Mrs. DE KANTER EN TREUB
J. Ott Bultman, Haarlemmermeer 0, Th. D. W.
Filz, Arnhem 9 en A. Byaink, Amersfoort ÏOOJ
Na eene ronde hoeft Fiïtz Eyainic ,1 beet;
Bultman en Roosdorp gaan er goed over; de
laatste kan het echter niet tegen het trappen
van Bultman (die spoedig alle voorgiften heelt
ingehaald) uithouden eu raakt daardoor veel achter.
Filtz blijft trouw achter Bultman hangen en onze
oogen kunnen wij haast niet gelooven Bultman
wordt door Filtz geklopt! Hoe onaangenaam ook
voor Bultman, was het eene verrassing. Wij
meenen echter, dat de overwinning van Filtz
meer geluk dan wijsheid is. Ziju tijd was 2 nn
262 5 s., Bultman, tweede, in 2 m. 27 s. en I
Roosdorp in 2 in. 372 5 s.
No. IV. Wedloop NationaalAfstand: 1 E.
M. (4 ronden pl. 2.6 M.) met voorgift. Prijzen
verguld zii/eren, zilveren en bronzen medailles.
Boveudieu zal voor hen, die van meet zullen
loopen gelegenheid bestaan om den zilveren beker
te winnen, uitgeloofd door de Sunlight Soap Co.,
mits dc afstand binnen de 5 minuten afgelegd
wordt.
Deelnemers: -Rapid-, Ben Haag; C F. Jib-
ben, Amsterdam; VV. I. H. Muller, Hnarlem;
W. Schelfhout, Den Haag; -Distun e-, Den
Haag; R Anema, Scheveuiugen.
Veel vermaak baart deze wedloop onder het
publiek eu voor een leek is het eeu Koddig ge
zicht. Muiier verlaat reeds spoedig zijne ineet-
inunnen, maar Jibben neemt hen weder. De voor
giften blijken te groot te zijn. Anctoa wordt één
in 4 in. 5t26 s.; «Rapid- twee in 4 m. 563/.
en Jibben in 4 m. !'9!/s s. drie.
V. Wedstrijd op veüigJieidswielers, internatio
naal, 1 eng. mijl van meet (4 ronden pl. 2.6
■M») Prijzen gouden, zilveren en bronzen me
dailles.
Deelnemers in dc eerste af,'deelingRobert
Protin, Luik; C. Witteveeii Jr., Haarlem;
W. J. Ra lemaker, Den Haag. Witteveen begint
met voor te rijden; er zit weinig gang in/Bij
het ingaan der laatste ronde komt er meer be
weging in als de Belg zich aan het hoofd plaatst,
die in d-ze afdeeling eerste aankomt in 3 m.
llVs 8- Witteveen is tweede in 3 m. 12 s. Ra
demaker mankte deuzelfden tijd.
In do tweede afdeeling kwamen uit; George
van Ooien, LuikH. Roosdorp, AmsterdamC.
A. Koning, Rotterdam; I D. Houtman, Haar
lem. Het gaat met Houtman aau de spits heel
wat harder dan in de eerste afdeeling. i»e eerste
3 ronden komt or geeno verandering in dc volg
orde. Iu dc laatste ronde valt Houtman af, en
Roosdorp doet ons weer een spurt zien, dié in
een woord -prachtig- is. Hij komt dan ook
onder hartelijke toejuichingen ééu aan in 2 m.
417* 8-» Koning in 2 m. 424 i s. (2) en Vaa
Ooien (Belg) in 2 m. 43 s. [8j.
Beslissing. Een prachtige "raceDe vijf wed
strijders geven elkander weinig tooallen blijven
aan elkau.ier hangen. In de laatste roude vliegt
ProHu naar voren, maar Witteveen kau dit niet
verdragen; hij wil en zal Hollands eer ophouden.
Een woord van hulde aan Witteveen achten wü
hier niet misplaatst. Zijn tijd is 2 m. 421 s.
Protiu wordt met denzclfdeu tijd tweede en
Roosdorp wordt tweede, in 2 ni. 423,s s. Het
holland-cfie volkslied speelt.
Met i October is de b r i e-
vengaarder VValig te Krommenie eervol
ontslagen en het beheer van het hulp
kantoor voorloopig opgedragen aan den
heer Kabel aldaar, in afwachting \an
de vestiging van een post en telegraaf-
kantoor door het rijk, waarvoor de ge
meente grond beschikbaar moet stellen.
De hoofdcommissaris van
politie te 's Hage waarschuwt tegen de
Maatschappij De Eerstelingdirecteuren
M. J. den Hartogh van Eek en C. A.
Porre§tein, eerst wonende te Amster
dam, thans Jan Pjeter Coenstraat ic
in Den Haag.
M a a n g namiddag w d
te Rotterdam een jongetje van vijf
jaren naar het ziekenhuis gebracht, die
even te voren door eigen onvoorzich
tigheid bij het nederlaten van de Jan
Kuitenbrug met den linkervoet tusschen
het kamrad was geraakt, waardoor de
teeDen van dien voet nagenoeg werden
afgekneld.
Te Maastricht is Zondag
nacht bij een varkensslachter ingebroken
en eene som van ƒ300 350 ontvreemd.
De dader of daders zijn oubekend.
Een roman uit het lev en.
Te Oosterhout wierp zich Zaterdag eene
twintigjarige ongehuwde moeder met
haar kind van vijf maanden in het
water. Door een voorbijganger werd de
moeder nog tijdig gered; het kindje
echter was inmiddels overleden. De
justitie heeft een onderzoek ingesteld
en de jonge vrouw is gevankelijk naar
Breda gebracht.
Zekere B. te Goes, wiensidigd, in Edam te komen spreken, waarschrijft Treub: „Noch (Kerdiik) noch
I V.ÏÏ mni- T"V. I TT 1 l A
zoon in kommervolle omstandigheden hij met den heer Treub in debat zou
in Argentinië vertoeft, had aan H. M.
de Koningin-regentes een verzoek ge
richt om hem daarin te hulp te komen.
De vorige week nu ontving hij van den
burgemeester aldaar, uit naam van de
Koningin regentes, J roo.
Te Heel -Pan heel (Limburg)
zal een krankzinnigengesticht voor vrou
wen gebouwd worden. Reeds zijn de
noodige plannen en teekeningen daar
voor aan de regeering toegezonden.
In eene plattelandsge-
meente in Friesland werd de veldwachter
belas1" met de collecte voor de 1400
gerechtigden tot het dragen van het
metalen kruis. Deze beambte evenwel
had zijn eigene inzichten omtrent deze
zaak, en vorderde daarmede niet veel.
Toen hem nu een uiterste termijn van
storting werd gesteld, leverde hij op
den gestelden tijd de bus in, die bij d
opening bleek te bevatten.... een halven
ceni, door den collectant zeiven daarin
gestort. Op de vraag van den burge
Maar hoe heb ik het met je
meester
gaf de ontrouwe dienaar tot bescheidj van de weduwe Mielema.
„Och, mijnheer, overal zei men, dat het debat zal plaats hebben.
rijk die menschen moest onderhouden
Tot loon voor zijne onafhankelijkheid
werd de man ontslagen.
De pleizierreisjes per Hol-
landsche spoor van Leeuwarden naar
Amsterdam vallen zoozeer in den smaak
van het publiek, dat het bijna ondoen
lijk is een kaartje te bemachtigen.
Maandagochtend 6 uur begon de uit
gifte voor de reis van Donderdag a. s.,
en 's nachts om 1 uur posteerden zich
reeds de eersten voor de loketten, zoo
dat zij die tusschen 5 en 6 uur kwa
men, onmogelijk eene plaats konden
krijgen om in aanmerking te komen
voor een plaatskaartje. Een paar minu
ten nadat de loketten waren geopend,
waren alle kaartjes weg. Het getal
kaartjes dat uitgegeven wordt, blijkt
dan ook veel te gering te zijn.
Door de maréchaussée van
Meppel werd Zondagmorgen eene vrouw
gearresteerd en naar Assen overgebracht
als de vermoedelijke daderes van een
diefstal van gouden en zilveren voor
werpen, ten nadeele van den winkelier
J. de B. in eerstgenoemde plaats. Zij
was gedurende de kermis aldaar ge
plaatst met een tentje niet verre van
de woning van den bestolene.
Aan de nederlandsch
duitsche grens wordt sinds den aan
vang van de hooge brood- en koren-
prijzen veel gesmokkeld, te meer daar
juist aan de grenzen de duurte van
vleesch en graan zoozeer gevoeld wordt.
Te Wijier (Duitschland) hebben reeds
vele inbeslagnemingen van brood enz.
plaats gehad, en te Zyflich zijn dezer
dagen acht partijen gesmokkelde rogge
verbeurd verklaard.
treden
Te zes uur vertrokken wij uit Amster
dam naar het station Kwadijk—Edam.
We komen er aan, de heer de Kanter
die in denzelfden trein zat, de verslag
gever van de N. Rott. Couranteen
heer uit Amsterdam en ik voor Haar
lem's Dagblad. Op het perronnetje staat
eén persoon, de heer D. F. Pont, voor
zitter van de kiesvereeniging, die den
heer de Kanter komt afhalen met.... een
coupétje. Drie lange gezichtenwe
hadden gehoopt mee te rijden, Edam
ligt circa drie kwartier wandelens van
het station af.
Dan de heer Pont is gastvrij, we
zullen ons allen wat klein maken. De
eigenaar der equipage kruipt in een
hoekje op een klapbankje, de heer de
Kanter en wij beide op net bankje, de
Amsterdammer op de bok. Vooruit,
koetsier, we zullen van avond óok wel
opeengedrongen worden.
Halfacht trekken we uit 's heeren
Ponts gastvrije woning naar het lokaal
waar het
Achterom
t? Bdam.
In de laatste dagêti Staan tal van
bladen vol met stukken over en stuk
ken van mr. H. Ph. de Kanter en mr.
M. W. F. Treub, alle over de verkie
zing te Hoorn. Daar nl is zooals men
weet, de heer W. K. baron van Dedem
als lid der 2de Kamer moeten aftreden
wegens zijne benoeming tot miuister
van Koloniën Door de Centrale kies
vereeniging werd daarop de heer P. B,
J. Ferf candidaat gesteld, terwijl de
heer T^eub wordt aanbevolen door
eenige liberalen, radicalen en door de
Katholieken. Nu treedt de heer de
Kanter hier en daar op ter aanbeveling
van de candidatuur-Ferf, o. a. ook in
Hoorn, waar men toen, wonderlijk ge
noeg, den heer Treub den toegang
ontzeide. Vandaar, dat Dinsdagavond
mr. de Kanter door de liberale kies
vereeniging „Grondwet" was uitgenoo-
dringen we naar de tribune door een
van menschen, die geen voet op
zij kunnen omdat zij worden opgedron
gen door andere menschen.
Achter mij komt iemand, die luid
uitroept„laat mij door, ik ben Treub
Jawel. Al was het bijwijze van spre
ken de koning, dan zou er geen ruimte
te maken wezen
Maar we hijschen ons verder en
worden verder geheschen, totdat we
eindelijk hoe weet ik niet precies, op
de tribune staan. De zaal is voller dan
propvol, het is er een temperatuur van
eenige honderde graden, alle deuren en
ramen staan open en daarachter, buiten
op het grasperk, hangen de menschen
in twee of drie rijen achter, op, naast
en boven elkaar. Het is enorm, het
rustige Edam staat vanavond op zijn
hoofd.
Op de tribune maken de sprekers
van dezen avond kennis. De hoekige
figuur van Treub steekt scherp af bij
het rondere voorkomen van de Kanter.
De voorzitter klopt met mijn wan
delstok op de tafel en verzoekt stilte.
Ze treedt in, men geeft gQvolg aan het
verzoek om niet meer te rooken. Bij
de eerste woorden van den heer de
Kanter kan men het terrein reeds ver
kennen, de voorstanders van Treub
zitten vooraan, de typische kop van Dr.
Simons uit Purmerend middenin.
Wat zegt in hoofdzaak Mr. de Kan
ter? Dat over Treubs bekwaamheden
geen debat meer behoeft te worden
gevoerd, maar dat spreker diens poli
tiek aanzicht verkeerd vindt. Den 911 en
23» Juni is door de stembus eenelibe
rale meerderheid bevochten en Neder
land wacht de hervormingen af, die be
loofd zijn en vraagt of de liberale meer
derheid die zal geven? „Ja," antwoordt
zij „als gij ons steunt en geen men
schen naar de Kamer zendt, die iegen
ons zijn."
In Delft heeft Treub de liberale partij
eene oude juffrouw genoemd, die met
wrijven en cajoleeren niet tot leven
was tc krijgen. Hij kan zich dus bij
haar niet aansluiten, en vvanneer bij een
groote meerderheid een enkele „wilde"
geen kwaad kan, bij eene kleine meer
derheid gaat dat niet.
Op 9 Juni koost gij van Dedem, be
vestigt die keuze nu eu stemt Ferf, niet
Treub.
Hoe kan Treub zich bij de liberale
partij aanbevelen als liberaal, en zich
tegelijkertijd laten aanleunen de aanbe
veling der radicalen ea die van de ka
tholieken
Het komt mij voor, dat hij zich den
naam radicaal toerekent als scheldnaam,
maar door zich in Schoterland terug te
trekken toen Tijdens gekozen was, heeft
hij erkend radicaal te zijn. Over Heldt
Heldt kunnen vertegenwoordigers zijn
der radicale partij." Elders zegt hij, dat
de radicale partij buiten Amsterdam
helaasnog nergens is georganiseerd.
Dit alles bewijst, dat meneer Treub
een radicaal is. Nu ben ik niet bang
voor eeu radicaal, maar hij moet komen
voor wat hij is, niet komen vragen om
de liberale stemmen en zeggen„ik
hoor eigenlijk bij u, alleen ben ik maar
wat vooruitstrevender."
Het is niet wenschelijk, dat men u,
meneer Treub, afvaardigt naar de Kamer,
nu een kabinet-Van Tienhoven zittiug
heeft. De toon van het dagblad en het
weekblad de Amsterda?nmer tegen den
gewezen burgemeester van Amsterdam,
waar men hem Gijs Tienhoven en Gijs
noemt, uw scherp persoonlijke tegen
weer, maken dat uwe afvaardiging ook
in dat opzicht ongewenscht is. Men sprak
onlangs nog van harm Smeenge. Het
prestige der volksvertegenwoordigers
moest hoogef worden gehouden.
Van het Dagblad ea het Weekblad
Amsterdammer zijt gij de beste,
misschien de meest geleerde vriend, en
waar men mee verkeert, daar wordt
men mee geëerd."
Hier roept in de vergadering een
stem „Meneer de spreker „btilte!"
roept de voorzitter. De heer de Kanter
gaat voort:
Als meneer Treub werkelijk een
hervormingsgezind liberaal is, waarom
trekt hij zich dan niet terug tegenover
meneer Ferf? Alle kies vereen igiogen
hebben gesproken.
(Geroep uit de voorhoede„neen
neen
Met 200 tegen Treub 58, is Ferf
candidaat gesteld. Alle andere liberale
candidaten hebben zich tegenover meneer
Ferf geretireerd, meneer Van Citters,
meneer van der Hoeven (gelach uit de
voorhoede).
Blijkbaar wil meneer Treub dus wat
anders zijn dan een liberaal en het
specifieke onderscheid schijnt hierin te
bestaan, dat terwijl de liberalen het
kiesrecht het eerst willen, Treub dat
niet wil en zegt, geen obstructionist te
willen wezen. Maar de Amsterdammer,
de radicale kiesvereeniging „Amster
dam" en de heer Calisch, een der
corypheën van nwe partij, zijn dat niet
met u eens.
In een speech in hotel Everts te
Edam heeft meneer Treub met ronde
woorden verklaard, dat als hij zitting
had gehad onder het vorig ministerie,
vóór de schoolwet zou hebben gestemd.
De katholieken steunen meneer Treub,
dat zouden zij niet doen, als zij een
volbloed liberaal in hem zagen. Ook
daar is men dus met zijn persoon in
de war.
Welke zal uwe positie in de Kamer
zijn Zult gij een lid zijn van een
vast aaneengesloten partij Of een een -
ling, omdat ge er door zoo verschil
lende richtingen zijt gebracht Ik geloof
niet, dat uw verblijf in de Kamer aan
genaam zou kunnen wezen.
Daartegenover staat de heer Ferf. Gij
hebt hem gehoord (gelach) en zult niet
teleurgesteld worden door zijne bekwaam
heden (gelach). Meneeren, dit is eene
zeer onhebbelijke manier om iemand
in de rede te vallen."
bij het publiek.
Radicaal wil zeggen, „omverwerper",
en men is in Nederland bang voor
heethoofden.
Maar de naam kan mij niet schelen.
Wij hebben ons afgescheiden, j omdat
conservatieven en vooruitstrevende li
beralen niet kunnen samenwerken. Me
neer de Kanter spreekt van een vast
aaneengesloten liberale partij, maar hij
spreekt later van de hervormingsgezinden
o^ider de liberalen. Als die twee cate-
goriën een vast plan de campagne heb
ben, zal het alleen kunnen zijn het plan
om niets te doen.
Het program der liberale Unie is
gebruikt als een vlag om mee te
zwaaien, maar vele liberalen zijn het
voor een groot deel er niet mee eens.
Het hoofdorgaan der liberale partij, de
Nieuwe Rotterdamsche Courant zei, dat
het program geen bindende, ja zelfs
geen .möreele kracht kan hebben.
Zóóvele liberalen zijn in de Kamer
tegen de beloofde hervormingen gekant,
dat we die, öf niet zullen krijgen, öf
het minimum waarmee men kan vol
staan. Mijne uiting in Delft was niet
aesthetisch, maar de strekking houd ik
vol. Zoolang men in de liberale partij
den wagen deels naar dezen, deels naar
genen kant trekt, kau hij niet vooruit
gaan. Ik ontzeg meneer de Kanter het
recht, mij een Janus met twee aange
zichten te noemen, en tart hem, mij
aan te toonen, dat ik op het stuk van
arbeidswetgeving, leerplicht, belasting,
kiesrecht op de eene plaats ooit anders
heb gesproken, dan op de andere.
Mij is verweten, dat ik den steun
heb van de katholieke partij. Ja, die
heb ik en daar ben ik dankbaar voor.
Maar die had meneer Van Dedem
vroeger in dit district ook en de liberaal
Gleichraan bij zijne benoeming tot voor
zitter van de Kamer ook en zelfs Thor-
becke was vertegenwoordiger van een
limburgsch district, van uilsluitend ka
tholieken. Zijn dat dan geen goede
liberalen
Met Heldt en Kerdijk ben ik het vol
komen eens, maar verschil in zóóverre
met hen van meening, dat zij gelooven
aan de mogelijkheid van hervormingen
tot stand te brengen met de conserva
tieve liberalen, wat ik niet geloof.
Meneer de Kanter heeft gezegd, dat
ik voor de schoolwet zou hebben ge
stemd en meneer Ferf niet Maar dan
behoor ik juist meneer Van Dedem op
te volgen, want die heeft er ook voor
gestemd.
Alweer heeft meneer de Kanter mij
voor de voeten geworpen, dat ik zoo
scherp persoonlijk tegen meneer Van
Tienhoven zou zijn en mij onder anderen
de 7« pagina van het Weekblad ver
weten, waarin wordt gesproken van Gijs.
Ik zeg in den gemeenteraad mijne opinie,
maar sta op een zeer goeden voet met
meneer Van Tienhoren. Meneer de
Kanter kan het hem zelf vragen
De liberalen spreken wel van Bram
Kuyper en van Brammede en Uilen
spiegel is tegen ons vaak nog veel on
aangenamer, dan de Amsterdammer
jegens meneer Van Tienhoven De toon
der hoofdartikelen in het dagblad valt
niet altijd in mijn geest.
Waarom zou ik mij voor meneer
Ferf terugtrekken? Zeven kiesvereeni-
De voorzitter dreigt met sluiting der j gingen hebben hem gesteld, en zijn
vergadering als dit weer gebeurt. 115 in dit district. Ik laat de beslissing
De heer de Kanter eindigt zijn toe- over niet aan de kiesvereenigingen, maar
spraak en wordt door de achtersteaan de kiezers.
helft van het publiek levendig toege-1 Wat het praatje aangaat dat ik ob-
juicht. j structionist zou wezen, ik doe niet anders
Thans treedt zonder pauze de heer dan daartegen opkomen. Ten slotte een
Treub op. „Ik zou", zegt deze, „de wijze 1 staaltje van de vaste aaneensluiting der
van debatteeren van meneer de Kan terliberale partij in de Kamer. Een libe-
niet gaarne volgen. Hij heeft u bangraai kamerlid kwam bij een ander, om
trachten te maken met het woord radi-1 hem te verzoeken te helpen de consei -
caal. Overal heb ik er voor durven uit- i vatieve elementen er uit te drijven. Is
komen, dat ik dat ben. Maar diend&t aaneensluiting
naam hebben wij ons z°lven niet De reden van den heer Treub wordt
gegevendie hebt gij en de uwen ons luidruchtig toegejuicht. Onmiddellijk re-
gegeven, om ons verdacht te maken pliceert de heer de Kanter. Daarna zal
Wij mogen daarvoor wel dankbaar zijn, George. Ik ben het ten
minste in hooge mate." Zij legde haar hand liefkozend op zijn
arm. „Ik ben zeer gelukkig, lieve, dat is aan u te danken. Wie
zou ook ongelukkig kunnen zijn met zulk een echtgenoot?"
Hij kuste haar. Toen stopte hij zijn pijp en stak haar aan.
„Als gij gelukkig zijt, lieve," zeide hij langzaam, „dan wordt
mijn bezwaar op eens weggenomen. Wij leven tevreden, waarom
zullen wij dus meer geld verlangen?"
„Ik verlang niets meer. Maar toch moeten wij trachten om
zooveel geld te verdienen als wij kunnen, en wei om verschil
lende redenen. Ten eerste moeten wij voor den ouden dag en
voor de kinderen zorgen en dan zoudt gij wel eens ziek kunnen
worden en ongeschikt kunnen zijn om uw werk te doen. Daarom
moeten wij altijd beproeven zooveel mogelijk geld over te
leggen."
„Laat ons de zaak nu eens verder beschouwen," vervolgde
George. „Wij nemen tegenwoordig een onaanzienlijke positie in
de maatschappij in en hebben weinig verplichtingen, niemand
verwacht iets van ons; wij zijn weinig in de gelegenheid om onze
patroons te bedriegen of onze dienstboden voor ons te laten
zwoegen. Mijn patroon van den Clerkland Observer b.v. kan mij
zoo hard laten werken als hij wil, en dat doet hij ook. Ik haal
het maar aan als een feit zonder er wrok over te gevoelen. Deze
handelwijze ergert mij wel wat, want ik blijf, niettegenstaande
ik voortdurend werk en mijzelf oefen, toch nog arm. Maar aan
den anderen kant is dit nog nadeeliger voor mijn patroon dan
voor mij, want het verzwakt zijn zedelijke kracht. Ik zie, dat
zijn werkader verslapt en langzamerhand geeft hij zich meer aan
luiheid over, tot hij op een goeden dag eens geheel in verval
geraakt."
„Niemand spreekt toch zoo verstandig als gij, George. Het is
geen wonder, dat de dominé zegt, dat gij boven uw stand zijt.
Die Humphrey is een bizonder verstandig en belezen man, zei
hij laatst tegen vader."
George lachte vergenoegd.
„Niemand kan boven zijn stand zijn, lieve. Dikwijls neemt hij
eene lagere positie in, dan hij behoorde."
„Ieder man kan een sieraad van zijn stand zijn, maar hij kan
er zich niet boven verheffen. Maar laten wij op ons gesprek van
zooeven terugkomen. Wij hebben twee jongens, die gelukkig
hun moeders evenbeeld zijn. Als deze jongens volwassen zijn,
dan zullen zij misschien veel eerzucht hebben, want zelfs in deze
voorstad kan zij jonge harten in beroering brengen. Het is niet
iederen man gegeven om een tevreden bediende te zijn. Als zij
nu van dien eerzucht blijken geven, dan staat de geheele wereld
voor hen open. De zoon van Croesus heeft zulk eene keus niet.
Zijn eerzucht kan een hooge vlucht nemen, maar zijn arbeids
veld is toch beperkt. Het is een verrukkelijk denkbeeld om aan
de onderste trede van den maatschappelijken ladder te staan en in
staat te zijn, die tot een duizelingwekkende hoogte te beklim
men. Het is heerlijk, dat te kunnen."
George's vrouw schudde haar hoofd. „Ik hoop dat de jongens
zoo gelukkig en tevreden zullen zijn, als wij altijd geweest zijn.
Ik heb niet veel op met rijkdom. Hij brengt de menschen maar
in verzoeking."
„Misschien. Dus dat vindt ge een reden om arm te blijven
„Maar wij zijn niet arm, George," herhaalde zijne vrouw. „Wij
zijn zeer fatsoenlijk en geëerd. Vader zegt altijd, dat onze stand
het land eerlijk en braaf houdt. Wij doen ai het werk en de
patroons steken het geld op. In lagere standen heerscht dron
kenschap en in de hoogere kringen losbandigheid. Maar in onzen
stand vindt men eerlijkheid, trouw en zedelijke beginselen. Wij
bedriegen niet evenals de kooplui, wij onderdrukken niet zooals
kapitalisten en wij drinken niet als de ambachtslieden."
„Uw vader heeft altijd gelijk, Nettie. Hij is een zeer eerbied
waardig lid ran dien stand en al uwe bloedverwanten zijn dat,
behalve Horatio."
„Arme Horatio."
„Laat ons op de zaak terugkomen. Menschen, die evenals wij
niet bepaald arm zijn, zien niet voor- of achteruit. Kwalen be
schouwen wij niet als erfelijk. Dat bespaart ons veel angst en
leed. Wij nemen geen voorzorgen en toch zitten wij niet in
wanhoop terneer. Veronderstel eens dat dronkenschap erfelijk is,
en stel je dan eens voor dat een van onze jongens met die
kwaal behept was."
Wordt vervolgd,)