zeven rijksdaalders. Ten slotte is in den nacht van den 6den en 7den, vermoedelijk door kermisreizigers, een zyraam opengeschovsn en binnen geklommen in de woning van den heer C. Kamphuijs te Zaandam. Uit die wo ning zijn ontvreemd een pleetzïlveren bril en een gouden remontoir no. 30065, met gouden wijzers en romeinsche cy- fersop de gepolijste buitenkast is het nederlandsche wapen, omringd door het adres van W. Cammenga te Leeuwarden, gegraveerd. Een zevental horloges zijn sedert het begin dezer maand te Amsterdam ont vreemd, drie gouden en vier zilvereD, benevens eon zilveren te Hoorn. Twee der gouden horloges zijn gemerkt resp. 95682 en 115992drie zilveren no. 160185, 46750 en 9116. In de vogelzalen van den Dierentuin te 's-Hage bevindt zich eene zuid-europeeache moerasschildpad, die op den Waaldorpschen weg gevonden werd. Hoe lang die schildpad reeds op nederlandsehen bodem heeft rondgeloo- pen, en hoe zij daar gekomen is, zijn twee vragen, waarop geen antwoord kan gegeven worden. Op het dicht met passagiers bezette achterbalkon van eene Donder dagavond na afloop van de feestelijk heden te Scheveningen naar Den Haag vertrekkende stoomtram der staatsspoor werd een jonkman net gekleed en die fransch sprak, door een Duitscher, ten aanhoore van al de medereizigers be schuldigd, dat hy hem zyn horloge en portemonnaie ontstolen had, tijdens het gedrang der menigte bij het instappen in de tram. De verdachte beweerde van niets te weten en ook de medepassagiers meen den aanvankelijk, dat het kwijt raken van aan het lijf gedragen voorwerpen bij het opdringen niet onmogelijk was, doch deze veronderstelling week weldra voor andere gedachten, toen de heer, die zijn horloge miste, het gedurende den rit voor de voeten van den beschuldigde opraapte en er later bij de Javastraat nog twee horlogekettingen op het balkon werden gevonden. De Franschman had inmiddels de tram verlaten en kwam terug met een politie-agent, die verder den tocht mede- maakte, waarna aan het politie-bureau aan de haven, de noodige verklaringen werden afgelegd, die aanleiding gaven, den verdachte voorloopig in bewaring te houden. Hy gaf op te zyn een belgische paar denkoopman, en legde een papier over, waarnit dat bleek. Bij dit voorloopig onderzoek werd bij hem niets op zak gevonden dan eenig vreemd geld. De Duitscher hield vol, dat niemand anders dan de aangehoudene hem horloge en portemonnaie had ontrold. De politie te Rotterdam heeft proces-verbaal opgemaakt tegen den drogist Snabilié, aldaar, ter zake van het verkoopen van de zoogenaamde Sequah-middelen. De rechterlyke macht zal dienen uit te maken, of Snabilié daartoe bevoegd is. Naar men verneemt, geschiedde het opmaken van het proces verbaal na overleg met den inspecteur van het geneeskundig staatstoezicht iu deze provincie. De apotheker, door Sequah aangeno men om hem op zyne reizen te verge zellen, meet genaamd zyn Suntherheim en is een 72 jarig man. Sequah bevindt zich nog te Rotterdam. Dagelyks melden zich nog verschillende personen aan zyn hotel aan, die hem veel geld bieden om behandeld te worden, doch hy blyft weigeren; wel wil by hulp verleenen, maar //dan moeten de patiën ten op de tribune verschijnen bij zijne openbare zittingen". Naar men verneemt, heeft de kwak zalver wel aangevraagd in het //Paleis voor Volksvlyt" te Amsterdam zijn séances te mogen geven, doch is hem dit door de directie geweigerd. Hij zal dus elders een onderkomen voor zich en zyn gevolg moeten zoeken. Een Duitscher vervoegdo zich op een kantoor te Rotterdam, voor gevende geld te willen wisselen in een onbewaakt oogenblik nam hy het ge wisselde en zyn eigen geld op, en Dam daarmede ylings de vlucht. Hij wordt beschreven als een man van ongeveer 30 jaren, gekleed in lichtblauw cheviot pak, phantasie-hoed, en draagt een gou den ketting. (IV. R. C Tengevolge van den g e- weldigen hagel- of ijsval in de vorige week is in de Over-Betuwe de tabak nagenoeg geheel verwoest, zoodat de schade vele duizenden guldens bedraagt, ofschoon die schade nog niet met juistheid onder cyfers is te brengen. Ook in het land van Maas en Waal heeft dit product enorm veel geleden. Menig tabak8boer, die, door mislukking van zijne andere landbouwvoortbrengselen, zijn hoop nog in den tabaksoogst had gevestigd, ziet nu ook die hoop op eens den bodem ingeslagen, en gaat daardoor geen benijdenswaardige toekomst tege moet, wyl velen den afgeloopen langdu- rigen strengen winter nog niet te boven zijn. Ook aan de ooftboomen is in die streken voor schatten van geld schade aangericht, om niet van de andere ge wassen te spreken, die door den hagel geteisterd zyn. Door den geweldigen stortregen moesten enkele steenfabrieken een paar dagen den arbeid staken. In één woordde schade is allerwege onberekenbaar groot. Te Sneek is een diefstal op groote schaal gepleegd door een paar knechts van de firma R. Visser. Sedert een jaar of vyf moet daar elke week een 30 pond gebrande kotfieboonen zijn gestolen, die voor eene som van hoogstens ƒ2.50 aan den man werd ge bracht. De persoon, die ze ontving, ver kocht het gestoiene weer voor ƒ10 aan een paar winkeliers. Het onderzoek, dat nog wordt voorgezet, heeft tot volledige be kentenis geleid. Volgens mededeeling van de politie moet er gedurende genoemde jaren voor eene som van ƒ8000 ontvreemd zijn. Te Winschoten is eene vrouw door een piotselingen donderslag zóó geschrokken, dat zij aan de gevolgen is bezweken. Onder de kinderen te Loon- op-Zaud doet zich sedert eenigen tyd het vreemde verschijnsel voor, dat hun het hoofd aan de eene zyde opzwelt. Het wordt daar tor plaatse het //dikoor" ge noemd. Sommigen zijn er niet ziek van en loopen rond met een doek om het hoofd, anderen zyn er bedlegering van. 't Verschynsel, dat vermoedelyk een gevolg is van de gesteldheid van den bodem, is algemeenop 't oogenblik is gelukkig groote beterschap merkbaar. Hoe dc consul-generaal Van Riet zijn taak opvat Herhaaldelijk kwamen ons, en vooral in den laatsten tijd, berichten ter oore uit Argentinië, die een zeer zonderling licht wierpen op de gedragingen van den Nederlandsehen consul-generaal Van Riet. Wij hoorden feiten, die, van boe geloofwaardige zijde ook medegedeeld, van zóó groote plichtsverzaking getuigden, dat wy ze minstens voor sterk overdreven hielden. Ten onrechte, naar ons blijkt uit hetgeen de heer G. Stam (eenige weken geleden uit Buenos-Ayres terug gekeerd) in de Standaard mededeelt over den vreeselyken toestand onzer landge- nooten in Argentinië: wToen wy voor twee jaren in Buenos- Ayres aankwamen zoo achryft hy mocht het ons tamelijk wel gelukken aan werk te komen. Doch, nadat in Jala 1890 de revolutie losbrak, was het gedaau. Alle fabrieken en groote werken stonden stil, zoodat men geen werk meer kon bekomen. En waar nog eenig werk was te vinden, was er toch voor een Hollander geen aankomen aan. Zoo ver vielen de meeste huisgezinnen tot armoede, en waren zy genoodzaakt, wilden zy het leven houden, naar de kloosters te gaan om het overgeschoten eten te gaan halen, dat bijna oneetbaar is. AlleB was daar maar dooreengehutst, o. a. sinaasappelen, vischgrateD, soep enz. En hierom moeten zij nog vechten, zoodat zy er soms met een bebloed gelaat van daan komen. Vervoegen zy zich by den consul, den heer Van Riet, en vragen zy hem om hulp, dan krygen zy eenvoudig ten ant woord daar kan ik niets aan doenof wel hij stuurt hen over de rivier vier vijfhonderd mijl ver, van waar men zelden of nooit terugkomt. Komen zy in de Kampen aan, dan moeten zy hard, hard werken zonder dat zij eenig geld ontvangen, (sic) Zij moeten maar tevreden

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1891 | | pagina 5