NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD.
9e Jaargang.
Maandag 21 December 1893.
No. *2597
ABONNEMENTSPRIJS:
AD VERTENTi RN:
Dit nummer bestaat uit
twee bladen.
STADSNIEUWS.
Lstterss en lunst.
BINNENLAND.
Wedstrijden.
FEUILLETON,
Een Wolf in Schaapsvacht.
HAARLEM'S DAGBLAD
Voor Haarlem per 3 nisanden1,20.
Franco door liet geheel® Rijk, per 3 maanden 1,65.
Afzonderlijke nummers0,05.
Dit bind torse.fcjjnt dagelijks, behalve op Zoa- es Feestdagea.
Hnreau Kleine Houtstraat No. 9. Haarlem, Telafocniuiassef 12S,
*»a 1—6 «gele 50 Cest»; iedsra regel awt löCeuls,
Grosti lettere nsar pla&tsraisate.
Bij Abonnement aanzienlijk rabat
Abosaameuteis ek Advertsstië» worde» aasgesoisa» doof
oaze ttgaatos ea door alle bOEkbafedektro» ea cooraatiera»
'«(Bfe
Directeur-Uitgsvar J. O. F EEK EB O OM.
Hoofdagenten voor kei Buitenland: Compagnie Générale de FMioité Sirmgiri 9, L. DAVBX Co., JOEitf I. JONMf, Snee., ftrf» SlHs Imbonrf Mmtuortre.
EERSTE BLAD.
Haarlem, 19 December 1891.
Op het Museum van Kunstnijverheid
alhier, is thans het wapenbord van
Philips de Goede opgesteld en zal
later met de oorspronkelijke kleuren
opgewerkt worden. De tentoonstelling
van het werk der leerlingen wordt in
gereedheid gebracht en zal met de
Kerstdagen te bezichtigen zijn.
Zondag en gedurende de Kerstdagen
is de toegang tot het Museum vrij.
De Mannen-Zangvereeniging „Cres
cendo" mag zich by hare concerten
alhier, steeds in een groote belangstel
ling verhengen; bij de uitvoering Vrij
dagavond gegeven, was de zaal in de
„Vereeniging" dan ook weer flink bezet.
Ter opluistering traden op twee solis
ten mej. Amanda Eberlé van Rotter
dam (zang) en mej. Gertrud Winzer
van Amsterdam (harpiste van het con
certgebouw.) De koren werden als altijd
zeer goed gezongen en deden den direc
teur, den heer N. H. Andriessen alle
eer aan. „Marifjaeren", door hem op
melodie gebracht was mooi. Ook „Das
Todtenvolk", van Hegar werd goed
weergegeven, evenals „Hymne k la
Nature", hoewel het ons voorkwam, dat
de tenor hierin een wel wat zware
partij had te vervullen. Ook de zes
Oud-Nederlandsche Liederen, voor man
nenkoor bewerkt door den heer An
driessen, vielen zeer in den smaak en
vooral no. 5 was mooi.
Wat mej. Eberlé betreft, moeten wij
bekennen dat haar zaüg ons in den be
ginne niet bizonder kon bekoren. De
voordracht had iets weifelends en onbe
slists, en bovendien vibreerde zij nog
al sterk.
Later na de pauze bleek ©ns echter!
dat zij een vol en helder orgaan bezit, het-
geen vooral in de hooge tonen goed j
uitkwam. j
Het spel van mej. Wiüzer was ©n- j
berispelijk mooi. De harp is een zeerj
schoon instrument vooral wanneer zij
bespeeld wordt door ienand als mej.
Winzer, die de technische bezwaren weet j
te overwinnen en aan het instiument
zulke glasheldere tonen weet te ontlok- j
ken. Vooral de melodie in „La Danse des
Sylphes" was mooi. De gewoonte om
solisten bij het einde zoolang te applau-1
disseeren dat zij wel gedwongen zijn
om een toegift te geven, werd bij dit Concertgebouw, onder directie van den
concert ook weer gevolgd. Waarvoor is heer Kes, Maandagavond in de „Ver
dat toch noodig? Wanneer solisten hun eeniging weer een concert geeft,
programma ten gehoore hebben ge- j Tot aanbeveling is dit woord zeker
bracht, dan kan men daarmee immers niet noodig, tot herinnering zal het
tevreden zijn. wellicht velen aangenaam zijn.
Vrijdagavond vergaderde de kiesver-
eeniging „Vooruitgang," tot vaststelling
van een nieuw reglement. Men kwam
evenwel niet verder dan artikel V en
Maandag den 2811 wordt de vergadering
voortgezet.
De eenige veranderingen, die in de
vijt eerste artikelen zijn aangebracht,
zijn dat niet meer de vergadering be
slist over de aanneming van nieuwe leden
maar het bestuur. In moeilijke gevallen
kan het Bestuur de beslissing aan de
Leden overlaten.
In art. IV is bepaald dat alleen het
lidmaatschap van het bestuur eener
andere in deze gemeente gevestigde
kiesvereeniging, een reden is tot ver
vallenverklaring van het lidmaatschap.
Alzoo kan een lid van Vooruitgang
ook lid zijn van eene andere .kiesver
eeniging hier ter stede.
De contributie werd gehandhaafd op
een gulden.
De aftredende bestuursleden de heeren
de Haan Hugenholtz, Heijting, A. Me-
rens en Janssen van Raaij werden als
zoodanig herkozen, de eerste ook als
president. Allen, behalvé de heer Merens,
die afwezig was, namen- dc benoeming
aan. In de plaats van dr. Valkema
Blouw, die bedankt heeft, werd tot be
stuurslid gekozen mr. H. Ph. de Kanter.
Toen ons antwoord aan den heer
G. B. Schmidt (Zie 2e Blad) gereed en
in den vorm was, zoodat wij daar
niets meer konden bijvoegen, kwam de
heer Wernik ten onzen kantore en
deelde ©ns nog mede, dat zijne echt-
genoote reeds negen jaar lang door
(wetenschappelijk geconstateerde) rhu-
matiek was gekweld geweest, zelfs
zoodanig dat zij met twee stokjes moest
gaan.
In antwoord op de bewering van
den heer Schmidt dat deze patiente
sinds het laatste jaar niet door een
medicus is behandeld, deelde de heer
W. ons mede, dat hij met zijne echt-
genoote nog dezen zomer te Aken is
geweest, waar de patiente natuurlijk
onder behandeling van den dokter was
en douches kreeg en dat onmiddellijk
voordat zij door Sequah werd behan
deld de pijnen nog zoo hevig waren,
dat de patiente des nachts het niet in
bed kon uithouden. Thans is zij altijd
nog zonder pijn.
Men verzoekt ons, een woordje er
over te zeggen, dat het orkest uit het
Benoemd tot secretaris der gemeente
Heemstede, de heer A. G. A. Baron
Collot d'Escury
I I
Op de Nieuwe Meer (aan den ring-
i vaart der Haarlemmermeer) is schipper
Gocze overboord geslagen en ondanks
spoedige hulp van den knecht verdron-
keu, zijn lijk werd kort daarna opgehaald.
Men schiijft ons uit IJmuiden
i Het was Donderdag avond voor IJmui»
1 den een avond van kunstgenot. Geheel
belangeloos gaven de H.H. van Ooy,
Reisig, J. van Breemen en H. van
j Breemen, met medewerking van den
I heer Kriens (viool) en den heer v. i
j Breemen (piano) een concert in 't hotel
1 „Nommer Eén." De zaal was dicht
I bezet. j
Het ie nummer van 't programma
voor piano „Auf Flügeln des Gesanges"
verried reeds dadelijk de groote tech
nische vaardigheid, die de heer van
Breemen bezit. Tevens zal hij het ge
waardeerd hebben, dat de heer v. Ooy
zoo'n sciioon ips'rument ter beschik- i
king had gcstelu. Ook in „Barcarolle"
v. Rubinstein en „Rossignol van Liszri
toonde de heer v. B dat hij aan groote i
technische vaardigheid tevens eenschoone
voordracht paart.
Zulk spelen is geen toetsen slaan, dat
is toetsen drukken. Bij zulk spel ge
niet de mensch meer dan hij in staat
is te zeggen. Wij zeggen den heer van
B. dank.
Verder bevatte het pr. nog 2 num
mers voor viool, voor te dragen door
den heer Kriens. Rustig en kalm van
houding werden „Air de Ballet" en
„Berceuse" afgespeeld. Hoe dit moei
lijke, maar schoone instrument door
den heer K. bespeeld werd, bewees het
donderend applaus, dat hem vooral na
het laatste No. ten deel viel.
Zoo dicht in de buurt zijnde, hopen
we hem nog dikwijls in ons midden
te zien. En nu rest me nog een woord
van dank aan de heeren van Breemen,
Reisig en v. Ooy, de heeren van 't
kwartet.
Waar met „in 'tbosch" v. Verhulst
en lm Erühling v. Abt. op het kwar
tetconcours te Groningen door „Zang
en Vriendschap" de ie prijs werd be
haald, daar kunnen wij niet anders
dan onzen hartelijken dank betuigen
aan de heeren zangers, dat ze ook ons
die nummers lieten hooren en genieten.
De heer Reisig zong „Mijne Moeder
taal" en „Ave Maria," en een der
heeren v. Breemen „Goeden nacht" en
de heer v. Ooy nog 0ns Vaderland"
v. Hol. Maar genoeg. De hoorders
hebben genoten bij het luisteren naar
die gloedvolle zangers, In menig ge
moed zullen nog lang die fluisterende
pianissimi in „Geboortegrond" en die
krachtige, mannelijke forti uit „lm
FiühJing" natrillen.
De heer v. d. Hoeven sprak dan ook
na 't laatste nommer een woord van
dank, dat zeker uit aller hart gegrepen
was.
Tijdens zijn verblijf te Milaan, bracht
RubiDstein een bezoek aan Verdi, die ook
Bolton en Piatti bij zich had Rubinstein
speelde allerlei, ook nieuwe stukken van
hem zelf. Een uitnoodiging om in de
Société del Quartetto te spelen sloeg
hij af op grond, dat hij niet meer in het
publiek optreedt dan voor liefdadige
doeleinden en een aanbod uit Amerika
voor 600,000 frs. had geweigerd.
Naar men verneemt, zou de
boete van 300, waartoe mevrouw Von
BarnekowTindal veroordeeld werd,
thans door hare familie betaald zijn,
en is zij dientengevolge uit de gevan
genis ontslagen.
Sequah is Donderdagavond
te Leiden voor het eerst opgetreden in
„Vondelhoven" Hij werd zeer toege
juicht en heeft bij zijn eerste séance
reeds een patiënt behandeld en genezen.
De rheumatiek-lijder, J. Kraneveld
geheeten, voormalig schipper van Leiden
op Utrecht, had reeds 2% jaar de hevigste
rheumatische pijnen gehad, en kon met
behulp van een stok niet dan moeielijk
loopen.
Na te zijn ingewreven, verklaarde hij 1
geen pijn meer te gevoelen. j
Een oppassend man, te V
Hage die donderdag voor zijn patroon
naar het postkantoor moest, werd door j
een groot ongeluk getroffen. Tehuisko-
mende, in de Spuistraat, bleek het, dat
hij 100 gulden, een bankje van 60 en 1
een van 40 gulden (in elkaar gevouwen)
had verloren. 1
Men kan zich voorstellen hoe ont- j
zettend de man, die nimmer en ook
nu niet van oneerlijkheid werd verdacht,
getroffen is. j
Donderdag nacht is C. J. v.
W., kastelein in den omtrek van Naar-
den, gearresteerd en, ua den nacht aldaar
te zijn opgesloten geweest, naar Am
sterdam getransporteerd. Deze aanhou
ding moet in verband staan met den
■onlangs te Naarder.
van effecten.
Woensda -
eerste trein R; er h
kwam juist de ,L-nka.r o.,. neu «mU:--
naar Martens op den ©vc^.eg Bei p&urxl
en de kar kwamen in aanraking mei
de machine, waardoor het paard met
opengereten buik dood ter aarde stortte
en de kar totaal vernield werd.
Bestuur deren van den Nederlandschen
Schermbond verzonden in de vorige
maand o. m. het programma van den
wedstrijd, in Maison btroucken. te Am
sterdam den 19011 en 200» dezer te
houden.
Het amsterdamsch gemeentebestuur
heeft twee prachtige medailles aan den
Bond geschonken, nl. eene zilveren en
eene bronzenbovendien zijn prijzen
ingekomen van de vereeuigingen „Rip-
peida" te Haarlem, twee medailles,
„A'lgemeece Turnvereeniging" te Rot
terdam een bronzen beeld, een strijder
voorstellende, „Vrije Wapen bros Iers"
te Amsterdam eene mediae, ta van den
heer S. de Jager te Haarlem twee
épées de combat; van Jac Koopman te
Rotterdam eene kamerbuks.
Bettuurderen zijn bizonder geslaagd
in hunne pogingen, die leidden tot het
vormen van eene voor den colonne-
wedstrijd competente jury, uit de vol
gende heeren samengesteld: J. S. G.
Disse, A. J. Meijerink, J. H. Reijs,
P. Baatsen, N. van Kerckhof, Felix. A.
Delgorge en J. C. Maas.
Bestuurderen hebben met betrekke
lijk geringe kosten weten te bewerken,
dat de match om het meesterschap op
den degen tusschen de twee brusselsche
professeurs den aoeu dezer in „Strou-
cken" zal gehouden worden. De match
is een gevolg van eene uitdaging, ont
staan, doordien de een beweerd heelt
sterker degentrekker te zijn dan de
ander. Tusschen de verschillende num
mers nu van de colonne-wedstrijd, zul
len de beide kampioenen tweemaal op
treden en telkens een kwartieruur ach
tereen werken, ten overstaan van vier
hunner landgenooten en de daartoe door
hen uitgenoodigde jury, belast met de
aanteekening der gegeven en ontvangen
raakstooten. De vijf nederlandsche scher
mers, die deze jury vormen, zijn de
heeren Jac. Koopman, Rotterdam H.
Koopman Jr., 's HageA. J Meiierink,
Haarlem; N. van Kerckhof, Amster-
ISIaar het Engelsch,
VAN
FRANK P1NKERTON.
HOOFDSTUK I.
Eene vreeselijke misdaad
„Dat is nu toch de verschrikkelijkste misdaad, waarvan ik
ooit gehoord hèb."
Dyke Darrel wierp het ochtendblad, dat zooeven van de pers
was gekomen, op de tafel en begon in hevige ontroering de
kamer op en neer te loopen.
„Wat is er, Dyke," vroeg Nelly, de zuster van den detective,
die op dat oogenblik de kamer binnentrad.
Nelly was een aardig, twintigjarig meisje met alledaagsch
haar en oogen, en wier gelaat een scherp contrast vormde met
dat van haar broeder, den beroemden detective van wiens slimheid
en scherpzinnigheid alle dagbladen en menscken in het Westen
wonderen vertelden.
„Er is eene diefstal in een sneltrein gepleegd," antwoordde
Dyke, terwijl hij bleef staan en de courant weer opnam.
„Het spijt mij, dat gij deze week weer niet bij mij zult blij
ven," zeide het meisje pruilend. „Ik had er mij al zoo op ver
heugd. Ik ben altijd bang dat gij een ongeluk zult krijgen, als
gij weer een misdadiger moet opsporen."
„En gewoonlijk gebeurt er niets," antwoordde de detective
barsch. „Toen ik den laatsten keer een misdaad moest ontdek
ken, is de zaak niet afgeloopen zooals ik verwacht had, maar
ik beschouw haar nog niet geheel als geëindigd. Het is zeer wel
mogelijk, dat de man, die kapitein Osborne vermoordde, ook
een hand in deze laatste misdaad heelt gehad."
„Een diefstal in een sneltrein, niet waar?"
„Een diefstal en een moord."
„En moord
De wangen van het jonge meisje werden bleek van ontroe
ring.
„Ja, de inspecteur van de sneltreinen is gisteravond vermoord,
en van een bedrag van 30,000 dollars beroofd."
„O, wat vreeselijk
„Ja, het is eene brutale diefstal, wij zullen moeite hebben om
den dief in handeo te krijgen."
„Kendet gij den vermoorden inspecteur, Dyke
„Het was Arnold Nicholson."
Op het hooren van den naam, ontstelde het meisje zoo hevig,
dat zij wankelde en zich aan de tafel moest vasthouden om niet
te vallen. De genoemde persoon was een vriend van de familie
Darrel, hij had een gezin en had al verscheidene jaren deel
uitgemaakt van de directie der sneltreinen. Het was dus geen
j wonder, dat Nelly Darrel geschokt werd op het hooren van den
naam van het slachtoffer,
j „Ja Nelly, het is een treurig geval," zeide Darrel.
„Dat is het," antwoordde het meisje, dat langzamerhand haar
zeltbeheersching terugkreeg. „Ik had je willen vragen, dezen keer
eens van de jacht op dien man af te zien, maar nu zou het wel
vergeefsche moeite zijn."
„Ja, het zou niets baten, al smeektet gij mij ook nog zoo
vurig de zaak te laten varen. Ik zal deze schurken achtervolgen,
I al kreeg ik er geen cent belooning voor. Nicholson was een
i van mijne beste vrienden. Eens hielp hij mij, toen hij zeli in
j groote verlegenheid zathet is dus mijn plicht om die ellendige
j lafaards, die hem vermoord hebben voor het gerecht te bren-
gen."
j Pas had Dyke Darrel deze laatste worden geuit, toen er een
I man de trap kwam oploopen en de deur opende.
„Ik hoop, dat ik niet ongelegen kom," zeide hij, terwijl hg
zijn hoofd door de deur stak.
„Neen, gij zij altijd welkom, Elliston," riep Dyke, hem zijn«
hand toestekende.
De aangekomene nam de hem aangeboden hand aan en keerdr.
zich toen glimlachend naar Nelly. Hij was een forsche man,
j met een net geschoren baard en krullend zwart haar, waarin
j' rich reeds eenige grijze haartjes vertoonden,
i Harper Elliston was al over de dertighij stond op zeer
j vriendschappelijken voet met Dyke Darrel en zijn zuster, die
j hem gaarne bij zich zagen. Wordt vervolgd.)