NIEUWS EN ADVERTENTIEBLAD, Jaargang Zaterdag 10 October 1801. To. '2536 ABOKNEM ENTSPRIJS: A DVERTEN TIËN: STADSNIEUWS. Het Nederlandsch. Tooneel. j BINNENLAND. FEUILLETON. III ilïAIlII HAARLEM'S DAGBLAD Voor Haarlem per 3 maanden1,20. Franco door het geheel e Rijk, per 3 maanden 1,65. Afzonderlijke nummers.0,05. Dit blad ?erflch\jnt dagelijks, behalve op Zon- en Feestdagen. Bureau Kleine Hontstraat No. 9, Haarlem. Telefoonnummer 122t f»ï) i5 regel» 50 Cents; iedere regel meer 10 Cents» Gro-te letters naar plaatsruimte. Bij Abonnement a&mienlijk rabat. Abonnementen en Advertenties worde» aangenomen door onze agenten en door alle toekhandelaren ea cozuanurs. Directeuren-Uitgevers J. C. PEEREBOOM en J. B. AVIS. Hoofdagenten voor het BuitenlandConttognit Qenèralt dt Fublicité Btrangb* 8o L. DAUBS f Go>s JOHN J. JONB8. Succ Faryi Zilts Faulourg Montm&rtrt. Het bijvoegsel van ons bladdat morgenavond verschijntzal bevatten: Waarom hij zijn been liet af zetten no velleNatuurkundige proeven voor iedereenVII Gemengde berichten Varia. Advertentiën enz. Haarlem, 9 October 1891. De tentoons celling van oostersche producten, die thans op het Museum van Kunstnijverheid geopend is, trekt steeds een groot aantal belangstellen den. Met de rangschikking der af- deeling textiele kunsten, die in het tweede trapportaal wordt ondergebracht, is men druk bezig, en deze zal waar schijnlijk aanstaanden Zondag voor het publiek geopend zijn. Door deze nieuwe rangschikking heett een gedeelte van het Museum een ge heel ander aanzien gekregen, waardoor het aan belangrijkheid weder heeft ge wonnen. Des Zondags is de toegang vrij. De afdeeling Haarlem van den Nederl. Onderwijzersbond heeft te dezer stede een teekencursus opgericht onder leiding van den leeraar J. W. Sevenhuijsen. Het onderwijs, waaraan alleen onder wijzers en onderwijzeressen kunnen deelnemen, wordt voorloopig tweemalen per week gegeven in de teekenschool voor kunstnijverheid, daartoe welwillend door het bestuur dier school beschik baar gesteld. Met het laatst dezer maand treedt de heer W. Wiegant af als directeur der liedertafel „Haarlem's Zangenot" en wordt hij als zoodanig vervangen door den heer B. J. Visscher. Te dezer stede is opgericht een let j terlievende vereeniging onder den naam 1 „Jan van Beers". De vereeniging mag zich reeds verheugen in 20 werkende leden. j De heer v. d. Ham is president, de heer G. W. D Schmitz jr. secretaris, adres Rozenstraat 7. j Gedurende de afgeloopen maand zijn door de politie alhier 34 personen ver- volgd wegens dronkenschap op straat. In de maand September van het vorig i jaar was dit getal 31, dus 3 minder, j Ter benefice van den tooneelmeester Stiphout gaf het N. T. Donderdag avond in onzen schouwburg het drama in 5 bedrijven van Paolo Gïacometti. „koningin Elizabeth van Engeland", een van die tooneelstukken, waarin pluim- gewapper en sporengekletter moeten goedmaken, wat er aan karakterstudie ontbieekt, geheel in den trant van de oude romantiek, waarin de oude Dumas zulk een meester was. Geen Jiterator van onzen tijd zal „la Dame de Monso reau", „les trois Mousquetaires," „'a leine Margot" en de overige tientallen romans de cape et d'épée, meer „hooge" kunst noemen en „koningin Elizabeth van Engeland" derhalve ook niet Dit neemt evenwel niet weg, dat Dumas nog veel gelezen wordt, omdat hij hoogst boeiend en onderhoudend kan zijn, en het belet evenmin, dat naar stukken als het onderhavige nog met groote aandacht wordt geluisterd om dezelfde reden En dat te meer, omdat het niet onze slechtste tooneel spelers zijn, die rnet voorliefde in deze soort van stukken optreden. Men kon het mevrouw Frenkel en haren broeder Louis Bouwmeester aanzien, dat zij hunne rollen, resp. die van Elizabeth van Graaf Essex, met toewijding speelden. Bij deze twee groote kunste naars is willen en kunnen één Bouw meesters talentis verwonderlijk elastisch, en hoewel de specialiteit van mevrouw Frenkel meer die is van „grande co quette", dan die van het gekroonde hoofd in het historische drama, had toch ook zij van die oogenblikken, welke de glorie van eene actrice vaster schroe ven in de herinnering van het publiek. Voor beiden was het slot van het derde bedrijf, het glanspunt van hunne rollen. Zooals het gewoonlijk in historiestuk ken gaat, zijn de bijfiguren al te bleek gekleurd, cm dat de auteur zijn verf voor het schilderen van de hoofdpersonen heeft verbruikt. Al wat zij zeggen, schijnt te dienen om meer relief te geven aan dezen, en het gevolg is, dat hun optreden iets machinaals krijgt, omdat het alleen dient den hoofdper sonen gelegenheid te geven tot het creëeren van een spannend moment. Het woord „secondeeren" kan derhalve uitnemend gebruikt worden, waar men spreken moet van de verhouding van de bijpersonen tot hoofdfiguren. Op den eersten rang zitten Elizabeth en Essex, op den tweeden zitten de overigen, niet voor hun plezier, maar om de twee eersten beter te doen uitkomen. De heer Spoor, als lord kanselier, was verdienstelijk, hoewel soms wat larmoy ant in dit soort van rollen is de heer van Schoonhoven steeds een kranige verschijning, ook de heer Holtrop was goed. Van de dames trok mevrouw Pauwels van Biene als Lady Howard het meest de aandacht. In de pauze betrad de heer F. Allan de planken, om den too neelmeester Stiphout, namens het pu bliek, namens de directie van den Schouwburg en namens de vereeniging „Cremer", een woord van hulde te brengen voor de goede zorgen, die hij al die jaren voor het publiek heeft gehad en voor de goede en „stipte" (Stiphout) uitoefening van zijn voor de veiligheid zoo belangrijke post. Namens de directie overhandigde de spreker den jubilaris een sigarenkoker met een inhoud. Tevens zeide de heer Allan het pu bliek namens Stiphout dank voor zijne belangstelling, gebleken door zijne tegen woordigheid Aan mevrouw Frenkel bood de too neelmeester als blijk van erkentelijkheid een bouquet aan. Letteren en Kunst* Men meldt uit 'Amsterdam van 8 dezer Hedenavond treedt de heer Richard Hol voor het eerst op als dirigent der classieke concerten in het Paleis voor Votksvlijt te Amsterdam. Op het adres, dat door het comité tot behartiging der- belangen van den heer Joh M. Coene| ter teekening was gelegd, zijn 131 h tndteekeningen ge plaatst. Het aantal i den van het Paleis bedraagt ruim 20oo.j| Het comité heett het adres aan het bestuur van het Paleis opgezonden Naar wij vernemen zullen de vol gende nieuwe werken binnenkort bij den uitgever L. J. Veen te Amsterdam verschijnen: van Johanna van Wonde, „Een verlaten post", versierd met twee teckeningen van den heer Wm. Stee link en het portret van de schrijfster van R. C. Oudhuys, een oorspronkelijke novelle, getiteld „Zijne erfgename" van Piet Vluchtig „Mijnwerkers", een del versnovelle uit het nienw patagoonsch; van de bekende Johanna Spyri, „Uit de Zwitsersche Bergen", „De Elf van Intra", „De Vroolijke Heribli", „De onderwijzeres van Hinterwald". Twee prentenboeken, „Vertellingen van Moe der de Gans" door F. H v. Leent en jWinterpret" door Anth. L. de Rop. Verder de tweede druk van Carmen Sylva, „Een Gebed", door F. Smit Kleine Louisa M. Alcott, „Lina's Keuze". Eene Kerstvertelling. Dit jaar komt ook compleet de tweede vermeerderde en verbeterde druk van het „Biographisch Woordenboek der Noord- en Zuid- Nederlandsche Letterkunde" doorj. G. Frederiks en F. Jos. van den Branden. Daily News maakt met lof mel ding van „An old maid's love", een nieuwen roman van onzen landgenoot Maarten Maartens, die „het engelsch schrijft als een geboren Engelschman". Munkacsy vertoeft te Budapest. Hij moet voor de nieuwe parlements- zaal een plafond schilderen, dat met fl 220,000 zal worden betaald. Het zal de verovering van Hongarije door de Magyaren voorstellen Inhoud van den Nieuwen Gids, 7e jaargang, afd. IJohannes Bosboom, Jan Veth Oorlog I, Frans ErensGek ken V, Jac. van Looy Alkibiades, Chr. M. van DeventerNieuw Engelsch Pro za, Frederik van EedenAfrodite, H. J. Boeken; Boekbeoordeelingen, L. van DeysselAfsterven, L van Deyssel Sociaal onderwijs, F. van der Goes Nederl. Politiek, P. L. Tak; Fabian Essays vertaald, E. M. Wibaut. De Kroonprins van Italië heeft Woensdag aan H. M. de Koningin- Regentes een telegram gezonden, waarin hij bij het verlaten van ons grondgebied, zijn welgemeenden dank betuigt aan H. M. de Koningin en H. M. de Koningin-Regentes voor de voortreffe lijke ontvangst in Nederland, hem zoo wel van Hare Majesteiten als van de zijde der bevolking ten deel gevallen. 0KFICIEELE ÜEKifJllTKiM. Bij kon. besl. van 3 Oct. is, voor het tijdvak van 1 Sept. 1891 tot en met 31 Augustus 1892, ter ondersteu ning in hunne studiën van rijkswege, eene beurs van f800 verleend aan: E. S. Hollander, student in de fa culteit der rechtsgeleerdheid 20. M. de Haas, student in de faculteit der wis- en natuurkunde; beiden aan de rijks universiteit te Leiden. Bij kon. besl. van 6 October is be noemd tot administrateur van het mi litaire hospitaal der 20 kl. te Bergen- op-Zoom, de ie luit. B. Meulman, van het ie regiment infanterie. 1 Bij kon. besl. van 6 Oct. zijn be noemd bij het wapen der cav. tot 2e-luitbij het ie reg. huzaren, de cadet j C. J. Sixma baron van Heemstrabij 1 het wapen der art., tot 20-luit., bij het 30 reg. vest.-art, de cadets F. R. Kutsch J Lojenga en W. du Vijn bij het 4- reg. vest.-art., de cadet O. Witsen Elias allen herkomstig van de Koninklijke Militaire Academie. Tot de gasten, dieWoens- .g aan het diner bij den italiaanschen consul den heer J. Hudig, deelnamen, behoorden ook nog de kolonel Simon en de ritmeester jhr. Van de Poll, de beide aan den prins van Napels toege voegde adjudanten van H. M. de Ko ningin. Te Venloo circuleert een rekest van den burgemeester en van de naburige dorpen ter onderteekening aan de burgers, om den minister van Oorlog te_ verzoeken, dat hij het besluit, waar bij het fort „St. Michiel" aldaar als bergplaats van dynamiet is aangewezen, moge intrekken, en het te maken op een geschikt terrein, verder van de stad en naburige dorpen verwijderd. De heer E. H. Haitink, chef van het -technisch bureau van het de partement van Koloniën, is door den keizer van Duitschland benoemd tot ridder 2e klasse der Pruisische Kroon orde. Onder de leiding van den heer P. H. van Eden had te Harlingen eene bijeenkomst plaats van twee jon gelieden, allen behoorende tot den net ten handweiksstand, met de bedoeling om eene gymnastiekvereniging tot stand te brengen. Drie en twintig personen traden toe, die zich tegen 2 50 tot het lidmaatschap verbonden. De leden der Harlinger Gymnastiekvereniging hebben op zich genomen aan de jeug dige vereeniging voorwerkers te leveren, door zulk eene prijselijke samen werking kan er van de zaak werkelijk iets terecht komen. Sedert eeuigen tijd is men te Amsterdam druk bezig met liet leggen van de grondkabels vcor do electrische verlichting, eeu werk dat nu voor eeu vierde ia voltooid. In weinige weken zijn nl. 90 0 M. kabel gelegd, en vóór hot einde vau het jaar hoopt men het tot 20,0' 0 M. te brengen. Deze kabels zijn uaar de doorsnede vau de stroomleidende dradeu verdeeld in drie soorten, nl. van 25, van 12) eu van ?20 viericante mil limeter, waarbij iu het oog moet worden gehou den, dat in eiken kabel eene dubbele geleiding ligt. De eene geleiding bestaat uit dun koperdraad tot een bundel vereenigddaaromheen i- aange bracht eene niet-geleidende stof; om deze laatste een loodeu mantel. Ven olgens weder koperdraad, ditmaal niet tot een bundel vereen'gd, maar elk draadje afzonderlijkdaarom komt wtder eene niet-geleidende stof, dan een dubbel pantser van spiraalsgewijze opgeroldo 3trooken dun ijzer. Ein delijk nogmaals eene niet-geleidende stof, hoofd zakelijk om het ijzer legen roest le beschermen. Deze talrijke omwindingen maken de kabels natuurlijk belangrijk dikker, zoodat de middellijn voor de geleidingen van 25, 120 en 220 mil. onderscheidenlijk 60, 70 en II mVi. bedraagt. Deze kabels worden besloten in dunae houten kokers, welke van boven open zijn de in die kokers overblijvende ruimte wordt met gesmolten asphalt aangevuld, eu zoodra de brei hard is ge worden, met een metselsteen afgedekt. Zoo voortgaande wordt per dag gewoonlijk 250 M. kabel gelegd, welke lengte in bizonder gunstige omstandigheden wel eens verdubbelt. Dit werk is opgedragen aan de tirma Cerlijn en De Haan, die de kabels bij stukken van 250 M. op groote houten klossen uit de fabriek «Helios* te Keulen ontvangt. Deze klossen, die ongeveer 6000 kilo wegen, worden per schuit aangevoe'ddan-, eu dit is eeu zeer moeilijk 34) HOOFDSTUK XIV. „Wat moet ik beginnen, John? O, wat moet ik toch begin nen Als George merkt, dat ik alles weet, zal hij zich zeer schamen, dan zal hij weggaan en mij verlaten En als hij weer voor zaken naar Boston gaat, dan zou ik bijna sterven uit angst voor en medelijden met hem. O, ik geloof, dat ik hem ook zou kunnen verachten, ik, die nooit anders dan liefde van hem heb ondervonden. John, ik beklaag hem nu diep, maar toen ik in den tuin stond en hem daar zoo zag. was ik woedend op hem. Het is zoo verschrikkelijk om aan hem te denken in den toestand, waarin ik hem gisterenavond zag." „Laat mij beproeven iets voor hem te doen. Laat hem aan mij over, ik heb een plan. Hij kan stellig vanmorgen niet uit Tottenham weggaan." „Maar, John, zeg hem niet, dat ik alles weet" „Dat zal ik nooit doen. Ga nu heen, Nettie, ik hoop, dat gij met een minder bezwaard hart heengaat, dan gij gekomen zijt. Ga nu heen, dan kan ik eens goed over de zaak nadenken." Het huisje te Tottenham zag er op dezen heerlijken zomer morgen, zooals het daar door bloemen en boomen was omringd, en met klimop was bedekt, allerliefst en uitlokkend uit. Het lag daar zoo mooi verscholen in het groen en was daardoor van buiten gezien, juist eene woning, die geschikt was voor een jong gehuwd paar om er de wittebroodsweken in door te brengen. Het was er zeer stil; men hoorde er slechts het gesjilp van den een of anderen vogel, of het geritsel van een blad. Men kon duidelijk het gegons van de tallooze insekten boven de bloem bedden hooren. Het huis was omgeven door een ouden steenen muur, die van boven n et gras en muurbloemen was bedekt. Een politie agent stond buiten de pooit en gluurde in dezen afgezonde. den, mooien tuin. Omstreeks elf uur hield een rijtuig met twee paarden bespan nen voor de poort stil. Er steeg een heer uit, gevolgd door twee flinke, forschgebouwde mannen De politie-agent bespiedde hen nauwkeurig. „Ik zoek naar het huis van een zekeren Mavis," zeide de heer, die John Carew was. De politie agent lachte geheimzinnig en wees naar het huis. „Dit is de woning van mijnheer Mavis." „Weet gij ook of hij op dit oogenblik thuis is „O ja; hij is thuis/l ié' an'defë heer is er ook." „Die andere heer, die hier gewoonlijk een paar dagen blijft? Wel, mijn bezoek geldt juist hem." „Nu, gij zult hem daar vinden, maar...." „Gij wilt zeker zeggen, dat ik hem moeilijk zal kunnen spre ken. Ik weet er alles van, zie je." „Gisterenavond heb ik hen gehoord. Nu, het is eén vroolijk paar, die twee heeren, als zij bij elkaar zijn. Ik vermoedde iets, dus ik trad den tuin binnen. De deur was open en het venster ook. Ik sloot de deur, maar het raam niet. Gij begrijpt wel, dat ik hen niets aan het verstand kon brengen ik beproefde het daarom maar niet eens. Als gij nu binnen wilt komen, zou ik maar door het venster gaan." John volgde zijne aanwijzing en betrad de woning van Mavis op de aangeduide wijze. George Humphrey lag hevig op een sofa te snorken en had roode, opgezwollen wangen. Hij was klaarblijkelijk in een vasten slaap, waaruit hij waarschijnlijk nog in geen twee uur zou ont waken. Op den vloer lag Mavis in denzelfden toestand. John opende de voordeur om zijne helpers binnen te laten. Toen ging hij het huis eens rond. Alle kamers waren ongemeu- beld en leeg, behalve een slaapkamer. Als deze man in dit huis woonde, dan leefde hij daar toch zeer ongezellig. Toen keerde hij weer naar de eerste kamer terug. Op de tafel zag hij een zwart lederen portefeuille. John herinnerde zich het verhaal van den brief en den wissel. „In elk geval kan George, als hij wil, hem dat geld geven, als hij weer nuchter is, maar ik twijfel er sterk aan." Hij opende de portefeuille en nam de papieren er uit. „Als gij wakker wordt, mijn eerlijke vent, dan zult gij wel om den wissel denken ener naar zoeken, maar vinden zult gij hem niet. Dan zult gij moede loos worden en de verwondering zal uwe knieën doen knikken, maar als gij dan bovendien de verdwijning van uw meester nog opmerkt, dan zal dit lang geen aangename gewaarwording bij. u opwekken."

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1891 | | pagina 1